Toelichting bij de oproep voor een Dubbele Telecom verbinding in de pinketen (versie 02) Introductie De Stichting Bevorderen Efficiënt Betalen (SBEB) wil de beschikbaarheid van de pinbetaalketen verhogen. Een van de zwakste schakels van de keten is de telecomverbinding. De beschikbaarheid van een PIN-gecertificeerde verbinding is nu minimaal 99,6%. Maar dat percentage betekent dat er bij een betaalterminal die actief is tijdens gangbare winkelopeningstijden een uitval is van 12 uur per jaar. Nu acceptanten steeds afhankelijker worden van de goede werking van de pinketen kan het verstandig voor hen zijn om iets extra te investeren om die uitval van telecom – en dus uitval in de verkoop – fors te verminderen. De stichting vraagt daarom aan aanbieders van telecomoplossingen om met voorstellen te komen om het publieke netwerkdeel van de pinketen dubbel uit te voeren. Als een primaire verbinding uitvalt, moet via een secundair telecompad communicatie met de processor van de betalingen toch mogelijk blijven. Waarom is de telecomverbinding een zwakke schakel? Onderstaand schema geeft de uitvalkansen weer in een pinketen met een enkel uitgevoerd telecompad op basis van een DSL-verbinding. Uitvalkans in winkelomgeving tussen 0,01% en 0,2% (met incidentele uitschieters). De uitvalkans zal sterk afhankelijk zijn van de omgeving. Scheidslijn router ISRA-punt POSterminal Winkelomgeving (van alleen bedrading tot complex LAN + kassakoppeling) Uitvalkans internet exchange cq. beide gateways: Open internet < 0,02% Gecertificeerd < 0,01% Uitvalkans processor: 0,02% Netwerk processor Optie: andere IPtoepassingen Uitvalkans modemrouter / CPE: Onbeheerd = 0,3% Beheerd + SLA = 0,1% Uitvalkans publieke netwerk: Open internet = 0,3% Gecertificeerd = 0,1% De uitvalkansen zijn grotendeels gebaseerd op ervaringsgegevens die Currence bijhoudt. De overige uitvalkansen zijn geschat op basis van gesprekken met diverse deskundigen. Het schema laat zien dat 317504136 1 de beschikbaarheid van een gecertificeerde verbinding gemiddeld boven de eis van 99,6% ligt de gemiddelde uitvalkans bij een niet voor PIN gecertificeerde open internet verbinding hoger ligt1 de kans op uitval van het netwerk en van een modem/router ruwweg vergelijkbaar zijn, namelijk ieder 0,1% voor een gecertificeerd netwerk respectievelijk een beheerde router; dat is gelijk aan 3 uur uitval per jaar bij een automaat die actief is tijdens gangbare winkelopeningstijden2 een niet-beheerde router zonder goede SLA een hogere uitvalkans heeft. Door de aanbieder beloofde beschikbaarheden Als een dubbel uitgevoerde telecomketen geen onderlinge afhankelijkheden heeft, kan de uitvalkans fors lager worden. Aanbieders wordt gevraagd op te geven welke beschikbaarheid zij hun afnemers beloven en dit te onderbouwen op basis van de beschikbaarheden van de ketenonderdelen. Voor reacties op deze oproep is de vereiste minimale beschikbaarheid van het dubbele telecompad 99,85%. Aan wie is deze oproep gericht? SBEB stuurt deze oproep naar alle telecom partijen waarvan het netwerk door Currence is gecertificeerd voor het domestic product PIN. Daarnaast heeft de stichting deze oproep verstuurd aan partijen die SBEB hebben laten weten dat zij geïnteresseerd zijn om met voorstellen te komen voor zo’n dubbel uitgevoerde telecomketen. Daaronder zijn aanbieders van niet voor PIN gecertificeerde verbindingen voor betaalautomaten. Wat is de tegenprestatie van SBEB? Getoetst wordt of de door SBEB ontvangen voorstellen passen binnen deze oproep. Indien zij passen worden zij in