Water is genieten! En dat het niet te druk wordt? Bedenk drie oplossingen. Water hebben we nodig maar water is ook om van te genieten. Om op te varen en in te zwemmen. Om langs te wandelen en te fietsen. Om gezellig bij te picknicken, te vissen of te zonnebaden. Het waterschap helpt, zodat we in en bij het water veilig kunnen recreëren. Met duidelijk kanovaarroutes bijvoorbeeld, of met mooie wandel- en fietstochten. En in water waar gezwommen wordt, controleert het waterschap de waterkwaliteit. 1 Kijk op de poster. Of bedenk waar je zelf ooit bent geweest. Noem in het gebied van waterschap Aa en Maas een paar plekken waar het leuk is om te recreëren. Schrijf ook op wat je er kunt doen. 2 Recreëren bij het water is natuurlijk leuk. Maar wat als het te druk wordt en overal fietsers, wandelaars, ruiters, vissers, zwemmers en roeiers zijn? Grote kans dat je elkaar dan in de weg zit. Maar groter nog is de kans, dat het gebied beschadigd raakt. Wat denk jij? Hoe kun je ervoor zorgen, dat recreatie bij het water leuk blijft? 3 Gezellige boel hierboven op het plaatje. Je ziet meteen, dat de bezoekers weinig rekening houden met de natuur en met elkaar. Een goed bord met duidelijke regels zou wel eens kunnen helpen. Maak samen met een groepje klasgenoten zo’n bord op een groot vel papier. Bedenk samen de regels en schrijf ze duidelijk op. Bezoekers moeten natuurlijk wel meteen snappen wat je bedoelt. En ze moeten weten wat er gebeurt, als ze zich niet aan de regels houden. Kom jij ook? Aa en Maas bladeren door de krant. Ze willen naar de bioscoop en zoeken de films die draaien. Maar naast het filmoverzicht ziet Aa een ander bericht. lesbrief natuurlijk & recreatief water [1] Enthousiast leest ze voor: “Bestuur zelf een veerpont. Altijd al eens willen weten hoe het is om een veerpont te besturen? Kom dan zondag 18 juli naar het voetveer bij Lith. Tussen 10.00 en 14.00 uur geeft schipper Bert Waterweg gratis uitleg. Kinderen van 8 tot 14 jaar mogen ook zelf aan het roer. “Oh Maas, dat lijkt me hartstikke leuk”, zegt Aa. “Zullen we daar naartoe gaan? Misschien wil papa ook wel mee. Kan die mooi een foto van ons maken.” 4 Maak nu zelf een uitgaanstip voor de krant. Kies een plek op, in of bij het water, waar het volgens jou ontzettend leuk of interessant is. Misschien heb je de plek zelf al eens bezocht, maar je mag natuurlijk ook iets kiezen van de poster of internet. Mijn plek is: Bedenk goed welke informatie jouw tip moet bevatten. Beschrijf wat er te zien is en te doen. Is een routebeschrijving handig, of een kledingadvies? Openingstijden en toegangsprijzen moet je natuurlijk ook vermelden. Mijn tip: Snelweg voor planten en dieren Veel dieren en planten voelen zich thuis bij het water. Maar dan moeten ze daar wel kunnen komen! Dieren trekken vaak van het ene naar het andere waterpunt, maar ook planten moeten zich kunnen verspreiden. Het waterschap legt daarvoor ecologische verbindingszones aan. Dat zijn een soort snelwegen voor planten en dieren. 5 Wat denk je: wat is een ecologische verbindingszone? Beschrijf het in je eigen woorden: 6 Lees deze tekst: Grote ecologische verbindingszone in Boxmeer De grootste ecologische verbindingszone van Noord-Brabant is officieel geopend. Langs tien kilometer van de Oeffeltse Raam legde waterschap Aa en Maas een brede natuurstrook aan. De zone moet een bijzonder gebied worden voor zoogdieren, amfibieën, insecten, vogels, vissen en planten. De Oeffeltse Raam is een beek in de gemeente Boxmeer. De beek is 17,5 kilometer lang en stroomt van de Overloonsche Duinen naar de Maas. Sinds 1950 is de beek flink veranderd: bochten verdwenen, er kwamen stuwen en er werd afvalwater op geloosd. Daardoor verdwenen veel bijzondere planten en dieren in het gebied. De gemeente Boxmeer en waterschap Aa en Maas wilden deze planten en dieren een nieuwe kans geven. Daarom werd gestart met de aanleg van een ecologische verbindingszone. Dassen en bevers De ecologische verbindingszone