De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Inhoudsopgave 1. Inleiding ............................................................................................................................. 3 2. De normale flora: .............................................................................................................. 4 2.1 De huid ...................................................................................................................................... 4 2.2 De slijmvliezen .......................................................................................................................... 4 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.2.4. De mondholte .................................................................................................................................. 5 De neus- en keelholte ...................................................................................................................... 5 Het maagdarmkanaal ....................................................................................................................... 5 Het urogenitaalstelsel ...................................................................................................................... 5 3. Overzicht van de vaste bewoners van ons lichaam .......................................................... 6 4. De functie van de normale flora ....................................................................................... 7 5. De eigenschappen van pathogene micro-organismen ..................................................... 9 5.1 Laboratoriummethoden om de bron van een infectie op te sporen en de besmettingsweg te vinden ........................................................................................................................................... 10 5.1.1. 5.1.2. 5.1.3. 5.1.4. 5.1.5. Biotypering. ................................................................................................................................... 10 Serotypering. ................................................................................................................................. 10 Bacteriofaagtypering. .................................................................................................................... 10 Antibiogrammen. .......................................................................................................................... 11 DNA-samenstelling ....................................................................................................................... 11 5.2 De vijf stappen ........................................................................................................................ 11 Na de bespreking van de identificatiemethoden gaan we veer verder met de diverse stappen die een pathogeen micro-organismen moet ondernemen om daadwerkelijk een ziekte te veroorzaken. Nog een s op een rijtje: ...................................................................................................................................................... 11 5.2.1. Het binnenkomen in het lichaam ................................................................................................... 12 Slijmvliezen ................................................................................................................................................. 12 De huid ........................................................................................................................................................ 12 De parenterale route .................................................................................................................................... 12 De favoriete ingang ..................................................................................................................................... 12 5.2.2. Het hechten aan de huid een slijmvliezen ..................................................................................... 13 5.2.3. Het zich teweerstellen tegen de afweer van de gastheer................................................................ 14 Kapsels ........................................................................................................................................................ 14 Celwandsamenstelling ................................................................................................................................. 14 Exo-enzymen ............................................................................................................................................... 14 5.2.4. Toxinen ......................................................................................................................................... 15 5.2.5. Het maken van een overstap naar een volgende gastheer.............................................................. 16 Uiteraard moet het m.o vervolgens om zich te handhaven een volgende gastheer kunnen bereiken. Hierover gaat het volgende hoofdstuk, de epidemiologie ........................................................................... 16 6. Epidemiologie .................................................................................................................. 17 7. De overdracht van micro-organismen. ........................................................................... 19 C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 1 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 7.1 Besmettingsbronnen ............................................................................................................... 22 7.2 Porte de sortie ......................................................................................................................... 22 7.3 Besmettingswegen................................................................................................................... 22 7.3.1. 7.3.2. Directe besmettingsweg ................................................................................................................ 22 Indirecte besmettingswegen .......................................................................................................... 23 7.4 Porte d' entrée......................................................................................................................... 23 7.5 De nieuwe gastheer ................................................................................................................. 23 8. Leeropdrachten: .............................................................................................................. 25 9. Leerdoelen ....................................................................................................................... 