Symposium

advertisement
Samenvatting van het symposium
7 oktober 2007
Aandacht voor darmen, sleutel voor gezonde dieren
Inhoud:
1. lezing dierenarts Caspar Broekman met praktijkvoorbeelden
2. lezing dierenarts Tannetje Koning over versvlees voeding bij de hond en
kat
3. lezing dierenarts Job van der Lek over voedingsonderzoek van Hill’s Pet
Nuttrition
4. lezing veterinair internist Erik den Hertog over zijn benadering van
immuungemedieerde dramklachten
5. lezing humaan voedingsdeskundige Christianne Vinke met een duidelijke
uitleg over de consequenties van een darmontsteking en aanvullende
ondersteuning hiervan
1. Lezing van Caspar Broekman
Huibert van Wijngaarden dagvoorzitter en Caspar Broekman
Intro Caspar Broekman
Caspar Broekman is in 1997 afgestudeerd Dierenarts aan de faculteit diergeneeskunde
in Utrecht. Daarnaast heeft Capsar diverse opleidingen en cursussen gevolgd op het
gebied van holistische geneeskunde. Sinds 2001 heeft hij zijn eigen praktijk Alternatieve
Diergeneeskunde Amsterdam kortweg ADA. Ook is hij als regulier dierenarts werkzaam
bij de spoedkliniek voor dieren inmiddels alweer 4 jaar.
Caspar heeft vanuit zijn praktijk ervaren dat een groot aantal ziekten en kwalen te
maken hebben met darm-immuunsysteem, daarom is hij ook initiatiefnemer van dit
symposium.
1
Het functioneren van het darm immuunsysteem is afhankelijk van vele factoren. Aan de
hand van een tweetal voorbeelden wordt het belang van het darm immuunsysteem
geïllustreerd.
De 1e hond is een Franse Bulldog Blanche.
Aan de hand van de ziektegeschiedenis van Blanche wordt duidelijk dat de
allergieaanvallen en darmklachten volgens Caspar Broekman met elkaar in verband
staan. Zijn behandeling is dan ook gericht op het ondersteunen van het
immuunsysteem. Een aantal praktische tips worden besproken.
Wat als ik niet energetisch zou doormeten en behandelen?
- Voeding: maak een individuele keuze, hiermee bedoelt Caspar dat deze keuze
ook afhankelijk is van het dier. Sommige “waterhonden” zoals labradors of New
Foundlanders doen het goed op visvoeding, andere honden doen het goed op
versvleesvoeding.
- Probiotica, veendrenkvloeistof en/of vuile pens geven een goede ondersteuning
van de darmflora en zorgen daarmee voor een ontlasting van het
immuunsysteem.
- Blanch had ook last van huidinfecties met gisten en bacteriën. In dit geval kunt u
bijvoorbeeld een antigist-en bacterie shampoo met Tea-tree gebruiken (Tasman)
- ontgiften (kom ik nog op terug).
Motto bij Blanche
Probeer via voeding, kruiden, probiotica en/of verse pens de darmen te beïnvloeden en
daarmee Blanche haar immuunsysteem.
Darmen en immuunsysteem
Bekeken vanuit de accupunctuur
De dikke darm meridiaan is nauw verbonden met de longmeridiaan. Vanuit de long is
weer een sterke band met de huid. Zowel in de long als in de darmen zijn slijmvliezen,
waar een dier in contact kan komen met een allergeen. De behandeling van bijvoorbeeld
chronische sinusitis (onderdeel van de luchtwegen, dus de long) gebeurt vaak via de
dikke darm meridiaan. In mijn werk gebruik ik daar ook vaak een probiotica voor om het
immuunsysteem te ondersteunen. Daarnaast geef ik eventueel een drainage.
2
Ayurveda
Bij de Ayurveda wordt veel belang gehecht aan een goede spijsvertering en daarom
worden onder andere diverse darmreinigingen toegepast. Bij een niet goed werkende
spijsvertering, ”vervuilt” het lichaam en raakt het verstopt.
Westers
In literatuur is duidelijk een verband gevonden tussen het darmimmuunsysteem en
bijvoorbeeld allergie.
Natuurgeneeskundig
Ook in de natuurgeneeskunde is een goede darmfunctie erg belangrijk. Er wordt wel
gezegd dat de darm de moeder is van alle ziektes. Standaardvragen zijn dan ook: hoe is
de ontlasting, hoe gaat het eten, wordt er gras gegeten etc.
Het 2e voorbeeld is Twisty een Schotse Collie van 7 jaar oud.
Uit het verhaal komt naar voren dat Twisty een wat langere (2 jaar) ziektegeschiedenis
van jeuk en kale plekken heeft en waarschijnlijk ook een (subklinisch) traag werkende
schildklier.
Duidelijk wordt dat de behandeling langzamer en moeizamer verloopt dan bij de 1e
patiënt. Ook hier wordt een aantal handige tips gegeven om vergelijkbare dieren mee te
ondersteunen.
Drainage compositum (Groene Os)
Drainage Compositum heeft een reinigende en stimulerende werking op een groot
aantal organen, met name de lever, nieren en het lymfatisch systeem.
Hierin zitten onder andere middelen als Bardane en Berberis. Deze stimuleren de
galproductie, beschermen en herstellen levercellen, geven ook een betere verwerking
van vetten.
Ook de kruiden Echinacea en Uncaria zitten in drainage compositum. Deze bezitten
anti-bacteriële en virale eigenschappen en stimuleren de productie van witte
bloedlichamen.
Veendrenkvloeistof (Sana Vesta)
Bestaat uit veen (plantenresten).
Rijk aan goed opneembare mineralen.
3
Bevat stoffen die groei van ziektekiemen remmen.
Optimaliseert de darmflora.
Motto
- Deficiëntie: in totaal 5 keer behandeld gedurende een periode van 7 ½ maand.
- Darmflora: veendrenkvloeistof.
- Ontgiften: met kruiden door de voeding en/of per druppel.
Twisty had periodes met kapot gekrabte huid en onstekingen. U kunt dit verzachten met
bijvoorbeeld organische berkenteerolie (dus niet degene van Beafar, want die is
synthetisch). Ook ontsmettend wassen met bijvoorbeeld T-trea shampo geeft verlichting.
- Schildklier: Graphites.
Overbodig om te melden dat er een emotionele/spirituele kanten aan de huidklachten
van Twisty waren.
Aan Twisty kunt u zien dat het een langzame en moeizame weg kan zijn om te
herstellen.
Bij deze wil ik nogmaals iedereen bedanken voor zijn of haar interesse.
Mocht u nog vragen hebben, mailt u dan naar: [email protected].
2. Lezing Tannetje Koning
4
Intro Tannetje Koning
Tannetje Koning is dierenarts en heeft mede het biologische versvlees voer Bandit
ontwikkeld. Vanuit de prakijk heeft ze ervaren dat veel dieren gebaat zijn bij
versvleesvoeding. Ze legt het hoe en waarom uit.
Vleesvoeding en darmen
Honden, katten en fretten zijn carnivore huisdieren. Daar wordt nogal eens aan voorbij
gegaan. Het maagdarmkanaal, het gebit en verteringssysteem zijn niet aangepast op
brok-voeding, omdat hier onder andere veel te veel zetmeel in zit.
