Oplossen van problemen bij buitenspelen, belonen

advertisement
Oplossen van problemen bij buitenspelen,
Bij ongewenst gedrag:
 Eén keer waarschuwen, de tweede keer bij de muur van de deur staan.
Nadenkplaats. (Maximaal 5 minuten)
 Daarna volgt altijd een gesprekje waaruit een afspraak volgt waaraan het kind zich
dient te houden.
 Gebeurt het voor de derde keer, dan volgt er een straf op maat door de eigen
leerkracht.
Bij ruzie tussen twee kinderen:
 De kinderen worden allebei bij de leerkracht /overblijfkracht geroepen.
 Andere kinderen die erbij komen staan worden weggestuurd
 Allebei de kinderen mogen hun visie vertellen.
 Wanneer duidelijk is wie verkeerd was, maakt de dader zijn/haar excuus naar het
‘slachtoffer’. De dader krijgt zijn eerste waarschuwing.
 Wanneer niet duidelijk is wie er fout was, wordt met beide kinderen besproken hoe dit
opgelost kan worden.
o Lukt dit, dan beloven beide partijen beterschap.
o Lukt dit niet, zal de leerkracht/ overblijfkracht deze kinderen tijdens de rest van
de speeltijd extra observeren.
o Bij blijvend negatief gedrag, kan de overblijfkracht besluiten de leerling naar
binnen te sturen en de leerkracht te waarschuwen.
 Het probleem kan aanleiding zijn om in de klas meteen na de pauze te bespreken.
De afspraken hoe we omgaan met een bepaald probleem kunnen dan bijgesteld
worden.
Bij ruzie bij meerdere kinderen:
 De kinderen mogen om de beurt vertellen wat hun visie is.
 De leerkracht beoordeelt wie er fout was. Eerste waarschuwing.
 Wanneer het probleem gecompliceerder ligt, wordt met het groepje naar een
oplossing gezocht om herhaling te voorkomen.
Altijd iemand buiten
Wanneer er een probleem is (valpartij, broekplasser, etc) , en de surveillant loopt alleen
buiten, dan waarschuwt een aangewezen kind de groepsleerkracht om hulp te vragen.
Er blijft altijd iemand buiten.
Doorgeven informatie
Wanneer er een nieuwe leerling is of er zijn zaken die de overblijfkrachten moeten weten,
geeft de leerkracht die info zelf bij het begin van de pauze door aan de overblijf coördinator.
Na de pauze geeft de surveillant het aan de leerkracht door, als er een probleem is
voorgevallen dat niet geheel naar tevredenheid is opgelost. De leerkracht kan het probleem
zo nodig in de groep bespreken.
Andere afspraken:
Er wordt –indien nodig- gevoetbald volgens een voetbalrooster.
Overblijfspeelgoed wordt alleen tijdens overblijf gebruikt. In team benadrukken.
Mobieltjes zijn niet gewenst.
Bij een tekort aan overblijfkrachten worden stagiaires ingeschakeld.
Ongelukjes bij buiten spelen worden op een incidentenformulier vastgelegd.
Download