Herhaling hoofdstuk 5 Ioniserende straling 5.1 atoommodel • Kern – Protonen (+) (bepalen atoomsoort) – Neutronen (neutraal) • Elektronenwolk – Elektronen (-) • Aantal protonen en elektronen zijn gelijk • Grootte lading komt overeen met aantal deeltjes Voorbeeld atoom isotopen Dit zijn atomen met een gelijk aantal protonen maar met een verschillend aantal neutronen Massa van atomen • Eenheid: unit (afk: u) – Proton: 1u – Neutron: 1u – Elektron: verwaarloosbaar • Gemiddelde atoommassa – isotopen Gebruik van Binas • Tabel 29 – Isotopen • Tabel 30 – Periodiek systeem 5.2 ioniserende straling • Ionen: positief of negatief geladen deeltje. – Teveel elektronen – Te weinig elektronen • Lading van ion moet je kunnen bepalen 4 soorten straling • • • • -straling (2 protonen + 2 neutronen, heliumkern) -straling (elektronen) -straling (elektromagnetische straling) Röntgenstraling (elektromagnetische straling) Instabiele atoomkernen • Veranderen spontaan • Zenden deeltjes uit (α of β) • Welke element krijg je als een Berillium-8 deeltje α-strling uitzendt? Radioactieve stof • Bevat instabiele atoomkernen Deze presentatie is te downloaden op www.aphelder.nl Vragen 1. Welke en deeltjes zitten in zuurstof-18? Geef ook de aantallen. 2. Hoe groot is de lading van een koolstofkern? 3. Een koper-63-ion heeft een lading van 2+. Geef aan hoeveel protonen, elektronen en neutronen dit deeltje bevat. 4. Hoe groot is de lading van de elektronenwolk bij het deeltje van vraag 3?