Na twintig jaar is Keith Jarrett voor het eerst weer

advertisement
KEITH JARRETT
'Het is beangstigend en eenzaam, daar alleen'.
Na twintig jaar is Keith Jarrett voor het eerst weer terug met
zijn trio in Den Haag. In een speciaal concert voor het
dertigste North Sea Jazz Festival. Maar vraag de Horowitz
van de jazz niet hoe hij het vindt om terug te zijn. Goed, hij
wil dan voor die ene keer wel een interview, maar dan wel
serieuze vragen svp. De Maestro wil, net als aan de piano,
vooral Het Diepe in.
door Bert Jansma
Keith Jarrett is een fenomeen in de jazz. Met zijn trio kan
hij op een ongeëvenaarde manier de standards van de jazz
spelen. Alleen aan de piano heeft hij marathonlange soloconcerten opgenomen, zoals het legendarische Kölnconcert, die tot de meest verkochte jazzplaten ooit behoren.
Daar is hij de guru, in extatische vervoering achter de
vleugel. Ineengedoken boven de toetsen, soms staand boven
zijn kruk, bijna orgastisch meekreunend met zijn muziek.
Zijn fans gaan mee in die trance, ogen dicht in de zaal en
owee als er iemand kucht.
Want Jarrett geldt als een lastig mens. Een Nederlandse
journalist stelde hem per telefoon vragen die hem niet
bevielen en Jarrett legde de haak er gewoon op. De
journalist in kwestie eindigde zijn interview dan ook met
'Tuut tuut tuut tuut'. Werd er teveel gehoest in de zaal dan
legde Jarrett de boel plat. "En nu met z'n allen even
uithoesten". Interviews geeft hij zelden. Maar okay, voor dit
speciale North Sea Jazz-concert maakt hij een uitzondering.
Maar zijn manager heeft wel vooruit laten weten dat de
ondervrager breed geschoold diende te zijn in de muziek, de
carrière van Jarrett goed hoorde te kennen evenals diens
laatste dubbel-solo-cd, 'Radiance'. En absoluut geen vragen
als 'Hoe vindt u het om na twintig jaar terug te zijn in Den
Haag'. Of: 'Welke jonge pianisten vindt u goed?'. En al
helemaal niet: 'Wat denkt u van de huidige jazzscene". Bij
Jarrett moet het dieper gaan. En wel over hém
Tijd voor een reis naar de oude boerderij waar hij in New
Jersey woont is er niet meer als de Maestro toezegt, dus dan
maar een telefoongesprek. Het worden vijftig minuten
praten die veel minder beladen zijn dan je tevoren zou
denken. Met hier en daar zelfs lachje. En met dezelfde
bijna-zelfspot die hij ooit in 1993 in het Amsterdamse
Concertgebouw tentoonspreidde toen er na de pauze opeens
een hoest uit de zaal klonk. Jarrett had net zijn handen
boven het klavier. De zaal bevroor hoorbaar. Jarrett keek op
en zei met een kleine glimlach: 'Ah, you know my
reputation'. Waarop de zaal met een bevrijdende lach
reageerde als een schoolklas die geen straf van de meester
heeft gekregen.
Angst
"Hoe we in diepe gedachten verzeilen heeft een hoop te
maken met wat we van tevoren níet denken, en ik wilde de
muziek laten gebeuren zonder daar in diepe gedachten te
zitten. Ik wilde dat mijn handen (speciaal de linker) míj
verhalen zouden vertellen", zegt Jarrett over zijn laatste in
Tokyo en Osaka opgenomen solo-cd. De pianist in vrijheid
achter de vleugel, als een soort mystieke ontvanger. Geen
plan, geen program, geen akkoordenschema's, geen vast
tonaal centrum. Maar hoe schudt je alles wat je kent en weet
van je af? "Het heeft allemaal te maken met de dag van de
week, de condities om je heen, het hotel, je voedsel, het
weer. Hoe je dat allemaal ondergaat is een deel van jouw
voorbereidingen om vrij te zijn vóór een concert", zegt
Jarrett. "Maar het is bijna onmogelijk om te beschrijven.
Sommige dingen kan je controleren, andere niet. Ik probeer
voor een optreden uit de gevarenzone te blijven". Jarrett
lacht:. "Zo'n concert is een gevaar op zichzelf. En ja
natuurlijk is er angst, ja dat is het goede woord. Het is
beangstigend daar alleen. En eenzaam. Soms zou je willen
dat er daar iemand bij je was. Als ik studenten had en die
zouden willen doen wat ik doe, dan zou ik zeggen: Bereid je
erop voor dat je de hele tijd bang bent". Zijn vrouw Rose
Anne waarschuwde hem toen hij na de periode waarin hij
leed aan het chronisch vermoeidheidssyndroom weer begon.
"Het vraagt enorm veel energie, bijna onmogelijk op je 59ste.
Maar dat was het eigenlijk al op m'n dertigste. Elke keer als
je eraan begint moet je naïef zijn. Onbevreesd en naief
tegelijk."
Explosie
Dan begint hij aan een uitgebreide zoektocht naar de
verschillen tussen oudere solo-concerten en zijn laatste,
'Radiance'. "Vroeger dacht ik dat je vanuit het onderbewuste
een muzikale wereld kon creëren die van klein
langzamerhand naar een grotere toegroeide. Maar ik vergat
daarbij dat de wereld op een andere manier gebouwd is.
