Schriftelijk werkstuk

Marketing

Bedrijven halen hun bestaansrecht uit het feit dat ze hun product (of
dienst) verkopen. Om dat te kunnen realiseren gaan er heel veel
processen aan vooraf. Te denken valt aan bijvoorbeeld inkoop
productiemateriaal, aanschaf en gebruik van machines, inzet van
personeel en de beschikking hebben over voldoende kapitaal om dit
alles mogelijk te maken. Maar hoe wek je nu de interesse van het
publiek voor jouw product of dienst? Dat valt binnen M&O onder het
hoofdstuk marketing.

Er zijn veel definities van wat marketing precies is. Vooral in de
jaren 70 van de 20e eeuw woedde er in de academische
marketingwereld een debat over wat precies marketing was]
 Voor 1985 definieerde de American Marketing Association (AMA),
een van de meest invloedrijke organisaties binnen de
(academische) marketingwereld, marketing als "de uitvoering van
bedrijfsactiviteiten die de stroom van goederen en diensten van
fabrikant naar consument of gebruiker sturen"[.
 in 1985, als gevolg van het debat dat het decennium daarvoor
gevoerd was, paste de AMA de definitie aan tot "Marketing is het
proces van bedenken en uitvoeren van het ontwerp, de
prijszetting, de promotie en de distributie van ideeën, goederen
en diensten om zo een uitwisseling te creëren die de realisatie van
doelen van zowel individuen als organisaties mogelijk maakt.]
 Tijdens de 2004 Summer Educators-conferentie van de AMA werd
de volgende nieuwe definitie gepresenteerd als de officiële AMA
definitie: "Marketing is een functie binnen organisaties en [tevens]
een verzameling van processen voor het creëren, communiceren
en leveren van waarde voor klanten en voor het beheersen van de
klantrelatie op manieren die gunstig zijn voor de organisatie en
haar stakeholders".
 Philip Kotler geeft in zijn eerdere boeken de definitie van
marketing als "De menselijke activiteit gericht op het vervullen van
behoeften en verlangens door middel van ruil".
 Tevens hanteert hij de definitie "Het sociale- en
managementproces door middel waarvan individuen en groepen
datgene verkrijgen wat ze nodig hebben en willen. Dit alles door
het maken en ruilen van producten en waarde met anderen".
 In later werk omschrijft Kotler marketing ook als "het voornamelijk
vervullen van de rol van netwerk-integrator, waarbij de
marketingfunctie vaardigheden verkrijgt in onderzoek,
(behoefte)voorspelling, prijszetting, distributie,
marktcommunicatie en promotie"






Brian Norris definieert marketing als "het proces waarbij
structureel mensen gebracht worden tot het nemen van een
aankoopbeslissing, het gebruiken, het volgen, gehoorzamen,
afwijzen, schikken en accepteren van de normen van een ander,
van de maatschappij of van een specifieke organisatie. Eenvoudig
gesteld, als het niet de 'verkoop' stimuleert, dan is het geen
marketing.
Een andere, eenvoudiger geformuleerde definitie van wat
marketing is, luidt: "het geheel van de theorieën en technieken
om producten en diensten optimaal af te zetten, door bij het
aanbieden ervan zo goed mogelijk rekening te houden met de
behoeften en specifieke wensen van de (potentiële) kopers."
Ook wordt marketing wel omschreven als "Elke activiteit die
consumenten en producenten met elkaar verbindt".
Al Ries en Jack Trout definiëren marketing als "oorlog tussen
concurrenten"
De diverse definities zijn afkomstig van wikipedia.
De conclusie valt in elk geval te trekken dat marketing
verschillende dingen voor verschillende personen is, als ook dat
verschillende personen en instanties in de loop der tijd hun
definitie hebben aangepast.

Als wij bij M&O praten over marketing dan hebben we het al
snel over de 4 p’s
 Prijs
Plaats
Promotie
Product
 Dit noemen we de zogenaamde marketing instrumenten en
deze kunnen hoegenaamd niet los van elkaar gebruikt worden.
Vandaar dat er vaak gesproken wordt van de marketing-mix.
 Dat deze 4 marketing-instrumenten van grote waarde zijn voor
bedrijven wordt alom erkend.
 Binnen de bedrijfseconomische wetenschap worden er
overigens vaak meer p’s genoemd die van invloed zijn dan de
eerdergenoemde 4.
 Bijvoorbeeld:
Mensen (People)
Proces
Fysieke bewijzen (Physical evidence)
 Mensen
Een essentieel onderdeel voor dienstverlening is de inzet van
geschikt personeel en mensen. Het werven van de juiste
medewerkers is van essentieel belang. Personeel moet beschikken
over de juiste communicatieve vaardigheden, service en kennis om
consumenten goed van dienst te kunnen zijn
 Proces
Banken sturen bijvoorbeeld klanten automatisch een nieuwe
creditcard toe als de oude verlopen is. Dat vraagt van een bank een
nauwkeurige organisatie. Een dergelijke efficiënte dienstverlening
zal de loyaliteit en het vertrouwen in het bedrijf bij consumenten
bevorderen.
 Fysieke bewijs
Klanten die een vliegreis maken in de zogenaamde “comfort-class”
verwachten bijvoorbeeld voldoende beenruimte. Ze verwachten
waarschijnlijk ook ruimte om te kunnen werken en bijbehorende
multi-mediale faciliteiten. Klanten die in een chique restaurant gaan
eten verwachten een schoon, netjes opgeruimd restaurant. Klanten
laten dit alles meetellen in hun beoordeling van het product en/of
dienst.
 Bij deze praktische opdracht gaan wij uitsluitend uit van de eerder
genoemde 4 p’s.

