Utilisme

Utilisme
gebaseerd op het
hedonisme:
We worden beheerst door
het verlangen naar genot en
de afkeer van pijn.
Vertegenwoordigers van het utilisme

Jeremy Bentham (1748-1832)

John Stuart Mill (1808-1873)
Bentham’s rekenkunde van het geluk
7 categorieën:
-
intensiteit
duur
zekerheid
nabijheid (hoe snel?)
productiviteit (hoe veel nog)
zuiverheid (hoe weinig pijn)
reikwijdte (hoeveel mensen)
Uitgangspunt utilisme

Een handeling is goed als deze zoveel
mogelijk geluk voor zoveel mogelijk mensen
oplevert.
(utilisme kijkt naar de gevolgen van een handeling)
Verschil hedonisme en utilisme

hedonisme betreft een goed leven
(individueel) en is in je eigenbelang.

Utilisme betreft goed handelen in het belang
van een meerderheid (sociaal).
Altruïsme

Is altruïsme mogelijk binnen het utilisme?

Oftewel: handelt een utilist altijd uit
eigenbelang?
Casus Sam




Sam bezoekt zijn demente tante in het ziekenhuis
In het ziekenhuis liggen vijf belangrijke patienten die
een long, een hart, een milt, een pijnappelklier en
een lever nodig hebben.
Sam heeft geen vrienden en familie afgezien van zijn
tante
Wat zou een utilist de medische staf aanraden?
John Stuart Mill
Mill vreest dat het utilisme van Bentham leidt
tot culturele verarming (alleen maar soap en
voetbal op tv).
Hij stelt dat de kwaliteit van het genot
belangrijker is dan de kwantiteit. (Vondel)
Maar wie bepaald de kwaliteit van het genot?