Deelnotitie 4.5 Participatie bewoners en bedrijven / versterking koopkracht en lokale economie We zullen samen met ECO een concept-participatieplan opstellen. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten: 1. De gemeenteraad stelt de randvoorwaarden vast voor proces- en financiële participatie. Op eventueel te ontwikkelen gronden waar de projectontwikkelaar op dit moment al een positie heeft, onderhandelt de gemeente met de ontwikkelaar over maximale proces- en financiële participatie (ontwikkelscenario ‘markt’). Hierbij gaan we er vanuit dat de projectontwikkelaar de randvoorwaarden die de gemeente op eigen gronden hanteert, zo dicht mogelijk wil benaderen om voldoende draagvlak te creëren. 2. Er wordt een duidelijke rollenscheiding doorgevoerd: De gemeente faciliteert de participatie slechts en stelt daarom vooraf de randvoorwaarden vast voor participatie. De gemeente voert de participatie niet zelf uit (ook niet bij het scenario ‘zelf ontwikkelen’). De partij die de participatie uitvoert (de projectontwikkelaar(s) of ECO) voert de participatie uit binnen de vooraf aangegeven randvoorwaarden. Op deze manier wordt participatie iets van de lokale gemeenschap zelf en komt de gemeente op afstand te staan. 3. Uitvoering geven aan de gemeentelijke randvoorwaarden voor participatie gaat niet automatisch samen met het ontwikkelen en exploiteren van een windpark. Bij ieder te kiezen ontwikkelscenario staat professionaliteit voorop. Dit betekent dat de ontwikkeling en exploitatie van het windpark altijd door of met inschakeling van een professionele partij plaatsvindt. De gemeente geeft vooraf aan, aan welke eisen deze professionele partij minimaal moet voldoen. Ook bij het scenario ‘zelf ontwikkelen’ wordt een (externe) professionele partij betrokken bij de ontwikkeling en exploitatie. Het uitvoeren van de participatie is dus een op zich zelf staand onderwerp bij de voorbereiding en de uitvoering van het project. Het uitvoeren van participatie is geheel losgekoppeld van ontwikkeling en exploitatie. 4. De entiteit die is belast met het uitvoeren van de participatie verzorgt ook de informatie en communicatie aan potentiële participanten. Hierover vindt wel overleg met de gemeente plaats. 5. Als ECO de participatie uitvoert vertegenwoordigt zij slechts een deel van de lokale bevolking (aandeelhouders). Bij de keuze voor een ontwikkelscenario waarbij ECO (naast eventuele andere taken/rollen) de participatie uitvoert, wordt daarom in ieder geval als voorwaarde gesteld dat een deel van de opbrengsten naar duurzaamheidsprojecten gaat, waarvan de gehele lokale gemeenschap profiteert (zonder dat hiervoor een lidmaatschap van ECO noodzakelijk is). De gemeenteraad stelt vooraf vast welk percentage van de opbrengst naar deze ‘algemene’ projecten gaat. 6. Als een projectontwikkelaar de participatie uitvoert, geldt hetzelfde als onder 5: Een door de raad vooraf vastgesteld percentage van de opbrengst gaat naar ‘algemene projecten’, waarvan de gehele lokale gemeenschap profiteert. (In het ontwikkelscenario ‘markt’ moet hierover weer onderhandeld worden.) 1 7. Vanwege dezelfde reden (beperkte democratische legitimatie) wordt met ECO of iedere andere ontwikkelaar afgesproken dat een deel van de opbrengst in een omgevingsfonds en/of duurzaamheidsfonds voor de directe omgeving wordt gestort. De betrokken wijk- en dorpsraden krijgen mede zeggenschap over de besteding van dit fonds aan projecten in de directe omgeving. Dit laatste nadat de gemeenteraad heeft aangegeven welk deel van de opbrengst in een fonds voor de directe omgeving moet worden gestort. 8. Bedrijven kunnen aangeven of ze willen participeren door het ontvangen van ‘stroom achter de meter’. Er wordt op verzoek een private stroomkabel naar het bedrijf gelegd (over de private stroom hoeft geen belasting te worden betaald). Als één of meerdere bedrijven hiervoor serieuze interesse tonen (onder vooraf aan te geven voorwaarden: bijv. betaling van de voorbereidingskosten en de aan te leggen stroomkabel door het betreffende bedrijf zelf) wordt het uitwerken hiervan een randvoorwaarde voor de ontwikkelaar c.q. exploitant van het windpark. (Bij het ontwikkelscenario ‘markt’ zal hierover onderhandeld moeten worden met de projectontwikkelaar.) 9. Er wordt in het concept participatieplan ingezet op versterking van de koopkracht en lokale economie. 2