Examenvragen Ontwikkelingsbiologie Juni 2012 - Eph en Ephrines : verklaar + 2 processen geven waarbij deze hormonen zijn betrokken - Bespreek de Neurale lijst ( crest ) - Experimenten uitleggen die aantonen dat de ontwikkelingspotentieel van een nucleus behouden blijft + ook bij de muis (gurdon, briggs en king). - Mesoderminductie en patroonvorming : welke is de merker en TF van mesoderm (xbra)+Inductie en patterning en experimenten geven - Mesoderm bespreken (typische merker,hoe gereguleerd,...) - Restricitie vs pluripotentie Juni 2011 1. Bedenk verschillende experimenten in het Xenopus-embryo vanaf de bevruchting tot aan de mesodermpatroonvorming, die het belang van Wnt aantonen. Vermijd het gebruik van biologisch actief Wnt, of duplicatie van sequenties. Beschrijf opstelling, doelstelling en resultaten. Wnt werkt ventraliserend. -mrna injecteren van Wnt in de dorsale blastomeren -morpholino's aanmaken voor Wnt om uit te schakelen -domnant negatieve receptor: receptor heeft 7 transmembranaire delen: is moelijk om inactief te maken! Gaat beter om bindingsdomein te bezetten. Zou je deze experimenten ook uitvoeren op neural crest van de muis? Waarom wel/niet? Nee bij muis werken morpholino's niet. Liever knockout muis, maar conditionele knockout anders sterft muis te snel. Bijvraag hoe doe je dit? Via Cre-Lox systeem! 2. a. Beschrijf de verschillende soorten mesoderm in de muis en zeg waartot ze aanleiding gaan geven. Lateraal plaatmesoderm, itnermediar mesoderm, paraxiaal mesoderm, chordamesoderm. (extra-embryonale weefsels kunnen als 5e soort beschoud worden, of behorend tot lateraal plaat meso) b. Beschrijf somitogenese in één van deze vijf, samen met enkele speciale kenmerken van dit weefsel/proces. Wat is er juist zo anders aan deze kenmerken? Hoe zijn deze experimenteel aangetoond? Wat hij wou horen is dat somitogenese een autonoom proces is. Van anterieur naar posterieur. Via de positional value van de Hox-genen. aangetoond door experiment: deel presomitich meso omdraaien: ook deze somieten ontwikkelen omgekeerd (1234 - 8765 - 9 10 11 12)Of experiment: PSM van thoracale wervels naar cervicaal: nekwervels ontwikkelen ok ribben. Bijvraag: transplanteren naar vroeger embryo, zelfde stadium, of later? antw: vroeger, anders is het cervicaal PSM al somiet geworden..Verder nog een kloksgewijze genexpressie. (schema met fgf8, axin2, wnt3a, notch,..) c.Wat kan u verwachten als u een in noggin gedrenkte bead naast het lateraal plaat mesoderm zou plaatsen in de kip. Zijn deze bevindingen analoog met Xenopus? Bead naast de somiet zorgt dat de somiet vergroot zal worden.Het lateraal plaat mesoderm moet inboeten. Bij Xenopus is dit analoog. noggin werkt dorsaliserend. Dus de fate map van de somieten zal vergroten, en het ventrale deel van bloe en mesenchym moet inboeten. d. Beschrijf de cell fate en patroonvorming van de somiet. Beschrijf experimenten die de invloed van andere weefsels op deze cell fate aantoont. cell fate: sclerotoom: kraakbeen, dermamyotoom: huid en spier. extra notochord transplanteren : vooral sclerotoom, dermomyotoom wordt odnerdrukt. e. Hoe regelt de somiet moleculair het verschil tussen kraakbeenprecursoren en peesprecursoren? Schema met scleraxis. f. Draagt de somiet of een deel ervan bij tot de ontwikkeling van de limb. Ja, nee en beschrijf. Ja, het ventro-laterale deel van het dermomytoom migreert naar de limb