Salmonella Salmonella is een bacterie die bij uw rundvee veel schade kan veroorzaken. Daarnaast is het een zoönose, wat wil zeggen dat u, of uw gezinsleden er ook door besmet kunnen raken. Salmonella wordt uitgescheiden via de mest. Via de mest wordt de omgeving besmet, het oppervlakte water en ook het voer. Een volgende koe kan ziek worden door de Salmonella bacterie weer op te nemen via de bek. Een kalf kan ook ziek worden na het drinken van biest of melk van een besmette koe. Een mens neemt de bacterie ook op via de mond. Bijvoorbeeld via het drinken van besmette rauwe melk of door slechte hygiëne (geen handen wassen voor het bereiden van eten). Ook is het mogelijk om besmet te raken van een verworpen vrucht en het vruchtwater en placenta wat daarbij meekomt. Verschijnselen Kalveren die ziek worden hebben hoge koorts (>40.5 ºC), kunnen long-problemen hebben, diarree en/of gewrichtsontstekingen. In sommige gevallen zien we dat de puntjes van de oren of de staart afsterven. De dieren kunnen doodgaan aan de gevolgen van Salmonella, dieren die het overleven groeien slechter dan de rest van de koppel. Koeien die ziek worden heen eveneens hoge koorts (>40.0 ºC). Daarnaast kunnen ze waterdunne diarree hebben. Ook kan Salmonella verwerpen van het kalf tot gevolg hebben. Geen verschijnselen. Dit zien we eigenlijk nog wel het meest. Aan de hand van de tankmelkonderzoeken weten we dat er Salmonella speelt op het bedrijf, maar aan de koeien is niet direct wat te merken. Verloop Een Salmonella infectie kan even door de koppel gaan en na een maand of drie weer zijn verdwenen. Maar er kunnen ook dragers ontstaan. Dit zijn dieren die de infectie hebben doorgemaakt, maar de bacterie niet zijn kwijtgeraakt. Zo nu en dan scheiden ze nog steeds grote hoeveelheden bacteriën met de mest uit, waardoor ze potentieel andere dieren weer kunnen besmetten. Onderzoek De tankmelk wordt 3 keer per jaar onderzocht op de aanwezigheid van Salmonella. Bij een positieve tank (uitslag “ongunstig”), wil dit zeggen dat er meer dan 10% van de dieren positief zijn op Salmonella. (dit hoeven niet allemaal dragers te zijn, maar kan wel) Heeft u ongunstige tanken, dan is het zeker belangrijk om verwerpende dieren ook altijd op Salmonella te controleren met een bloedonderzoek. Dit geldt ook voor dieren die ziek zijn en daarbij hoge koorts hebben. Bestrijding De bestrijding van Salmonella moet zich in eerste instantie richten op de bedrijfshygiëne en het voorkomen van weerstandsvermindering van de dieren. Bedrijfshygiëne Dit richt zich op het voorkomen van versleep (binnen het bedrijf) en insleep (op het bedrijf). Versleep: - Strikte scheiding tussen kalveren en oudere dieren. Kalveren kunnen net als dragers de infectie binnen een bedrijf in stand houden, door ze te scheiden kun je deze cirkel doorbreken. De scheiding zit hem ook in verschillende kleding voor de beide afdelingen te gebruiken. - Ongedierte bestrijden, want deze kunnen met mest aan de poten ook de bacterie verslepen over het bedrijf. - Geen volle melk verstrekken aan de kalveren, dus ook geen antibioticamelk. Alleen de biest van de eigen moeder aan het kalf geven. Insleep: - Een gesloten bedrijfsvoering aanhouden, geen aanvoer van dieren, mest of kuilvoer. - Bedrijfskleding aanbieden voor elke bezoeker (dierenarts, KI, koopman). - Leidingwater verstrekken aan alle groepen dieren, de systemen tussen kalveren en oude koeien gescheiden houden. Oppervlakte water is een zéér beruchte infectieroute. - Zorg ervoor dat er geen vogels in de stallen kunnen komen, ze zijn zelf geen drager van de Salmonella bacterie, maar kunnen wel mest aan de pootjes hebben en dit overdragen op het voer. Ganzen in het land kunnen op die manier wel Salmonella meenemen van het ene land naar het andere. Maar het is niet zo dat de Salmonella bacterie die bij ganzen voorkomt, de Salmonella bacterie is die koeien ziek kan maken. Weerstand Een goede weerstand helpt ter voorkoming van een Salmonella infectie en ter beperking van de gevolgen. Een goede weerstand heeft een direct verband met voeding: - Maak een goed uitgebalanceerd rantsoen, met daarin voldoende voorziening van vitaminen en mineralen. - Voorkom zoveel mogelijk de negatieve energiebalans rondom afkalven. - Voorkom of eventueel bestrijd andere infecties die de weerstand doen dalen: leverbot, BVD, IBR. Nadat er zoveel mogelijk is gezorgd voor een goede hygiëne, waardoor de bacterie zich niet meer kan verspreiden door het bedrijf, kunnen de eventuele dragers worden opgespoord. Dit kan gedaan worden met een eenmalig onderzoek van alle dieren op het bedrijf met melk of bloedonderzoek. Aan de hand van de uitslagen moeten de positieve dieren nogmaals worden onderzocht, dit kan het beste met mestonderzoek gedaan worden. Dieren die in beide testen positief naar voren komen, moeten worden afgevoerd, de kans dat dit dragers zijn is erg groot. Vervolgens moet er elk half jaar weer bloedonderzoek plaatsvinden, net zo lang tot de tankmelkuitslagen elke keer weer negatief (“gunstig”) zijn. Er is geen vaccin voor Salmonella in Nederland geregistreerd.