Vliegen op warme lucht Heb je je wel eens afgevraagd, hoe een zweefvliegtuig in de lucht blijft? Zweven ziet er wonderlijk uit. Een zweefvliegtuig heeft geen motor, maar toch kan het grote afstanden afleggen voor het weer moet landen. Het zweefvliegtuig blijft in de lucht en kan ook stijgen door luchtstroming. Aan het begin van de vlucht moet het zweefvliegtuig worden opgetrokken. Daarna kan het blijven vliegen zolang de piloot stijgende lucht kan vinden. Een goede piloot is zeer bedreven in het opzoeken van zulke luchtstromen. Vaak worden er vluchten gemaakt over een afstand van 300 km of meer. Hieronder krijg je een overzicht van een zweefvlucht. Je kunt zien waar het zweefvliegtuig klimt en waar het hoogte verliest. Thermiek is de meest voorkomende vorm van stijgende lucht. Het is een warme luchtstroom. Thermiek ontstaat als lucht ergens sneller opwarmt dan de directe omgeving. Als een piloot thermiek vindt, zal hij daarin rond blijven cirkelen om hoogte te winnen. Een zweefvlucht dankzij de thermiek 1 2 3 4 5 6 7 a. Wat is thermiek? b. Hoe ontstaat thermiek? a. Hoe stijgt een zweefvliegtuig van de grond op? b. Hoe stijgt een zweefvliegtuig tijdens de vlucht? Waar stijgt het zweefvliegtuig? Leg uit waarom. Waardoor vind je boven de stad thermiek? De zon verwarmt de grond. De grond verwarmt de lucht erboven. Zoek met behulp van de tekening uit welke grond meer warmte opneemt, lichte of donkere. Licht je antwoord toe. Leg uit aan welke kant van de heuvel (noord of zuid) thermiek ontstaat. Stel je voor dat jij de zweefvlieger was. Beschrijf wat er tijdens de vlucht gebeurde en wat je gezien hebt. 1 Stroming in de natuur De moesson Hoe ontstaat wind? Dat gebeurt door stroming van warmte. Als warme lucht van de aarde opstijgt, stroomt koude lucht over het aardoppervlak toe. Die stromende lucht is wind. De moesson komt in grote delen van Azië voor. In de zomer brengt de moesson regen en waait hij van zee naar land. In de winter is de moesson droog en waait hij van land naar zee. De moesson ontstaat door de temperatuurverschillen tussen het land en de zee. In de zomer is het land warmer dan de zee. Boven land stijgt warme lucht op en koele zeelucht neemt de vrijgekomen plaats in. In de winter is het net andersom. Het land is kouder dan de zee. Boven zee stijgt warme lucht op en vanaf het land stroomt koele lucht toe. Rode regen. Omgekeerde stroming Afkoeling door een vulkaan Soms valt er in Europa gekleurde regen. Luchtstromen in Afrika zijn hier de oorzaak van. Sterk opstijgende warme lucht brengt woestijnstof hoog in de lucht. Het stof wordt door de wind naar het noorden gevoerd, waar het met de regen naar beneden komt. Omgekeerde stroming vind je ’s winters in de zee. De zee is dan warmer dan de lucht erboven. Het water aan de oppervlakte staat warmte af aan de lucht. Het afgekoelde water heeft een grotere dichtheid en zinkt naar beneden. Warm water stijgt op. Uitbarstende vulkanen veroorzaken sterke luchtstromen waarmee vulkanisch stof hoog in de lucht wordt gebracht. Als het stof zich verspreidt, vormt het een deken over delen van de aarde. Er komt minder zon op aarde en de temperatuur daalt. 1 2 Wat is wind? a. Waar waait de moesson en waardoor wordt hij veroorzaakt? b. Waardoor waait de moesson ’s Zomers naar het noorden en ’s winters naar het zuiden? 2