30 C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 2 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 1. Inleiding We hebben allemaal onze afweermechanismen om ons gezond te houden. Zoal bijvoorbeeld een huid en slijmvliezen welke effectieve barrières zijn tegen microbiële invasies. Binnen in ons lichaam zijn speciale cellen en eiwitmoleculen aan het samenwerken om micro-organismen te vernietigen. Ondanks deze afweer zijn we toch gevoelig voor ziekte veroorzakende micro-organismen. In dit hoofdstuk wordt besproken waarom we niet van alle micro-organismen waarmee we in aanraking komen ziek worden, waarom sommige micro-organismen ons wel ziek kunnen maken, en hoe ziekten zich kunnen verspreiden. Onder een besmetting verstaat men het in contact komen met een micro-organisme. Met een infectie wordt bedoeld dat men vervolgens, na deze besmetting met deze microorganismen, ziek wordt. Om een en ander uit te leggen wordt gebruik gemaakt van voorbeelden: alleen de voorbeelden van de vetgedrukte micro-organismen worden in de toets gevraagd C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 3 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 2. De normale flora: Dieren zowel als mensen zijn wanneer ze zich nog in de baarmoeder bevinden kiemvrij. Onmiddellijk na de geboorte ontwikkelt zich een geheel eigen en karakteristieke flora op en in het lichaam. Vlak voor de geboorte van de baby vindt er een snelle vermenigvuldiging van lactobacillen plaats in de vagina van de aanstaande moeder. Het eerste contact van de nieuwe wereldburger is met deze bacteriën en deze lactobacillen vormen de eerste bewoners van zijn darmen. Daarna komen ook andere micro-organismen uit de omgeving het lichaam binnen als het ademen begint en voedsel binnenkomt. Hierdoor vestigen zich ook andere micro-organismen zoals onder ander Escherichia coli in de darm. Na een maand bestaat de darmflora voor 99,99% uit strikt anaerobe micro-organismen Deze micro-organismen blijven hier levenslang. Vele andere normaal onschadelijke micro-organismen vestigen zich in andere delen van het lichaam en op het oppervlak. Het menselijk lichaam bestaat uit1015 cellen en huisvest 1014 bacteriecellen! De micro-organismen die min of meer permanent aanwezig zijn zonder onder normale omstandigheden schade aan de gastheer te berokkenen noemt men de normale (micro)flora. Andere micro-organismen die slechts een kort periode aanwezig zijn noemt men de tijdelijke flora. De micro-organismen treft men niet verspreid over het gehele lichaam aan maar slechts op speciale plaatsen. Het betreft hier de oppervlakken, allereerst de huid het uitwendige oppervlak van ons lichaam en daarnaast de slijmvliezen die inwendig organen bekleden en een grensvlak vormen tussen de buitenwereld en het organisme. 2.1 De huid De huid is een vrij onherbergzaam milieu voor micro-organismen, het is er erg droog, de pH is laag . De vaste bewoners van de huid (ook wel residente flora genoemd) leven in de haarfollikels, de zweetklieren en de huidgroeven waar het iets vochtiger is en voedingsstoffen aanwezig zijn. Deze vaste bewoners laten zich door gewoon wassen niet verwijderen. Dit in tegenstelling tot de tijdelijke huidflora, dit zijn bacteriën die door contact op de huid zijn terecht gekomen: meestal op het gezicht, het behaarde hoofd, de oren, en de handen, deze tijdelijke bewoners sterven snel af door de slechte omstandigheden en door de aanwezigheid van de huidflora.. De vaste bewoners kunnen alleen onder bepaalde omstandigheden de huid infecteren, Staphylococcus aureus kan bij een wondje een steenpuist veroorzaken, Propionobacterium acnes veroorzaakt acne bij stofwisselingsveranderingen in de pubertijd. 2.2 De slijmvliezen C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 4 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? De met slijmvliezen bedekte organen hebben elk hun kenmerkende flora: 2.2.1. De mondholte Door het vochtige voedselrijke milieu een ideale kweekplaats voor micro-organismen. Op elk oppervlak groeien weer andere micro-organismen , in het speeksel vindt geen groei plaats. De anaërobe micro-organismen zijn in de meerderheid. Ook op het tandoppervlak leven in de tandplaque bacteriën zoals Streptococcus mutans en Streptococcus sanguis die tandcariës veroorzaken. 2.2.2. De neus- en keelholte Door de ademhaling komen met de lucht veel micro-organismen de neusholte binnen, de meeste worden opgevangen in het slijmvlies van de neus en hier gedood en afgevoerd. Ook kent het slijmvlies van de mond- en keelholte veel vaste bewoners. De diepere luchtwegen bevatten meestal geen micro-organismen, omdat de slijmvliezen van de bovenste luchtwegen deze al hebben weggevangen. 2.2.3. Het maagdarmkanaal Het voedsel dat veel bacteriën bevat wordt in de mond gemengd met enzymrijk speeksel waarin veel micro-organismen doodgaan. Daarna passeert het de slokdarm en komt de maag binnen; de pH is hier 2,dus ook hier veel afsterving (hangt af van de snelheid van de voedselpassage, de hoeveelheid voedsel).Na passage van de maag stijgt de pH in de dunne darm. In de dikke darmleven zeer veel micro-organismen, de zogenaamde darmflora, deze bestaat voor het overgrote deel (meer dan99%) uit srtrikt anaerobe bacterien, zoals Clostridium en Bacteroides, facultatief anaeroben zoals Escherichia coli en Entero coccus faecalis, deze laatste twee soorten zijn echter wel altijd aanwezig. 2.2.4. Het urogenitaalstelsel Ook op de slijmvliezen van deze organen is een blijvende flora gevestigd. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 5 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 3. Overzicht van de vaste bewoners van ons lichaam Plaats Huid Bewoners Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Propionibacterium acnes Candida spp. Ogen Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Corynebacteriaceae Neus, slijmvliezen Keel, de bekleding (slijmvliezen) van keelholte en luchtwegen Mond, de tanden en kiezen en de slijmvliezen in de mondholte en de slokdarm Dikke darm Urogenitaal stelsel Staphylococcus aureus Staphylococcus epidermidis Streptococcus pneumoniae Haemophilus,Neisseria Verscheidene soorten van Streptococcus Lactobacillus Actinomyces Fusobacterium Bacteroides Candida en vele anderen Bacteroides, Fusobacterium, Lactobacillus, Enterococcus, Bifidobacterium, Escherichia coli (en andere entero's), Streptococcus , Staphylococcus epidermidis, aerobe micrococcen, Enterococcus, Lactobacillus, Pseudomonas, Klebsiella, Proteus in urethra, Staphylococcus, Bacteroides, Clostridium, Candida albicans (gist), en Trichomonas vaginalis (protozo) in de vagina C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 Verklaring De huid is voor de meeste microorganismen een onherbergzaam oord vanwege de droogte en de secretie van antimicrobe stoffen door zweet en talgklieren. lage pH, het zoutgehalte Hoewel sommige leden van de flora potentiële pathogenen zijn wordt dit vermogen onderdrukt door microbieel antagonisme Hoewel sommige leden van de flora potentiële pathogenen zijn wordt dit vermogen onderdrukt door microbieel antagonisme Vocht, warmte en de constante aanwezigheid van voedsel(resten) maakt de mond tot een ideaal milieu voor een grote en diverse populatie van micro-organismen. Hier verblijven de meeste microorganismen: vocht, warmte en voedingsstoffen, het is een anaeroob milieu. In de urineleider bevindt zich een blijvende flora, In de vagina leven vanwege de lage pH slechts zuurtolerante microorganismen. 