HERVORMDE ONTMOETINGSKERK KATWIJK AAN DEN RIJN

advertisement
HERVORMDE ONTMOETINGSKERK
KATWIJK AAN DEN RIJN
orde van dienst voor de kerkdienst op
zo. 5 mei 2013 – aanvang: 10.00 uur
waarin de Heilige Doop zal worden bediend aan
Niels van Rijn
voorganger: ds. J. Smit
ouderling van dienst: br. M. van der Meij
organist: dhr. W. van Duijn
Orgelspel – Afkondigingen: Adri van Rijn
Intochtslied: Psalm 32 : 3
3. Gij zijt, o HEER, mijn schuilplaats en mijn haven,
Gij zult aan mij al uw beloften staven.
Wat mij benauwt, Gij stelt U aan mijn zij,
omringt met lied'ren van bevrijding mij!
Gij zult mij voortaan door uw trouw bewaken,
Gij zult mijn leven vol van vreugde maken.
Ik zal mijn weg lichtvoetig verder gaan,
Gij gaat mij voor, Gij maakt voor mij ruim baan.
Persoonlijk gebed – Votum en Groet
Zingen: Psalm 105 : 3
3. God, die aan ons zich openbaarde,
regeert en oordeelt heel de aarde.
Zijn woord wordt altoos trouw volbracht
tot in het duizendste geslacht.
't Verbond met Abraham zijn vrind
bevestigt Hij van kind tot kind.
Moment met de kinderen
Formulier om de HEILIGE DOOP te bedienen aan de kleine kinderen van
de gelovigen
Presentatie
De volgende ouders hebben te kennen gegeven dat zij hun kind willen laten
dopen:
Arjan en Krista van Rijn – hun zoon Niels
1
Onderwijzing
Wanneer in de gemeente van Christus de doop wordt bediend, gebeurt dat
naar het woord van onze Heere Jezus Christus. Hij heeft zijn apostelen de
opdracht gegeven om alle volken tot zijn leerlingen te maken en hen te dopen
in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, en hen te
leren onderhouden al wat Hij geboden had (Mat. 28:18-19).
In de brieven van de apostelen wordt ook over de doop gesproken. Zo zegt
Paulus dat wie in Christus Jezus gedoopt is, in zijn dood gedoopt is. Met Hem
zijn we dan begraven door de doop in de dood opdat gelijk Christus uit de
doden is opgewekt door de majesteit van de Vader zo ook wij in een nieuw
leven zouden wandelen (Rom. 6:3-4).
Ook de kinderen mogen delen in de geheimenissen van het Koninkrijk Gods,
overeenkomstig het woord van Jezus: Laat de kinderen tot Mij komen,
verhindert ze niet want voor zodanigen is het Koninkrijk Gods (Marc. 10:14).
Het volk Israël trok met zijn kinderen uit Egypte, het land van duisternis en
slavernij, door de Schelfzee en de woestijn op weg naar het beloofde land.
Dus stonden ook de kinderen onder Gods belofte en opdracht.
Reeds sinds Abraham, de vader van alle gelovigen, wordt het verbond
ingescherpt door het teken van de besnijdenis aan jongens, op de achtste dag
na de geboorte (Gen. 17:7,12; Gen. 21:4).
Overeenkomstig het woord van de apostel zijn de gelovigen besneden in
Christus met een besnijdenis die geen werk van mensenhanden is, daar zij
met Hem begraven zijn in de doop (Kol. 2:11-12).
Zo heeft de kerk sinds de dagen van de apostelen ook aan de kinderen de
doop bediend (Mat. 28:18-19; Hand. 2:39).
De doop laat ons ook zien dat wij algehele reiniging nodig hebben, aangezien
de Schriften ons leren dat wij in zonde ontvangen en geboren zijn (Ps. 51:7).
Wij kunnen Gods rijk niet binnengaan tenzij wij wedergeboren worden (Joh.
3:3).
Nu wil God ons geven wat Hij van ons vraagt.
Daarvan is de doop in de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest
het teken en zegel.
In de Naam van de Vader gedoopt worden, is een teken en zegel dat God de
Vader voor eeuwig zijn genadeverbond met ons sluit. Hij geeft daarmee te
kennen dat Hij ons tot zijn kinderen aanneemt en maakt tot zijn erfgenamen.
Hij zet Zich voor ons in ten goede.
In de Naam van de Zoon gedoopt worden is een teken en zegel dat de Heere
Jezus al onze zonden afwast op grond van zijn lijden en sterven. Wij mogen
met Hem opstaan in een nieuw leven, bevrijd van zonde en schuld.
In de Naam van de Heilige Geest gedoopt worden is een teken en zegel dat
Hij vast en zeker in ons wil wonen en werken. Hij verbindt ons aan Christus en
doet ons delen in het heil dat Christus voor ons verworven heeft. De schatten
van Christus maakt Hij ons eigen:
 de afwassing van onze zonden
 en de dagelijkse vernieuwing van ons leven
2
totdat wij eenmaal met alle heiligen God zullen loven in de wereld die komt.
