Terneuzen, 22 januari 2015 TRACER Etiketuitbreidingen TRACER is een effectief en veelzijdig insecticide dat inmiddels al in vele gewassen kan worden ingezet voor een effectieve bestrijding van diverse soorten vliegen, rupsen en trips. We zijn blij te kunnen melden dat TRACER met ingang van dit jaar een aantal nieuwe toepassing op zijn etiket heeft gekregen. Hierbij zijn ook een behoorlijk aantal knelpunten, waar deze toelating zeer welkom is. Bijvoorbeeld: o Bij de beheersing van de Suzuki fruitvlieg in de kleinfruitteelt o Bij de bestrijding van rupsen in de onbedekte teelt van o.a. sla en andijvie o Een toelating voor een kraagbehandeling van witlof(wortels) bij het opzetten voor een effectieve bestrijding van de witlofmineervlieg Naast de bestaande toepassingen op het etiket van TRACER, mag het middel nu ook worden ingezet in: Aardbeien : Zowel de bedekte als onbedekte teelt Bessen : Dit omvat aalbes, kruisbes, blauwe bes, veenbes, rozenbottel en overige bessen M.u.v. moerbei, kiwibes en vlierbes Braam- en framboosachtigen Sla en andijvie : Zowel de bedekte als onbedekte teelt Spinazie-achtigen Witlof trekteelt : Dit betreft een behandeling op de kraag bij het opzetten van de wortels tegen witlofmineervlieg Tuinkers, veldsla en rucola: Zowel de bedekte als onbedekte teelt Boon met peul (bedekte teelt) De traybehandeling in diverse koolsoorten is een reeds bestaande toelating. Deze toepassing mag nu zowel buiten als binnen worden gedaan. 1 Driftreducerende maatregelen in onbedekte teelten Bij gebruik van TRACER in onbedekte teelten dient voor veel toepassingen gebruik te worden gemaakt van driftreducerende maatregelen. Dit om in het water levende organismen en niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen/insecten te beschermen. Door de veelheid en diversiteit aan gewassen op het etiket kan dit wat verwarring geven. We vinden het belangrijk dit zo duidelijk mogelijk te communiceren naar u: Driftreducerende maatregelen gelden alleen voor onbedekte teelten Voor de al bestaande toegelaten toepassingen op het etiket blijft het bestaande voorschrift gelden. Dit betreft het gebruik van 90% driftreducerende doppen langs oppervlaktewater in de teelt van prei, spruiten, sluitkool, bloemkool, uien, bosuien en sjalotten Bij gebruik van TRACER in de teelt van bessen, braam- en framboosachtigen dient in de buitenste 20 meter van het gewas gebruik gemaakt te worden van driftreducerende maatregelen. Zie voor de details hieromtrent het bijgevoegde CTGB gebruikersvoorschrift Bij gebruik van TRACER in de andere nieuw toegelaten toepassingen, zoals in de onbedekte teelt aardbeien, sla en andijvie, geldt er een ander voorschrift dan voor de al bestaande toepassingen. Voor deze nieuwe toepassingen geldt dat in de buitenste 14 meter gebruik gemaakt dient te worden van lage spuitboomhoogte in combinatie met driftarme venturidop + kantdop + luchtondersteuning. Gecombineerd met een teeltvrije zone van 1.50 mtr We hopen u hiermee van dienst te zijn Voor vragen of opmerkingen zijn we vanzelfsprekend bereikbaar. 2