6 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 4. De functie van de normale flora Wanneer de normale flora zich eenmaal heeft gevestigd kan deze de gastheer beschermen door de groei van schadelijke micro-organismen te voorkomen. Dit verschijnsel wordt kolonisatieresistentie genoemd. De oorzaak is gelegen in de competitie tussen microben. Zo beschermt de normale flora de gastheer tegen kolonisatie door potentieel pathogene microorganismen door een competitie om voedingsstoffen en ruimte. Ook vormt de normale flora schadelijke stoffen tegen indringers en creëert het ongunstige milieuomstandigheden wat betreft pH en beschikbaar zuurstof. Wordt het evenwicht tussen de normale flora en de pathogenen verstoord, dan kan dit ziekte tot gevolg hebben. Zo houdt bijvoorbeeld de microflora in de vagina de pH hier op 3.5-4.5. Hierdoor is de pH zo laag dat de groei van Candida albicans, welke in kleine aantallen ook aanwezig is, wordt voorkomen. Wordt de normale flora uitgeroeid door het gebruik van antibiotica, extreem douchegedrag of deodorants dan wordt de pH neutraal en kan Candida albicans (ongevoelig voor antibiotica) uitgroeien en infectie veroorzaken. Een ander voorbeeld is E.coli in de dikke darm, deze vormt bacteriocinen, die de groei van nauw verwante pathogene soorten zoals Salmonella en Shigella remt. Symbiose Het verschijnsel dat twee organismen , hier de gastheer met de bacterie, samenleven, noemt men symbiose . Is een van de partners hierdoor bevoordeeld terwijl het voor de andere partner geen voordelen maar ook geen nadelen oplevert dan spreekt men van commensalisme; zeer veel microorganismen die deel uit maken van onze normale flora zijn commensalen. De mens is de “gastheer”. Hebben beide partners voordeel van de samenleving, dan spreekt men van mutualisme. Een voorbeeld van deze situatie is E.coli in de darm waar hij vitamine K vormt en enkele Bvitaminen. Is er één partner de dupe dan spreekt men van parasitisme, pathogene micro-organismen zijn parasieten. Bedenk wel dat de relatie kan veranderen als de omstandigheden zich wijzigen; zo kan een E.coli, mutualistisch in de dikke darm, in andere delen van het lichaam pathogeen zijn: blaasontsteking, longontsteking, meningitis en abcessen(wondinfectie). Opportunistische pathogenen zijn organismen die gewoonlijk in hun normale habitat in een gezonde gastheer geen ziekte veroorzaken. Verandert de situatie, of komen ze op een plaats waar ze niet horen, dan kunnen ze wel degelijk schade berokkenen aan de gastheer. Denk hierbij aan micro-organismen van de huidflora die bij een beschadiging van de huid C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 7 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? wondinfectie veroorzaken, S.aureus gevreesd in ziekenhuizen als veroorzaker van wondinfecties, maar ook de veroorzaker van steenpuisten; een ander voorbeeld is het veroorzaken van een infectie in de urinewegen door bijvoorbeeld een E.coli of een andere enterobacterie uit de darmen. Men spreekt dan van een commensale infectie. Tegenwoordig zijn dit soort infecties (met opportunistische pathogenen, dus) een minstens zo groot probleem (nij men s en dier) als infecties met “echte” pathogenen. Ook bij een verminderde weerstand kunnen normaal onschadelijke commensalen ziekte veroorzaken. AIDS, een ziekte van het immuunsysteem veroorzaakt door een virus, gaat vaak gepaard met dergelijke infecties. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 8 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 5. De eigenschappen van pathogene micro-organismen Via dezelfde wegen waarlangs men besmet kan raken met de niet-schadelijke commensale micro-organismen kan men ook in contact komen met pathogenen. Pathogenen zijn microorganismen die na besmetting schade aan de gastheer berokkenen. Niet elke gastheer is gevoelig voor een bepaalde pathogeen. Het hangt van de diersoort af of een micro-organisme ziekte kan veroorzaken. Ook de plaats van besmetting is van belang: zo is Pseudomonas pathogeen in een brandwond maar niet in de dikke darm. Slechts een klein deel van de micro-organismen die in de natuur voorkomen, veroorzaken een infectieziekte. Wil een micro-organisme ziekte kunnen veroorzaken, dan moet het aan een aantal voorwaarden voldoen: a. Het micro-organisme moet het lichaam weten binnen te komen, b. Het micro-organisme moet zich weten te hechten aan de huid of slijmvliezen van de gastheer, c. Het micro-organisme moet zich weten te handhaven in de gastheer; het moet dus bestand zijn tegen de afweer van de gastheer, d. Het micro-organisme moet het weefsel van de gastheer weten te beschadigen door giftige stoffen, e. Het micro-organisme moet in staat zijn onbeschadigd de overstap naar de volgende gastheer te maken. Voldoet een micro-organisme niet aan alle kenmerken dan wordt het niet als pathogeen beschouwd. Zo zijn er micro-organismen die in levensmiddelen giftige stoffen vormen, maar in het lichaam zich niet kunnen vermeerderen. Deze micro-organisme worden toxicogeen genoemd. Men spreekt van voedselvergiftiging. Andere micro-organismen kunnen zich wel vermeerderen in het lichaam, in de darm; men spreekt dan van voedselinfectie. De eerste drie eigenschappen geven het micro-organisme de gelegenheid ons lichaam binnen te dringen, te bezetten en uit te groeien tot grote aantallen; ze worden samen ook wel het invasief vermogen genoemd. Bezit een micro-organisme tevens de eigenschap om giftige stoffen te vormen (eigenschap 4) dan spreekt men pas van een pathogeen micro-organisme. De pathogeniteit is een eigenschap kenmerkend voor de soort. De mate waarin een micro-organisme pathogeen is wordt de virulentie genoemd. Dit kan binnen een soort variëren: het is een eigenschap van een stam of type binnen een soort. Dit gegeven is de reden dat men bij microbiologisch onderzoek vaak niet alleen wil weten met welke soort men te maken heeft maar ook met welk type. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 9 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 5.1 Laboratoriummethoden om de bron van een infectie op te sporen en de besmettingsweg te vinden Een belangrijk aspect bij het tot staan brengen van een epidemie is het zeer precies identificeren van het betrokken micro-organisme. De bedoeling is dan onderscheid te maken tussen microorganismen die de ziekte veroorzaken en vergelijkbare micro-organismen (maar een andere stam!) die de ziekte waarschijnlijk niet veroorzaken. Wanneer bijv. een aantal mensen op dezelfde afdeling van een ziekenhuis ziek worden door ogenschijnlijk dezelfde bacterie, is het belangrijk te weten of er één en dezelfde besmettingsbron is. Net zo belangrijk is het precies te kunnen identificeren van de ziekteverwekker onderweg, d.w.z. in water, melk, voedsel, in lucht of op voorwerpen (besmettingsweg) Na isolatie van de betreffende bacterie uit materialen van de verschillende patienten, of uit monsters van onderweg, kunnen de geïsoleerde stammen geïdentificeerd worden met o.a. (1)biotypering, (2)) serotypering, (3) bacteriofaagtypering, (4) antibiogrammen, (5) DNA-onderzoek. 5.1.1. Biotypering. Daarbij worden de uitslagen van verschillende determinerende biochemische tests vertaald in een aantal getallen. Vaak gaat het om commercieel verkrijgbare testsystemen. Zo worden de testresultaten van API 20-E omgezet in een 7-cijferig getal. Een voorbeeld van een uitslag is: Escherichia coli biotype 5144552 (dit is een Escherichia coli die saccharose niet vergist; wanneer de bacterie saccharose wel vergist, maar verder precies dezelfde testuitslagen geeft, is het een Escherichia coli biotype 5144572). 5.1.2. Serotypering. Sommige bacteriesoorten kunnen in verschillende typen onderverdeeld worden gebaseerd op antigene verschillen, zoals die op het celoppervlak. Deze oppervlakte-antigenen kunnen door specifieke antilichamen herkend worden. De herkenning wordt zichtbaar gemaakt op een objektglaasje, waarop verschillende specifieke antisera worden samengebracht met een beetje bacteriemateriaal; men neemt dan wel of niet agglutinatie waar. Serotypering wordt veel gebruikt bij het typeren van Salmonella (maar ook bij het aantonen van bijv. verschillende Escherichia coli-serotypen). 5.1.3. Bacteriofaagtypering. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 10 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Deze techniek wordt — met veel succes — gebruikt om de verschillende stammen van o.a. Staphylococcus aureus van elkaar te onderscheiden. Bacteriofaag- (kortweg faag-)typering wordt uitgevoerd door de te onderzoeken bacteriestam zódanig op een agarplaat te brengen dat na 18 uur incuberen een egaal begroeide plaat te zien is. Vóór de incubatie wordt echter een drup van verschillende (Staphylococcus aureus-)bacteriofagen volgens een vast patroon op het agaroppervlak gebracht. De plaat wordt bekeken na de incubatieperiode. Op die plaatsen van de plaat waar opgehelderde rondjes te zien zijn, hebben bacteriofagen gezeten waar de onderzochte Staphylococcus aureus-stam gevoelig voor was; het patroon van wel of niet opgehelderde rondjes leidt tot een faagtype van de bacterie. 5.1.4. Antibiogrammen. Hierbij wordt het antibiticumgevoeligheidspatroon van de te onderzoeken bacteriestam bepaald. In een later hoofdstuk over antimicrobiële middelen wordt uitgebreid beschreven hoe antibiogrammen bepaald worden. 5.1.5. DNA-samenstelling Met moderne DNA technieken kan men de kenmerken van een bacterie bepalen.en onderlinge overeenkomsten vaststellen tussen bekende stammen en de te onderzoeken onbekende stam. 5.2 De vijf stappen Na de bespreking van de identificatiemethoden gaan we veer verder met de diverse stappen die een pathogeen micro-organismen moet ondernemen om daadwerkelijk een ziekte te veroorzaken. Nog een s op een rijtje: a. Het micro-organisme moet het lichaam weten binnen te komen, b. Het micro-organisme moet zich weten te hechten aan de huid of slijmvliezen van de gastheer, c. Het micro-organisme moet zich weten te handhaven in de gastheer; het moet dus bestand zijn tegen de afweer van de gastheer, d. Het micro-organisme moet het weefsel van de gastheer weten te beschadigen door giftige stoffen, e. Het micro-organisme moet in staat zijn onbeschadigd de overstap naar de volgende gastheer te maken. Hieronder worden deze stappen achtereenvolgens besproken: C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 11 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 5.2.1. Het binnenkomen in het lichaam De toegangsdeuren (in het Engels:Portal for Entry in het Frans maar ook als medische term in het Nederlands: porte d’éntrée) voor micro-organisme zijn per soort verschillende. De mogelijkheden zijn slijmvliezen, huid en de parenterale route; Slijmvliezen Veel bacteriën en virussen komen het lichaam binnen via de slijmvliezen. Denk hierbij aan de slijmvliezen van de ademhalingswegen, het maagdarmkanaal, het urogenitaalstelsel en het oog. De belangrijkste doelwitten zijn de ademhalingswegen en het maagdarmkanaal. De ademhalingswegen worden het vaakst bezocht door infectieuze micro-organismen. De micro-organismen worden geïnhaleerd via neus of mond in hele kleine druppeltjes of stofdeeltjes. Voorbeeldenvan ziektes: verkoudheid, longontsteking, tuberculose, influenza, mazelen, en de veteranenziekte. De micro-organismen verlaten het lichaam ook vaak weer via de luchtwegen. Andere micro-organismen komen het maagdarmkanaal binnen via voedsel, water en via besmette vingers. De meeste micro-organismen die zo binnenkomen sneuvelen in de maag door de aanwezigheid van zoutzuur en enzymen, of in de dunne darm door gal en enzymen. De overlevende micro-organismen kunnen ziektes veroorzaken. Voorbeelden: polio, hepatitis, dysenterie,salmonellose, tyfus en cholera. Deze pathogenen verlaten het lichaam via de faeces en kunnen via besmet water, voedsel en vingers nieuwe gastheren besmetten. De urogenitaalwegen kunnen besmet raken via seksueel verkeer. Sommige SOA’s (seksueel overdraagbare aandoeningen). Voorbeelden :AIDS, syfilis, herpes en gonorreu. De huid De huid, een van onze grootste organen is een belangrijke barrière tegen infectieziekten, een intacte huis is ondoorlaatbaar voor verreweg de meeste micro-organismen. Sommige microorganismen verschaffen zich toegang via openingen in de huid zoals haarzakjes, en zweetkliertjes. Sommige schimmels groeien op de huid of infecteren de huid zelf. De parenterale route Ook kan een micro-organisme de huid passeren wanneer deze barrière wordt doorboord of beschadigd: injecties, insectensteken, beten, wonden, operaties zijn voorbeelden hiervan. De favoriete ingang Zelfs nadat een micro-organisme het lichaam is binnengedrongen hoeft dat nog geen infectie te betekenen. Elk micro-organisme heeft zijn eigen favoriete ingang (porte d’entree). Een andere wijze van binnenkomen zal geen gevolgen voor de gastheer hebben. Dit heeft alles te maken met de weefselvoorkeur van het micro-organisme. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 12 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Hieronder enkele voorbeelden Ingang Pathogeen Ziekte Ademhalingswegen Influenzavirus Streptococcus pneumoniae Shigella spp Salmonella enteritidis Salmonella typhi Neisseria gonorrhoea Human Immunodeficiency Virus (HIV virus) Clostridium perfringens Clostridium tetani Hepatitis B virus Plasmodium spp.