Allochtone ouders spreken best eigen taal met kinderen Foto: Freya Piryns Kinderen die thuis een andere taal spreken, leren het makkelijkst Nederlands als ze een stevige basis hebben van hun 'thuistaal'. Daarnaast leren ze het best een taal via hun dagelijkse bezigheden. Dat stelde Kind en Gezin in een visietekst inzake taalstimulering en meertaligheid bij 0- tot 6-jarigen. De tekst is gebaseerd op een onderzoeksrapport van het Centrum voor Taal en Onderwijs (CTO) van de KULeuven. Vlaams minister van welzijn, Jo Vandeurzen (CD&V), benadrukte het belang van de kennis van de Nederlandse taal voor de toekomst van kinderen. Hij wees er ook op dat meertaligheid in Vlaanderen toeneemt. In 2009 werd 21,2 procent van de kinderen geboren in een gezin dat een andere thuistaal heeft dan het Nederlands. Vandeurzen toonde zich verheugd over het feit dat Kind en Gezin een door de sector gedragen en eenduidige visie ontwikkelde. CTO-onderzoekster Machteld Verhelst wees er op dat ouders thuis met hun kind best de taal spreken waarin ze zich het best kunnen uitdrukken. Dat is ook het standpunt van Kind en Gezin. Heel wat anderstalige ouders voelen zich schuldig als ze thuis geen Nederlands spreken met kinderen, maar de thuistaal spreken komt ten goede van het welbevinden van het kind en bevordert het aanleren van een tweede taal. Kinderopvanginitiatieven moeten volgens Kind en Gezin aan taalstimulering doen. Schoolse woordenschatlessen zijn niet de ideale manier. Men moet de taal stimuleren 'op natuurlijke wijze, met een positieve houding tegenover elke poging tot taalproductie van het kind'. De adviezen in de visietekst voor het creëren van een taalrijke omgeving zijn bruikbaar voor alle kinderen, niet enkel voor anderstalige. 'Kleuterschool is een intens taalbad' 'Het consequente gebruik van de moedertaal binnen het gezin hoeft geen belemmering te zijn om op een vlotte manier op school Nederlands te leren. En dan spreek ik vooral vanuit m'n eigen ervaring als schooldirecteur', bevestigt ook Guido Sauwens, voorzitter van de Wergroep Kleuterscholen Vlaanderen. 'Gezien de intensiteit van het taalbad waarin kleuters op school worden ondergedompeld, is het goed mogelijk om zo perfect een tweede taal te leren hanteren, zonder tussenkomst van de ouders. Bovendien mogen kleuters al vanaf hun 2,5 jaar naar school, een leeftijd waarop de hersenen nog volop in ontwikkeling zijn en ze zich makkelijk een andere taal meester maken', zegt Sauwens. Uitdaging op latere leeftijd 'We merken dan ook dat een verschillende afkomst bij kleuters niet leidt tot verschillende kliekjes. De grote uitdaging bestaat er eerder in ervoor te zorgen dat de kinderen ook op latere leeftijd, wanneer ze zich bijvoorbeeld bij een sportclub aansluiten, in een gemengde sociale omgeving belanden', besluit hij. Mijn mening over dit artikel: Ik ga er volledig mee akkoord dat kinderen zo jong als mogelijk in contact moeten komen met het Nederlands. Het begint allemaal met de eerste keren dat ze buiten in de maatschappij terecht komen, bijvoorbeeld bij de onthaalmoeder. Anderstalige ouders die hun kinderen willen stimuleren om de Nederlandse taal zo goed als mogelijk onder de knie te krijgen, zouden bij deze fase best een Nederlandstalige onthaalmoeder zoeken. Hoe jonger de kinderen in contact komen met de Nederlandse taal, hoe beter ze deze kunnen opnemen, zonder het zelf te beseffen. Ook de eerste intrede in een kleuterschool of een sportclub zou in een Nederlandstalige omgeving moeten gebeuren. De ontwikkeling van de hersenen gebeurt grotendeels in de kinderfase. Dit wil zeggen dat de hersenen tijdens deze fase nog zeer veel informatie kunnen opnemen en dat de kinderen zeer veel kunnen bijleren, zonder te beseffen wat er allemaal rondom hen gebeurt. Zoals ook in het artikel vermeld wordt, worden er op deze leeftijden nog geen ‘kliekjes’ gevormd tussen kinderen die verschillende talen spreken. Hierdoor komen de anderstaligen ook vaak in contact met andere Nederlandstalige kinderen, waardoor ze gedwongen worden onze taal te spreken en ze onbewust ook veel bijleren over het spreken van onze taal. Waar ik dan niet mee akkoord ga in dit artikel, is het feit dat anderstalige ouders hun kinderen een stevige basis moeten geven van hun ‘thuistaal’ om hierdoor een betere basis te kweken om onze Nederlandse taal goed te kunnen hanteren. Naar mijn mening is het eerder belangrijk om kinderen net vanaf het begin van hun leven de taal aan te leren die ze nodig hebben om in onze maatschappij mee voort te kunnen. Pas later, wanneer ze onze taal onder de knie hebben, kunnen de ouders hun kinderen hun ‘thuistaal’ aanleren. Door dit te doen zorgen de ouders ervoor dat hun kinderen geen achterstand oplopen in ons Nederlands taalgebied, waardoor ze later met veel verschillende zaken veel vlotter mee overweg kunnen. Ten slotte vind ik het belangrijk dat anderstalige mensen, die hier komen wonen, zich houden aan de wetten van de Nederlandse taal. Zoals in de tekst vermeld wordt, is het aantal anderstaligen in ons land de laatste jaren sterk gestegen en dit heeft grote gevolgen op het dagelijkse gebruik van onze taal. Het algemene Nederlands begint verwaarloosd te worden en vele alternatieven beginnen op te dagen. Ook de vele oude Vlaamse dialecten beginnen af te zwakken in ons land, wat mede een gevolg is van de infiltraties van andere talen. Dit is een jammere zaak voor onze mooie Nederlandse taal en zou gestopt moeten worden.