een webetalage3 van de SBEB geplaatst (voorlopige werktitel: www.dubbeletelecomketenvoorpin.nl). Dat maakt het product van de aanbieder beter zichtbaar. Aanbieders moeten een dieplink aanleveren naar een website waar bezoekers van de etalage verdere details kunnen vinden. In aanvulling daarop is het volgende gepland: De stichting zal vanaf het najaar veel aandacht besteden aan het verminderen van storingen. Op diverse voorlichtende websites over pinnen (van de Stichting, het HBD, Currence en de projectgroep EMV) voor ondernemers zal aandacht besteed worden aan een ‘dubbel telecom pad’. Er zal worden verwezen naar de 1 Bekend is dat de verschillen tussen aanbieders groot kunnen zijn. 2 In deze versie 02 van de toelichting is een bijlage opgenomen waarin beschikbaarheidspercentages worden vertaald naar uren uitval per jaar. Voor een acceptant zijn uren uitval duidelijker dan percentages. 3 Er is al zo’n etalage, namelijk www.slimmepinpakketten.nl, vooral gericht op instappers. De doelgroep voor een dubbele telecomverbinding is een andere doelgroep (zie elders in deze toelichting). 317504136 2 ‘etalage’ zodat acceptanten de mogelijkheden voor een dubbel uitgevoerde telecomketen daar makkelijk kunnen vinden. In het najaar organiseert SBEB een seminar over storingen voor acceptanten. SBEB zal later dit jaar een rapport over storingen uitbrengen, gericht op een brede doelgroep. Via Direct Marketing zullen relevante doelgroepen (waaronder franchise ketens) geïnformeerd worden. Aan vakbladen en brancheorganisaties zullen persberichten en artikelen worden aangeleverd. Partijen participerend in SBEB (Detailhandel Nederland, Koninklijke Horeca Nederland, brancheorganisaties tankstations en banken) zullen via hun kanalen aandacht besteden aan de voordelen van het dubbele telecompad. De etalage wordt gehandhaafd tot minimaal eind 2012 (einde Vierjarenplan van SBEB). Voor de producten in de etalage stelt SBEB geen subsidie beschikbaar. De acceptanten moeten zelf de afweging maken of minder uitval van de pinketen de extra investering in een betere telecomoplossing rechtvaardigt. De acties van SBEB zijn er vooral op gericht om de awareness van ondernemers te vergroten en hen tot actie aan te zetten. SBEB heeft hierin veel ervaring (denk aan invoering het nieuwe pinnen, slimme pinpakketten en breedbandpinnen) en weet dat dit tijd kost. Maar uiteindelijk zullen acties leiden tot het gewenste resultaat. Sluitingsdatum voor deze oproep Deze oproep sluit op 26 september 2011. Hoe ziet de doelgroep er uit? De doelgroep zal vooral bestaan uit ondernemers die hun klanten al jarenlang laten pinnen, en steeds afhankelijker van pin worden. Denk aan winkels met veel betaaltransacties, winkels met pin-only kassa’s, contantloze winkels of winkels met diensten die cruciaal zijn voor het maatschappelijk functioneren zoals een apotheek. De dubbele telecomketen moet kunnen worden ingevoegd in de bestaande pinoplossing van deze doelgroep. Betaalterminals of bankcontracten hoeven niet gebundeld te worden in de productomschrijving en oplossingen moeten bij voorkeur flexibel zijn. De doelgroep wil een instapprijs weten De doelgroep zal als eerste willen weten wat de meerkosten zijn van een dubbele telecomverbinding. Aan de indieners wordt gevraagd om een instapprijs op te geven. De meerkosten zijn dan de opgegeven instapprijs minus de kosten van de te vervangen telecomoplossing. Ontzorgen blijft cruciaal De dubbele telecomverbinding mag niet of nauwelijks complexer zijn in gebruik dan een enkele. En er mogen geen