verdien

advertisement
VERDIEN
TEKST: LIZANNE SCHIPPER
FOTO’S: ANNE STOKVIS
Zie bunq als
een financiële
WhatsApp
Er gingen jaren van heen en weer schuiven met
formulieren aan vooraf, maar vorig jaar kreeg bunq als
eerste nieuwkomer sinds DSB een bankvergunning van
De Nederlandsche Bank. Met zijn hippe betaalapp wil
oprichter Ali Niknam de wereld verbeteren
Boven: Net als bij andere
hippe techstart-ups
werken bij bunq jonge
techneuten uit alle
windstreken
Onder: Het begon vijf
jaar geleden, in een
antikraakpand een paar
honderd meter verderop
BUNQ
→ Eerste mobile onlybank, uitsluitend
voor betalingsverkeer
via de smartphone
→ Eerste partij met een
bankvergunning
in tien jaar
→ Sinds november 2015
operationeel
→ 70 medewerkers met
12 nationaliteiten
→ Gemiddelde leeftijd:
27 jaar
→ Kantoor bij
Amsterdam Sloterdijk
→ Omzet en
aantal klanten:
nog niet bekend
72 ELSEVIER BEDRIJF BELICHT
E
en jongeman met baard en knotje zit in
kleermakerszit op de loungebank bij de
entree van het Amsterdamse kantoor van
bunq. Ingespannen tuurt hij naar het
scherm van de laptop op zijn schoot en
laat hij zijn vingers met tussenpozen rap over het
toetsenbord glijden. ‘Excuse me?’ zegt hij vriendelijk als hij in het Nederlands wordt aangesproken.
Net als bij andere hippe techstart-ups werken hier
jonge techneuten uit alle windstreken. Twaalf nationaliteiten – van Brazilianen tot Hongaren. Maar
ook Nederlanders die eerder in Silicon Valley zaten, zoals enkele voormalige medewerkers van
Apple. ‘Ze waren het zat, het werd ze te commercieel,’ zegt oprichter en CEO Ali Niknam (34), die zelf
op zijn zevende met zijn ouders uit Iran naar Gouda emigreerde. ‘We wilden wel het grote denken
vasthouden. En dat heb je niet bij veel Nederlandse
bedrijven, misschien wel alleen bij bunq.’
Eén jaar is de betaalapp nu operationeel. De aanloop was lang. Het begon vijf jaar geleden, in een
antikraakpand een paar honderd meter verderop.
In de winter hielden een paar straalkacheltjes de
verlaten kantooretage ternauwernood op temperatuur. Met een clubje werd eindeloos geprogrammeerd om de technische foefjes te perfectioneren
die bunq moeten onderscheiden van de grootbanken. Ook de begeerde bankvergunning vertraagde
de lancering. De aanvraag bij De Nederlandsche
Bank, huiverig voor nieuwkomers na het debacle
met de DSB van Dirk Scheringa, kostte meer dan
twee jaar heen en weer schuiven van documenten.
Intussen zat de concurrentie geen duimen te draaien. Banken, andere fintechstart-ups, maar ook wereldspelers als Google, Facebook en Apple stortten
zich op de mobiele betaalmarkt. Zenuwslopend,
aldus Niknam. ‘Al mijn grijze haren zijn van de
afgelopen jaren,’ zegt hij, terwijl hij met een innemende glimlach aan zijn gitzwarte haardos plukt.
IT-bedrijf of bank? Een IT-bedrijf met een bankvergunning, daar houden ze het zelf op. Met een
betaalrekening van bunq kun je alle gewone bankdingen doen: salaris binnenkrijgen, bedragen opzij
zetten, de verzekeringspremie laten overschrijven.
Als Niknam het over dergelijke verrichtingen heeft,
dooft zijn blik. Om op te leven als het gesprek terugkeert naar vernieuwende diensten. Zie bunq
als een financiële WhatsApp. Zoals je voor bellen
een mobiele provider hebt en daarnaast WhatsApp
voor korte berichtjes, zo houden de meeste bunqers hun oude bank aan voor de gewone dingen en
nemen de app erbij voor snelle, directe betalingen.
Onder vrienden bijvoorbeeld, die na een etentje in
een restaurant de rekening willen delen.
Dat was de eerste toepassing die bunq introduceerde. Het werkt zo: de bunqer van het gezelschap
rekent met zijn bunq-pinpas het hele bedrag af en
krijgt daarvan per ommegaande een melding op
zijn smartphone. Hij geeft aan hoeveel mensen
meebetalen en klikt op de namen in zijn contac-
ELSEVIER 73
VERDIEN
Boven: Echte verdiensten
moeten komen van
zakelijke gebruikers
Midden: Elke week
de release van iets nieuws
Onder: De app
tenlijstje. De anderen krijgen een bericht, bevestigen en de bunqer ziet dat de bedragen zijn overgemaakt. ‘Mensen zijn hier helemaal verliefd op.’