Vanuit een explosie. Als je naar de eerste 'track' van die
nieuwe cd luistert hoor je dat. Het klinkt alsof ik al aan het
spelen was vóór je de cd-speler aanzette. Tien jaar geleden,
zeg maar tussen mijn La Scala-concert en mijn ziekte,
geloofde ik nog dat leven een organisch continuüm was. Nu
ben ik me gaan realiseren dat het zeer, zeer snelle pulsen
zijn die beslissen wat we zien en zijn. Een snelle film, die
als we 'm zouden vertragen, een reeks kleine stukjes zou
opleveren, digitaal en analoog. Filosofisch gezien wilde ik
alles van de werkelijkheid muzikaal omvatten. Daarom ook
is het concert verdeeld in meerdere sets. Waarin elke wereld
voortkomt uit die daarvóór". En bijna verontschuldigend:
"Het is een beetje gecompliceerd, maar ik probeer steeds
een filosofische basis te hebben. Als je zó vrij speelt als ik,
moet je ergens in geloven. Ik zeg niet dat je moet geloven in
een bepaald 'systeem', maar als je zelf geen structuur hebt in
wat je gelooft, dan kan je niet doen wat ik doe zonder dat
het 'bullshit' wordt". Hij lacht er zelf verrassend om.
Ooit heeft hij tegen een verslaggever van Der Spiegel
gezegd dat ze die opnames van dat legendarische Köln
concert beter konden vernietigen. Zat alleen maar in de weg.
Jarrett beaamt het nog steeds. "Het is net als iets dat je
dertig jaar geleden gezegd hebt. Je moet wel oerstom zijn,
nooit je kamer uit geweest, nooit iets geleerd hebben, wil je
het na dertig jaar nog met jezelf eens zou zijn. Dat bedoelde
ik. Mijn cd 'Radiance' is wat dat betreft een Manifest. Ik
denk niet dat die muziek tijdgebonden is, zal verdwijnen. Ik
wilde dat gevoel over mijn opnames niet meer hebben. Toen
ik ze ben gaan terugluisteren, wist ik niet meer wat er op
stond. En ik had ook geen favoriet stuk. Want als ik dat nú
had gehad, zou 't over twintig jaar on-waar zijn. Ik geloof
dat dit anders is dan ik ooit met mijn werk heb
meegemaakt."
Reunie
In Den Haag speelt Keith Jarrett met dat befaamde, subtiele
en perfect uitgebalanceerde trio met bassist Gary Peacock
en drummer Jack de Johnette. Ander verhaal. Of toch niet?
Jarrett: "We weten nooit wat we gaan spelen. In het
algemeen spelen we jazz-standards. Maar het hangt af van
de sound check, van de akoestiek van een zaal. 'Inside Out'
in Londen werd een vrije spiraal van klank omdat het geluid
in die hal te slecht was om iets te spelen dat heel precies was
en ook zo gehoord moest worden. In het vliegtuig ga ik wel
eens naar Jack toe en zeg hem wat ik denk dat er in een
concert gaat gebeuren. Maar als het idee op het toneel bij de
soundcheck niet werkt, dan raken we 't niet meer aan. Het
verschil met het trio is dat ik de leider ben en wat informatie
moet geven". Lachend: "Ook aan mezelf Of Gary zegt:
'Keith, is dit het goeie akkoord? Want de laatste keer
speelde je hier een ander'. Gary, zeg ik dan, je zult best
gelijk hebben, maar ik kan je niet zeggen welk akkoord ik
vanvond zal spelen".
Zijn trio is al sinds begin jaren tachtig samen en het wordt
steeds beter, vindt Jarrett. "Het is nu elke keer als een soort
reunie. We spelen niet het hele jaar samen, alleen in de grote
zomertournees. Dus alles blijft fris. Er zijn maar een
handjevol songs die je als trio altijd wilt blijven spelen.
Omdat ze steeds anders kunnen zijn. Gary Peacock was
verbaasd toen hij hoorde dat ik alle teksten van die standardsongs ken. Daardoor heb je een concept, begrijp je wat de
sleutelzinnen zijn, waar iemand z'n liefde kwijt raakt, waar
de ontknoping zit. Die standards zijn het prisma waardoor je
ons kan ervaren. Daarom spelen we die oude bekenden nog
steeds. De wereld is zo gek geworden dat je geen
platencontract meer krijgt als je geen eigen songs schrijft.
En hoeveel mensen schrijven werk dat de moeite waard is?"
Eén zo'n cd met standards neemt een speciale plaats in
binnen Jarretts werk, 'The melody at night with you'. Alleen
aan de piano klinkt hij verbazend simpel en breekbaar.
Jarrett: "Ik had toen dat 'chronic fatigue syndrome', ik kon
de deur niet uit en het was Kerstmis. Ik had geen cadeautje
voor mijn vrouw. Dus ik heb 't toen alleen in mijn studio
thuis opgenomen. Elke keer een stukje, want meer kan je
dan niet opbrengen. En het daarna ingepakt als een
kerstcadeautje."
Een cd zónder kuchjes in elk geval. Op 'Radiance' staan wél
een aantal Japanse hoesten uit de zaal geregistreerd. Hoe zit
dat, meneer Jarrett? "Ik heb ze er eerst uit willen halen,
maar dat werkte niet. Ik besefte dat die kuchjes er gewoon
bij hoorden. Ik heb het bassist Gary Peacock verteld, die
studeert om Zen-monnik te worden. 'Wat?', zei die. 'De
kuchen terug? Dan ben je nog meer Zen dan ik."
Interview gepubliceerd in North Sea Jazz-bijlage
Haagsche Courant 2005, ivm Keith Jarrett, Gary Peacock,
Jack de Johnette: Special 30th anniversary concer op 6
juli 2005.
Download