Carnivoren zijn erop gebouwd om prooien te eten, ze kunnen een heel dier in zijn geheel
wegwerken.
Versvleesvoeding kun je grofweg onderverdelen in 2 soorten:
a) Kant en klaar in de vorm van complete diepvriesvoeding, kenmerken zijn:
- Weinig/ geen koolhydraten. Katten en fretten hebben geen koolhydraten nodig, de
hond alleen in bepaalde omstandigheden.
- Rauw.
- Gemalen.
- Verschillen in samenstelling.
b) Of het kan zelf worden samengesteld door middel van het geven van hele prooidieren
of het imiteren ervan:
- Vlees.
- Botten met vlees.
- Orgaanvlees (waaronder vuile pens).
- (Groente).
Het spijsverteringssysteem
Voedselopname
Het gebit van de hond is erop gebouwd een prooi te grijpen, grote stukken af te bijten en
door te slikken. Een hond kauwt niet echt, maar slikt zijn eten in grote stukken door. Het
speeksel heeft alleen een glijfunctie, er zitten geen verteringsenzymen in, wat bij
mensen wel het geval is.
Maag
In de maag wordt begonnen met de vertering van eiwitten. De maag bevat zeer veel
maagzuur. Door het eten van weinig maaltijden, aangeboden in grote stukken, wordt het
zuur optimaal gebruikt en is er weinig kans op een overschot aan maagzuur, waar een
hond last van kan hebben.
Darmen
De functies van de darmen zijn:
- Vertering van voedsel, grotere moleculen kunnen niet worden opgenomen en worden
eerst kleiner gemaakt.
- Opname ten behoeve van energievoorziening en opname van vitamines, mineralen en
bouwstoffen. Opname van veel stoffen geschiedt door actieve processen. Het lichaam
kan zo kiezen wat het wel en niet nodig heeft.
5
- Detoxificatie; Ontlasting is een goede maatstaf om te kijken of het goed is met de
voeding en spijsverteringssysteem; ontlasting dient weinig en stevig te zijn.
- Immuunsysteem: de darm staat rechtstreeks in contact met de buitenwereld (bacteriën,
virussen, gifstoffen) en moet dus een goede barrière vormen. Aan de andere kant
moeten er ook stoffen opgenomen worden. Daarom is het een plek waar het
afweersysteem erg actief is. Het grootste deel van het immuunsysteem zit in de darmen.
Effecten versvleesvoeding
Een van het grootste effecten van het geven van versvleesvoeding is dat de dieren over
het algemeen gezonder worden. Dit valt te merken aan:
- Gezondere eetlust.
- Betere vacht, dikker. Vaak verharen ze eerst. De vacht die terugkomt is vaak zachter
glanst en het geeft een betere ondervacht.
- Betere bespiering, dus ook om af te vallen is het gunstig.
- Veranderde ontlasting; de ontlasting wordt weinig en stevig. In eerste plaats kan het
alle kleuren van de regenboog hebben, afhankelijk wat het dier gegeten heeft. De
ontlasting die buiten blijft liggen droogt op, slaat wit uit en valt uit elkaar als een soort as.
Dit betekent dat alles dat enigzins bruikbaar is, wordt opgenomen.
- Betere weerstand: ze doen niet meer mee aan elk griep- of kennelhoestepidemie, dus
het doet ook iets met het immuunsysteem.
- Zijn stabieler: kunnen beter tegen “vieze” dingen, bv iets van straat eten, of in sloten
springen geeft niet meteen diarree of braken.
Verschillende ziektes kunnen worden verbeterd door het geven van versvleesvoeding,
zoals:
- Allergieën, zowel bij voedselallergie als bij atopie kan het veranderen van de voeding
het doen overgaan.
- Maagdarmstoornissen (25% van onze huishonden heeft hiermee te maken),
overstappen op versvlees dient zorgvuldig te worden gedaan om het systeem eraan te
laten wennen. Bij sommige maagdarmstoornissen kan helemaal niet worden
overgegaan op versvlees, omdat het niet wordt verdragen.
- Huidklachten (inclusief allergieën) (30% van onze honden): bij 70% werd verbetering
geconstateerd, door alleen het geven van versvleesvoeding.
- Suikerziekte: doordat er weinig koolhydraten in zitten, kan suikerziekte beter worden
gereguleerd.
- Tandsteen: in versvleesvoeding zit geen zetmeel dat op de tanden kan blijven plakken.
Dit zetmeel is wellicht de oorzaak van tandsteen. Door het geven van botten die de
dieren moeten opeten, worden de tanden schoon gehouden. Dit is de enige echt
werkzame methode om tandsteen te voorkomen en weg te krijgen.
Het geven van botten
- Het vergt enige training van de hond voordat ze botten kunnen eten. Let op dat ze de
juiste grootte hebben (katten, kleine honden: kippennekken, grotere honden:
kipkarkassen). Let op dat de botten rauw zijn.
- Vraag: Risico varkensbotten ivm Aujeski? Antwoord: Zijn Aujeski vrij, maar honden en
katten zijn vele malen gevoeliger, dus beter van niet, ook al is risico heel erg klein.
- En als varken is ingeënt? Dan zijn of haar vlees niet aan je hond of kat geven
- Kat met nierproblemen? Antwoord: Lang verhaal, zijn wel oplossingen voor.
- Handige tip: geef de botten om te beginnen na het eten, dan zijn de dieren niet meer
zo gulzig en gaan rustiger liggen kauwen.
6
- Eiwitbelasting: bij nierproblemen? Is nu bekend dat niet eiwit maar phosphor
nierproblemen veroorzaakt. Tannetje Koning heeft uitgerekend dat phosphor in
diepvriesvoeding vaak lager is dan in brokken. Nierpatiënten doen het erg goed op
versvleesvoeding, weliswaar met wat aanpassingen.
- Gras eten? Versvleesvoeding is niet een oplossing. Sommige honden stoppen er mee
maar sommige beginnen er ook juist mee. Daar is geen echte remedie tegen.
- Ca-Ph verhouding is anders dan brok? Ca = hoger, Ph = lager.
Het is niet duidelijk of dit beter is of niet. Er is nog nooit onderzoek gedaan naar hoe de
calcium uit botten wordt opgenomen.
Darmen
Enkele belangrijke kenmerken van de darmen zijn:
- Grootste contact met ziektekiemen.
- Groot oppervlak.
- Selectieve barrière.
- Zeer actief immuunsysteem.
Een veelvoorkomende ziekte is het Leaky Gut Syndroom, dit betekent een verhoogde
permeabiliteit van de darmen. De verhoogde permeabiliteit komt doordat de tight
junction tussen de darmcellen, een soort kit, niet meer zo strak zit, hierdoor kunnen
grotere moleculen rechtstreeks in de bloedbaan komen.
Gevolgen hiervan kunnen zijn:
- Slechte absorptie vitaminen, mineralen en energie (dieren worden sloom, moe).
- Voedsel allergieën (te grote moleculen lekken lichaam binnen, dus het immuunsysteem
gaat reageren, want deze stoffen horen niet in het lichaam).
- Overgevoeligheid voor chemicaliën.