Ergernis
Het was een persoonlijke ergernis die hem jaren
geleden aan het denken zette. Hij wilde een iDEALbetaling doen en die haperde – knulligheid ten
top. Dat moest toch beter kunnen? Door slimmere
technische toepassingen, natuurlijk. Maar wat als
hij nou eens het hele systeem op zijn kop zette,
door een bank te lanceren die niet langer spaargeld
tegen een hoger rendement belegt of uitleent – het
74 ELSEVIER traditionele verdienmodel van banken – maar die
alleen verdient aan geleverde diensten?
‘Als ik nu in jouw portemonnee grijp, vind je dat
toch ook niet prettig?’ zegt Niknam. ‘Het is gek dat
die instituten dat wel doen.’ Geld dat op de bunqrekeningen staat, wordt geparkeerd bij de Europese Centrale Bank. Volkomen risicovrij, met als
nadeel voor bunq dat de centrale bank daarvoor
negatieve rente rekent.
Verdient hij dan wel genoeg aan die betaaldiensten? ‘Wij denken van wel,’ zegt Niknam. Voor
particulieren is de app gratis, een vier jaar geldige
pinpas kost nog geen tientje. Alleen cash opnemen
– voor de millennial een relict uit voorbije tijden –
is tamelijk duur: 80 eurocent per transactie.
De echte verdiensten moeten komen van de zakelijke gebruikers. Voor hen is afgelopen voorjaar een
eigen app gelanceerd. Kleine neringdoenden kunnen daarmee afzien van een duur pinapparaat, en
volstaan met een zichtbare streepjescode. De klant
scant de code, maakt met één swipe het geld over
en de winkelier vergewist zich met één blik op zijn
tablet ervan dat het bedrag op de rekening staat.
Rekeningen zijn online en zonder omslachtige formaliteiten te openen, en ook een wisseling van gemachtigden vergt geen gezamenlijk bezoek aan de
bank met een stapel papieren onder de arm.
‘Dat is in 15 seconden gepiept,’ zegt Niknam. Hij
herinnert zich het gedoe als bij zijn eerste bedrijf
TransIP een medewerker een kabeltje of een taart
ging halen. ‘Dat moest ik dan cash voorschieten of
verrekenen. Nu hebben we gewoon een paar pinpassen liggen van rekeningen waarop een klein
bedrag staat. Die kan iedereen meenemen voor gezamenlijke aankopen.’
Begin je over de cijfers, dan wordt Niknam even fel.
Volume noemt hij een ‘commercieel begrip’, klantenaantallen ‘een obsessie van journalisten’. ‘Afgelopen jaar zijn we de dialoog met gebruikers aangegaan om onze dienstverlening te verbeteren. Ons
doel was niet om zo veel mogelijk mensen binnen
te harken.’ Na de introductie eind 2015 en een optreden van Niknam bij De Wereld Draait Door, waar
een terloopse flirt met Halina Reijn extra attentiewaarde genereerde, draaiden de medewerkers van
bunq overuren om de – naar eigen opgave – circa
tienduizend aanmeldingen te verwerken. Hoeveel
gebruikers zich daarna nog hebben gemeld, wil
Niknam niet zeggen. Wel dat inmiddels meer dan
1 miljoen betalingen via bunq zijn gedaan.
De community van bunq – gadgetliefhebbers,
maar ook steeds meer gewone gezinnen – wordt
aangespoord om verbeteringen of zelfs nieuwe
diensten aan te dragen. ‘We hebben elke week wel
een release van iets nieuws,’ aldus Niknam. Realtime je pincode aanpassen, was bijvoorbeeld een
ALI NIKNAM
(34)
2000-2007
Informatica aan
de Technische
Universiteit Delft
2007
Oprichter TransIP,
nu eigenaar en
commissaris
2012
Oprichter en CEO bunq
wens. Dat kan nu: als je je pinpas voor een snelle
uitgave uitleent, kun je daarna in een paar seconden je code veranderen. Helemaal hot is dat je jezelf kenbaar kunt maken met een vingerafdruk,
een selfie of een scan van je hand.
Die flexibiliteit dankt bunq aan zijn onafhankelijke
positie, is de overtuiging van Niknam. Zou er een
link zijn met een traditionele speler, zoals voor fintech-bedrijven zonder bankvergunning onvermijdelijk is, dan zouden stroperige bedrijfsprocessen
en verouderde technieken in de weg zitten. Voor
de concurrentie van grootbanken is Niknam daarom niet beducht. Hij beschouwt het als een compliment dat zij, naar zijn zeggen, technologische
slimmigheden van bunq kopiëren. Als voorbeeld
noemt hij de mogelijkheid om met je smartphone
betaalverzoekjes te sturen. ‘Wij zijn blijkbaar een
thought leader, best absurd voor zo’n jong bedrijf.’
