Elektronica Componenten

advertisement
Elektronica Componenten
condensator
diode
lamp
LED
schakelaar
transistor
voeding
weerstand
zoemer
condensator ( elco)
diode
IC
micro controller
kristal ( Quartz)
smoorspoel
transistor
Trimmer
De werkelijkheid.
Een foto lijkt handig.
Op een foto zie je hoe iets gemaakt
is. Je ziet alle onderdelen van de
schakeling.
Zoiets nabouwen lijkt gemakkelijk.
Pas als je bezig bent valt het tegen.
Op een foto zie je niet alle details.
Daarom gebruik je bij techniek
schema's en symbolen.
Schema's en symbolen.
In een schema zijn alle belangrijke
onderdelen getekend.
Voor elk onderdeel gebruik je een
ander symbool.
Symbolen zijn eenvoudige
tekeningen van de onderdelen.
Elk onderdeel heeft een vast
symbool.
Zo weet iedereen (over de hele
wereld) wat het symbool betekent.
Ken je de betekenis van de
symbolen dan kun je het schema
namaken.
weerstanden
De verschillende elektronica onderdelen worden in een schema weergegeven door middel van
symbolen. Hieronder vind je de meest gebruikte.
Bedrading
Draad, gebruikt om stroom van de ene plek naar de andere plek
in het circuit te krijgen, op een strokenprint wordt een draad die
dwars op de stroken wordt aangebracht om een verbinding tot
stand te brengen ook wel een `draadbrug` genoemd.
Wanneer draden op elkaar aangesloten moeten zijn wordt dit
aangegeven met een vette punt zoals in tekening.
Wanneer draden elkaar slechts kruisen en géén verbinding maken
ontbreekt dus de vette punt en voor uitgebreide schema's werkt
dat goed (men moet wel precies zijn), sommigen prefereren
echter het ´hupje´ of ´tunneltje´ zoals aan de rechterkant van
tekening omdat ze dit makkelijker te lezen vinden.
Stroomvoorziening
Gelijkstroom aansluiting, met polariteit aangegeven.
Ook wel aangeduid als DC, dit staat voor Direct Current.
Wisselstroom aansluiting,
ook wel aangeduidt als AC, Alternating Current.
Gelijkspanningsbron, DC, de lange vertikale streep is de + pool.
Officieel een Cel (bovenste) en een Batterij (onderste), een
batterij is dus niets anders dan een aantal cellen in serie.
Symbolen vaak door elkaar gebruikt.
Niet onbelangrijk is de veiligheid! Dit is het symbool voor een
zekering. Deze "brandt door" of "smelt" indien de hoeveelheid
stroom boven de specificaties van de zekering uitgaan. NIET
verwarren met een weerstand!!
Symbool voor Aarde, voor de meeste elektronische circuits een
aanduiding van de 0V connectie. Voor 230V en radio schema's
betekent het ook écht de aarde.
Symbool voor antenne:
Weerstanden
Meest voorkomend als koolfilm (bruin) of
metaalfilm (blauw) in 1/4 Watt uitvoering. Wordt gebruikt om
stroom te beperken en is niet orientatie gevoelig.
In het symbool wordt de waarde in Ohm geschreven, bijv. 5,6 100 - 1k of 4k7. Op de weerstand zelf wordt de waarde
weergegeven door middel van gekleurde ringen.
Variabele Weerstanden
Potentiometer (potmeter), wordt gebruikt spanning mee te
reguleren, alle drie de aansluitpunten worden gebruikt.
Uitvoeringen in lineaire en logaritmische schaalverdelingen.
Twee soorten symbolen. Eenvoudigste (en goedkoopste) versie
van variable weerstanden, wordt gebruikt om stroom mee te
beperken. Van de drie pootjes worden er vaak maar twee
elektrisch gebruikt (middelste en 1 van de buitenste), de derde is
dan alleen nog voor de stabiliteit bij montage, dit is afhankelijk
van het soort schakeling.
Speciale Weerstanden
Licht gevoelige weerstand, een geleider met een weerstand
afhankelijk van de hoeveelheid licht die er op valt.
Voorbeeldwaarde; 10 megaOhm bij fel licht en 100 Ohm in het
donker.
Niet orientatie gevoelig.
Thermische weerstand, hoe meer warmte hoe minder weerstand.
Niet orientatie gevoelig.