- Grotere gevoeligheid voor infecties bacteriën, protozoën, virussen, gisten (bv
chronische niesziekte bij katten of kennelhoest bij honden).
- Auto-immuunziekten.
Oorzaken van het Leaky Gut Syndroom kunnen zijn:
- Dysbacteriose, is wellicht de belangrijkste oorzaak, heeft te maken met een niet goede
verhouding bacteriën in de darm.
- Medicijnen (NSAID´s, antibiotica).
- Voedseladditieven.
- Onjuiste voeding.
- Stress; onze huisdieren staan aan veel meer stress bloot, dan wij ons realiseren.
De grootste voordelen van versvleesvoeding zijn:
- Bacteriën.
- Enzymen: eiwitten die helpen met verteren van bepaalde voedingsstoffen.
- Weinig ballaststoffen/chemische toevoegingen, dus je belast het darmsysteem zo min
mogelijk met stoffen waar het zich geen raad mee weet.
Bacteriën
Pups worden steriel geboren en krijgen hun darmflora door:
- Sabbelen aan tepel.
- Ontlasting moeder.
- Omgeving.
- Voeding (vuile pens!).
7
Pups doen het goed op vers vlees, weinig kwaaltjes, groeien goed in verhouding. Maar
met pups ook beetje oppassen, omdat ze nog weinig weerstand hebben. Ze zijn nog
gevoelig voor salmonella.
Vraag: Ik heb een pup op vers, 1e weken goed, maar nu aan diarree? Antwoord: Kan
aan heel veel dingen liggen. Vraag is zo niet te beantwoorden.
In het lichaam zijn meer bacteriën dan lichaamscellen.
Functies van bacteriën:
- Aanhechting pathogene bacteriën aan darmwand voorkomen.
- Maken vluchtige vetzuren die de darmcellen voeden.
- Maken bepaalde vitamines.
- Helpen mee met de vertering.
- Weerstand voor virussen en bacteriën wordt groter.
Onze carnivore huisdieren zijn niet zeer gevoelig voor salmonella besmetting.
Salmonella kan wel worden uitgescheiden bij dieren die versvleesvoeding eten, maar
het is niet duidelijk of dat meer is dan bij dieren op brokvoeding.
Enzymen:
- Alleen in rauwe voeding.
- Enzymen zorgen voor bederf.
Proef met muizen: als ze alleen maar verhitte voeding krijgen: grotere alvleesklier.
Rauwe voeding: kleinere alvleesklier en dus minder belastend.
Ervaring met EPI is dan ook dat het al een heel eind beter gaat op versvleesvoeding.
Soms hoef je dan niet eens enzymen toe te voegen.
Tot slot het citaat van Thomas Edison (1847-1931)
“Als de doktoren geen voedingsdeskundigen worden, worden de voedingsdeskundigen
van vandaag de doktoren van morgen”
Enkele vragen en antwoorden:
Juist zieke dieren overzetten? Ja: gebruik vaak als therapie.
Hele karkassen? Dat kan heel goed. Als dieren geen botten willen eten: Ca supplement
geven, bv goed opneembaar Ca als calciumcitraat. Het veel gebruikte calciumcarbonaat
is zeer slecht opneembaar. Bij pups altijd goed uitrekenen wat je ze geeft. Botten, al dan
niet gemalen, is eenvoudiger.
Waar haal je je karkassen vandaan? Via slagers, Internet, Islamitische slagers. Is
inderdaad zoeken.
Hoe leg je aan diereigenaar uit om dieren die op dieetvoeding staan over te zetten?
In principe kun je alle dieetvoedingen imiteren met versvlees.
Verse voeding? Hoe weten we waar de kip vandaan komt?
Ik heb hier stand staan van Bandit: is complete voeding en biologisch. In principe is alles
waar je aan kunt komen geschikt voor menselijke consumptie, en dus ook voor dieren.
Wel opletten, bv bij kip: worden geslacht als ze in volle groei zijn en bevatten dus veel
groeihormonen.
8
Onderzoek: hyperactief gedrag en eten van kip?
Zou leuk zijn als dat ook was gedaan met biologische kip. In Chinese geneeswijze geldt
kip als verhittend, zou ook oorzaak kunnen zijn van dat gedrag.
Verstopping door eten van botten? Kan, daarom ook voorzichtig zijn: met kleine beetjes
beginnen en samen met vlees of groente geven. Geen dragende (grote) botten (poten)
geven maar alleen karkassen van kleine dieren en dunne ribben, schouderbladen en
nekken. Er zijn honden die absoluut geen bot kunnen eten, maar dat is heel zeldzaam.
Voeden zoals de wolf? Maar genetisch zijn ze niet helemaal hetzelfde.
DNA zit niet alleen in de celkern maar ook in mitochondriën, deze wordt vanuit moeder
overgeërft en die verandert niet snel. Dat is ook het DNA dat de stofwisseling bepaalt,
waardoor ook stofwisseling van wolf en hond hetzelfde blijft.
Vis? Vis is prima: liefst hele vissen, wel oppassen: in rauwe vis zit enzym dat vit b1
afbreekt. Dus niet alle dagen geven.
Dierenwinkels: gerookte botten, vaak ook hele grote botten, zijn veel te zwaar en groot
om op te eten. Kun je niet gebruiken als Ca bron, wel als recreatiebot om aan te knagen.
Is er onderzoek naar gedaan naar eiwitten kleiner maken/ voedselallergie? Sommige
dieren zijn allergisch voor kip in brok, maar als je ze dan rauwe kip geeft, dan niets aan
de hand.
Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met Bandit
tel 0318-
590554, [email protected]
3. Lezing Job van der Lek
Job van der Lek (achtergrond) luisterend naar vragen
9
Intro Job van der Lek
Drs. Job van der Lek, dierenarts en Veterinary Nutritional Advisor en lid ESVIM en
EVDS. Job is afgestudeerd aan de Universiteit Utrecht Faculteit Diergeneeskunde en is
14 jaar als dierenarts werkzaam geweest. Nu bijna 6 jaar werkzaam bij Hill’s Pet
Nutrition B.V. als Senior Veterinary Territory Manager.
Zijn doelstelling is het verbeteren van de diergeneeskunde in al zijn facetten door
dierenartsen te verbinden over de verschillende beroepsgroepen heen en kennis uit te
dragen. Daarom is hij ook betrokken bij de organisatie van verschillende congressen en
symposia.
UNLOCKING THE NATURAL POWER OF NUTRITION
Hills history (zie ook internet)
Blinde geleidehond: nierprobleem. Mark Morris is in eigen keuken gaan koken om
voeding te ontwikkelen om nieren minder te belasten, goed effect. Verhaal werd erg
bekend en voer dus ook. Bij ontwikkeling van voeding zijn altijd al dierenartsen
betrokken geweest.
Nutrogenomische eigenschappen / Nutrigenomic Technology (NT)
Definities/ termen
DNA:
Lange ketens, gedraaid in een soort schroef.
- dragers van genen
- genen = segmenten van DNA
Genoom:
= totale DNA, dus de totale genetische informatie beschikbaar in een organisme.
Genen:
= ‘recepten’ voor het maken van verschillende eiwitten.
