1 HOOFD ZINTUIGEN ADEMHALINGSTELSEL RZT TOETS 1E LEERJAAR 2014/2015 Datum Naam leerling Cijfer Beste studenten, lees eerst de vragen rustig door en beantwoord daarna pas de vragen. Schrijf je antwoorden op A4-papier en nummer je antwoorden conform de vragen. Je hebt 45 minuten om de vragen te maken Omcirkel het juiste MC antwoord en schrijf de andere antwoorden op een apart vel. Kleur waar nodig een voetkaart in Maak ook de vragen die op de achterzijde vermeld staan 5% 1 Tussenribsspieren hebben een functie bij de adembeweging. Met welke ontspanningsgreep of -grepen (dus meerdere antwoorden mogelijk) werk je hier op. a. Metatarsale kneding b. Diafragma ontspannen c. Middenvoetsbeentjes losmaken d. Vlindergreep 10% 2 Noem 5 functies van de huid 5% 3 Het evenwicht wordt verzorgd door a. Het uitwendig oor b. Het middenoor c. Het binnenoor d. Het uitwendig oor, het middenoor en het binnenoor tezamen 5% 4 Welke beschrijving klopt (lees aandachtig): a. Bij het tenen lopen, leg ik mijn steunhand op de dorsale zijde van de voet net onder de basis van de tenen, ik gebruik de vingers en/of duim van mijn steunhand om tenen te fixeren zodat ik het gebied zo goed mogelijk kan behandelen. b. Bij het tenen lopen, leg ik mijn steunhand op de dorsale zijde van de voet, achter de tenen, ik gebruik de vingers en/of duim van mijn steunhand om tenen te fixeren zodat ik het gebied zo goed mogelijk kan behandelen. c. Bij het tenen lopen, leg ik mijn steunhand op de plantaire zijde van de voet, achter de tenen, ik gebruik de vingers en/of duim van mijn steunhand om tenen te fixeren zodat ik het gebied zo goed mogelijk kan behandelen. d. Bij het tenen lopen, leg ik mijn steunhand op de dorsale zijde van de voet, achter de tenen, ik gebruik de vingers en/of duim van mijn steunhand om tenen te ontspannen zodat ik het gebied zo goed mogelijk kan behandelen. 10% 5 Op welke manier, en bij welke reflexzone, wijkt de techniek van de lopende duim af? 2 10% 6 Gasuitwisseling: Welke beschrijving klopt over bloed dat vanuit de cellen richting hart en longen stroomt? a. Het zuurstofarme bloed neemt de door de cellen afgegeven zuurstof op en voert het mee naar de longen, waar het weer geruild wordt voor koolzuur. b. Het koolzuurarme bloed neemt het door de cellen afgegeven koolzuur op en voert het mee naar de longen, waar het weer geruild wordt voor zuurstof. c. Het koolzuurarme bloed neemt de door de cellen afgegeven zuurstof op en voert het mee naar de longen, waar het weer geruild wordt voor zuurstof. d. Het zuurstofarme bloed neemt het door de cellen afgegeven koolzuur op en voert het mee naar de longen, waar het weer geruild wordt voor zuurstof. 5% 7 Wat betekent pleuritis. Ontsteking van ... a. longen b. borst-/longvlies c. longblaasjes d. luchtpijp 15% 8 Gevolgen van roken. Welk proces in de ademhaling wordt verlamd en wat zijn de gevolgen? 15% 9 Welke lichaamsdelen worden gereflecteerd in ‘de eerste zone”? Teken de eerste zone in op de voetenkaart. 10% 10 Omschrijf de acties van je beide handen bij het aanzetten van de nier. Gebruik de termen mediaal en lateraal. Teken de nier in op de voetenkaart. 10% Totaal aantal behaalde punten 3 VOETENKAART