bud. g. Is de somiet ook betrokken bij de migratie van niet-mesodermale cellen? Zo ja, waar/wanneer grijpt dit plaats? Hoe wordt de migratie moleculair geregeld? Is dit systeem dat door embryo's ook op een ander tijdstip/plaat gebruikt wordt? Ja: migratie van trunk neural crest (ectoderm). In de somiet: senorische ganglia via Wnt. Door de somiet: autonome ganglia via BMP. Gaan beiden enkel door de anterieure zijde van de somiet, omdat er in het posterieure deel ephrinereeptors zitten voor repulsie. Ephrines worden nog gebruikt bij: -Afsplitsen van de somieten van het PSM. -Grenzen van de rhombomeren. - Groeiconus van neuronen (short range chemorepulsie) Vraag 1 BMP's zijn belangrijke moleculen in vele processen. Zo ook in mesodermvorming. Bedenk verschillende "fancy" experimenten waarmee je de functies van BMP4 en BMP 2 kan aantonen in Xenopus. deel 2 van de vraag: Kan je deze ook toepassen in de muis neurale crest cellen. Ja of nee en hoe dan wel? Xenopus Belang in patroomvorming van mesoderm, doch ook beetje in de inductie. Zeker klasse 3/4 vermelden en heo ze werken. Proeven: animal cap assay, biologisch actief BMP, injectie mRNA in blastomeren, Receptor die kreupel is, ... Muis neural crest: Niet zelfde experimenten mogelijk ==> KO muis doch sterft al heel vroeg,; daarom conditionele KO = beter. Vraag2 Neurale inductie: Leg alle algemeenheden uit Neurale inductie: bespreek positionele identiteit, cell fate, potentiaal tot differentiatie en regionalisatie van verschillende soorten NC langsheen de AP as. Neurale inductie: 2 van deze regionale NC's zijn uitgebreid bestudeert. Bespreek deze dan ook Zeg iets over hoe ze ontstaan en waar, de moleculaire mechnanismen (die slides in de cursus van foxD3 en Zic1 en ... Vertellen over segmentatie van AP anterieur, rhombomeren, migratie, ... Deel2: Groepen geven (craniale, cardiale, vagaal-sacraal, trunk, ...) Vertellen over hoe ge differentiatie krijgt. Welke dingen kunnen ontstaan uit NC en wat heeft er invloed (zeker de groeisignalen geven bv Wnt gefet sensorisch neuuron en dergelijke). Dan bespreken van (DERDE DEEL) craniale crest (hoe met die rhombomeren, ...) en Trunk (2 migratiepaden, Ephrins niet vergeten) 1. Somitogenese: a. Geef de verschillende soorten mesoderm in de muis en leg kort uit. b. Bespreek somitogenese aan de hand van een van deze mesodermen. Geef enkele bijzondere kenmerken van het proces/weefsel. Geef hier de experimenten van. c. Bij inplanten van een Noggin-gecoate bead in toekomstig laterale plaat mesoderm van de kip. Verklaar. Is er analogie met de kikker? Verklaar. d. Leg de cellfate en patroonvorming van de somiet uit. Bewijs experimenteel dat naburige weefsels de cellfate bepalen. e. Hoe reguleren de embryo's de moleculaire aanleg van kraakbeen vs peesprecursoren. f. Is er bijdrage van de somiet aan limbvorming? Beschrijf. g. Beïnvloed de somiet de migratie van non-mesodermale cellen in het embryo. Waar/wanneer? Hoe visualiseren in embryo? Hoe wordt de migratie beïnvloed? Worden deze moleculaire processen nog op andere plaatsen in het embryo gerbruikt? Waar/wanneer? 2. Restrictie vs pluripotentie a. Geeft kikkerexperimenten omtrend 'Veroorzaakt cel differentiatie onomkeerbaar functionele beperking?' Wat is de conclusie? b. Geef deze experimenten voor de muis. Wat is de conclusie? 