Genen zijn niet allemaal actief, moeten tot expressie komen, via kopieren: RNA.
Elk stukje heeft zijn eigen informatie en we willlen weten waar die zitten en welk effect
het heeft op het lichaam.
Inmiddels zijn de genen van de kat en de hond door het DNA onderzoek, bekend.
Genen en hun interactie met de omgeving bepalen hoe een hond of kat er uiteindelijke
uitziet (fenotype).
Bij de kat zijn inmiddels 38 chromosomen bekend die gezamenlijk 3.3 biljoen
nucleotiden bevatten. De hond heeft 78 chromosomen met in totaal 2,7 biljoen
nucleotiden. Ter vergelijking heeft de mens 46 chromosomen met in totaal 3,3 biljoen
nucleotiden.
Hoe werkt NT (Nutrigenomic Technology)? (zie tekening volgende bladzijde)
10
Effect van nutriënten:
- Direct (A): het opnemen van voedsel werkt direct op het genoom en verandert de
genexpressie.
- Indirect (B & C): de metabolieten van het opgenomen voedsel werken indirect in op het
genoom en veranderen de genexpressie.
Gedeelte van dna dat tot expressie komt, is oa afhankelijk van de locatie (bv cel in huid
reageert op zonlicht, cel binnen in lichaam niet).
Dieet/
voedsel
Metabolieten
Signaal overschrijving
van DNA naar RNA
Expressie van genen
Normale groei van
cellen
Via de voeding kan de expressie van genen beïnvloed worden. Dit kan onder andere
gebruikt worden om ziekterisico’s te verlagen en de levensverwachting en de
levenskwaliteit te verhogen.
Een humaan voorbeeld is groene thee:
- Bevat vormen van polyfenolen (zoals catechine EGCG).
- Kankerrisico verminderen: induceert celdood bij prostaatkanker, heeft anti-oxidant
effect.
- Groene thee werkt op het genoom. Polyfenolen zorgen ervoor dat cellen die veranderd
zijn, dood gaan.
Een ander humaan voorbeeld is kurkuma:
- Bevat curcumine dat het gen dat het COX 2 enzyme (is enzym dat betrokken is bij
ontstekingsreacties) codeert en onderdrukt.
- Heeft anti-ontstekingseigenschappen.
- Op lange termijn zou het kunnen helpen bij Colonkanker en de ziekte van Altzheimer.
Nutrigenomic Technology (NT) in de dierenartsen praktijk:
- Van eicosapentaeenzuur (EPA) is bewezen dat het nutrigenomische eigenschappen
heeft.
- Hill’s is de eerste die deze bewezen theorie in praktijk heeft omgezet op het gebied van
Osteo Artritis (gewrichtsslijtage/ontsteking) bij de hond door het gebruik van Prescription
Diet Canin j/d.
11
Osteoartritis (OA) bij honden
- OA is een chronische progressieve, degeneratieve aandoening die het gewricht
aantast.
- Kraakbeen wordt afgebroken door het enzym aggrecanase.
Kraakbeen degeneratie:
Aggrecanasen
- Enzymen verantwoordelijk voor de degeneratie van het aggrecaanmolecule.
- Splijten specifieke peptideverbindingen, resulterend in GAG-vrijzetting.
- Hill’s is de eerste die deze bewezen theorie in praktijk heeft omgezet op het gebied van
Osteo Artritis (gewrichtsslijtage/ontsteking) bij de hond door het gebruik van Prescription
Diet Canin j/d. Deze zogenaamde GAG zorgt met zijn fijne haartje (zie tekening) voor
een soepel gewricht. Het verdwijnen hiervan draagt bij aan het ontstaan van arthrose.
EPA wat is het?
- Eicosapentaeenzuur.
- Langketen poly-onverzadigd omega 3-vetzuur.
- Natuurlijk aanwezig in hoge concentraties visoliën.
DNA
mRNA
EPA
Aggrecanasen
EPA heeft effect op de ontsteking, degradatie en de achteruitgang van de matrix van
gewrichtskraakbeen.
Klinisch bewijs
Eerste combinatie van theorie van nutrigenomics met de klinisch aangetoonde bewijzen
in de praktijk.
12
Evidence based Clinical Nutrition
- 4 onderzoeken.
- 450 dagen klinisch onderzoek.
- 294 klinische onderzoekspatienten gevoed met Canine j/d.
Resultaten
- Verbetert gewichtdragend vermogen (82% van de honden) gemeten met kinetische
krachtplaatanalyse.
- Verbeteringen vastgesteld door klinische beoordelingen van dierenartsen.
- Diereigenaren herkenden significante verbeteringen bij honden die:
beter konden wandelen, lopen, spelen, minder stijfheid vertoonden, makkelijker konden
bewegen en dus een verbeterde levenskwaliteit vertoonden.
- Diereigenaren zagen resultaten binnen 21 dagen.
- Verlaagde NSAID’s-Dosis.
De olie wordt niet verhit en pas toegevoegd als de brok klaar is. Olie op zich is moeilijk
te conserveren, maar wordt nu geconserveerd door rozemarijnextract, andere vorm vit.
E en citroenzuur + luchtdichte verpakking.
Websites: www.petnutrigenomics.com of www.hillsnutrigenomics.com
De spijsvertering, enkele kengetallen:
De maag dient als opslag en voorvertering van het voedsel. In de dunne darm vindt in
60-90 minuten de meeste vertering en opname van het voedsel plaats. Hiervoor is het
oppervlak vergroot door plooien, villi en microvilli. In de dikke darm zijn geen
verteringsenzymen, maar wel micro-organismen. Het voedsel blijft hier tussen de 12 en
72 uur. Hier vindt vooral absorptie van water, vitamines en zouten plaats.
Dieet bij acute diarree
Dieetkenmerken:
- Zeer verteerbaar (vroeger vaak kip met rijst, verteerbaarheid rijst valt tegen, rijst kan
beter worden verteerd door extruderen).
- Laag vezelgehalte.
- Beperkt vetgehalte.
- Lactose-vrij.
- Hypoallergeen.
Het dieet bij dikke darm diarree is afhankelijk van hoe een patiënt zich gedraagt en
welke symptomen de overhand hebben.
Kenmerken zijn:
- Dieet.
- Verteerbaar, laag vezel.
- Matig vetgehalte.
- Verhoogd vezelgehalte.
Chronische dunne darm diarree
13
Uit onderzoek is gebleken dat er een verband is tussen anti-oxidanten en chronische
diarree. Daarom zit er speciale darmdieten veel antioxidanten. Voorbeelden zijn: vit E,
C, selenium, beta caroteen, flavonoiden.
Het voedsel wordt geconserveerd met rozemarijnextract, andere vorm vit. E en
citroenzuur. Ook wordt lucht uit de zak geblazen m.b.v. stikstof.
Oplosbare vezels (fibrim)
Verlagen luminale pH:
- Ondersteunen van de voordelige intestinale flora.
- Belemmering groei van pathogenen.
- Belangrijke energiebron darmcellen.
- Bevorderen absorptie van water en elektrolyten.