Op grond van het verbond roept en verplicht de doop ons tot een nieuwe
gehoorzaamheid.
Laten wij toegewijd zijn aan de ene God – Vader, Zoon en Heilige Geest; laten
we Hem vertrouwen en liefhebben met heel ons hart, met heel onze ziel, met
heel ons verstand en met al onze krachten.
Loslaten moeten we al wat onheilig is.
Afsterven moet ons oude, zondige leven, opdat we geheel en al een nieuw
leven leiden in dienst van God.
En als wij in zonden vallen – we zijn en blijven immers zwak – dan moeten we
niet aan de genade van God twijfelen en niet blijven doorgaan met zondigen,
want de doop is een zegel en een vast teken dat het verbond met God eeuwig
is.
Samengekomen rond de doopvont worden wij allen getuigen van de doop van
dit kind en gedenken wij onze eigen doop. Laten wij ons dan niet schamen om
Christus openlijk te erkennen, want het evangelie is een kracht Gods tot
behoud voor een ieder die gelooft (Rom. 1:16).
Apostolische Geloofsbelijdenis (staande):
Ik geloof in God ... de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel en aarde.
En ik geloof in Jezus – de Christus – zijn eniggeboren Zoon, onze Heere;
die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria,
die geleden heeft, onder Pontius Pilatus is gekruisigd, gestorven en begraven,
nedergedaald ter helle,
op de derde dag weer is opgestaan van de doden, opgevaren naar de hemel,
waar Hij zit aan de rechterhand van God, de Almachtige Vader,
vanwaar Hij komen zal om te oordelen de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest. Ik geloof een heilige, algemene christelijke Kerk,
de gemeenschap der heiligen, vergeving der zonden,
wederopstanding van het lichaam en een eeuwig leven. Amen
Samenzang: ‘Kind, geloof me’
(melodie Psalm 136 – Zingende Gezegend, A.F. Troost)
De dopeling wordt binnengebracht
1. Kind, geloof me: God is goed,
maar niet zoals jij vermoedt,
dood en leven geeft Hij zin
en ons eind is Zijn begin.
2. Zelfs al in de moederschoot
dreigt de engel van de dood.
Weet je waar je schuilen moet?
Bij het Lam dat voor ons bloedt!
3. Had jij ooit nog wel gezond
kunnen dansen in het rond,
als dit bloed niet was geweest
medicijn dat ons geneest?
4. Louter leven, diepe doop,
ziehier: water - er is hoop!
God gaat door de diepte mee;
droogvoets gaan wij door de zee!
3
5. Kind, zul jij in de woestijn
niet te zeer opstandig zijn?
Wandel met de Heer en wacht
tot Hij ons heeft thuisgebracht.
6. Eenmaal bij de doodsjordaan
maakt Hijzelf voor ons ruim baan;
achter water, zee en zand
ligt jouw veilig vaderland!
Doopgebed
Vragen aan de ouders (zij worden gevraagd op te staan)
In geloof moeten wij de doop verlangen en niet uit gewoonte of voor de
uiterlijke vorm. Daarom vragen wij u om met uw hart antwoord te geven op de
volgende vragen:
– Erkent u dat onze kinderen van hun vroegste begin in de macht van de
zonde zijn en aan het eeuwig oordeel onderworpen, maar dat zij in Christus
geheiligd zijn en daarom als leden van zijn gemeente gedoopt behoren te
worden?
– Gelooft u dat de Schriften van het Oude en Nieuwe Testament het
verlossende Woord van God zijn, zoals de kerk dat ook openlijk in haar
geloofsbelijdenis uitspreekt en erkent en zoals dat ook in de kerk alhier wordt
verkondigd?
– Belooft u uw kind bij het opgroeien zo te onderwijzen en te laten onderwijzen
dat het zijn doop leert verstaan, en belooft u uw kind voor te gaan in een
christelijke levenswandel?
Kinderen zingen: ‘Ik zag een kuikentje’
Bediening van de Heilige Doop + toezingen: Psalm 121 : 4
(staande)
4. De HEER zal u steeds gadeslaan,
Hij maakt het kwade goed,
Hij is het die u hoedt.
Hij zal uw komen en uw gaan,
wat u mag wedervaren,
in eeuwigheid bewaren.
Dankgebed en gebed om de verlichting met de Heilige Geest
Orgelspel (de dopeling wordt teruggebracht en de kinderen gaan naar de
Kinderkerk)
4
Eerste Schriftlezing: Exodus 20 : 1 – 3 HSV
1 Toen sprak God al deze woorden:
2 Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit het land Egypte, uit het slavenhuis,
geleid heeft.