1) - Leg kort en eventueel schematisch de verschillende stappen uit van het ontstaan van neural crest uit de animale pool van een bevruchte Xenopus cel. -Leg de verschillende domeinen uit van neural crest, hun cell fate, ontwikkelingspotentieel, migratie,.. -twee van deze domeinen vertoonden speciale eigenschappen. Geef een experiment die hun positionele validatie aantoont. 2) - Geef twee processen waarin in Ephrins en Eph receptoren een rol spelen en leg uit in detail. - Geef meerdere experimenten, ook door u zelf uitgevonden, die dit kunnen aantonen in de muis. Vermijd gebruik van biologisch actief ephrine of aangepaste receptoren. 1. Neurale inductie/neural plaat/Shh a) Mesoderm heeft belang bij neurale inductie, toon aan: - 2 exp die neurale inductie aanduiden (niet Spemann geven). - 2 exp die de patroonvorming langs A-P-as aangeven. - Beschijf de 2 modellen die neurale inductie vanuit mesoderm verklaren en welk is meest accuraat? Wat hebben Hox genen hiermee te maken? b) Welk moleculair mechanismen zorgt voor behouden van de voorloper pool in neuronaal weefsel? c) Niet alle neuronen zijn afkomstig van de neurale plaat, maar van elders. Welke neuronen zijn dit en beschrijf dit in detail. d) Via welk mechanisme geraakt Shh tot in het lumen van de neurale buis, hoe is de concentratie van Shh daar verdeeld, en iets met de timing... 2. Geef met experimenten aan wat datgene is dat de Organizer induceert in Xenopus, wat is het, hoe wordt het gevormd, wat doet het, wat is zijn uiteindelijk lot? Het was dus het nieuwkoop center en ik had da uitgelegd via zo show, add, block en wat er zou gebeuren, maar hij wou dus gewoon horen welke experimenten Nieuwkoop deed, zo het 4 en 32 cel stadium Meerkeuzevragen: - Cel heeft een prospectief ontwikkelingspotentieel groter dan zijn prospectief lot. De cel is gedifferentieerd/ gedetermineerd/ pluripotent/ … - De primaire organizer bij de kip is: Hensen’s node/ primitieve streak/ … Vraag 1 In Xenopus kan je uit nonneuraal ectoderm, neuraal weefsel induceren als: a – f: verschillende experimentjes, die moest je uittekenen, zeggen of de stelling juist of fout was en verklaren Ging over goosecoid, Vg-1, D4 blastomeer graften,… Mesodermaal weefsel wordt geïnduceerd als: 2 stellingen, juist of fout, verklaar 5 ‘meerkeuze’ vragen Je kreeg 6 processen, en 5 antwoorden (genummerd 1-2-3-4-5) en die moest je dan met elkaar verbinden (die kan ik mij echt totaal niet meer herinneren..) Vraag 2 - Shh speelt in vele processen een rol. Leg er 2 uit. - hoe gebeurt de signalisatie en hoe komt het effect tot stand (bon, ik wist deze echt niet, en blijkbaar is dat 1 slide in de cursus die heel moeilijk overkomt en die de studenten graag overslaan) 1) Wnts zijn belangrijk in een heel aantal processen. a) Bedenk experimenten waarmee je de rol van Wnts in het vroege Xenopusembryo (tot aan mesodermpatroonvorming) kan onderzoeken. Geef voor elk van de experimenten aan wat je er mee wil bewijzen, hoe je resultaten afleest/interpreteert. Beperk je niet tot het gebruik van de sequentie van Wnt of biologisch actief Wnt. In de vorm van Show, Add, Block en Rescue, vergeet niet dat siRNA bij Xenopus niet werkt (blocken moet met morfolino's). Je kan ook blocken met Cerberus, maar dan moet je zorgen dat Nodal en BMP niet mee wordt geblocked. Constitutief actieve receptor is niet mogelijk (transmembranair proteïne met 7 lussen, te ingewikkeld). Wat ook kan is de verdere pathway van Wnt signaling blocken/activeren. b) Doe hetzelfde voor de neural crest van de muis. Kan je met dezelfde technieken werken? Je kan niet helemaal met dezelfde technieken werken, want het is een zoogdier en het gaat over een ander proces. Denk aan KO muizen of conditionele KO (Cre-LoxP), neural crest cellen isoleren. 