4. Lezing Erik den Hertog
Intro Erik den Hertog
Erik den Hertog studeerde in 1995 af als dierenarts in Utrecht. Hij begon als algemeen
practicus te werken in een gezelschapsdierenpraktijk in Roosendaal en heeft zich
vervolgens verbonden aan de Universiteit van Utrecht om te werken, onderwijs te geven
en zich verder te specialiseren tot internist. Vanaf 2001 werkt hij bij Dierenarts
Specialisten Amsterdam als specialist interne geneeskunde gezelschapsdieren. In deze
specialistenkliniek worden honden en katten onderzocht en behandeld, op
doorverwijzing van dierenartsen uit de wijde omgeving van Amsterdam. Erik geeft veel
nascholingscursussen voor dierenartsen en dierenartsassistenten.
Sinds 2006 is hij lid van de European Emesis Council, een groep internationale experts,
die zich bezighoudt met het verbeteren van het onderzoek en de behandeling door
dierenartsen van brakende honden.
Case I: Jack Russell 1 ½ jr vg
- 1x/3 dagen ‘s ochtends buikpijn en anorexie
14
- Luide borborygmi
- Vaak diarree, soms braken
- Van alles geprobeerd “Niks helpt”. Het komt iedere keer weer terug.
Wat wil eigenaar?
Je zou kunnen denken dat een eigenaar wil dat de hond beter wordt, maar als ie bij
specialist komt, wil hij meer:
‘Wat denkt u dat mijn hond heeft, dokter?’ ‘ Het is niet belangrijk wat ik denk, het is
belangrijk erachter te komen wat de hond heeft. ‘
‘Wat is de beste behandeling volgens u?’
Antwoord: ‘Niet volgens mij, maar volgens de wetenschap op dit moment. En dus hou ik
mij niet bezig met alternatieve geneeswijzen, daarom komen mensen niet bij mij als
specialist. Als eigenaar anders wil, dan verwijs ik hem door naar andere DA.’
‘Denkt u dat het weer goed komt?’
Antwoord: ‘We hebben in ieder geval een week of 6 nodig om alle uitslagen naast elkaar
te kunnen leggen en dan pas weten we wat uw hond heeft.’
Case II: Jack Russell met buikpijn
Onderzoeken wat de hond heeft:
- Bloedonderzoek: geen afwijkingen.
- Echo buik: geen afwijkingen.
- Ontlastingonderzoek van drie dagen: geen wormen, gisten, geen Giardia
- Zelf-kook eliminatie dieet gaf lichte verbetering.
Endoscopie met darmbiopten
- Inflammatory Bowel Diseaese (IBD), je spreekt pas van IBD als er te veel
ontstekingcellen zijn zonder dat er een primaire oorzaak is.
- Chronische darmziekte met te veel ontstekingscellen in darmwand.
- Zonder primaire oorzaak (geen virus, parasiet, ziekmakende bacterie, geen
kankercellen).
- Geen echte voedsel overgevoeligheid.
Bij deze hond hebben we een ziekte vastgesteld waarbij het immuunsysteem in de war
is en daarmee komen we op het onderwerp waar het vandaag over gaat.
Darmen en het immuunsysteem
Er zijn soorten afweer:
- Aangeboren afweer, onafhankelijk van wat er van buiten naar binnen komt:
maagzuurproductie, slijmvliesbarrière, allerlei enzymen, fagocyterende cellen, enz.
- Aangepaste afweer: selectieve activatie van lymfoïde cellen, antilichamen of
effectorcellen tegen een specifieke ziekteverwekker.
We duiken in de darm:
Binnen in de darm komen we tegen: de darmvlokjes en hiertussen zie je indeukingen in
de darmwand, alsof er met een duim in is geduwd, dat zijn de peyerse plaques, het
voelmechanisme in darm of iets goed is, of een vijand.
Als een ziekteverwekker in een darm wil binnendringen komt het de volgende barrières
tegen: slijm, enzymen, bacteriën, fagocyterende cellen, NK cellen, Peyerse plaques.
15
In de Peyerse plaques zitten veel lymfeknopen, hierin bevinden zich veel lymfocyten en
andere witte bloedcellen.
Een worm die heeft bepaalde lichaamsvreemde stofjes op zijn oppervlakte. In het
lichaam zijn veel B-lymfocyten, die kunnen allemaal verschillende antigenen herkennen
en ook een die ons (als worm) herkent. De B-cellen vermenigvuldigen zich snel en
vormen plasmacellen, die produceren antilichamen die de antigenen aanvallen. Een
gedeelte wordt memory-cel, zodat het lichaam dit antigeen onthoudt en het lichaam de
volgende keer nog sneller kan reageren.
16
Er zijn ook T-lymfocyten
Die kunnen cellen opeten, bv kankercellen.
In de peyerse plaques tegen de wand aan zitten antigeen presenterende cellen, de
verklikkers. Die zorgen ervoor dat de ongewenste indringer word aangevallen. Er is ook
een aantal cellen dat een regulerende functie heeft.
Lymfocyten
T-helpercel: kan B-cellen aanzetten tot maken van plasmacellen en het maken van
antilichamen, of vormen van cytotoxische cellen die hele cellen kunnen aanvallen.
17
Lymfocyten recirculatie
De T- en B-cellen blijven niet alleen in de darm, gaan via het lymfevocht het hele
lichaam door en beïnvloedt dus ook het hele lichaam. Lymfevocht komt uit in groot vat
en uiteindelijk in het bloed.
Heeft uiteindelijk effect op darm zelf.
Detail HEV
Het is niet nodig dat alle cellen overal aan de slag gaan.
Deel van endotheel van bloedvatwand is speciaal aangepast en op die plekken zitten
cellen die kunnen zien welke lymfocyten waar nodig zijn. De lymfocyten dragen
receptors, de homingreceptors. Als het past, dan mag de juiste cel tussen de
bloedvatcellen door.
18
Aangepaste afweer
Antigenen roepen immunogene respons op, het zou wel veel gedoe zijn als alle
antigenen zo’n respons oproepen.
Er zijn dingen waar je niet allemaal niet op reageert, dit tolereer je, de tolerogene
respons.
Orale tolerantie
Wat gebeurt is dat je soms profijt hebt van het feit dat b-lyfmocyten door het hele
lichaam gaan. Er is een gemeenschappelijk slijmvlies systeem.
19
Samenvattend: worm komt binnen en het lichaam reageert op verschillende manieren.
Er zijn twee soorten T-helpercellen: Th2cellen reageren vooral door het maken van
antilichamen, Th1 reageren met een wat men noemt celgebonden afweer. De
antilichamen zorgen voor een afweerreactie waarbij onder andere histamine vrij kan
komen. De celgebonden afweer geeft vaak een locale “opruim” reactie waarbij eventuele
indringers of afwijkende (tumor)cellen opgeruimd worden. (toevoeging Caspar Broekman)
Ze houden elkaar in evenwicht als het goed is en geven elkaar seintjes.
20
Bij IBD is deze balans verstoord. Er is op dit moment heleboel theorie over. Er spelen
veel factoren een rol: omgeving, gevoeligheid, voeding enz..
Hebben we nu een antwoord?
Ja: IBD
‘Wat denkt u dat mijn hond heeft, dokter?’
