Vitamine C, fysiologische eigenschappen

advertisement
- Vitamine C speelt een centrale rol in ontelbare fysiologische stofwisselingsprocessen.
- Vitamine C is een onmisbare cofactor voor het enzym peptidylglycin-amiderende monooxygenase bij de
synthese van twee hypothalamushormonen (CRH en TRH), evenals het gastro-intestinale
peptidehormoon gastrine.
- Vitamine C is noodzakelijk voor de carnitinebiosynthese in de skeletmusculatuur. Een deficiëntie
veroorzaakt moeheid en spierzwakte.
- Vitamine C is als cofactor bij vele hydroxyleringsreacties betrokken.
- Vitamine C is nodig voor een goede opbouw van collageenstructuren in bindweefsels en het beschermt
bindweefsel tegen proteïnenafbraak.
- Vitamine C is nodig voor de biosynthese van corticosteron en hydrocortison in de bijnieren; bij teveel stress
ontstaat er een tekort aan ascorbinezuur in de bijnieren.
- Vitamine C is noodzakelijk voor activering van het enzym cholesterol-7-hydroxylase, nodig voor de afbraak
en omzetting van cholesterol tot galzuur.
- Vitamine C is nodig voor de afbraak van tyrosine
- Vitamine C is nodig voor de neurotransmittersynthese:
> dopamine > noradrenaline
> L-tryptofaan > 5-HTP
> Tyrosine > DOPA
- Vitamine C bevordert de enterale ijzerresorptie
- Vitamine C speelt als cofactor een belangrijke rol bij de ontgifting van toxische stofwisselingsproducten en
van farmaca, op levermicrosomaal niveau. Daarbij stimuleert vitamine C de synthese van de enzymserie
Cytochroom P450 en beschermt daarbij gelijktijdig de mono-oxygenase tegen in-activering door reactieve
zuurstofverbindingen.
- Vitamine C heeft een verlagend effect bij hypercholesterolemie, hypertriglyceridemie en een te hoog
Lipoproteïne-a gehalte. De lichaamseigen productie van het anti-atherogene HDL-cholesterol wordt door
vitamine C tegelijk verhoogd.
- De effecten van vitamine C op het immuunsysteem zijn veelvuldig, zowel op humoraal als op cellulair
niveau. Enkele belangrijke functies worden hier vermelden:
 IgA, IgM en het C3-complement worden verhoogd
 De interferonproductie verhoogt, en daarmee de virale afweer
 De lymfocyten rijping en –proliferatie wordt gestimuleerd
 De fagocytoseactiviteit en chemotaxis (=concentratiegradiënt; verplaatsing van stoffen die
worden aangetrokken door stoffen die worden uitgescheiden door de bacteriën die de
ontsteking veroorzaken) nemen sterk toe. Fagocytose verbruikt enorm veel vitamine C!
 Vitamine C beschermt de membranen van fagocyterende cellen tegen oxidatieve schade.
- Vitamine C reduceert, bij gebruik van tenminste 1 gram per dag, significant de histamine-bloedspiegel.
- Vitamine C verhindert de opbouw van kankerverwekkende nitrosamineverbindingen in het maagdarmkanaal. Het remt eveneens de DNA- en proteïnesynthese in kankercellen door blokkering van de
initiatie en promotie; het bevordert de DNA-reparatie en beschermt tegen carcinogenese-geïnduceerde
chromosoombreuken.
- Vitamine C remt de opbouw van AGE’s: Advanced Glycolysation Endproducts (proteïneglycolysering); dit
zijn stoffen die het risico op cardiovasculaire en neurodegeneratieve ziekten en diabetes sterk verhogen.
- Vitamine C is betrokken bij de reductie van foliumzuur tot de co enzymatisch actieve vorm
Tetrahydrofoliumzuur (scorbuut, macrocytaire anemie).
- Vitamine C regenereert zowel geoxideerd vitamine E als geoxideerd Glutathion (GSSG). Vitamine C is in veel
meer opzichten een belangrijk antioxidant, ook in de extracellulaire ruimtes. Antioxidanten moeten
echter altijd als een breed natuuridentiek complex worden gebruikt; in geïsoleerde vorm is
antioxidantactiviteit veel minder zinvol (denk dus aan een goede combinatie met synergisten zoals
Bioflavonoïden, R+ Alfaliponzuur, Vitamine E complex, Selenium enz.)
Download