Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie Dienst screening en ondersteuning Aan de verantwoordelijken van de sociale werkplaatsen Koning Albert II-laan 35, bus 21 1030 Brussel Tel. 02 553 06 22 - Fax 02 553 44 22 [email protected] http://www.werk.be uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk vragen naar / e-mail telefoonnummer datum bijlagen toelichting Frank Haerinck 02 553 43 46 0499 948907 [email protected] 13.02.2013 Betreft Indienen van de jaarrekening 2012 Geachte mevrouw, geachte heer, Het besluit van de Vlaamse regering van 29 juni 2007 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 8 september 2000 houdende een impuls- en ondersteuningsprogramma van de meerwaardeneconomie, bepaalt dat de bevoegde minister jaarlijks de verlieslatende sociale werkplaatsen aanduidt die verplicht worden een beroep te doen op managementondersteuning. Voor die sociale werkplaatsen is ook een financiële tegemoetkoming voorzien. Onder ‘verlieslatend’ wordt verstaan: hetzij een negatief bedrijfseconomisch resultaat en/of een negatief totaal resultaat hebben, hetzij een negatief eigen vermogen hebben. Om te kunnen nagaan of uw sociale werkplaats hiervoor in aanmerking komt, vraagt het Subsidieagentschap de jaarrekening van uw sociale werkplaats op. Hiervoor wordt u opnieuw een sjabloon (excelbestand) ter beschikking gesteld. In vergelijking met het vorig boekjaar werden dit jaar enkel wijzigingen aangebracht in functie van de specifieke rapportering van de kringloopcentra. Deze bijkomende bevraging met betrekking tot personeelsinzet en tot omzetrealisatie dient enkel door de Kringwinkels ingevuld te worden. De ‘Toelichting bij het sjabloon boekjaar 2012’ in bijlage, werd ook in dit kader aangepast. Voor bijkomende info verwijzen wij de verantwoordelijken van de Kringwinkels ook door naar de nieuwe richtlijnen in de leidraad KRISS 2013. Bij de analyse cijfers vindt u ook dit jaar de berekende cijfers voor de globale sector op basis van de jaarrekeningen 2011. Wij blijven er op rekenen dat u de opgesplitste rekeningen 737 en 62 uit de resultatenrekening maximaal benut en correct invult. Enkel wanneer alle sociale werkplaatsen deze aangifte op een eenvormige wijze invullen kunnen deze gegevens een waardevol instrument betekenen voor alle betrokken partijen. U vindt deze sjabloon (boekjaar 2012) op de website van het Subsidieagentschap: http://www.werk.be/online-diensten/tewerkstelling-en-sociale-economie/sociale-werkplaatsen/formulieren-en-documenten Als bijlage vindt u de beknopte algemene toelichting bij de sjabloon. Mogen wij u vragen om ons ten laatste op 31 mei 2013: 1) de volledig ingevulde sjabloon te bezorgen via e-mail: [email protected]. en 2) één ondertekend exemplaar van de ingevulde sjabloon per post toe te sturen naar het volgende adres: Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie Dienst screening en ondersteuning t.a.v. Frank Haerinck Koning Albert II-laan 35, bus 21 1030 Brussel. Mocht u op die datum nog niet beschikken over een definitieve en door de algemene vergadering goedgekeurde en ondertekende versie, vragen wij u om ons in elk geval tegen 31 mei de ingevulde sjabloon via e-mail te bezorgen. De ondertekende versie kan dan later overgemaakt worden. Bij voorbaat dank voor uw bereidwillige medewerking. Hoogachtend, David Feremans Diensthoofd Dienst screening en ondersteuning BIJLAGE: Toelichting bij de sjabloon ‘Boekjaar 2012 De sjabloon bevat nu 8 afzonderlijke tabbladen en is zo opgesteld dat u enkel de groen gekleurde cellen kunt invullen. Totalen, overdrachten en andere berekeningen gebeuren automatisch. 