‘Dit is vrij ingewikkeld om uit te leggen. Kort gezegd is het afweersysteem in de war en
weet niet zo goed waar het op reageert. Het lichaam stuurt ergens een heleboel
ontstekingscellen naar toe, terwijl er op dat moment geen reden voor is. Door de
ontsteking gaat de darm lekken en komen er lichaamsvreemde stoffen uit de darm het
lichaam binnen en krijg je nog meer ontsteking.’
‘Wat is de beste behandeling volgens u?’
Methode die Erik dan gebruikt is de Evidene based medicine.
Evidence based medicine
Geneeskunde die gebaseerd is op bewijs. DA’s die deze methode gebruiken, erkennen
dat er veel nog niet bekend is. Het beste bewijs is het dubbel blind placebo-onderzoek.
Maar helaas is dit bijna nooit het geval. Dan ga je een stap terug: prospectief onderzoek
zo verder.
Er zijn een heleboel dingen waar geen onderzoek over is. En dan maak je gebruik van:
a. Kennis van pathofysiologische basis
b. Klinische ervaring
c. Klinisch instinct of intuïtie
d. Systematische observatie: zelf systematisch werken. Komen veel onderzoeken
vandaan.
e. Expert opinion, handboek geschreven door mensen die dat zelf hebben verzonnen,
maar wel expert zijn, dus mensen die er al veel over hebben gelezen en mee gedaan
hebben.
21
f. Literatuur: retrospectief onderzoek, bv in patientenbestand bekijken naar behandeling
en welke dieren goed of niet goed reageren.
g. Prospectief onderzoek.
h. Dubbel blind, placebo-gecontroleerd onderzoek.
Voorbeeld literatuuronderzoek, over het feit dat diereigenaar besluit om dier in te laten
slapen, omdat niets helpt: Allenspach et al.: Chronic enteropathies in dogs: evaluation of
risk factors for negative outcome.
Enkele vragen en antwoorden
‘Eosinofiele cellen/ allergie?’
Spelen grote rol bij honden met IBD: grote groep eosinofiele cellen in de darm, wel aspecifiek.
‘Werk je samen met dermatologie?’
Antwoord: ‘Manco specialist: als er iets anders is, bv huidprobleem, daar heb ik geen
verstand van. Dus doorverwijzen naar de buren. Er zijn wel talloze links.’
‘Jij behandelt maagdarm patienten, zie jij veel verband tussen deze patiënten en
huidproblemen?’
Antwoord: ‘Honden die voedselovergevoeligheid hebben poepen vaak vaker. Andersom
niet zo vaak.’
‘Neem je symptomen mee in diagnose?’
Antwoord: ‘ja, bv ’s ochtends is er een verschil, omdat de maag leeg is en er wellicht iets
met maagzuur niet goed gaat.’
‘Hoe zit het met cellen die eigen gezonde cellen lokaal aanvallen?’
Antwoord: ‘op 1 specifieke plek kan afweersysteem in de war zijn en 1 soort weefsel
aanvallen. Kanker is waarbij cellen zelf ontspoord zijn en zichzelf gaan delen, en het
afweersysteem heeft daar niet altijd een antwoord is. Ligt aan soort kanker of het op 1
plek bijft, of uitzaait.’
22
5. Lezing Christianne Vinke
Intro Christianne Vinke
Christianne is voedingsdeskundige, gespecialiseerd in het inzetten van voeding en
eventueel voedingssupplementen als interventie bij ziekte. Ze heeft gedurende 7 jaar als
voorlichter op dit vlak bij- en nascholingscursussen geschreven en verzorgd voor artsen,
apothekers, paramedici en medewerkers van natuurvoedingswinkels. Naast haar
interesse in de rol van voeding op de gezondheid van de mens is ze ook geïnteresseerd
geraakt in gezondheidsbevorderend gedrag en de rol van genetica hierin. Om dit
eveneens professioneel verder uit te werken is Christianne weer in de collegebankjes
teruggekeerd om biologische psychologie gaan studeren aan de Vrije Universiteit te
Amsterdam. Komend jaar hoopt zij hierin af te studeren. Sinds enkele jaren heeft zij een
adviesbureau (Vink & Vrij) voor voeding, gezondheid en gedrag. Ze adviseert onder
meer individuen en non-profit organisaties in de complementair medische sector.
Daarnaast redigeert (en werkt als co-auteur) ze (integraal) medische boeken. Ze is vaste
auteur van het NL tijdschrift voor integrale geneeskunde, Supplement. Hierin schrijft ze
artikelen over de rol van voeding als interventie in de klinische praktijk. Verder werkt ze
als schrijver en docent aan zowel de basisopleiding als de vervolgopleiding
orthomoleculaire voedingsleer Ortho Linea. Dit is een 2-jarige opleiding voor (para)
medici die zich willen verdiepen in de rol van voeding als aanvullende interventie in hun
praktijk.
De darm en het immuunsysteem
Een neerslag van mijn lezing op 7 oktober j.l.
Inleiding
In de lezing werd de rol van de darm in de immuunrespons toegelicht. Allereerst werd
het immuunsysteem (IS) in vogelvlucht aan de orde gesteld. Het immuunsysteem is het
fysiologische systeem dat ons beschermt tegen pathogenen zoals virussen, schimmels,
parasieten, kankercellen, bacteriën etc. Ten eerste probeert het lichaam te voorkomen
dat externe pathogenen binnendringen, hiervoor beschikt de mens over een vrijwel
ondoordringbare huid aan de buitenkant, en een zeer actief immuunsysteem ter plaatse
van lichaamsopeningen zoals in de spijsvertering. Het spijsverteringskanaal is een open
verbinding met de buitenwereld, en via de mond proberen vele stoffen dagelijks zich
toegang te verschaffen tot het interne van het lichaam. De huid en de slijmvliezen van
de spijsvertering vormen samen de barrière die stoffen vanuit de buitenwereld moeten
23
nemen om in de ‘binnenwereld’ te komen. Mocht deze barrière geslecht zijn, dan zal het
immuunsysteem proberen de pathogenen uit te scheiden (bijvoorbeeld bij diarree), te
inactiveren of vernietigen (zoals bij de fagocytose). Bloedcellen en lymfoide organen zijn
belangrijke onderdelen van het immuunsysteem. Uiteindelijk is de hamvraag waarmee
het IS werkt: “wat is zelf en wat is niet-zelf?”
Algemeen
Grofweg kunnen 2 reacties van het IS onderscheiden worden: de immuunrespons (het
induceren van immuniteit) en tolerantie (het onderdrukken van de immuunrespons).
Immuniteit is de normale en gezonde reactie van het lichaam op ‘niet-zelf’, tolerantie is
de gezonde reactie bij ‘zelf’ antigenen. Een immuunrespons is dus een wenselijke actie
bij het binnendringen van pathogenen: een manier om het lichaam te verdedigen! Een
ander woord echter, voor immunrespons is ‘ontstekingsreactie’, iets wat veel mensen als
iets negatiefs zien. Dit is dus niet terecht!
