Titel leeractiviteit Competenties : 090=1 1.17 WATERKWALITEIT E Samenwerken en overleggen I Presenteren : J Formuleren en rapporteren T Instructies en procedures opvolgen Plaats : School/thuis Tijd : 50 : 97090=1 OM 1 Behorende bij PvB Oefensituatie Kerntaak Werkproces Omschrijving van de opdracht : Aanleggen waterpartijen 2 draagt zorg voor de uitvoering van het werk in natuur en : leefomgeving 2.2 organiseert mensen, materialen en middelen : 2.9 voert werkzaamheden uit 2.10 levert werk op Kwaliteit van het water is van belang om problemen te voorkomen. Het heeft te maken met het biologisch evenwicht in de waterpartijen. Er moet een goede verhouding zijn tussen de voedselproducenten en de consumenten. Bestudeer de bijgevoegde tekst en maak de bijgevoegde vragen. Waterkwaliteit Vissen en andere waterdieren moet je makkelijk kunnen zien op enige afstand van de vijver. Daarvoor moet het water helder zijn. Vaak is dat echter een probleem. Algen maken van helder water vaak een troebele groene massa. Water kan pas helder worden als er in de vijver een natuurlijk evenwicht is ontstaan. Daarbij spelen veel organismen en niet te vergeten de waterwaarden een belangrijke rol. Waterchemie In water zit een groot aantal opgeloste stoffen, zoals calcium (kalk), fosfaat, stikstofverbindingen, koolzuur en zuurstof. Verder is de zuurgraad van het water belangrijk. De zuurgraad (pH-waarde) geeft aan hoe zuur het water is. Een goede pHwaarde is belangrijk voor de groei van de planten en de gezondheid van de vissen. Zowel bij een te hoge als een te lage waarde neemt de groei van de planten sterk af. Ook de vissen kunnen dan sterven. De ideale zuurgraad van vijverwater ligt tussen de 7 en de 8. Een sterke schommeling van de zuurgraad is ook erg slecht. De hoeveelheid calcium in het water bepaalt de zogenaamde hardheid van het water. We maken hierbij onderscheid tussen de carbonaathardheid en de gezamenlijke hardheid. pagina 1 van 13 De carbonaathardheid (KH-waarde) geeft de hoeveelheid carbonaat aan. Koolzuurgas uit de lucht wordt als carbonaat in het water opgelost. Waterplanten hebben koolzuurgas nodig voor de groei. De ideale KHwaarde ligt tussen de 6 en de 10. De gezamenlijke hardheid (GH-waarde) geeft de hoeveelheid opgelost calcium (kalk) en magnesium weer. De ideale GH-waarde ligt tussen de 8 en de 12. Deze waterwaarden kun je eenvoudig meten met speciaal daarvoor bestemde testsetjes. Biologisch evenwicht Figuur 1: Alle organismen spelen een belangrijke rol bij het biologische evenwicht in een vijver. In een vijver leven verschillende organismen, zoals bacteriën, algen, waterplanten en waterfauna. Die hebben allemaal een eigen taak in het water. Bacteriën pagina 2 van 13 Bacteriën zetten organisch materiaal om in bruikbare voedingsstoffen voor de planten. Dit organisch materiaal is afkomstig van afgestorven waterplanten, uitwerpselen van vissen en bladeren uit de tuin. Waterplanten Waterplanten nemen de vrijgekomen voedingsstoffen uit het water op om te kunnen groeien. Zolang de waterplanten deze voedingsstoffen snel genoeg opnemen, kunnen de algen niet groeien. Maar als er meer voeding in het water is dan de waterplanten kunnen opnemen, gaan de algen snel groeien en geven ze het water een groene kleur. Als vijverwater te sterk verwarmd wordt, neemt de hoeveelheid zuurstof af. Daardoor kunnen met name de vissen sterven. Drijvende waterplanten, zoals de waterlelie, voorkomen dit. Ze bedekken namelijk een deel van het wateroppervlak. Op die plaatsen kan de zon het water niet verwarmen. Onderwaterplanten