verhoogde risico’s aan zitten. Juist het tegendeel. Lang niet iedereen in de doelgroep zal geïnteresseerd zijn in technische details. De 317504136 3 kern van een voorstel moet daarom goed worden samengevat door een indiener. Details worden wel door SBEB aan de indieners gevraagd. Welke dubbele telecomketens kunnen worden voorgesteld? SBEB laat marktpartijen vrij hoe ze een dubbele telecomketen willen vormgeven. Het gaat de stichting om het doel – verkleinen van de uitvalkans – en niet om het middel. We onderscheiden wel zes verschillende basisarchitecturen. De keten kan allereerst worden verdubbeld vanaf de CPE. CPE (Customer Premises Equipment) is de algemene term voor een ‘aansluitdoos’ behorend bij een bepaald type netwerk. Zoals een modem/router bij ADSL. De basisarchitectuur is hieronder weergegeven: Secundair netwerk POSterminal(s) Winkelomgeving CPE Scheidslijn Back-up kan via een vast of mobiel netwerk lopen 1a 1b Primair netwerk netwerk(en) processor Als het primaire en secundaire pad wordt geleverd door dezelfde telecomaanbieder wordt de back-up meestal naar het primaire netwerk teruggeleid (= architectuur 1a). Als het secundaire pad een ‘eigen’ verbinding heeft met de processor is sprake van architectuur 1b. De keten kan ook worden verdubbeld door vóór de CPE een oplossing vorm te geven. De CPE is in deze architectuur niet langer een single-point-of-failure. Dat kan bijvoorbeeld door een apart device te plaatsen. Zo’n apart device zal vaak meerdere toepassingen clusteren die dan (in beginsel) allemaal gebruik kunnen maken van de back-up verbinding. Secundair netwerk Back-up kan via een vast of mobiel netwerk lopen POSterminal(s) 2a Clusterdevice Winkelomgeving 317504136 CPE Scheidslijn Andere toepassing(en) 2b Primair netwerk netwerk(en) processor 4 Bovenstaande schets van architectuur 2 suggereert wel een specifieke oplossingrichting, namelijk met een clusterdevice met een (vaak mobiele) back-upmogelijkheid. SBEB wil marktpartijen vrij laten in hun oplossingen, dus een meer generieke schets van architectuur 2 is de volgende: CPE-2 Secundair netwerk POSterminal(s) Winkelomgeving (getekend als black box) Scheidslijn Andere toepassing(en) 2a CPE-1 2b Primair netwerk netwerk(en) processor In de derde architectuuroptie bevat de betaalautomaat zelf de opgang naar twee telecompaden. Dat lijkt alleen zinvol als de acceptant één betaalterminal heeft. Secundair netwerk Scheidslijn Back-up kan via een vast of mobiel netwerk lopen 3a POSterminal Winkelomgeving CPE 3b Primair netwerk netwerk(en) processor Aan aanbieders wordt gevraagd om te verwijzen naar de toepasselijke basisarchitectuur (1a t/m 3b). De verschillen zijn hieronder samengevat. Architectuur 1a of 1b Architectuur 2a of 2b Architectuur 3a of 3b 317504136 Single point of failure (SPOF) Een enkele CPE bevat twee telecompaden en vormt een SPOF. De CPE van het primaire en secundaire netwerk zijn onafhankelijk van elkaar. De betaalautomaat zelf bevat geen back-up mogelijkheid. De betaalautomaat zelf bevat een back-up mogelijkheid. Gevraagde uitwerking De oplossing in de CPE die de twee telecompaden creëert, specificeren. De oplossing in de winkelomgeving die de twee telecompaden creëert, specificeren. De oplossing in de betaalterminal die de aanvullende back-up creëert, specificeren. 