was klaar in de zomer van 2007. Langs het grootste stuk van de Oeffeltse Raam ligt nu een natuurstrook van ongeveer 30 meter breed. In deze strook mag de beek weer stromen en overstromen zoals vroeger. Maar het belangrijkste is, dat dieren en planten zich via de ecologische verbindingszone kunnen verspreiden. Bijvoorbeeld van de Overloonsche Duinen naar het Maasheggengebied. Uiteindelijk moeten dassen, bevers, kamsalamanders, ringslangen, ijsvogels, oeverzwaluwen, rivierkreeften en beekprikken (een soort vis) van de zone gaan profiteren. En datzelfde geldt voor bloemen als de koekoeksbloem en het fonteinkruid. Oevers, poelen en trappen De ecologische verbindingszone langs de Oeffeltse Raam is zo aantrekkelijk mogelijk gemaakt voor planten en dieren. Alle oevers van de beek zijn bijvoorbeeld flauw afgegraven. Dit moet zorgen voor nieuwe plantensoorten, waar dan weer nieuwe zoogdieren, insecten en amfibieën op afkomen. Ook zijn amfibieënpoelen aangelegd, dat zijn broed- en overwinterplaatsen voor kikkers, padden en salamanders. Een vispassage helpt vissen om, om de stuw heen stroomopwaarts te zwemmen. lesbrief natuurlijk & recreatief water [2] Behalve de Oeffeltse Raam zijn er in het gebied van Aa en Maas nog meer ecologische verbindingszones. Over welke zone zou jij meer willen weten? Kies samen met een groepje een zone. Kijk eventueel op de poster . Onze ecologische verbindingszone is: 7 Zoek (bijvoorbeeld) op internet alles op wat je wilt weten over jullie ecologische verbindingszone. Hieronder staan alvast wat vragen om te beantwoorden: > Waar ligt de ecologische verbindingszone? > Welke gebieden verbindt de zone? > Welke dieren en planten gebruiken de zone? > Hoe is de zone aantrekkelijk gemaakt voor deze planten en dieren? 8 Wat maakt jullie ecologische verbindingszone bijzonder? Schrijf hieronder een korte tekst voor op een informatiebord in de buurt van de ecologische verbindingszone. Schrijf bijvoorbeeld op het bord wat voor dieren en planten er in de buurt zijn. Misschien hebben jullie zelf ook nog vragen. Schrijf ze op en geef het antwoord: > > 9 Kunnen vissen traplopen? Heb jij dat nog nooit gezien? Nou, dan moet je eens komen kijken bij de Aa, de Dieze, de Leigraaf en de Hertogswetering. Daar heeft het waterschap ervoor gezorgd, dat vissen weer flinke stukken kunnen zwemmen. Nog niet zo lang geleden, werden ze er tegengehouden door stuwen. Maar als vissen niet kunnen zwemmen, kunnen ze zich niet voortplanten. De vistrappen van het waterschap geven vissen de ruimte. Door een geul met brede treden zwemmen ze om de stuw heen. Maak op een apart vel een fantasietekening van een vistrap. Ook de vissen mogen erop! lesbrief natuurlijk & recreatief water [3] Praktijkopdracht: een gezonde sloot Het waterschap werkt aan de natuur. Want rivieren, beken en sloten moeten schoon blijven. Anders willen er geen planten en dieren meer leven en kan het water niet doorstromen. Ook moeten die rivieren, beken en sloten fijne plaatsen zijn om te wonen. > Groeien er ook planten onder water? (Gebruik een schepnet). 10Hoe is het met de natuur bij jou in de buurt? Leven er veel dieren en planten in en bij > Zie of hoor je dieren op de oever? het water? Onderzoek samen met je klas een sloot vlakbij school. Kijk en schrijf op: > Hoe diep is het water? Meet met een (peil)stok. > Hoe breed is de sloot? Maak een schatting. > Zie je dieren in het water? (Let ook op kevertjes!) > Wat voor kleur heeft het water? (Schep wat water in een jampotje). > Is het water troebel of helder? 11Wat denk je: is jouw sloot gezond? > Drijft er afval in het water? Wat zou je kunnen verbeteren, zodat nog meer dieren en planten zich er thuis voelen? > Hoeveel soorten planten zie je groeien langs de slootkant? > Ken je een paar namen van deze planten? (Kijk eventueel op internet). > Groeien er ook planten in het water? Hoeveel soorten? Hoe heten ze? 2008 © Waterschap Aa en Maas lesbrief natuurlijk & recreatief water [4]