Bestrijdingslijst – Invasieve exoten in Flevoland

advertisement
Bestrijdingslijst – Invasieve exoten in Flevoland
De soorten op deze lijst zijn invasieve exoten die een bedreiging vormen voor de Flevolandse flora.
Het is de bedoeling van dit project om zoveel mogelijk exoten op de kaart te krijgen, zodat deze
systematisch bestreden kunnen worden. Hierbij zijn uw ogen erg waardevol, als een van de exoten
wordt aangetroffen is het uitermate zinvol als deze via waarneming.nl kunnen worden doorgegeven.
Ook kunnen waarnemingen naar [email protected] gemaild worden. Bij de
waarneming is de soort, het aantal en de locatie (coördinaten) van belang.
Het project richt zich met name op de volgende soorten:
Ambrosia
Reuzenbalsemien
Japanse duizendknoop
Hemelboom
Van de volgende soorten is het wenselijk waarnemingen door te geven via waarneming.nl.
Reuzenberenklauw
Amerikaanse Vogelkers
Gezien de omvang van de verspreiding van deze twee soorten is er bij Landschapsbeheer
onvoldoende capaciteit deze waarnemingen zelf in te voeren.
Ambrosia
De Amerikaanse hooikoorts plant Ambrosia is ook in Nederland te vinden, deze plant verlengt het
hooikoortsseizoen met 2 maanden. In totaal zijn er 3 soorten ambrosia die in Nederland voor komen,
de meest voorkomende soort is de Alsemambrosia, onderaan staan hier 3 foto’s van. Vergeleken met
de andere ambrosia soorten zijn er gelijkenissen te zien in de bladeren die een beetje rondvormig
vertakken. Ambrosia wordt vaak verward met bijvoet en boerenwormkruid waarbij de bladeren meer
in punten eindigen. Ook hebben alle ambrosia planten pollen clusters bovenin de plant zitten.
1
- Alsemambrosia: Deze ambrosia wordt 20-150 cm hoog, de takken
zijn stevig (houtig), behaard en meestal rood. Behaarde bladeren.
- Zandambrosia: Wordt 20-70 cm groot, en groeit in groepen. De
stengel is grijsviltig. De bladeren hebben een korte of geen stengel
- Driedelige ambrosia: Wordt 80-150 cm hoog, hebben drie tot vijf
spletige bladeren.
Reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum)
Op het plaatje hiernaast staat de reuzenberenklauw
in bloei. Deze plant kan tot 4 meter hoog worden,
en heeft grote gekartelde bladeren (zoals het blad
rechts onderin). De stengel is dik, geribbeld en heeft donker
rode/bruine vlekken. Vermijd ten alle tijden direct contact
i.v.m. het gif dat brandblaren veroorzaakt. Er bestaat ook
een inheemse berenklauw die niet geïnventariseerd
dient te worden, Deze heeft geen vlekken op de stengel
en kan slechts 2 meter worden. Ook zijn de bladeren meer
ingesneden dan bij de exoot. Beide planten kunnen blaren
veroorzaken
2
Reuzenbalsemien/Springbalsemien (Impatiens glandulifera)
Deze plant kan goed herkend worden aan de positie van de bladeren, ze staan per 3 bladeren op
dezelfde hoogte van de stengel. Overig zijn de bladeren langwerpig en gekarteld. Als de balsemien in
bloei staat, heeft hij roze bloemen die dezelfde vorm hebben als de bloem van een orchis, zie de
afbeelding hieronder. Als de plant nog niet in het zaad staat is hij eenvoudig te verwijderen door de
plant bij de stengel rustig en geleidelijk uit de bodem te trekken, de wortels mogen hierbij niet
achterblijven.
Japanse duizendknoop (Fallopia japonica)
Deze plant is heel hardnekkig om te verwijderen en verspreid zich heel gemakkelijk als dit verkeerd
gebeurd, hierom gelieve niet op eigen initiatief te verwijderen of beschadigen. Hieronder staan
afbeeldingen van de Japanse duizendknoop, hij heeft grote ronde bladeren die ongeveer tot 12 cm
kunnen worden. Net als bamboe is de stengel ledig (linker plaatje), stevig en hol. Ook kan hij net als
bamboe door stevige materialen zoals beton heen groeien. In augustus en september zijn witte
bloemen te zien wanneer de plant in bloei staat.
3
Hemelboom (Ailanthus altissima)
Deze boom verspreid zich sinds kort in Nederland en zal daarom voornamelijk
voor komen in een jong stadium. De plant valt goed te herkennen aan de
bladeren en de stam. De stam is namelijk grijsbruin en erg glad zoals in de
afbeelding hiernaast, de strepen in de bast lopen verticaal. De bladeren staan
haaks tegenover elkaar en eindigen met een punt. Overigens kunnen deze 15
cm lang worden en zitten ze verbonden aan rode takken die na bladvorming
groen met wit worden. In de bloei zijn er groen/geel/witte bloem trossen te
zien tussen de bladeren. De bloemen zijn 5 tot 8 mm groot. In een heel jong
stadium zal de boom voornamelijk aan de hand van de bladeren
gedetermineerd moeten worden, omdat er dan nog geen bast of bloemen
aanwezig zijn.
Amerikaanse vogelkers (Prunus serotina)
Deze plant heeft een negatieve invloed op de bosontwikkeling omdat hij zich sterk verspreid en
daardoor inheemse soorten onderdrukt.
De stam is glad en zwart/grijs van kleur. De bladeren zijn langgerekt eindigend in een punt met een
donkergroene kleur en een leerachtige glans (zie linker plaatje). De bloei is van mei tot juni, dan zijn
witte bloemen en zwart/rode bessen te zien. Er bestaat ook een inheemse vogelkers. Deze twee
planten zijn het makkelijkst uit elkaar te houden door naar de kleur van de bladeren te kijken. De
gewone vogelkers is lichter groen en heeft geen glanzende laag.
4
Download