5 Ook wordt aan de aanbieders gevraagd om op te geven welke netwerktechnologie wordt gebruikt in het primaire en het secundaire telecompad. Daarbij maakt SBEB onderscheid in IP over koper (specificeren welke xDSL technologie) IP over coax (specificeren welke technologie, bijvoorbeeld DOCSIS versie n) IP over glasfiber IP over een mobiel netwerk van de 2e generatie (GPRS) IP over een mobiel 3G-netwerk (UMTS, HSDPA, etc.) anders (en dan specificeren). Telecomketens die gebruik maken van conventionele telefonienetwerken (PSTN, ISDN) worden door SBEB niet in de etalage geplaatst. Die technologieën zijn niet toekomstvast en zijn daarom geen goede keuze voor een ondernemer. Back-up voor hoeveel toepassingen? De toevoeging van de back-up verbinding kan voor één toepassing zijn, namelijk pinbetalingen. De meerkosten moeten dan worden gerechtvaardigd vanuit die ene toepassing. Maar een back-up is wellicht van nut voor meer toepassingen. Dat kan niet bij architectuur 3, maar wel bij de architecturen 1 en 2. Dat kan heel aantrekkelijk zijn voor ondernemers omdat de meerkosten dan over meerdere toepassingen kunnen worden verdeeld. SBEB zal de webetalage zodanig vormgeven dat er makkelijk gezocht kan worden op oplossingen waar meer toepassingen dan alleen pinnen gebruik van de back-up kunnen maken. Aan aanbieders wordt gevraagd om expliciet te benoemen welke aanvullende toepassingen mogelijk zijn. Is alarmering een extra toepassing op de back-up lijn? Eén aanvullende toepassing zal veel worden genoemd, namelijk alarmering. Net als bij pinnen de afgelopen jaren is gebeurd, moeten alarmsystemen die werken via een conventionele telefoonlijn de komende jaren worden overgezet naar ‘breedbandalarmering’. Als een aanbieder alarmering als aanvullende dienst in de etalage wil laten zetten, moet hij aangegeven welke alarmcentrales bereikbaar zijn over de alarmeringsketen de instapprijs opgeven voor een aanvullende alarmdienst die voldoet aan de regels voor de S2 of D1 categorie in de norm voor alarmtransmissie NEN-EN-50136 aangeven of ook hoog-risico alarmdiensten leverbaar zijn. Opmerking: In de genoemde NEN-norm moet een architectuur met een dubbel transmissiepad de basisarchitectuur 2 hebben. De meest gebruikelijke alarmdienst bij die architectuur is dan van het type D1. Een keten met architectuur 1 geldt in de transmissienorm als een enkele keten en dan is sprake van type S2. Hoog-risicoalarmsystemen in Nederland zijn van het type D4 of S5 in de NEN-norm. 317504136 6 Enkele belangrijke parameters die behoren bij de diverse typen transmissiepaden: gemiddelde transmissietijd 95 % van alle transmissies maximale transmissietijd rapportagetijd – primair pad idem, secundair pad idem, na uitval primair pad laag risico D1 S2 60 s 60 s 90 s 90 s 120 s 120 s 25 uur 25 uur 50 uur nvt 25 uur nvt hoog risico D4 S5 10 s 10 s 15 s 15 s 30 s 20 s 90 s 90 s 5 uur nvt 90 s nvt Zie verder de NEN-EN-50136. Opmerking: De in de NEN-norm geëiste minimale beschikbaarheden van het (gecombineerde) telecompad is lager dan de beschikbaarheid van minimaal 99,85% die in deze oproep wordt geëist. De etalage van de SBEB zal slechts vermelden of de laag- respectievelijk hoog-risicodiensten kunnen worden geleverd. Op de webpagina met de detailbeschrijving van de dubbele telecomketen moet dan kunnen worden doorgelinked naar een pagina over dit alarmeringsaanbod. De basistekst van die pagina moet aan de SBEB-jury worden voorgelegd4. De pagina moet in elk geval informatie bevatten: over de laag-risico-dienst; zie hierboven: welke PAC’s bereikbaar, (instap)prijs over de hoog-risico-dienst indien deze kan worden geleverd of breedbandig camerabeeld over de primaire respectievelijk secundaire verbinding kan worden verstuurd; gegevens over de upload en download bandbreedte moet