2) a) Hoe (waar, moleculaire spelers, proces) worden neurale precursorcellen in de neurale plaat gevormd? Laterale inhibitie met Delta-Notch, longitudinale strepen, neurogenin en neuroD (zijn basic helix loop helix, hij vroeg ook waar dat nog zit, bv myoD) b) 2 soorten deling in hersen cortex, bespreek. symmetrische en asymmetrische deling (wist ik niet dus ik weet niet wat het juist moet zijn) c) Wat bedoelen we met D-V patterning neurale buis? Bespreek invloed van moleculaire spelers en structuren in de omgeving en geef voor beide bewijzen. Tekening maken van patterning, met ectoderm (epidermis), neurale buis (floor plate, roof plate, motorische neuronen, interneuronen, commisurale neuronen), neural crest cells en notochord. Shh vermelden, BMP, Pax genen. Bewijzen: ectopische Shh expressie geeft extra floor plate en motorneuronen; notochord weg = verlies floor plate en motorneuronen; extra notochord = extra floor plate en motorneuronen d) hoe vinden interneuronen hun weg in de neurale buis? hij wil hier vooral voorbeelden van long/short range attractantia en repellantia, growth cone vermelden, eventueel experiment geven met neuronen naast floor plate (groeien er naar toe, beperkte range want verder gelegen cellen groeien niet uit), eventueel Slit/Robo systeem van neuronen die midlijn kruisen en niet meer terug kunnen. Bij de Ephrins (short range repellantia) vroeg hij waar je dat nog vindt (somite boundary formation, projecties retina cellen naar tectum, ...) Juni 2010 1) Bespreek 2 processen waarin inductie of patroonvorming is door notochord of zijn voorlopercellen NA mesoderm patterning. Bespreek moleculair en in detail, en andere inducties van betrokken weefels... 2) Artikel van mesodermpatterning Dotch (fig 1, 3 en 4); bespreek experiment: uitvoering, vraagstelling, conclusie.. VRAAG1 : Neurale inductie/ neurale plaat en neuronen: a) mesoderm is noodzakelijk om neuraal ectoderm te induceren: -bewijs dat mesoderm neuaal weefsel induceert aan de hand van 2 experimenten, andere dan het spemann-mangold experiment -dit gebeurt eveneens via een anterior-posterior patroon , geef twee experimenten die dit aantonen (andere dan uit voorgaande vraag) -geef de twee modellen voor de inductie van naeraal weefsel en hoe wordt de patroonvorming op de AP as geëtableerd (kortom leg uit wat hebben hox genen hier mee te maken, stond er zo bij) b) hoe onstaan de precursorcellen in de neurale plaat? c) welke neuronen zijn niet afkomstig van de neurale plaat, licht toe in detail VRAAG 2: somitogenese a) geef de verschillende types mesoderm in de muis en leg kort uit tot wat ze aanleiding geven b)bespreek de somitogenes van een van deze 5+geef de bijzondere eigenschappen en de experimenten die elk van deze bewijst (tip: hier wil hij gewoon weten dat het van ant naar post gaat, dat het autonoom is en positionele identiteit heeft, doe niet als mij en schrijf heel de uitleg van hairy enzo op) c)wat gebeurt er els we een noggin bead inplanten in het laterale plaat mesoderm? verklaar d) bespreek cell fate en patroonvorming van de somiet + enkele exprimenten die aantonen wat de invloed is van het omliggend weefsel. + Uitleggen hoe het embryo kraakbeen en pezen maakt. 