3 U zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben.
Zingen: Psalm 81 : 8 en 9
8. Ik ben HIJ DIE IS;
God wil Ik u wezen.
Uit de duisternis
van de slavernij
maakte Ik u vrij;
hebt gij nog te vrezen?
9. Leef uit mijn verbond.
Vraag van Mij vrijmoedig
Open wijd uw mond.
Al wat u ontbreekt,
al waar gij om smeekt
geef Ik overvloedig.
Tweede Schriftlezing: Galaten 5 : 1 – 6 en 13 – 14 HSV
1 Sta dan vast in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft, en laat u
niet weer met een juk van slavernij belasten.
2 Zie, ik, Paulus, zeg u dat, als u zich laat besnijden, Christus u van geen nut
zal zijn.
3 En nogmaals betuig ik aan ieder mens die zich laat besnijden, dat hij
verplicht is de hele wet te onderhouden.
4 U bent van Christus losgeraakt, u die door de wet gerechtvaardigd wilt
worden; en daarmee bent u uit de genade gevallen.
5 Want wij verwachten door de Geest, uit het geloof, de gerechtigheid waarop
wij hopen.
6 In Christus Jezus heeft namelijk niet het besneden zijn enige kracht, en ook
niet het onbesneden zijn, maar het geloof, dat door de liefde werkzaam is.
13 Want u bent tot vrijheid geroepen, broeders, alleen niet tot die vrijheid die
aanleiding geeft aan het vlees; maar dien elkaar door de liefde.
14 Want de hele wet wordt in één woord vervuld, namelijk hierin: U zult uw
naaste liefhebben als uzelf.
5
Zingen: Gezang 485
6
2. Gij enige bevrijde,
die, toen Gij werd verzocht,
uw ziel en zaligheid aan
de duivel niet verkocht,
Gij hebt hem wedersproken,
Gij hebt Gods woord volbracht,
en zo hebt Gij verbroken
de bankring van zijn macht.
Nu zijn in uw nabijheid,
o Christus, wij de vrijheid,
de vrijheid van Gods kindren,
het leven ingegaan,
geen macht kan meer verhind'ren,
dat wij voor God staan.
3. Geef dat wij als bevrijden
nu zonder vrees of blaam
met deze vijand strijden,
o Christus, in uw naam,
ontmaskerend de machten
waarin hij zich vermomt,
terwille van wie smachten
of niet de vrijheid komt.
Laat al wie zijn gebonden,
vervolgd, verdrukt, geschonden
bij ons zich veilig weten.
Maak ons aan U gelijk,
Christus naar wie wij heten,
voorboden van uw rijk.
Preek – Exodus 20 : 2
Ik ben de HEERE, uw God,
Die u uit het land Egypte,
uit het slavenhuis, geleid heeft.
Zingen: Psalm 124 : 1 en 4
1. Laat Israël nu zeggen blij van geest:
Indien de HEER niet bij ons was geweest,
toen vijandschap rondom was opgestaan,
indien de HEER niet bij ons was geweest,
Hij, onze hulp, wij waren lang vergaan.
4. Die onze boeien slaakt, het is de HEER.
Die voor de vrijheid waakt, het is de HEER.
Door zijn verlossing zijn wij vrijgemaakt.
Ons heil is in de naam van God de HEER,
die God, die d' aard en hemel heeft gemaakt.
Dankgebed en voorbede
Collecten:
1) diaconie (gemeenschapsopbouw en
landbouwontwikkeling in Myanmar, Birma)
2) instandhouding eredienst
7
Slotzang: Gezang 416
1. Gelukkig is het land,
dat God de Heer beschermt.
Als daar met moord en brand
de vijand rondom zwermt,
en dat men meent: hij zal
't schier overwinnen al,
dat dan, dat dan, dat dan
hij zelf komt tot den val.
2. Gedankt moet zijn de Heer,
de God, die eeuwig leeft,
dat Hij ons 't zijner eer
dees overwinning geeft.
Wat wonder heeft de kracht
des Heeren al gewracht!
O Heer, o Heer, o Heer,
hoe groot is uwe macht!
Zegen (de zegen wordt beaamd met Gez. 456 : 3)
Amen, amen, amen!
Dat wij niet beschamen
Jezus Christus onze Heer,
amen, God, uw naam ter eer!
Deurcollecte – kerkrentmeesterlijk beheer
NB U kunt u de doopouders voor de kansel feliciteren en hen Gods
zegen toewensen.
www.ontmoetingskerkkatwijk.nl
ACTIVITEITEN
maandag 6 mei
19.15 uur:
vergadering moderamen AK O’kerk
dinsdag 7 mei
10.00 uur:
inloophuis
donderdag 9 mei
10.00 uur:
Hemelvaartsdienst
vrijdag 10 mei
19.15 uur:
belijdeniscatechese
8
Download