beschikbaar zijn. IPv6 compliance De adressen voor gebruik van het IP-protocol versie 4 zijn op het hoogste verdeelniveau opgeraakt. Dat zal een overgang naar versie 6 van het IP-protocol op gang brengen, want daarin zijn veel meer adressen mogelijk. Het is niet uitgesloten dat acceptanten voor andere toepassingen dan betalen (bijvoorbeeld een machine-to-machine toepassing) gedurende de life cycle van het betaalsysteem over willen stappen op dual stack. (Dat is een oplossing die zowel IPv4 als IPv6 ondersteunt.) IP-instappers krijgen wellicht vanaf 2012 geen IPv4 adres meer en worden dan gedwongen IPv6-gebruikers. Ze hebben dan een IPv6-compliant oplossing nodig. IPv6 compliance is geen harde eis van de BEB in deze oproep. Daar zijn de ontwikkelingen nog te onduidelijk voor en mogelijk zouden nu te veel oplossingen afvallen. Er worden wel vragen over IPv6-compliance gesteld en de ontvangen antwoorden komen (deels) terug in de etalage. Op de SBEB-etalage zal worden doorverwezen naar de website van de IPv6 Task Force Nederland. 4 Voor de SBEB jury wordt een lid uit de beveiligingsindustrie uitgenodigd. 317504136 7 Vragen over de CPE De CPE kan een zwakke schakel in de keten zijn. SBEB vraagt dus welke CPE’s worden aangeboden. Soms is er een mismatch tussen een CPE en een betaalautomaat, bijvoorbeeld omdat de betaalautomaat werkt op 10 Mb/sec en de CPE alleen poorten heeft voor 100 Mb/sec. Er wordt daarom gevraagd welke betaalautomaten met de CPE gebruikt kunnen worden en of bekend is dat bepaalde merken niet zullen werken. Naar de IPv6 compliance van de CPE wordt ook geïnformeerd. Daarnaast moet duidelijk worden of de CPE beheerd is. Monitoren van de verbinding In onder andere de alarmeringswereld leveren sommige aanbieders niet alleen een dubbel uitgevoerd telecompad. Ze leveren daarbij ook een dienst waarbij de performance van de verbinding voortdurend wordt bewaakt. Klanten kunnen eventueel direct worden geïnformeerd over uitval en krijgen, indien gewenst, een maandelijkse rapportage van de gerealiseerde beschikbaarheid. Gevraagd wordt in hoeverre men zo’n ‘bewakingsdienst’ van een individuele telecomoplossing levert voor het pinnen. Invalshoek van SBEB: meten is weten SBEB zal samen met Currence een systeem opzetten om de performance van een verbinding in de etalage steekproefsgewijs te meten. Indien het meetresulaat van SBEB/Currence niet overeenkomt met de opgegeven beschikbaarheid wordt contact gezocht met de aanbieder wordt zonodig aanvullend gemeten wordt de opgegeven beschikbaarheid in de etalage zonodig aangepast of wordt een aanbieding verwijderd indien deze de minimale beschikbaarheidseis van 99,85% blijvend niet haalt. SBEB treed in overleg met alle partijen die in de etalage zijn opgenomen over de wijze waarop de steekproef zal plaatsvinden. Aanbieders gaan akkoord met een meetproces als ze reageren op deze oproep. 317504136 8 Bijlage: duur van de uitval bij gegeven beschikbaarheid In onderstaande tabel staan de uren uitval bij gegeven beschikbaarheidpercentages. Currence maakt daarbij onderscheid tussen terminals die 24 uur per dag en 7 dagen per week actief zijn (‘24/7 terminals’) terminals die actief zijn bij gangbare openingstijden van winkels, waarbij in onderstaande tabel gerekend is met openingstijden gedurende 307 dagen per jaar van 8 tot 18 uur. Beschikbaarheid percentage (in %) 99,2 99,3 99,5 99,6 99,8 99,9 99,95 317504136 Uitval in uren per jaar voor een 24/7 winkel 70 61 44 35 18 9 4,4 Uitval in uren per jaar voor winkel 8-18 uur, 307 dagen 25 21 15 12 6 3 1,5 9