Het IS wordt veelal verdeeld in een aspecifiek deel en een specifiek deel. Het
aspecifieke deel is aangeboren, gericht op een snelle verwijdering van het pathogeen,
bijvoorbeeld door middel van fagocytose of complement activatie. Het geeft een
kortdurende bescherming en kan zeer snel geactiveerd worden. Belangrijke cellen in het
aspecifieke IS zijn neutrofiele granulocyten en macrofagen. Deze laatste dienen ook als
brug naar het specifieke deel. Het specifieke IS is verworven, het wordt langzamer
geactiveerd maar geeft langduriger (soms zelfs levenslang) bescherming. Belangrijke
cellen in de specifieke immuunrespons zijn B-cellen (antistof producerende cellen) en Tlymfocyten. Rond het einde van de adolescentie is een individu immuun tegen het gros
van de pathogenen uit zijn omgeving.
Waarom de darmen?
De darm neemt een bijzondere plaats in in het beschermen van de menselijke
‘binnenwereld’. Het is een onderdeel van de barrière met de buitenwereld en daarnaast
het orgaan dat de grootste hoeveelheid stoffen vanuit de buitenwereld te verwerken
krijgt. Geen wonder dan ook dat circa 80% van de functionele capaciteit van het IS in de
darm te vinden is! het IS in de darm wordt ook wel GALT genoemd: gut associated
lymfoid tissue. (Het IS in de luchtwegen wordt ook wel BALT genoemd: bronchus
associated lymfoid tissue), dat van de huid SALT en dan kennen we tegenwoordig ook
nog het OALT (van omemtum, buikvlies. Sinds enkele jaren is bekend dat de
zogenaamde milky spots op het omentum kleine aggregaties van lymfeweefsel zijn, met
als doel het beschermen van de buikholte tegen pathogenen die mogelijk via de darmen
verder het lichaam binnendringen... hoe geavanceerd!). Gezamelijk wordt dit vaak MALT
genoemd: mucosa associated lymfoid tissue. Deze verschillende onderdelen van het
mucosa (spijsvertering, longen, vaginale slijmvliezen etc), vormen samen met de huid de
barrière naar de buitenwereld. Je zou deze barrière kunnen zien als een grote muur
rondom een kasteel. De kasteelpoort is dan de darm: via de kasteelpoort proberen de
meeste mensen toegang te krijgen tot het kasteel... Maar: er zijn soms ook pathogenen
(of boeven.. kijk maar eens naar Braveheart of soortgelijke films..) die proberen via de
achterkant of zijkant van het ‘kasteel’ binnen te komen. Daarom communiceren alle
onderdelen van de huid en slijmvliezen met elkaar. Als er een pathogeen is gesignaleerd
in de darm, weet binnen een uur je neusslijmvlies en je vagina dat er een “gevaarlijke
gek” de ronde doet... Het lichaam neemt het zekere voor het onzekere en stuurt de
antistoffen alvast de rest van het lichaam door: je weet natuurlijk als lichaam niet zeker
of die gevaarlijk salmonella uit je kip niet ook nog eens door de achterdeur (bijvoorbeeld
huid, long of neus etc) zal proberen binnen te komen! Maar hoe gaat die interactie in de
darm precies?
24
IS van de darm
Het IS in de darm bestaat hoofdzakelijk uit het slijmvlies (epitheel met mucine
receptoren), in interactie met de aanwezige flora en geassocieerde cellen en
communicatiestoffen. (zie afbeelding hieronder). Ter wille van oppervlaktevergroting is
het darmepitheel sterk geplooid: deze darmvlokken worden villi genoemd. De harige
uitsteekseltjes van de epitheliale cellen worden microvilli genoemd. Deze oppervlakte
vergroting is erg belangrijk voor voedselopname. De crypten produceren enzymen die
de vertering van het voedsel vergemakkelijken (bijvoorbeeld maltase, sucrase e.d.) Ook
worden hier antibiotische stoffen zoals defensine aangemaakt, dat de groei van
pathogene micro-organismen tegen moet gaan.
Onder de Mcel bevindt zich een zogenaamde plaat van Peyer. Dit is een aggregatie van
lymfeweefsel met B en T- cel follikels. M-cellen nemen samples van de inhoud van de
darm en sturen deze inhoud vervolgens door aan antigeen presenterende cellen (APC)
in de plaat van peyer (in de afbeelding paars met blaauw). Indien de inhoud getolereerd
wordt, komt er vervolgens Immunoglobuline A vrij, dit onderdrukt de immuunrespons.
“Op de plaats rust” zogezegd. Deze reactie van het IS, het creëren van tolerantie, is in
de darm erg belangrijk: voedsel en darmflora moeten getolereerd worden, hier moeten
geen immuunresponsen voor gemaakt worden!
Wanneer een antigen op een plaats, anders dan de Mcel de onderliggende bloedbaan in
wil dringen, resulteert dit in een immuunrespons. Gezond darmslijmvlies laat in principe
geen voor het IS te herkennen fragmenten door. Wanneer de interactie van APC en T-
25
cel niet leidt tot herkenning, vindt er een immuunrespons plaats. Het is een ingewikkeld
communicatie systeem (dat hier sterk versimpeld wordt gebracht) waarbij er ook wel
eens wat mis kan gaan. Denk bijvoorbeeld aan een allergie. Dit is in feite een
immuunrespons op overwegend veilige (niet-pathogene) stoffen zoals bestanddelen van
kiwi, pinda’s etc. Het lichaam doet alsof er een erg schadelijk pathogeen naar binnen wil,
maar ondertussen zitten bepaalde ‘opletcellen’ gewoon een beetje te slapen..
Rol darmflora
De darmflora is een verzameling micro-organismen (tot 800 verschillende) met een
gezamelijk gewicht (bij een volwassene) van 1 à 1,5 kilo. Alleen hierom noemen
verschillende auteurs de darmflora soms een orgaan op zichzelf. Een gezonde
darmflora bestaat uit een overwicht van goedaardige en nuttige bacteriën ten opzichte
van pathogene bacteriën (een darmflora die niet evenwichtig is samengesteld noemen
we een dysbiotische darmflora). De darmflora stimuleert de vertering van voedsel,
produceert verschillende vitamines, en is nodig voor optimaal functioneren van het IS.
De darmmflora speelt verschillende rollen in het functioneren van het IS ter plaatse. Ten
eerste nemen goedaardige micro-organismen letterlijk ruimte in die pathogene microorganismen niet meer kunnen bezetten. Goedaardige flora produceert daarnaast korte
keten vetzuren (SCFA’s), belangrijke voedingsstoffen voor de epitheelcellen. Waneer de
flora afwezig is blijkt er een verhoogde antigen penetratie door de mucosa op te treden
(met een iimmuunrespons oftwel een ontstekingsreactie!) tot gevolg. Ook is uit studies
gebleken dat een normale tolerantie evenmin optreedt in afwezigheid van de flora. Een
gezonde flora stimuleert de aanmaak van IgA en stimuleert de rijping van het IS bij
zuigelingen. Een gezonde flora interacteert dus sterk met het epitheliale weefsel ter
plaatse. Helaas is de praktijk vaak anders, veel mensen kampen met een dysbiose (een
verstoorde darmflora). Oorzaken hiervoor kunnen zijn, inflammatoire darmziekten zoals
de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa, coeliakie, chronische stress en overbelasting,
medicatie zoals antibiotica, chemotherapie, laxantia (vb darmvoorbereiding op scopie)
en langdurig gebruik va NSAID’s. Deze laatste vergroten tevens de doorlaatbaarheid
van de darm.