(protozoa) Influenza(griep) Longontsteking Incubatietijd ((niet uit je hoofd leren!) 18-36 uur variabel Bacillare dysenterie Salmonellose 1-2 dagen 7-22 uur tyfus Gonorreu 14 dagen 3-8 dagen AIDS 10 jaar Gasgangreen 1-5 dagen Tetanus Hepatitis B Malaria 3-21 dagen 6 weken-6 maanden Maagdarmkanaal Urogenitaalstelsel Huid of parenteraal 5.2.2. Het hechten aan de huid een slijmvliezen Zijn micro-organismen eenmaal in de gastheer binnen,gedrongen dan dienen ze zich aan het betreffende weefsel van de gastheer te hechten. Dit gebeurt door oppervlakte moleculen op de cel van de pathogeen: adhesinen die zich specifiek binden aan complementaire moleculen op de cellen van het gastheerweefsel: receptoren. De adhesinen liggen op het kapsel of op de fimbriae. Het zijn glycoproteinen op lipoproteïnen. De receptoren zijn bepaalde koolhydraten zoals mannose. Als de hechting tussen gastheer en pathogeen voorkomen kan worden door de receptoren en /of de adhesinen te veranderen, dan kan de ziekte voorkomen of genezen worden. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 13 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 5.2.3. Het zich teweerstellen tegen de afweer van de gastheer Hoewel sommige pathogenen de schade al kunnen aanrichten terwijl ze op het oppervlak gehecht zijn, moeten de meest zich in het weefsel van de gastheer begeven om ziekte te veroorzaken; ze richten daar in het weefsel schade aan. Hieronder enkele wapens waarvan de pathogenen zich kunnen bedienen. Kapsels De aanwezigheid van een kapsel verhoogt de virulentie van een bacteriesoort. Het kapsel belemmert de fagocytose. Heeft de gastheer echter antistoffen tegen het kapsel gevormd dan kunnen deze op het kapsel hechten en zo de bacterie ‘’fagocytoseklaar’’ maken. Een voorbeeld van een bacterie die zijn pathogeniteit te danken heeft aan de aanwezigheid van een kapsel is Streptococcus pneumoniae, de veroorzaker van pneumococcen longontsteking. Alléén stammen met een kapsel zijn virulent, de andere stammen niet. Echter , niet alleen het kapsel speelt een rol: er zijn veel niet-pathogenen met een kapsel en er zijn ook pathogenen zonder kapsel. Celwandsamenstelling Bepaalde bacteriën zoals Streptococcus pyogenes vormen een zuur- en hitteresistent eiwit, het M-proteine, dat zowel op het oppervlak als fimbriae aanwezig is. Deze stof maakt de stammen resistent tegen fagocytose door de gastheer. Immuniteit van de gastheer tegen dit micro-organisme ontstaat als deze antistoffen tegen dit proteine-M heeft gevormd. Mycobacterium tuberculosis heeft in celwand een vetachtige stof die de vertering door de fagocyt verhindert, zodat in de fagocyt zelfs vermeerdering van de bacteriecellen kan plaatsvinden. Exo-enzymen Andere chemische wapens van pathogenen zijn een ruim assortiment aan enzymen die de gastheer schade berokkenen: Leukocidinen: vernietigen de witte bloedcellen die actief zijn in de fagocytose, en ondermijnen zo de afweer van de gastheer. Hemolysinen: maken de celmembranen van de gastheer kapot: dit verschijnsel is zichtbaar te maken op een bloedplaat vandaar de naam hemolysinen. Coagulases doen het fibrinogeen in het bloed samenklonteren, belangrijk bij het ontstaan van furunkels en steenpuisten, vermoedelijk een middel om de micro-organismen te isoleren en ontoegankelijk te maken voor de afweer van de gastheer C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 14 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Streptokinasen breekt juist fibrinestolsels af, deze fibrinestolsels zijn door het lichaam gevormd als bolwerk tegen binnendringende streptokokken. Hyaluronidase, breekt het cement tussen de cellen van het gastheerweefsel af waardoor de bacteriën zich beter kunnen verspreiden. Deze bacteriën zijn streptokokken, stafylococcen en Clostridia. 5.2.4. Toxinen Worden de stoffen nog giftiger (in kleinere hoeveelheden werkzaam met zeer ernstige gevolgen)dan spreekt men van toxinen. Een duidelijk onderscheid met exo-enzymen is echter niet te maken ,.en daardoor dubieus. Ook de toxinen zijn voor het overgrote deel enzymen. De toxinen zijn in twee groepen in te delen: de exotoxinen en de endotoxinen. Exotoxinen Exotoxinen zijn enzymen die door het micro-organisme nadat ze gevormd zijn worden uitgescheiden. Ze kunnen op de plaats van productie werkzaam zijn. Ze kunnen zich vervolgens bijvoorbeeld via het bloed door het lichaam verspreiden en kunnen dan ook op grote afstand van de oorspronkelijke infectieplaats werkzaam zijn. Berucht zijn in dit verband het difterietoxine gevormd door Corynebacterium diphtheriae en de toxinen van Clostridium tetani (veroorzaker van tetanus) en Clostridium perfringens (gasgangreen, maar ook voedselinfectie).De meeste exotoxinen werken heel specifiek, aan de symptomen is de ziekte te herkennen, Een speciale groep binnen de exotoxinen zijn de enterotoxinen., zij zijn wel op de oorspronkelijke infectieplaats werkzaam! Ze grijpen aan op de darmwand. Er zijn veel beruchte micro-organismen die ze vormen: Staphylococcus aureus, Clostridium perfringens, en Bacillus cereus, Vibrio cholerae, sommige stammen van E.coli en Salmonella enteritidis (weer noodzaak tot typering!). Ze verstoren het osmotisch evenwicht tussen de darminhoud (darmlumen) en het bloed in de capillairen rond de darmvlokken. Het gevolg is dat het water het bloed verlaat: waterdunne diarree, levensbedreigende uitdroging van de patiënt. Endotoxinen Endotoxinen liggen in de buitenste celmembraan van gram-negatieve bacteriën. Het zijn de lipopolysacchariden.. Deze lipopoly sacchariden zijn vaak giftig. Omdat ze celgebonden zijn noemt men ze endotoxinen (hoewel ze dus niet echt in de cel liggen). Ze komen pas in grote hoeveelheden vrij als de cellen (in het lichaam, tijdens de strijd tussen gastheer en micro-organisme) lyseren. De patiënt heeft hier last van wat tot uiting komt in algemene verschijnselen als hoofdpijn, koorts en diarree. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 15 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Ook in vitro kunnen endotoxinen vrijkomen. Denk hierbij aan de sterilisatie of het kiemarm maken van infuusvloeistoffen en medische hulpmiddelen als catheters en pacemakers en dergelijke. Door het vernietigen van de bacteriecellen op of in deze producten zijn we de bacteriën kwijt maar zijn er juist zeer veel endotoxinen ontstaan. De producten worden rechtstreeks in het lichaam gebracht inclusief de endotoxinen met alle gevolgen van dien voor de patiënt. Het vrijkomen van deze endotoxinen moet dus of voorkomen worden door de producten zo kiemarm mogelijk te produceren, of vernietigd worden door zeer hoog en zeer lang te verhitten. In dit verband spreekt men ook wel van pyrogenen. Het onderzoek naar pyrogenen maakt deel uit van het microbiologisch onderzoek tijdens de stage bij Cordis in Roden en het CLB in Amsterdam. 