Brandweer voorwaarden behorend bij de APV vergunning ARTIKEL 16 Wensballonnen Het oplaten van wensballonnen is aan strikte voorwaarden verbonden: 16.1 Een wensballon mag niet worden opgelaten bij een windkracht van meer dan 2 Beaufort; 16.2 Een wensballon mag niet worden opgelaten bij regen of zeer vochtige lucht (mist); 16.3 Een wensballon mag niet worden opgelaten gedurende een droge periode; 16.4 Een wensballon mag niet worden opgelaten binnen een straal van 15 kilometer van (zweef)vliegvelden; 16.5 Een wensballon mag niet worden opgelaten in de omgeving van hoge en risicovolle objecten; 16.6 Een wensballon mag alleen worden opgelaten door personen ouder dan 18 jaar; 16.7 Een wensballon mag niet worden opgelaten wanneer de ballon beschadigd is; 16.8 Een wensballon mag alleen worden opgelaten met de door de importeur bijgeleverde wenskaart. 16.9 De gebruiksaanwijzingen van de fabrikant/importeur dienen opgevolgd te worden. 16.10 Alleen ballonen, die aan de eisen van de WVA voldoen zijn toegestaan. 16.11 De ballon dient door twee personen te worden opgelaten. Toelichting: Bij bijzondere gelegenheden (huwelijk en geboorten) en tijdens de jaarwisseling worden steeds vaker wensballonnen opgelaten om extra sfeer en dimensie aan het evenement toe te voegen. Een Thaise lampion, Kong-Ming-lantaarn, wensballon of vuurballon is een lampion die door zijn bouwwijze en de verhitting door een brandstofelement kan opstijgen en zweven. De wensballon werkt volgens het principe van de heteluchtballon: de lucht in het omhulsel wordt door een warmtebron met open vlam verwarmd waardoor de ballon opstijgt. Met regelmaat wordt de brandweer door gemeenten en particulieren om advies gevraagd in zake het al dan niet toestaan dergelijke ballonnen op te laten. De afdeling Evenementenadvisering van de VRR heeft onderzoek gedaan naar de risico’s van deze wensballonnen en onderzocht of er duidelijke richtlijnen te geven zijn voor het op laten van wensballonnen tijdens een evenement. De VRR is van mening, dat met de ballonnen een nieuw risico is geïntroduceerd doordat brandende objecten onbestuurd de lucht in worden gestuurd. De risico’s worden onder andere bepaald door onderstaande factoren: De mate van windkracht. De weersomstandigheden, denk aan regen of zeer vochtige lucht (mist). Tijdens een droge periode. Binnen een straal van 15 kilometer van (zweef)vliegvelden. In de omgeving van hoge en risicovolle objecten. Wanneer de ballon beschadigd is. Met bevestiging van andere dan door de importeur bijgeleverde wenskaart, zoals draad, papier of anderszins. Gezien de vele factoren zijn de risico’s in zowel stedelijke als natuurlijke gebieden binnen onze regio niet vooraf in te schatten. De VRR adviseert daarom alleen deze (vergunning)voorwaarden te adviseren aan het bevoegd gezag indien het bevoegd gezag ten tijde van het oplaten van de wensballonnen de actuele situatie toetst aan de gestelde voorwaarden.