Ook de eerste schreden in het betalingsverkeer van
mastodonten als Facebook, Google en Apple brengen hem niet van de wijs. ‘De telefoon als creditcard – dat is wat zij bieden. Wij hebben een heel
scala aan diensten, en combineren sterke IT met de
veiligheid en lage kosten van een bank. Daarin zijn
wij wereldwijd de eerste. Een bijzondere positie,
die we als Nederland zouden moeten koesteren.
Sinds de opkomst van internet zijn we vergeten hoe
we als klein land iets moois kunnen neerzetten, we
hebben de grote ideeën overgelaten aan Silicon
Valley. Met bunq draaien we het om. Dit is onze
kans om ons internationaal te onderscheiden.’
Vanwege die onafhankelijkheid heeft bunq externe
investeerders buiten de deur gehouden. Niknam
zit in een luxepositie. Voor de benodigde investeringen heeft hij vrijelijk kunnen putten uit de winst
van zijn andere onderneming TransIP. Bijna 17 miljoen euro heeft hij in de ontwikkeling van de app
gestoken. ‘Zo kunnen we zuiver zijn in onze overwegingen en het geduld opbrengen om er zo lang
over te doen als nodig is. Ik wil iets betekenen voor
de wereld, een investeerder wil rendement. Die discussie wil ik zo lang mogelijk uit de weg gaan, in
elk geval tot we de babyfase zijn ontgroeid.’
Niet dat er geen belangstelling is. Fintech doet private-equitypartijen likkebaarden. Volgens adviesbureau KPMG stak private equity vorig jaar wereldwijd 20 miljard dollar in nieuwe bedrijven. Ook bij
bunq rammelen zij aan de poorten. ‘Buitenlanders
zijn erg in ons geïnteresseerd, dat merk ik ook aan
interviewaanvragen van buitenlandse media.’
Dat kan handig zijn als bunq de grens overgaat,
zoals de ambitie is. Dat zou dit jaar al gebeuren,
maar dat was entrepreneurial optimism, zegt Niknam. Afwijkende regelgeving en bankpraktijken
houden de internationale expansie op. Zo zal een
buitenlandse bunqer een Nederlandse IBAN moe-
Ali Niknam (links): ‘Als je hier om één over negen binnenkomt, heb je een probleem’
ten kunnen gebruiken. In de praktijk zijn nogal wat
webshops daarop niet berekend. Niknam: ‘Wij zijn
bezig Belgische bedrijven te bellen, zij moeten hun
shit op orde krijgen.’ Waarom hij eigenlijk naar het
buitenland wil? ‘Volume,’ erkent hij.
Naamsbekendheid
Naamsbekendheid is wel een dingetje, zeker in het
buitenland. Nog maar een paar weken geleden is
het marketingteam opgesteld. Hoe gaan ze het aanpakken? ‘Geen idee,’ zegt Niknam. ‘Daarmee gaan
we experimenteren, we kijken wat werkt.’
Trial and error – typisch de aanpak van een startup. In veel opzichten past bunq in dat plaatje: de
dancemuziek die door het kantoor klinkt, de prominente opstelling van een tafeltennistafel, de
twee koks die elke avond een warme maaltijd verzorgen. Een van hen, een dame van Surinaamse
origine, kookt van dat echte ‘moeder-eten’, vertelt
Niknam. ‘De lekkerste pindasaus van de wereld.’
Hij is er vrijwel elke avond bij.
Misschien wat minder start-up-achtig: de ijzeren
discipline die Niknam ook van zijn medewerkers
vraagt. Wie een domme fout maakt of te laat is,
moet het kantoor trakteren op een ‘faaltaart’.
Te laat? ‘Ja,’ zegt hij. ‘Als je hier om één over negen binnenkomt, heb je een probleem. Hier werken
heel jonge mensen, discipline is belangrijk. Ik zou
niet weten hoe we zo ver zouden zijn gekomen als
we allemaal maar een beetje hadden gedaan waar
we zin in hadden.’ Strakke regels geven ook rust,
vindt hij. ‘Je bent geen tijd kwijt aan dingen die er
niet toe doen.’ Niknam staat op. Hij wil niet onbeleefd zijn, maar…
←
Ali Niknam:
‘Wij zijn nu
bezig Belgische
bedrijven
te bellen, zij
moeten hun
shit op orde
krijgen’
ELSEVIER 75
Download