5.2.5. Het maken van een overstap naar een volgende gastheer Uiteraard moet het m.o vervolgens om zich te handhaven een volgende gastheer kunnen bereiken. Hierover gaat het volgende hoofdstuk, de epidemiologie C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 16 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 6. Epidemiologie Epidemiologie is de wetenschap waarin men de wijze waarop ziekten zich verspreiden bestudeert, om na verkregen inzicht naar mogelijkheden te zoeken deze verspreiding tegen te gaan. De antwoorden op de vragen Wie?, Waar en Wanneer? leveren hierbij belangrijke informatie op voor het krijgen van een beter inzicht in de verspreiding van de ziekte. Vervolgens kan men dan maatregelen nemen om de ziekte te voorkomen en /of te bestrijden Wie ? Hierbij kijkt men naar de aantallen mensen die de ziekte krijgen en of er ook bepaalde risicogroepen zijn. De aantallen: Endemie Komt een ziekte niet op een bepaalde plaats of in een bepaalde tijd geconcentreerd voor, maar verspreid in de bevolkingsgroep, dan spreekt men van een endemisch voorkomen van deze ziekte (endemie.De ziekte is voortdurend in de populatie aanwezig, waarbij steeds een vast, maar klein percentage van de mensen ziek is. De oorzaak kan zijn dat de weerstand van de meeste mensen goed is, bijvoorbeeld door vaccinatie. Ook leefgewoonten kunnen een rol spelen. Epidemie Indien een ziekte bij een groot aantal mensen van een bevolkingsgroep binnen een korte tijd optreedt spreekt men van een epidemisch voorkomen van die ziekte, voorbeelden zijn mazelen en tuberculose, en bij dieren varkenspest. Pandemie Sommige epidemieën verspreiden zich zeer snel over een groot deel van de wereldbevolking. Er is dan sprake van een pandemie. Een voorbeeld is influenza, veroorzaker van het griepvirus dat telkens van gedaante verandert d.w.z. van antigene samenstelling waardoor de meeste mensen er geen weerstand tegen bezitten. Soms komt een ziekte vooral bij bepaalde bevolkingsgroepen voor. Zo zijn er de kinderziektes die juist bij kinderen voorkomen, de verklaring is dat de ziekteverwekker zo wijd verspreid in de bevolking voorkomt dat je de ziekteverwekker wel vroeg in je leven moet tegenkomen. Omdat de ziekte een levenslange immuniteit achterlaat worden oudere mensen niet meer ziek.Kinderziekten komen vaak als endemie voor. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 17 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Een bekende afkorting is YOPI, welke staat voor een aantal groepen met een verminderde weerstand:, een afkorting van : Young,: zeer jonge kinderen, zij hebben (nog) niet voldoende weerstand Old, voor bejaarden waarbij de weerstand is teruggelopen Pregnant, ook zwangere vrouwen hebben een verminderde weerstand Immunodeficient., mensen waarvan het immuunsysteem verzwakt is zoals Aids-patiënten en mensen die met geneesmiddelen worden behandeld die de afweer onderdrukt. Er zijn ook beroepsziekten, zoals hepatitis . Wanneer ? Sommige ziektes (met name van de ademhalingswegen)komen voornamelijk in de winter voor zoals griep, andere (maagdarminfecties) juist meer in de zomer. Waar? Sommige ziekten zijn streekgebonden, met name ziekten waarbij het veroorzakende microorganisme door een insect moet worden overgebracht. Het zal duidelijk zijn dat die ziekte alleen voorkomt waar het insect leeft. Ook het welvaartspeil (hygiëne met name riolering) in een land beïnvloedt de mate waarin bepaalde ziektes voorkomen. De antwoorden op wie, wanneer en waar en hoeveel individuen geven waardevolle informatie over de wijze waarop een ziekteverwekker zich verspreidt.Zo heeft elke ziekte en zelfs elke ziekteuitbraak zijn eigen epidemiologie denk hierbij aan de Legionellabacterie en de WestFriese flora. Heeft men veel van dergelijke statistische gegevens over een ziekte verzameld dan kan men er achter komen hoe de verspreiding vermoedelijk plaatsvindt en maatregelen nemen.vermoedelijk plaatsvindt. Alleen direct onderzoek naar de ziekteverwekker bij patiënt en vermoedelijke besmettingsbron geven definitief uitsluitsel over hoe de verspreiding plaatsvindt. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 18 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 7. De overdracht van micro-organismen. Hoewel de overdracht per micro-organisme verschilt kun je aanj het besmettingsproces een aantal schakels onderscheiden: besmettingsbron Porte de sortie Gevoelig individue microorganisme Porte d’entrée besmettingsweg Figuur 1. Het micro-organisme verlaat de besmettingsbron via de uitgang, ook wel porte de sortie genoemd, en komt via een bepaalde besmettingsweg op de volgende gastheer terecht. Via de porte d’ entrée dringt het een gevoelig individu binnen waarin zich het vermeerdert. Dit individu wordt een nieuwe besmettingsbron etc,etc. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 19 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Hieronder staat een schema voor het besmettingsverloop van een tyfusbesmetting: Patient of drager anus Persoon zonder immuniteit tegen tyfus microorganisme mond Voedsel, handen of insecten besmet met faeces Figuur 2. Schematisch verloop van een tyfusbesmetting C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 20 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Kent men van een ziekte het besmettingsverloop dan kan men vervolgens maatregelen bedenken en uitvoeren om de ziekte te voorkomen of te bestrijden. Zie volgende schema: Isolatie en genezing Isolatie Patient of drager anus Persoon zonder immuniteit tegen tyfus microorganisme vaccinatie mond Voedsel, handen of insecten besmet met faeces Goede riolering Hygienische maatregelen bij de bereiding en het nuttigen van voedsel Figuur 3. Het verloop van een tyfusbesmetting en de maatregelen die men kan treffen om de ziekte te voorkomen . C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 21 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? Omdat elk micro-organisme zijn eigen wijze van verspreiding en besmetting heeft gaan we hieronder per schakel nog eens na wat de mogelijkheden zijn: 7.1 Besmettingsbronnen In een besmettingsbron vindt vermeerdering van het micro-organisme plaats en vanuit de bron verspreiden de micro-organismen zich in de omgeving, Zo is lang niet elke patient met een infectie een besmettingsbron : iemand met een (afgesloten) abces verspreidt geen micro-organisme in de omgeving. Niet alleen dieren en mensen kunnen een besmettingsbron zijn: ook in voedsel en water kunnen micro-organismen zich vermeerderen en daarna verspreiden. Dit is niet waarneembaar, dus bij een epidemie moet er vaak veel speurwerk en veel laboratoriumonderzoek verricht worden om de bron op te sporen : krantenartikel Bij de levende besmettingsbronnen zijn er verschillende situaties mogelijk: Ze kunnen lijden aan een ziekte waarbij de symptomen duidelijk waarneembaar zijn, men spreekt dan van een klinische ziekte. Voor de omgeving is de besmettingsbron duidelijk herkenbaar. Ze kunnen lijden aan een ziekte waarbij de symptomen van algemene aard zijn: koorts, moeheid, eetlustvermindering. Voor de omgeving maar ook voor de persoon zelf is het vaak niet duidelijk dat men te maken heeft met een (bepaalde) infectieziekte.Men spreekt ook wel van een sub-klinische ziekte. Voorbeeld van een ziekte met zo’n onzichtbare bron is tuberculose Mensen en dieren zijn besmettingsbron zonder dat ze zelf klachten hebben. Deze personen worden dragers genoemd . 