1) Neurogenese: zelfde vragen opnieuw: - hoe worden neuron precursorcellen aangemaakt? mechanisme,waar? signaling - DV patterning neurale buis: welke signalen? welke weefsels? Geef voor beide en experiment als bewijs - Hoe migreren axonen in de neurale buis? voorbeelden + in detail geven 2) Mesoderminductie: figuur Agius RT PCR en in situ hybridisatien Xnrs: welke exp? waarom ? resultaten? gevolgen voor theorie mesoderminductie Mesodermpatroonvorming - patroonvorming mesoderm geven, hoe kunnen we dit vaststellen? hoe wordt dit bewerkstelligd. geef de moleculaire spelers - UV bestraalde embyro's + noggin. +bmp4 - wat is de belangrijkste mesodermale merker? functie? welke proteine? geef enkele exp - welke cellen vormen organizer, wat is lot van cellen organizer? in detail. Juni 2009 vraag 1: Wat is in de pregastrula Xenopus de groep cellen die een signallingcenter vormen, maar geen echte organizer zijn? Bespreek functie, fate, en sleutelexperimenten. vraag 2: figuur uit het artikel van Cer-S (degene met de histologische coupes en de blots) 1) NEUROGENESE 1. Waaruit ontstaan de neurale precursorcellen, door welke signalen en leg uit 2. Hoe ontstaat DV-as, welke signalen en weefsels spelen hierbij een rol, ook de verschillende experimenten om te bewijzen dat die signalen en weefsels een rol spelen. 3. weet de vraag niet meer juist, maar antwoord was laterale inhibitie, dus dat niet alle weefsel uit neurale buis neuronen zal vormen. 2) MESODERM Figuur uit artikel (fig. 4 uit artikel van Agius) uitleggen wat er je in figuur ziet (je krijgt ook de legende bij de figuur, dus daar staat al bijna het volledige antwoord in) uitleggen waarom die experimenten en wat er dus aangetoond wordt. Dan nog 4 vraagjes over mesoderminductie: weet de vragen niet meer allemaal, maar het kwam hierop neer: 1. 'Patroon' van mesoderm uitleggen: dus fate map geven (vb van Xenopus) en dan ook de klasse 1-4 signalen volledig uitleggen 2. Klassieke en moleculaire 'pathway' uitleggen van mesoderm inductie (dus 3. UV bestraalde embryo's, vervolgens Noggin RNA injecteren, wat is gevolg? 4. Wat is typisch merkergen voor mesoderm, leg alle functies uit die de merker heeft, ook moleculaire signalling en vanalles. (is Xbra) 1) Ontwikkeling limb Volledig bespreken alles van dat hoofdstuk kwam in sub vraagjes aan bod 2) Inductie 7tal stellingen over hoe niet neuraal ectoderm wel neuraal kan worden tekeningen maken bij elk en verklaren waarom wel of niet, instinker was Xwnt3 die niet via mesoderminductie werkt, maar rechtstreeks neuraal weefsel vormt (cfr artikel) 2stellingen over mesoderminductie met zelfde principe van uitwerken. Juni 2008 vraag 1 dit was een afbeelding van artikel van die mesoderminducers met Cer-S en dan moest ge die experimenten uitleggen, zegge waarom die zo belangrijk zijn en zowa situeren in de cursus + aantal meerkeuzevragen Vraag 2 somitogenese - de verschillende mesoderm IN MUIS geven - proces van somitogenese geven - patroonvorming - noggin bead implanteren in toekomstig lateraal plaat mesoderm wat geeft dit? Vraag 1: Neurale inductie (onderverdeeld in 8 kleine vraagjes-zie examenvragen vorig jaar) vraag 2: limb development figuur van in de les tekenen welke stof belangrijk voor extra digits… 1) stelling gegeven: 'je kan in xenopus