produceren zuurstof. Die is noodzakelijk voor alle organismen in het water, zowel de planten, de vissen als de bacteriën. Zonder zuurstof is er geen leven mogelijk, ook niet onder water. Waterfauna Waterplanten en kleine waterdiertjes, zoals muggenlarven, worden gegeten door de vissen. Dat voorkomt dat er een plaag van deze diertjes kan ontstaan. Je moet er toch niet aan denken dat je op een zomeravond niet lekker buiten op het terras kunt genieten van de vijver omdat de muggen je massaal steken. Naast voeding geven waterplanten de vissen ook dekking. Tussen de waterplanten kunnen ze zich schuilhouden. Ook kunnen ze hun eieren tussen de planten afzetten, zodat deze niet gezien worden door andere vissen. Hieruit kun je concluderen dat alle organismen in de vijver van elkaar afhankelijk zijn. Er moet een evenwicht heersen, zodat alle organismen kunnen blijven leven. Bij dit biologische evenwicht spelen de waterwaarden ook een belangrijke rol. Overmatig voeren van de vissen kan het biologische evenwicht in het water sterk verstoren. De vissen zullen dan niet alles opeten en het overschot moet door de bacteriën worden afgebroken. Als dit onvoldoende gebeurt, ontstaat algengroei en kleurt het water groen. Vragen Welke waterwaarden zijn belangrijk voor het evenwicht in een vijver? Hoe kun je deze waarden onderzoeken? Bij het biologische evenwicht in de vijver spelen een aantal organismen een belangrijke rol. Vul de bijgevoegde tabel 1 verder in. pagina 3 van 13 Doel van de opdracht Leerlingen: Kunnen waterkwaliteit beoordelen en kunnen uitleggen wat dit betekend Bronnen http://www.tuinadvies.be/vijver_water.htm Hulpmiddelen Zie bronnen en vermeld in de opdracht Resultaat Ingevulde formulieren Beoordeling Tabel 1 Welke rol(len) spelen ze? Organismen: Ga nu bij een water in buurt van de school of in je eigenomgeving de onderstaande opdracht maken Opdracht Waterkwaliteit bepalen W AT GA JE DOEN? Je gaat de waterkwaliteit bepalen aan de hand van een aantal factoren. INFORMATIE De waterkwaliteit is afhankelijk van de samenstelling van het water. Deze samenstelling wordt beïnvloed door natuurlijke processen en door de mens. Bij het bepalen van de kwaliteit van water zijn er een aantal vragen die gesteld moeten worden. Bijvoorbeeld: hoeveel zuurstof zit er in, wat is de pH-waarde, of welke waterdieren leven in het water? Het water dat je met behulp van dit werkblad gaat bekijken is oppervlaktewater. Dit is bijvoorbeeld water in een gracht, sloot of meer. Benodigde materialen pagina 4 van 13 • THERMOMETER • PH PAPIER • EMMER OM WATER IN TE DOEN • ZOEKKAART WATERKWALITEIT BEPALEN VRAGEN Ga naar een gracht of sloot in de buurt waar je gemakkelijk water uit kunt halen. 1 Bekijk het water kort. Wat is je hypothese over de waterkwaliteit? Ik denk dat de waterkwaliteit GOED / SLECHT is omdat 2 Waar ligt het water (langs een weg, in een park)? 3 Welke kleur heeft het water? De kleur van het water is 4 Hoe ruikt het water? Het water ruikt 5 Het zuurstofgehalte in water is onder andere afhankelijk van de temperatuur en de stroming. 5a Waarom bevat koud water meer zuurstof dan warm water? 5b Waarom bevat stromend water meer zuurstof dan stilstaand water? 5c Pak de thermometer. Steek deze in het water tot ongeveer 10 centimeter diepte. Kijk na twee minuten wat de temperatuur is. oC De temperatuur is 5d Staat het water stil of stroomt het? Het water 5e Schat je aan de hand van deze resultaten het zuurstofgehalte hoog, gemiddeld of laag in? Het zuurstofgehalte schat ik hoog / gemiddeld / laag in. 6 Bekijk de aanwezige water- en/of oeverplanten. Wat kun je zeggen over de biodiversiteit? pagina 5 van 13 7 Een proces dat invloed heeft op de biodiversiteit is verzuring. Verzuring wordt onder andere veroorzaakt door zwaveldioxide. Dit is een gas dat door auto’s en fabrieken wordt uitgestoten. 