Vicieuze cirkel
Een dysbiose kan aanleiding zijn tot een vicieuze cirkel: door de ontstekingsreactie
beschadigt het mucosa, waardoor deze haar barriere functie verliest. Contact met
antigenen leidt tot een immuunrespons, oftewel een ontstekingsreactie. Een
ontstekingsreactie leidt vervolgens weer tot beschadiging van het slijmvlies, en zo is de
cirkel weer rond.
Deze cirkel kan ook in gang gezet worden door andere factoren, zoals structurele stress,
vitamine B12 deficientie of IBD/IBS.
Stress verhoogt de permeabiliteit van huid en mucosa doordat een structureel
verhoogde cortisol spiegel de homeostase van de permeabiliteit verstoort door de
genexpressie hiervan te ontregelen. Daarnaast zorgt stress ervoor dat de samenstelling
van het mucosa verandert op een manier die de integriteit van het slijmvlies vermindert.
Ook lijkt er een rol weggelegd voor histamine: door stress kan er een verhoogde
vrijmaking van histamine ontstaan (aangetoond in GALT) dat een negatieve wijziging in
het darm milieu veroorzaakt.
Cobalamine deficienties (B12 gebrek) komen ook in NL veelvuldig voor. Volgens recente
studies heeft 35% van de Nederlandse 75 plussers een absoluut B12 gebrek. Relatieve
tekorten treft men eveneens veel aan. Oorzaken kunnen een vegetarische of
26
veganistische voeding zijn, verstoorde opname zoals bij coeliakie en IBD, sarcoidose,
bestraling en chemotherapie, of ondervoeding zijn en tenslotte een behandeling met
lachgas (een veelgebruikt anaestethicum). Cobalamine is een vitamine die noodzakelijk
is voor de DNA replicatie en dus de celdeling. Epitheelcellen kennen een extreem hoge
vervangingsgraad: alle cellen worden in maximaal 48 uur vervangen. Een gebrek aan
B12 kan de epitheelfunctie dus danig verstoren. Het gebruik van lachgas doet de
voorraad cobalamine oxideren waardoor deze onbruikbaar wordt in het lichaam.
Patiënten die operaties hebben ondergaan waarbij gebruik gemaakt werd van NO, maar
ook de behandelaars zelf lopen risico op B12 gebreken. In Duitsland is aangetoond dat
circa 40% van de tandartsen en diens assistenten een B12 gebrek hebben, veroorzaakt
door hun contact met lachgas!
Hoe draag je bij aan herstel van het MALT?
Er zijn studies gedaan naar diverse voedingsstoffen op dit vlak. Allereerst dient men
zorg te dragen dat gebreken zoals cobalamine deficiëntie uitgesloten is. Het aminozuur
glutamine blijkt na chemo en bestraling sneller herstel van het mucosa te geven (flinke
doses per dag, minimaal 6 gram). Zink is bewezen effectief bij diarree en door
alcoholisme veroorzaakte darmontregelingen. Ook blijkt dit effectief bij patiënten met
reumatische artritis en een verstoord MALT. Omega-3 vetzuren staan erg in de
belangstelling vanwege hun ontstekingsremmende kwaliteiten: zo kan EPA leukotrien
B4, TNF alfa, interleukine 1 beta en tromboxaan A2 remmen (allen ontstekingsmarkers).
Ook vitamine A speelt een rol in het functioneren van het MALT. Het reguleert de
expressie van foxP3, een eiwit dat de migratie van CD4 T cellen naar het GALT
stimuleert. De ‘essentiele suikers’ tenslotte (zoals mannose uit ananas en cranberry,
fucose uit shiitake en galactose uit zuivel) zijn noodzakelijk voor de receptoren waaraan
goedaardige flora zich kan hechten. Om voldoende van deze suikers binnen te krijgen is
een dieet rijk aan groenten en fruit (en hierbinnen veel variatie) erg belangrijk. Tenslotte
is de samenstelling van de darmflora mede bepalend voor het functioneren van het IS
ter plaatse. Indien er sprake is van een dysbiose kan een probioticum (een darmflora
herstellend preparaat) heel goede diensten bewijzen. Let wel op de kwaliteit van het
product. Het is noodzakelijk dat de stammen gal- en maagzuur resistent zijn en
aantoonbaar effectief in de darm. Dit is geenszins een vanzelfsprekendheid, er zijn tal
van slechte probiotica producten op de markt.
Praktijk
Het IS versterken betekent gelijktijdig het zoveel mogelijk te ontlasten door bijvoorbeeld
stress te verminderen. Volwaardige voeding (eventueel aangevuld met een supplement)
en probiotica is een belangrijke basismaatregel. Labtests zoals de triple faeces test
(TFT) kunnen zicht geven op de samenstelling van de darmflora. Vezelstoffen zoals
inuline verbeteren het milieu in de darm en stimuleren hierdoor de groei van
goedaardige stammen ten opzichte van de pathogenen. Het uitsluiten van IBD en
voedselallergieën behoren ook tot de onderzoeksfase. Uiteindelijk zal een advies
gebaseerd zijn op het individu. Zo blijkt dat veel ouderen een marginale eiwitinname
kennen. Dit gebrek kan het darmepitheel hyperpermeabel maken, met mogelijk
structurele ontstekingsreacties (en dus darmklachten tot gevolg). Deze GALT
overbelasting kan ook vermoeidheid veroorzaken. Ruim 60% van de 70 plussers in
ziekenhuizen in Nederland hebben een eiwitgebrek!
Een dieet voorschrift is iets dat men het beste aan een deskundige kan overlaten. Veel
mensen gaan op eigen houtje met supplementen en voeding in de weer. Hoewel hun
enthousiasme prijzenswaardig is, is de darmfunctie en de rol van het immuunsysteem
erg complex. In deze lezing heb ik getracht een overzicht te geven van het functioneren
27
bij de mens. Ook hier staat de wetenschap niet stil. Steeds meer zal de komende jaren
bijvoorbeeld ontdekt worden over de individuele genetische aanleg en de expressie van
het immuunsysteem in de darm. Dan wordt ook een echt persoonlijk geneeskunde
misschien wel werkelijkheid... Voor die tijd is een volwaardige, gevarieerde voeding een
prima alternatief..
Mail gerust met vragen: [email protected]
Tot slot
Het organiseren van het symposium heeft mij voor veel
verassingen doen staan. De hoeveelheid werk viel mij vies
tegen. Gelukkig heb ik erg veel hulp gekregen en daar ben
ik nog steeds dankbaar voor. Ook de sprekers hebben hier
zeker aan bijgedragen en allemaal speciaal voor deze dag
een stuk geschreven. De behoefte aan meer informatie en
inzichten over het onderwerp waren opvallend net als de
collegialiteit op deze dag. Ook met deze samenvatting
ernaast zullen niet alle vragen beantwoord worden. Het
darm en immuunsysteem blijft een interessant gebied, wat
hopelijk met het organiseren van deze dag meer onder de
aandacht komt.
Discussie tussendoor
28
En ik heb zeker niet alle antwoorden!
Caspar haalt zijn schouders op
29
Download