neuraal weefsel induceren uit nonneuraal ectoderm door....' dan werden er puntjes gegeven, van a) tot g) telkens moest je dat experiment uittekenen en zeggen of het klopte bij de stelling of niet bv. door activine toe te voegen aan een animal cap van een blastula dan teken je dus hoe je die cap knipt en in een schaaltje doet en activine bij doet. en dan zeg je of je daaruit neuraal weefsel zou krijgen in dat ectoderm. zo dus 7 dingen tekenen/oplossen 2) neurale inductie: hoe onstaan de neuronale precursoren in de neurale plaat? hoe vinden de axonen van interneuronen hun weg in de neurale buis? + geef een voorbeeld wat is, en hoe ontstaat de D-V patterning van de neurale buis? + geef een experiment 1) limp development, uitlegge wa de belangrijke onderdelen van de vroege limb bud zijn en waarom, zegge hoe da je een extra digit kunt induceren en hoe da komt, hoe wnts en fgf belangrijk zijn in de ontwikkeling van de limb, en ook nog 3 meerkeuzevragen. eigenlijk bijna alles van de limb ontwikkeling 2) definitie determinatie, specificatie en welke experimenten om da aan te tonen, hoe cel fate aantonen en vbn geven. Wat het verschil is tussen late blastula en vroege gastrula fate map en specificatie map. Ontwikkelingspotentiaal van sommige cellen is groter dan je verwacht, voorbeeld geven van zo'n cellen in pre gastrula en in post gastrula en dan ook nog een meerkeuzevraag. Vraag 1 a) geef aan of hetvolgende experiment in prospectief ectoderm, neurectoderm kan induceren (alles tekenen en uitleggen) - animal cap incuberen met biologisch actief Vg1 - transplantatie van nieuwkoop center naar ventrale kant -transplantatie van D4 regio naar embryo waar de dorsale kant van de vegetale pool weg was -injectie van goosecoid mRNA aan ventrale kant -transplantatie van prospectief ectoderm van vroege gastrula naar prospectief neurectoderm van vroege gastrula - komen er nog 2 achter denkek, maar die weetek nie meer b) kunnen volgende experimenten mesoderm induceren - ... ? -... ? c) meerkeuzen, moest invullen da het een drempelwaarde was die moest bereikt worden van een morfogen Vraag 2:Somitogenese - som de verschillende soorten mesoderm op, en geef kort tot wat ze ontwikkelen - bespreek de somitogenese van 1 van deze 5, en leg uit waarom sommige dingen zo bijzonder zijn - bespreek fate en patroonvorming en enkele experimenten om dat te bewijzen bijzonder zijn - wat gebeurt er als je een noggin beat inplant thv LPM : extra vorming van somieten - wat zijn myogene basic helix loop helix transcriptie factoren, hoe werken ze, en waar komen ze nog voor? Juni 2007 Vraag 1 : Alles over neural crests ... Vraag 2 : 2 processen waarin de notochord of zijn voorlopercellen een inductieve rol spelen volledig uitleggen na mesoderminductie. Andere processen waarin deze ook een rol spelen enkel bij naam noemen. Vraag 1: Stel je vindt een nieuwe variant van Shh, wat zou de functie zijn van deze hh en geef een wist van functie en verlies van functie experiment Vraag 2: Neural crest cells kenmerken, fate map anterior posterior, ... eigenlijk alles van neural crests Vraag 1: Neurale inductie 2 exp die neurale inductie aanduiden (niet Spemann geven) en 2 exp die de patroonvorming langs A-P-as aangeven? Beschreef de 2 modellen die neurale inductie vanuit mesoderm verklaren en welk is meest accuraat? Welk moleculair mechanismen zorgt voor behouden van de voorloper pool