PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING TSG VMBO VAK: NASK1 KLAS: 4 METHODE: CURSUSJAAR 2016-2017 NIVEAU KADER Nu voor straks 4 KGT (ThiemeMeuenhoff) CONTACTUREN PER WEEK: P C B periode code van de toets B ron SE1 T0 eind KENNEN wat moet ik kennen? 4 x 50 minuten per week KUNNEN wat moet ik kunnen? K V D W H Kern doelen eind termen vorm van de toets Duur van de toets weging herkans baar 3 N 3 Hoofdstuk 9 : Elektriciteit T1 9.1 t/m 9.3 T2 9.4 t/m 9.7 29 aug t/m 3 T3 nov H9 Hoe elektriciteit wordt opgewekt en getransporteerd. Voorbeelden van duurzame en niet duurzame energieopwekking. Elektrisch vermogen berekenen uit spanning en stroomsterkte. Energieverbruik en de kosten van elektrisch energieverbruik. Wat sluipverbruik is en op welke manieren je elektrische energie kunt besparen. Hoe een transformator werkt en primaire en secundaire spanningen en stroomsterktes berekenen voor een ideale transformator. De gevaren van elektriciteit kennen en de Bij het vak natuur-scheikunde 1 zijn het kennen en kunnen vaak integraal verweven. Daarom is bij wat je moet kennen direct beschreven wat je met deze kennis moet kunnen. NASK 1/K/5 ST 30 min 1 ST 30 min 1 ST 50 min 2 veiligheidsvoorzieningen in huis en bij elektrische apparaten en hoe ze werken. De functie en werking van diode, LED, transistor, condensator, relais, regelbare 04-12 N N J weerstanden en NTC. Hoofdstuk 10 : Geluid T4 H9 + 10.1 t/m 10.3 T5 10.4 t/m 10.6 Wat geluidsbronnen en geluidsontvangers zijn. Wat de rol van een tussenstof is bij de voortplanting van het geluid en rekenen met de geluidssnelheid. Het natuurkundige onderscheid kennen tussen hoge en lage geluiden. De invloed kennen van de grootte van muziekinstrumenten en snaren op de hoogte van tonen. Rekenen met frequentie en trillingstijd. De decibel kennen als eenheid van geluidssterkte. De werking van microfoon en luidspreker kennen en het onderscheid maken tussen hoge-, lage- en middentoonluidsprekers. De effecten van geluidsoverlast en het onderscheid maken tussen duurzame en niet duurzame oplossingen. SE2 NASK 1/K/8 ST 50 min 2 J ST 30 min 1 N ST 50 min 2 J ST 30 min 1 N Klik hier als u tekst wilt invoeren. 5 T6 H10 Nov T7 11.1 Hoofdstuk 11 : Bouw van de materie. Overeenkomsten en verschillen tussen metalen, moleculaire stoffen en zouten. De opbouw van de moleculen van stoffen kennen in de drie fasen. Een eenvoudig atoommodel met kern en elektronenwolk. Massa en lading van de elementaire deeltjes proton, neutron en elektron. Wat isotopen zijn en met behulp van BINAS NASK 1/K/10 04-12 t/m 11.3 t/m T8 23 Jan 11.4 t/m 11.5 T9 H10 + H11 T10 12.1 t/m 12.3 T11 12.3 t/m 12.4 T12 13.1 t/m 13.4 isotopen onderscheiden. Wat ionen zijn en hoe positieve en negatieve ionen ontstaan. Vier verschillende soorten ioniserende straling en hun eigenschappen onderscheiden. De eenheid van activiteit van een radioactieve stof. Wat de halveringstijd is van een radioactieve stof. Wat de dracht van straling is. Gevaren en toepassingen van radioactieve straling. ST 30 min 1 N ST 50 min 2 J ST 30 min 1 N ST 30 min 1 N 1 N SE3 NASK/ K/9 25 Jan t/m NASK/ K/7 ST 30 min 3 04-12 Apr SE4 5 T13 H12 + H13 Klik hier als u tekst wilt invo eren. Klik hier als u tekst wilt invo eren. Klik hier als u tekst wilt invoeren. Klik hier als u tekst wilt invoeren. Klik hier als u tekst wilt invoer en. ST 50 min 2 J Klik hier als u tekst wilt invo eren. Klik hier als u tekst wilt invo eren. Klik hier als u tekst wilt invo eren. Klik hier als u tekst wilt invoe ren. Apr t/m 15 Jul 04-12 Toelichting Programma van Toetsing en Afsluiting: Periode: Code van de toets: Bronnen Kennen: Kunnen Kerndoelen/Eindtermen Vorm van de toets Duur van de toets Weging Herkansbaar Derde leerjaar heeft vier kwartielen. Het vierde leerjaar in drie kwartielen en als vierde kwartiel toewerken naar het CSE. Keuze van de docent. Hoofdstuk aanduiding. Wat de leerling moet kennen in deze periode. Wat de leerling moet kunnen in deze periode. Exameneenheden zoals geformuleerd in het examenprogramma. ST = Schriftelijke toets, PO = Praktische opdracht. Hoelang de schriftelijke toets duurt. Hoeveel keer de toets meetelt in de berekening van het gemiddelde SE-cijfer. Hier wordt aangegeven of de toets herkansbaar is. Berekening SE-cijfer en Eindcijfer: Alle toetsen worden beoordeeld met een cijfer (afgerond op 1 decimaal). Voor het cijfer op de cijferlijst aan het eind van een kwartiel wordt het gemiddelde genomen van alle tot dan toe behaalde cijfers, rekening houdend met hun weging. Dit noemen we het voortschrijdend gemiddelde (afgerond op 1 decimaal) Voor het school-eindcijfer (SE) klas 4 wordt er gerekend met het voortschrijdend gemiddelde (afgerond op 1 decimaal). Het Eindcijfer NASK1 klas 4 (E) komt tot stand uit het school-eindcijfer en het cijfer van het centraal schriftelijk examen (CSE) waarbij geldt: E = (SE + CSE) : 2 04-12