1. IDENTIF: Bevat enkel algemene informatie betreffende de organisatie 2. STATGEG: Bevat hoofdzakelijk personeelsgegevens: - aantal toegekende (contingent) doelgroepwerknemers/arbeidszorgmedewerkers - globaal personeelsoverzicht ingedeeld volgens het aantal doelgroepwerknemers en het aantal omkaderingspersoneel op basis van het personeelsregister en een overzicht van de andere ingezette personeelsleden, allen op situatie 31/12 (dus ook inclusief langdurig zieken en inclusief de vervangingscontracten) - VTE = uitgedrukt in VolTijds Equivalenten op basis van de arbeidsovereenkomst - Langdurig zieken = alle werknemers, op 31/12 ingeschreven in het personeelsregister, waarvoor de werkplaats om reden van ziekte of arbeidsongeval geen gepresteerde of gelijkgestelde uren geregistreerd heeft in het boekjaar. Deze werknemers werden ook al mee opgenomen in de cijfers van het globaal personeelsoverzicht. (de uren van deze personen worden niet geregistreerd in het tabblad ‘ABSENTEISME’ zodat deze de cijfers niet beïnvloeden) - Personeelsoverzicht Kringwinkels volgens werking: De kringloopcentra splitsen in punt 2. Blok 1 de totale aantallen van hun eigen personeelsleden (a en b) uit volgens hun werking en doen dezelfde opsplitsing ook in Blok 2 voor al hun andere werknemers (c). De som van deze aantallen moeten in overeenstemming zijn met de totalen zoals vermeld in punt 1.. - indeling volgens geslacht - indeling volgens leeftijdscategorie voor doelgroepwerknemers en omkaderingspersoneel - aantal tewerkgestelde personen van allochtone afkomst aantal gevolgde uren opleiding 3. ABSENTEISME: In dit tabblad is het de bedoeling om een beter zicht te krijgen over het aandeel van de gewerkte/afwezige uren bij een aantal werknemersgroepen van de sociale werkplaatsen. Bij een voltijdse tewerktelling komt dit ongeveer overeen met 1976 uren (52 weken * 38 uren). Om de gegevensopvraging verder te verfijnen en om een betere benchmarking mogelijk te maken wordt hier dit jaar nog bijkomende informatie voor de invulling meegeven. Bij een correcte invulling zal dit, zowel voor de sector als voor de individuele werkplaatsen, nuttige informatie opleveren. Naast het overzicht van de presteerbare uren eigen personeel (doelgroep en omkadering) wordt dit ook gevraagd van de mensen met het statuut artikel 60 en van de arbeidzorgmedewerkers. - Gewerkte uren: Hier worden alle tijdens het dienstjaar gepresteerde uren van alle eigen werknemers, opgesplitst in doelgroepwerknemers en omkaderingspersoneel, opgegeven. Indien werknemers prestaties geleverd hebben onder de vorm van enclavewerking bij een andere organisatie/bedrijf moeten deze hier uiteraard ook opgenomen worden. De uren die eventueel in uw werkplaats (via enclave) gepresteerd werden door werknemers uit andere werkplaatsen worden hier niet vermeld. - Niet gewerkte uren: o ziekte: elk uur afwezigheid wegens ziekte van de werknemer. De uren van de langdurig zieken (zie boven) worden hier niet opgenomen. Wel de ziekte uren van hun eventuele vervangers. Indien een werknemer tijdens het boekjaar langdurig uitviel als gevolg van ziekte of arbeidsongeval, dienen de uren uiteraard wel volledig opgenomen te worden in dit tabblad. Enkel de effectieve ziekte uren van de mensen met het statuut progressieve tewerkstelling worden hier ook vermeld. De opvuluren (= de niet te presteren uren van deze werknemers als gevolg van een beslissing van de adviserend geneesheer) worden niet als ziekte beschouwd maar vermeld bij alle andere afwezigheden. Zo hebben deze geen invloed op het absenteïsmecijfer. o arbeidsongeval: elk uur afwezigheid van de werknemer als gevolg van een arbeidsongeval o verlof: alle uren jaarlijks verlof, feestdagen, familiaal verlof, verlof om dwingende redenen o onwettige afwezigheid: elk uur afwezigheid dat niet gestaafd wordt door een aanvaard document/attest. o economische werkloosheid: alle niet gepresteerde uren als gevolg van economische of technische werkloosheid. o alle andere afwezigheden: hier worden alle andere afwezigheden opgenomen die niet behoren tot één van de bovenvermelde categorieën (incl. opvuluren progressieve tewerkstellingen – zie ziekte uren hierboven). 