7.2 Porte de sortie Meestal verlaten micro-organismen de levende bron door middel van lichaamsvloeistoffen die in aanraking zijn geweest met het geïnfekteerde deel van het lichaam: speeksel, tranen, uitscheidingsprodukten van de ademhalingswegen, bloed, urine, faeces, afscheidingen van het geslachtsapparaat, pus (etter), melk, enz. Dit zijn dan dus meteen ook de patientenmaterialen die je op een diagnostisch microbiologisch laboratorium voor onderzoek krijgt aangeboden. 7.3 Besmettingswegen 7.3.1. Directe besmettingsweg De kortste besmettingsweg is de directe besmettingsweg waarbij de micro-organismen direct van mens op mens worden overgedragen. Voorbeelden van ziekten die uitsluitend via deze weg kunnen worden overgebracht zijn de geslachtsziekten. De oorzaak is dat de veroorzakende micro-organismen buiten het lichaam snel afsterven. (andere ziektekiemen kunnen uiteraard rechtstreeks worden overgedragen maar het is niet strikt noodzakelijk) C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 22 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 7.3.2. Indirecte besmettingswegen Bij alle andere besmettingswegen is er de mogelijkheid van een of andere tussenschakel zoals: Voedsel en andere zaken (medicijnen, water, sondevoeding) die via het spijsverteringskanaal ons lichaam binnenkomen. Dit voedsel is zelf faecaal besmet via de handen , insecten, of voorwerpen zoals de knop van een kraan in een toilet. Het betreft hier voornamelijk ziekten van het spijsverteringskanaal. De nieuwe patiënt is nu zelf bron geworden. Stofdeeltjes, vooral de zeer kleine stofdeeltjes in de lucht kunnen zich al zwevende over grote afstanden verplaatsen en door hun geringe afmetingen bij inademen diep in de longen terechtkomen. Verder zijn deze deeltjes onzichtbaar en dus geen aanleiding om te gaan schoonmaken. De stofdeeltjes zijn afkomstig van textiel en onze huid die voortdurend afschilfert. Een derde soort deeltjes zijn kleine druppeltjes afkomstig uit openingen van ons lichaam: bij hoesten en niezen, maar ook bij praten en fluisteren ontstaan er kleine druppeltjes. Deze kunnen door anderen worden ingeademd al dan niet na indrogen (bijvoorbeeld in een zakdoek}. Deze kleine druppeltjes worden aerosolen genoemd; zij kunnen ook ontstaan bij het doorspoelen van het toilet. Ook met Legionella besmet (douche)water is helaas een actueel voorbeeld. Voorwerpen die besmet zijn met voedsel of stofdeeltjes: deurkrukken, telefoon, trapleuning, kraanknoppen kunnen door opeenvolgende aanraking door verschillende personen een infectie veroorzaken. Insecten, deze kunnen als vliegende tussenstof fungeren, maar ook een tussengastheer vormen zonder welke het micro-organisme zich niet kan ontwikkelen. In het laatste geval kan men beter spreken van een besmettingsbron. 7.4 Porte d' entrée In verreweg de meeste gevallen komen micro-organismen binnen via natuurlijke openingen: neus, mond, oog, oor, huid, anus, urethra, vagina. Na een operatie, of een wond door een ongeluk kunnen micro-organismen ook binnenkomen via kunstmatige openingen. Zoals we al eerder gezien hebben, heeft in principe elk micro-organisme zijn eigen porte d'entrée. Daarna hangt het van de toestand van de nieuwe gastheer (o.a. de afweer) af, of na het binnenkomen via de porte d'entrée de besmetting zal leiden tot een infectie. 7.5 De nieuwe gastheer Of een besmet persoon ook ziek wordt hangt van een aantal factoren af. Onder een besmetting verstaat men het in contact komen met een micro-organisme. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 23 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? met een infectie wordt bedoeld dat men vervolgens, na deze besmetting met deze microorganismen, ziek wordt. Hoewel we vele malen per dag besmet raken, worden we slechts zelden ziek. Dit ligt zowel aan de micro-organismen als aan de gastheer: De aard van het micro-organisme: is het pathogeen? (meestal niet). Zo ja: hoe virulent is het? Het aantal micro-organismen waarmee men besmet is. Het lichaam kan een klein aantal gemakkelijker de baas dan grote aantallen. Dit hangt mede af van de virulentie. Deze beide vormen samen de aanvalsdruk: Aanvalsdruk = Aantal x virulentie Is de besmettingsplaats wel de porte d’éntree van het micro-organisme? De weerstand van de gastheer. Is de gastheer gevaccineerd? Goed gevoed? Gezond? Hoe beter de conditie, hoe hoger de weerstand, hoe minder kans op een infectie, ook na een besmetting. In deze module is dit zo nu en dan aan de orde gekomen als er microorganismen bij ter sprake kwamen. Het is echter een onderwerp dat verder uitgebreid bij het onderdeel immunologie aan de orde komt. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 24 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 8. Leeropdrachten: Hieronder staan een aantal opdrachten die je kunnen helpen bij het leren (begrijpen) van de stof. Het zijn geen voorbeeldvragen voor een toets. Niet alle antwoorden staan in de bovenstaande tekst vermeld: De tekst is een algemene inleiding, het kan ook zijn dat je zelf op zoek moet gaan naar andere informatiebronnen om de concrete voorbeelden te vinden: de werkelijkheid dus. Echter in alle gevallen zijn het redelijk op te zoeken Aan de hand hiervan kun je nagaan of je de lesstof beheerst of dat er nog vragen zijn. Als je er niet uitkomt kun je. altijd de docent vragen of die je wil helpen het juiste antwoord te vinden: dit helpen is meestal op weg helpen en niet een kant en klaar antwoord van de leeropdracht!. Beschouw dit niet als van het kast je naar de muur gestuurd te worden of als het kluitje in het riet !. antwoorden, ze komen in veel boeken voor, ook op Internet kun je vaak het antwoord vinden. De antwoorden maken deel uit van de lesstof: er kan dus naar gevraagd worden in een toets. Zie ook de laatste pagina waar de leerdoelen van deze module staan Door zelf met de leerstof bezig te zijn leer je en onthoud je oneindig veel meer dan door een aantal antwoorden in je hoofd te stampen! 1. Waarom wordt een baby na de geboorte als hij voor het eerst in contact komt met microorganismen niet ziek? Noem twee redenen. 2. Welke micro-organismen behoren tot de residente huidflora? 