Organisatie





Je werkt in groepen van 4 personen, die je zelf samenstelt
Elke groep werkt een P uit; dus of Prijs of Plaats of Promotie of Product
Door loting wordt bepaald welke P jouw groep gaat uitwerken
Er is veel informatie te vinden over de afzonderlijke P’s. Via
vakliteratuur, via het internet, via persoonlijk onderzoek, via…. Je
begrijpt dat je werkstuk aan kracht wint naarmate je meer relevante
informatie boven tafel krijgt over jouw P.
De praktische opdracht bestaat uit 3 onderdelen:
 Een schriftelijke weergave van wat jullie te weten zijn gekomen
over jullie P
 Een filmpje waarin jullie schriftelijke bevindingen concreet
terugkomen en zichtbaar worden gemaakt
 Een presentatie waarin bovenstaande toegelicht en getoond
wordt
 Schriftelijk werkstuk
 Voorkant met volledige naam, klas en vak (met eventueel een
afbeelding).
 Inhoudsopgave met links in kolom de hoofdstuktitels en rechts
in kolom het paginanummer waar dit hoofdstuk begint.
 Inleiding
 Informatie/feiten over jouw P (feitelijk werkstuk)
 Conclusie
 Literatuurlijst op alfabetische volgorde van achternamen
 Bronnen als voetnoot of als lijst met eindnoten opnemen. Bij
een boek: naam, titel en paginanummer
 Logboek wie heeft wat gedaan, wanneer en hoeveel tijd heeft
dat gekost
 Lettertype Calibri of Arial 11. Regelafstand 1,5.
 Eenvoudig taalgebruik, welke voor iedereen te begrijpen is
 Relevante informatie. Niet doordraven in informatie die te
vakspecifiek wordt
 Denk om de lay-out van het werkstuk; taalgebruik,
interpunctie, werkwoordspelling, paginanummering,…….
 De theorie versterken met concrete voorbeelden
 Denk om illustraties en afbeeldingen
 Werkstuk wordt aangeleverd op cd
 Film
 Maak een filmpje, waarin de door jullie geleverde theorie
duidelijk zichtbaar wordt gemaakt met concrete voorbeelden uit
de dagelijkse praktijk
 Duur van het filmpje minimaal 5 minuten; maximaal 10 minuten
 Zorg voor een net filmpjes; netjes gemonteerd, eventueel
voorzien van tekst en muziek, aftiteling
 Filmpje wordt aangeleverd op dvd en komt in het archief van de
school
 Overschrijding van de gestelde tijdseisen kost punten
 Presentatie




In jullie presentatie presenteren jullie jullie werkstuk en film
De presentatievorm is vrij
Maximale duur presentatie is 20 minuten
Wie de presentatie verzorgt is aan de groep; het mag 1 persoon
zijn namens de groep of meerdere personen uit de groep
 Aan het einde van de presentatie moet de mogelijkheid geboden
worden tot vragen stellen
 Overschrijding van de gestelde tijdseis kost punten
 Algemeen
 Begin voor al op tijd! Soms valt het tegen en/of krijg je niet de
juiste informatie. Stel dus niet, maak een goede tijdsplanning en
houd je daaraan!
 Maak met je groep duidelijk afspraken. Wie doet wat en
wanneer is het klaar. Controleer kritisch wat een ander gemaakt
heeft. Zorg ervoor dat je groepsleden zich aan de afspraken
houden, met name van op tijd inleveren. Je bent in hoge mate
afhankelijk van elkaar. Wie zich niet aan de afspraken houdt,
dupeert zijn groep.
 De grote lijn en de organisatie van je werkstuk moeten in de
eerste weken uitgezet worden.
 Denk om taalgebruik en stijl van jullie werkstuk. Dit wordt
meegenomen in de beoordeling van jullie werkstuk
 Overleg met name aan het begin van jullie werkstuk met de
docent of jullie op de goede weg zijn. Ook bij twijfels neem
contact met je docent. In het begin is bijsturing nog mogelijk;
later niet meer
 Het is een gezamenlijk werkstuk; de groep krijgt een
groepscijfer. Wie zich echter onttrekt aan het groepswerk
benadeelt de groep en ontvangt een bijbehorend cijfer
 Succes!!!
 Beoordeling
 Het cijfer komt tot stand door beoordeling van de 3 onderdelen:
schriftelijk werkstuk, film en presentatie
 Het schriftelijk werkstuk wordt beoordeelt door de docent
 Het filmpje wordt beoordeelt door de docent en de andere
groepen. Bij onenigheid over de beoordeling beslist de docent
 De presentatie wordt beoordeelt door de docent en de andere
groepen. Bij onenigheid over de beoordeling beslist de docent
 Inlevermoment
 Het schriftelijk werkstuk moet uiterlijk donderdag 16 januari om
09.00 uur zijn ingeleverd. Inleverplaats: balie Oost;
werkstukkenkast Havo of vwo.
 Het werkstuk dient tevens te worden geupload in turnitin.
 Te laat inleveren betekent altijd puntenaftrek; per dag te laat 1
punt aftrek.