Oude Symbool
Diodes
Diode, deze worden gebruikt om de stroom in één richting door te
laten (in de richting van de pijl) als een soort van terugslagklep
als in een waterleiding. Het moge duidelijk zijn dat diodes dus
orientatie gevoelig zijn. Let op het streepje op de diode zelf en
het streepje in het symbool. De kant van het pijltje (links in de
tekening) heet de Anode en de andere kant (rechts in tekening)
heet de Kathode.
Een speciale vermeldingswaardige toepassing van diodes is om
van wisselstroom, AC, gelijkstroom, DC, te maken. Zie de
animatie links over de werking hiervan. Deze zogenaamde
brugcellen zijn ook als kant-en-klare componenten te koop.
Let wel op dat het gelijkstroom voltage wortel(2) hoger is dan het
wisselstroomvoltage!
Speciale Diodes
Een LED is een speciaal soort diode, als de stroom er in de juiste
richting doorgaat geeft de LED licht. LED is dan ook de afkorting
voor Light Emitting Diode. Een LED is dus orientatie gevoelig. Zie
ook apart hoofdstuk over het gebruik van LED's. De lange poot is
de Anode en de korte de Kathode, hier is ook een ezelsbruggetje
voor:
Kort is Kathode en heeft een Kenmerk (=afvlakking op huis).
Zener diode, wordt gebruikt om een vast spanningsverschil te
handhaven over de twee poten. De diode is orientatie gevoelig en
wordt in de sperrichting geplaatst, hij slaat dan door als de
zener- spanning wordt bereikt. In doorlaatrichting is het een
gewone diode.
Photodiode, een lichtgevoelige diode en is ook orientatie gevoelig.
Symbool voor capaciteitsdiode :
Condensators
Condensator, wordt gebruikt om stroom op te slaan, dit symbool
staat voor lage capaciteit condensators (tot ongeveer 1 micro
Fahrad, 1uF) en die niet orientatie gevoelig zijn.
Dit symbool staat ook voor een condensator maar dan voor een
met een hogere capaciteit en deze soort is dan wél orientatie
gevoelig. Worden ook wel Elco´s genoemd, wat staat voor
Elektrolitische Condensator.
Symbool voor afstemcondensator:
Symbool voor trimmer:
Transistors
Transistors versterken stroom en kunnen dan, in combinatie met andere
componenten, gebruikt worden als versterker of schakelaar. Soms
ontbreekt het cirkeltje in het symbool.
NPN
Transistors zijn er in vele soorten en maten maar in de basis heb je twee
types, NPN (bovenste symbool) en PNP (tweede symbool).
Ezelsbruggetje voor PNP is Pijl Naar Plaat.
Essentieel bij transistors is de juiste orientatie en dat is behoorlijk lastig.
PNP
Een speciaal soort transistor is de phototransistor, een lichtgevoelige
transistor.
Iedere transistor heeft drie uitgangen of poten, de Base,
Collector en Emitor. In principe zitten deze bij elke type
transistor op dezelfde plek, tenminste als symbool. Zoals ook
is aangegeven in tekening links.
In de praktijk zijn er zes verschillende combinaties van E,C
en B mogelijk. Je zult dus altijd op de datasheets moeten
kijken als je van een schema af werkt. Bouwtekeningen
geven daarentegen de goede orientatie al aan door middel
van de afvlakking aan één kant.
Schakelaars
Schakelaar van het type aan/uit
Momentschakelaar van het type NO (Normally Open)
Momentschakelaar van het type NC (Normally Closed)
Relais, door middel van een stroom wordt via een spoel een
schakelaar omgezet waarmee een andere stroomkring gesloten danwel
geopend kan worden.
Belangrijk is het onderscheid tussen monostabiel en bistabiel, een
monostabiel relais is slechts geactiveerd zolang de sturende stroom
loopt. Een bistabiel relais kan worden aangestuurd door een puls,
schakelaar gaat dan om en wordt pas weer teruggeschakeld na een
tegengestelde puls.
Belangrijk is ook de indicatie van het aantal schakelaars dat omgezet
worden, dit wordt meestal aangegeven met 2xOm of 4xOm, waarin het
cijfer staat voor het aantal schakelaars. Op die manier kun je dus
meerdere dingen tegelijkertijd schakelen met hetzelfde relais. Een goed
voorbeeld hiervan is het bistabiele 2xOm relais dat ik gebruik bij de
wisselaandrijving met geheugendraad om zowel het geheugendraad te
activeren als het hartstuk van de wissel van de juiste polariteit te
voorzien.
Apparaten (stroomverbruikers)
Lamp; verlichting
Lamp; indicatie of
signaal
Motor
Luidspreker
Bel
Zoemer
Download