7a Denk je dat er in het water verzuring plaatsvindt? Waarom wel/niet? 7b Pak het pH papier. Scheur een stukje af en houd het even in het water. Bepaal de pHwaarde van het water aan de hand van de kleur van het pH papier. De pH-waarde van het water is 8 De biodiversiteit kan ook worden beïnvloed door vermesting. Bij vermesting is er sprake van een overmaat aan voedingstoffen, zoals stikstof en fosfaat. Deze zijn meestal afkomstig uit mest. 8a Wat is een andere naam voor vermesting? 8b Denk je dat er in het water vermesting plaatsvindt? Waarom wel/niet? 9 Schep een hoeveelheid water in de emmer. Benoem de waterdieren die je ziet. Gebruik de zoekkaart ‘Waterkwaliteit bepalen’. Bij het bekijken van sommige dieren is het handig om de loep te gebruiken. 9a Welke waterdieren heb je gevonden die leven in water van alleen goede kwaliteit goede en matige kwaliteit goede, matige en slechte kwaliteit 9b Heb je dieren gevonden die niet op de zoekkaart staan? Zo ja, weet je hoe ze heten? pagina 6 van 13 RESULTATEN 10 Zet je gegevens in de tabel. Gevolg voor waterkwaliteit Waarneming Ligging GOED / MATIG / SLECHT Kleur GOED / MATIG / SLECHT Geur GOED / MATIG / SLECHT Biodiversiteit GOED / MATIG / SLECHT Verzuring (Ph) GOED / MATIG / SLECHT Vermesting GOED / MATIG / SLECHT Temperatuur GOED / MATIG / SLECHT Schatting zuurstof GOED / MATIG / SLECHT Aantal waterdieren in ‘schoon water’ GOED / MATIG / SLECHT Aantal waterdieren in ‘matig vervuild water’ GOED / MATIG / SLECHT Aantal waterdieren in ‘vies water’ GOED / MATIG / SLECHT CONCLUSIES 10 Welke resultaten geven aan dat de waterkwaliteit goed is? 11 Welke resultaten geven aan dat de waterkwaliteit matig tot slecht is? pagina 7 van 13 12 De kwaliteit van het water is mijn hypothese was JUIST / ONJUIST UITBREIDING STOF In de zomer van 2006 kwam er op veel plaatsen een vermoeden van botulisme. Botulisme is een vergiftiging door botuline. Een vergif dat wordt gemaakt door een bepaalde bacterie, waaraan vooral watervogels en vissen sterven. Een factor die van invloed is op de groei van deze bacterie is de temperatuur van het water. 13 Waarom is de kans op botulisme in de zomer het grootst? 14 De gemeentes zorgen ervoor dat de doorstroming in diverse wateren verbeterd wordt. Leg uit dat dit de kans op botulisme verkleint. Maak eventueel als verdieping bijgevoegde opdrachten over kwaliteit van water voor dieren en waterdieren Werkblad - Waterkwaliteit bepalen W AT GA JE DOEN? Je gaat onderzoeken of de kwaliteit van het water voor dieren goed, matig of slecht is. W AT HEB JE NODIG? • • • • • • • • DIT WERKBLAD POTLOOD EN GUM IETS HARDS OM OP TE SCHRIJVEN THERMOMETER SCHEPNET WITTE PLATTE BAK ZOEKKAART WATERKWALITEIT BEPALEN HELDERHEIDSSCHIJF OPDRACHTEN a waterdiertjes Ga waterdiertjes vangen en doe dit als volgt: • Doe een beetje water in de witte platte bak. LET OP: alleen water, geen prut of planten. pagina 8 van 13 • Trek het schepnet een paar keer door het water heen en weer • Haal de diertjes voorzichtig uit het schepnet en doe ze in de witte platte bak Je hebt nu een aantal waterdieren gevangen en in de bak gedaan. Aan de hand van de soorten diertjes die je hebt gevangen kun je met behulp van de waterkwaliteitzoekkaart uitzoeken of de kwaliteit van het