3. Wat verstaat men eigenlijk onder de naam resident? 4. En wat is het tegenovergestelde begrip? 5. Waarom vestigen niet alle micro-organismen zich blijvend in de huid? 6. Welke bacteriën uit de residente flora kunnen een huidinfectie veroorzaken?, noem de namen. Onder welke omstandigheden zal dit plaatsvinden? 7. Geef de voordelen van handenwassen aan. In welke gevallen is handen wassen belangrijk? Wat gebeurt er in deze gevallen als men dit niet doet? 8. Er zijn ook mensen die zeer vaak per dag hun handen wassen, het liefst met desinfecterende zeep, omdat ze bang zijn voor de aanwezigheid van bacteriën! Is deze handelswijze doelmatig? Verklaar je antwoord. C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 25 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 9. Waar zijn de verschillende slijmvliezen gelokaliseerd? 10. Welke bacteriën komen voor op de harde oppervlakken in de mond? Met welk gevolg? Leg uit hoe dit komt. Geef ook aan met welke maatregelen dit te voorkomen is. 11. Welke bacteriën die ziekte kunnen veroorzaken komen bij gezonde mensen regelmatig voor in de neus-keelholte? 12. Hoe komt het dat in de diepere luchtwegen geen micro-organismen voorkomen 13. Noem 2 strikt anaerobe (geslachten) dikke darmbewoners en 2 soorten facultatieve dikke darm bewoners. 14. Wat heeft een laboratorium aan de wetenschap dat deze laatste twee soorten bij iedereen in de dikke darm voorkomen? 15. Wat is het nut van een darmflora voor de mens? Geef een uitgebreid antwoord. 16. Wat vindt YAKULT van een gezonde darmflora? Waarom moeten we volgens deze firma elke dag zo’n flesje drinken? 17. Wat gebeurt er met de darmflora na toediening van antibiotica die de dikke darm kunnen bereiken? 18. Wat kan hiervan het gevolg zijn? Verklaar. 19. Wat zijn commensalen? 20. Wat is een commensale infectie? Wanneer vindt deze plaats? Verklaar. 21. Wat is kolonisatieresistentie? 22. Wat is een pathogene bacterie? 23. Zal een besmetting met een pathogene bacterie altijd een infectie (ziekte) tot gevolg hebben? Verklaar met verschillende argumenten. 24. Aan welke eisen moet een micro-organisme voldoen om pathogeen te kunnen zijn? 25. Wat is toxiciteit? C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 26 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 26. Wat is een toxicogeen micro-organisme? 27. Wat is virulentie? 28. Wat is invasiviteit? 29. Welke ‘wapens’ heeft een micro-organisme in huis om een gastheer binnen te dringen/ Hoe werken ze? 30. Vul de volgende tabel in m.b.v. het dictaat en andere documentatie Eigenschap Exotoxinen Endotoxinen Waaronde enterotoxine r: n Verklaring van de naam Chemische samenstelling Hittegevoeligheid Mate van giftigheid Specifieke symptomem? Mate van de antigene werking (hoe hevig reageert de gastheer met de vorming van antistoffen?) 31. Noem micro-organismen die voedselvergiftiging veroorzaken door de vorming van exotoxinen? 32. Vermeld hierbij waar (al in het voedsel of pas in darm patiënt) de exotoxinen gevormd worden? 33. Zoek ook in andere boeken. 34. Endotoxinen worden ook wel pyrogenen genoemd? Waarom? 35. In welke situaties wil men graag pyrogeenvrij glaswerk of pyrigeenvrije materialen hebben? 36. Hoe kan men daar voor zorgen? C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 27 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 37. Wat zijn de kenmerken van achtereenvolgens : een endemie, een epidemie en een pandemie? 38. Hieronder staan voorbeelden van ziektes die” een voorkeur” voor een bepaalde bevolkingsgroep hebben. Noem deze voorkeur en verklaar dit verschijnsel. Ziekte Verschijnselen Voorkeursgroep, denk aan verklaring leeftijd, beroep, deelnemer aan een bepaalde gebeurtenis, Hepatitis B Veteranenziekte Mazelen AIDS Iemand gebeten door een hond of een bromfietser die na een aanrijding een diepe met straatstof verontreinigde wond heeft C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 28 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 39. In de tekst staat het voorbeeld van de verspreiding van tyfus. 40. Maak zelf een dergelijke schema’s voor de verspreiding van Staphylococcus aureus in een ziekenhuis en de verspreiding van griep in een leslokaal. 41. Geef ook de maatregelen aan die de veerspreiding of het ziek worden kunnen voorkomen. Patient of drager anus Persoon zonder immuniteit tegen tyfus microorganisme Voedsel, handen of insecten besmet met faeces mond Patient of drager influenza C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 29 De oorlog winnen M3B Hoe maken micro-organismen ziek? Hoe verspreiden ziekten zich? 9. Leerdoelen Aan het einde van de lessen zal de student: -het begrip normale flora kunnen omschrijven en hiervan een aantal voorbeelden kunnen noemen -de functie van de normale flora kunnen uitleggen aan de hand van voorbeelden. -het begrip pathogeen kunnen omschrijven, weten dat dit begrip (gastheer)soortgebonden is -het begrip virulentie kunnen omschrijven, het verschil tussen beide begrippen kunnen beschrijven en aangeven hoe virulentie en toxiciteit bepaald worden -de begrippen saprofyt, commensaal, parasiet , commensale infectie, opportunistische pathogeen kunnen omschrijven en toelichten aan de hand van een voorbeeld -kunnen verklaren hoe een micro-organisme ziekte kan veroorzaken, het begrip invasiviteit kunnen omschrijven, de begrippen exotoxine (waaroner de enterotoxinen) en endotoxine kunnen omschrijven en van deze begrippen de overeenkomsten en verschillen kunnen noemen en verklaren -De begrippen epidemiologie, endemische ziekte, epidemische ziekte, pandemie kunnen omschrijven -de begrippen besmetting, infectie, besmettingsbron, sub-klinische ziekte, incubatietijd, drager kunnen omschrijven -kunnen beschrijven langs welke schakels de overdracht van een micro-organisme tot stand komt -bij enkele micro-organismen welke afkomstig zijn uit resp. het darmkanaal, de huidflora, de luchtwegen de schakels waarlangs de overdracht plaatsvindt concreet kunnen aangeven -het begrip geslachtsziekte kunnen omschrijven en enkele voorbeelden hiervan met de veroorzakende micro-organismen kunnen noemen -kunnen aangeven welke rol insecten kunnen spelen bij de overdracht van een besmetting -kunnen aangeven welke rol stofdeeltjes spelen bij de overdracht micro-organismen en waar deze deeltjes van afkomstig kunnen zijn -kunnen verklaren welke maatregelen het meest doeltreffend zijn om besmetting en /of infectie in bovengenoemde gevallen te voorkomen -het begrip kinderziekte kunnen omschrijven en verklaren waarom en onder welke omstandigheden een bepaalde ziekte een kinderziekte is -kunnen aangeven waarom bepaalde ziekten gebonden zijn aan bepaalde bevolkingsgroepen, seizoenen, gebieden, welvaartspeil, gewoonten in een bevolking -kunnen beschrijven welke factoren bepalen of een besmetting tot een infectie zal leiden C.M.Wiersema, 23-07-17 317542683 30