4. BALANS: Weergave van de balanssamenstelling (huidig + vorig boekjaar) op basis van de nieuwe vzw wet van 2 mei 2002. 5. RESREK: Weergave van de resultatenrekening (huidig + vorig boekjaar) op basis van de nieuwe vzw wet van 2 mei 2002. Bij het omzetcijfer werd een bijkomende opsplitsing gemaakt tussen omzet van Niet Kringwinkels en omzet van Kringwinkels. De sociale werkplaatsen die geen kringloopactiviteiten uitvoeren dienen net zoals de voorgaande jaren hun totaal omzetcijfer hier rechtstreeks in te brengen. De Kringwinkels dienen hun totale omzetcijfers enkel in te vullen via de voorziene cellen in het extra tabblad ‘Omzet’ (dus ook hun omzetcijfer van NIET kringloopactiviteiten = B). Het totaal wordt automatisch opgenomen in de resultatenrekening. In punt D van de bedrijfsopbrengsten werden hier wel een aantal specifieke rekeningen voorzien voor een meer gedetailleerde opsplitsing van loon- en werkingssubsidies. Gelieve deze maximaal te gebruiken. Het is de bedoeling dat hier alle ontvangen en te ontvangen (eventueel ramingen) bedragen betreffende het boekjaar in opgenomen worden. De bedrijfskosten met betrekking tot de rekeningen 61 ‘diverse goederen en diensten’ worden voor het huidig boekjaar automatisch uit het tabblad ‘Groep 61’ gehaald. De loonkosten dient u op te splitsen per categorie werknemer. In functie van een correcte globalisering van de sectorcijfers en om een realistische benchmarking mogelijk te maken vragen wij nog eens extra aandacht om de bedragen uit uw boekhouding zo correct mogelijk op te nemen in het aangiftebestand. Vooral voor de subsidies en voor de loonkosten vragen wij u om de voorziene rekeningen maximaal in te vullen. Alle loonkosten dienen verdeeld te worden over de 3 opgegeven categorieën werknemers. Voor de ‘andere’ werknemers (art. 60, AZ, vrijwilligers, …) wordt verondersteld dat deze bedragen eerder beperkt of uitzonderlijk zijn. 6. Omzet Het omzetcijfer voor de erkende kringloopcentra hebben wij hier opgesplitst in 2 blokken A en B. Blok A behandelt de omzet van de klassieke werking van de erkende Kringwinkels en de ruimere werking rond AEEA (HGC/ROS/FOS). Dit is tevens de opsplitsing die OVAM en KOMOSIE hanteren. De totale omzet uit andere activiteiten, niet producthergebruik en uit andere dan de klassieke of ruimere werking van een kringloopcentrum, rapporteert u in blok B (bvb. energiesnoeiers, sociaal restaurant, …). Hiernaast dient ook het aantal verkopen/betalende klanten opgegeven te worden. 7. Groep 61: Hier dienen alle kosten met betrekking tot diverse goederen en diensten gedetailleerd uitgesplitst te worden. Elke organisatie tracht, zo goed als mogelijk, zijn cijfers over te brengen in de voorgestelde indeling van dit tabblad. De sommatie van dit tabblad wordt automatisch overgebracht naar de resultatenrekening. 8. ANALYSE Geeft bijkomende informatie over de bedrijfseconomische situatie van uw organisatie. In dit tabblad dient u niets in te vullen. De cijfers worden automatisch gegenereerd uit de vorige tabbladen. Naast de cijfers en ratio’s van uw eigen organisatie, vindt u er ook de cijfers van de globale sector betreffende het vorig boekjaar. Vanaf het boekjaar 2010 wordt, daar waar mogelijk, bij de berekeningen ook rekening gehouden met de opgegeven aantallen langdurig zieke werknemers.