water voor dieren goed, matig of slecht is. De kwaliteit van het water hier is goed matig slecht b helderheid Hoe helderder het water, hoe dieper het zonlicht kan doordringen. Diertjes hebben licht nodig om hun prooi te kunnen zien. Planten hebben licht nodig om te kunnen groeien en zuurstof te produceren. Deze zuurstof kan gebruikt worden door de waterdiertjes. Met een helderheidsschijf ga je kijken hoe helder het water is. De kwaliteit van het water is goed als je 50 cm. of dieper kunt kijken. De kwaliteit van het water is matig als je tussen 21 en 50 cm diep kunt kijken. De kwaliteit van het water is slecht als je minder dan 20 cm diep kunt kijken. De helderheid van het water is __ cm, dus de kwaliteit is ___________ c temperatuur In het water moet genoeg zuurstof zijn voor de dieren om te leven. Hoe hoger de temperatuur van het water des te minder zuurstof er in het water kan oplossen. Is de temperatuur van het water minder dan 10 ºC dan is het goed. Is de temperatuur van het water tussen de 10 ºC en de 25 ºC dan is het matig. Is de temperatuur van het water hoger dan 25 ºC dan is het slecht. Hang de thermometer minimaal twee minuten in het water. Wat is de temperatuur van het water? De temperatuur is ___ ºC, dat is goed matig slecht d ruiken De geur van het water zegt vaak ook heel veel. Geef je eigen mening. Ik vind dat het water _____________ ruikt, dus de kwaliteit is ____________ e omgeving Natuurlijk is ook de omgeving en de waterkant belangrijk. Ligt er veel vuil en afval? Groeien er veel verschillende planten direct naast of in het water? Geef je eigen mening. Ik vind de omgeving pagina 9 van 13 f vul onderstaande tabel in kwaliteit van het water waterdiertjes goed matig slecht helderheid temperatuur geur van het water omgeving EINDCONCLUSIE De waterkwaliteit is goed matig slecht Omdat Zorg ervoor dat je geen rommel achterlaat. Neem je spullen die je gebruikt hebt mee en lever ze in bij je docent. Werkblad - Waterdieren W AT GA JE DOEN? Je gaat kijken welke waterdieren er in water in de buurt leven. Bijvoorbeeld in het water in de sloot. W AT HEB JE NODIG? • • • • • • • DIT WERKBLAD POTLOOD EN GUM IETS HARDS OM OP TE SCHRIJVEN SCHEPNET WITTE PLATTE BAK VERGROOTGLAS OF LOEP ZOEKKAART WATERDIEREN OPDRACHTEN pagina 10 van 13 1 Ga waterdiertjes vangen en doe dit volgens deze stappen: 1a Doe een beetje water in de witte platte bak (dit is stap 1 en 2 van het plaatje hieronder). LET OP: alleen water, geen prut of planten. Trek het schepnet een paar keer door het water heen en weer (dit is stap 3 van het 1b plaatje hieronder). 1c Haal de diertjes voorzichtig uit het schepnet en doe ze in de witteplatte bak (dit is stap 4, 5 en 6 van het plaatje hieronder). 2 Je hebt nu een aantal waterdieren gevangen en in de bak gedaan. 2a Pak de zoekkaart ‘waterdieren’. Bekijk de dieren op de kaart goed. 2b Bekijk de dieren in de bak met water met het vergrootglas of de loep. 2c Welke waterdieren zie je in je bak met water? Gebruik de zoekkaart ‘waterdieren’. pagina 11 van 13 3 3a Teken een waterdiertje zoals jij hem ziet. Teken dus niet het plaatje op de zoekkaart na. 3b Wat is de naam van het waterdiertje dat je hebt getekend? Gebruik de zoekkaart ‘Waterdieren’. . 3c Welke andere dieren ken jij die in het water leven? Het mogen ook grote dieren zijn. 4 4a Verzamel de spullen die je hebt gebruikt. 4b Ga terug naar school. Neem de spullen die je hebt gebruikt mee. Zorg ervoor dat je geen rommel achterlaat. 4c Lever de gebruikte spullen in bij je docent. pagina 12 van 13 pagina 13 van 13