in neuronaal weefsel? Niet alle neuronen zijn afkomstig van de nuerale plaat, maar van elders. Welke neuronen zijn dit en beschrijf dit in detail. Vraag 2: Nieuw gen Netrin-4 ontdekt Stel een hypothese op voor expressie en tijdstip van expressie en welk exp zou je uitvoeren? Geef een winst-of-functie en een verlies-van-functie expreriment? Vraag 1: Neurogenese - vraag over hoe en waar neuronen ontstaan in de laterale plaat (over laterale inhibitie enzo) - D-V patroonvorming in neurale buis - Hoe bewegen interneuronen in de neurale buis (algemeen en gedetailleerd, dus hoe ze de midlijn kruisen) Vraag 2: Patroonvorming mesoderm van kikker en muis uitleggen en dan hoe de vorming van axiale skelet (wervels en ribben) hieruit volgt, gebruik makend van de verschillende hoofdstukken van de cursus. Vraag 1: van noggin naar Noggin 2 We hadden zogezegd een nieuw gen ontdekt in de databanken dat sterk leek op noggin. Nu moesten we aan de hand van een hypothese en verschillende experimenten proberen aan te tonen of het nieuwe gen effectief gelijkaardig was. 1) formuleer een hypothese ivm het expressiepatroon en de functie van noggin 2 2) Werk experimenten uit om deze hypothese te toetsen en geef een voorbeeld van een resultaat dat de hypothese bevestigt en een resultaat dat de hypothese afbreekt 3) Werk een LOF hypothese uit en geef een voorbeeld van een resultaat dat de hypothese bevestigt en een resultaat dat de hypothese afbreekt 4) Werk een GOF hypothese uit en geef een voorbeeld van een resultaat dat de hypothese bevestigt en een resultaat dat de hypothese afbreekt Vraag 2: Neurale inductie 1) Neuraal weefsel kan in niet neuraal weefsel geinduceerd worden wanneer: en dan volgden er 10 stellingen over injecties met factoren zoals goosecoid en BMP4 en over transplantatie experimenten 2) bij transplantatie van de blastoporus lip van een late gastrula naar de VMZ in een vroege gastrula krijgen we: - 2 koppig - 2 staartig - 2 afzonderlijke intacte embryo's - geen effect Ook wij kregen geen artikel maar de experimenten die we daar hebben gezien heb ik toch toegepast voor mijn 1e vraag. Vraag 1: Inducties - 6 experimenten (grafts, RNA injecties, animal cap assays) waarbij je moet zeggen als er neurale inductie is of niet, en leg uit waarom. Je moet ze ook telkens tekenen. (probeer maar eens een 4-cellig stadium te tekenen, heb toch een poging gewaagd ) - Als je sense RNA van Bmp2 in alle blastomeren van een 4cellig embryo vegetaal injecteert in alle4 de blastomeren, krijg je dan mesoderm inductie? - mesoderm inductie Vraag 2: Somitogenese - som de verschillende soorten mesoderm op, en geef kort tot wat ze ontwikkelen - bespreek de somitogenese van 1 van deze 5, en leg uit waarom sommige dingen zo bijzonder zijn - bespreek fate en patroonvorming en enkele experimenten om dat te bewijzen - wat gebeurt er als je een noggin beat inplant thv LPM - wat zijn myogene basic helix loop helix transcriptie factoren, hoe werken ze, en waar komen ze nog voor? Aja, als het een tip mag zijn.. ik zou, zeker van de hoofdstukken 6-9 (da zijn tenslotte de moeilijkste) maken dat je toch de structuur van die hoofdstukken kent. Dus maak dat je echt zo die ondertiteltjes kent en weet wat na wat komt, en welk experiment onder welke titel etc ... Zo ga je het best die 2e opbouwende vraag (bij ons over somitogenese) kunnen oplossen. bij mij heeft da allesinds geholpen.