Spreekbeurt menselijk lichaam.

Spreekbeurt
menselijk lichaam.
Door Lara Sieperda.
Inleiding.
Ik hou mijn spreekbeurt over het menselijk lichaam.
Omdat ik later kinderarts wil worden en ik het heel
interessant vind.
 Ons lichaam.
 Het skelet.
 De spieren.
 De bloedsomloop.
 Het zenuw stelsel.
 De zintuigen.
Ons lichaam.
Het menselijk lichaam is een bijzondere machine.
Het menselijk lichaam is nog veel ingewikkelder dan de meest
uitgebreide computer.
De prestaties van sporters tonen aan wat wij met ons lichaam
kunnen,hoe lenig wij zijn en hoe groot ons uithoudingsvermogen is.
De binnen kant van ons lichaam is nog veel indrukwekkender .
Miljarden cellen verrichten duizenden activiteiten.
Zonder dat wij het weten ,regelt ons lichaam zijn eigen
tempratuur,waterniveau,de vertering van het voedsel,de hertslagen
nog veel meer dingen.
Eigenlijk moeten we onze hersenen en lichaam als een geheel zien.
het skelet.
het skelet is een ander woord voor je botten.
Een pas geboren baby heeft 350 botten en als je
volwassen bent heb je ongeveer 206 botten dat
komt omdat sommige botten van baby’s nog niet
aan elkaar zijn gegroeid.
In elke voet zitten 26 botten en in elke hand zitten er
27.
het skelet geeft stevigheid aan je lichaam en
beschermt sommige organen zoals je hersenen en
je longen en je hart.
De spieren.
Je kunt je spieren vergelijken met een marionet als je aan de touwtjes
trekt beweegt het en als je ze los laat valt het als een pudding in
elkaar.
zoals je weet bestaat je lichaam uit het skelet,maar omdat skelet te
bewegen heb je spieren nodig,namelijk skelet spieren.
Zij vormen bijna de helft van je lichaamsgewicht.
Maar spieren maken niet alleen beweging van je botten mogelijk.
Je longen hebben spieren om in en uit te ademen.
Je hart is de grootste spier van je lichaam.
En of je het gelooft of niet gelooft,in elk haartje op je lichaam zit een
spiertje
Dat merk je als je kippen vel krijgt.
Het spiertje van elk haartje trekt dan samen.
Weetjes.
Als je lacht gebruik je 15 spieren.
Als je je wenkbrauwen fronst gebruik je 40 spieren.
En als je een stap zet gebruik je 200 spieren.
Een mens heeft 650 spieren.
De
bloedsomloop.
Bloed is een vloeibare stof dat allerlei stoffen door je lichaam vervoert.
Bloed stroomt door een buizenstelsel van bloedvaten(slagaders,aders en
haarvaten).
Je hart pompt je bloed door je lichaam.
Bloed bestaat uit rode bloedlichaampjes die zuurstof uit de longen opnemen en
vervoeren naar alle delen van ons lichaam,de witte bloedlichaampjes
verdedigen het lichaam tegen ziektes door bacterien.
Ze kapselen een bacterie in of maken stoffen aan die hun werking tegen gaan.
Ook zitten er bloedplaatjes in het bloed,die voor de bloedstolling bij
verwondingen zorgen.
De slagaders pompenzuurstof rijk bloed van je hart naar alle delen in je
lichaam.
De aderen vervoeren zuurstof arm bloed en afvalstoffen van alle delen van het
lichaam terug naar je hart.
Weetje.
Het lichaam maakt elke seconden ongeveer 2 miljoen nieuwe rode bloed cellen
aan.
De bloed vaten zijn ongeveer 96000 km lang,meer dan 2 keer de omtrek van de
aarde.
Hersenen
en zenuwen.
De hersenen hebben een heel belangrijke taak.
Ze vormen het regelcentrum van het lichaam.
Ze verzenden instructies voor je bewegingen,bepalen het tempo van je
ademhaling en je hartslag,en nog veel meer.
Ook geven ze je je persoonlijkheid ,vormen ze je gedachten en slaan ze
herinneringen in je geheugen op.
De hersenen nemen dan ook voortdurend heel veel informatie op,die ze eerst
verwerken voordat ze tot handelen besluiten.
De informatie reist in de hersenen langs een heel dicht netwerk van zenuwen.
Zenuwen zijn bundels dunne,vezelachtige cellen die als een soort
telefoondraden de hersenen met ander lichaamsdelen verbinden.
Je hebt miljarden zenuwen.
De meeste zijn verbonden met de ruggenmerg ,een vingerdikke bundel die door
de ruggengraat naar de hersenen loopt.
Instructies vanuit de hersenen reizen in tegengestelde richting.
Prikkels vanuit de zintuigen(gezicht,gehoor,smaak,reuk en tast) gaan via
zenuwen naar de hersenen.
Ander sensoren in het lichaam geven de hersenen informatie over onder
andere de tempratuur van het lichaam.
De hersenen regelen de ademhaling,spijsvertering,spiercoordinatie en alle
andere automatisch werkende systemen.
De zintuigen
Een mens heeft 5 zintuigen:kijken,horen,proeven,ruiken en voelen.
En ze zijn allemaal heel belangrijk.
Kijken.
Kijken doen we met onze ogen.
Het oog is best een bijzonder
zintuig dat veel dingen ver en
dichtbij kan zien.
Het oog heeft verschillende
hulporganen.
Dit zijn organen die niet meteen
iets met het oog te maken
hebben maar die functie zou
het oog niet kunnen missen.
Het oog is in verschillende delen
opgebouwd.
De hulp organen
zijn:wenkbrauw,traanvlies en
winpers.
Horen.
Horen doe je met je oren.
Je kan bijvoorbeeld een auto aan
horen komen of muziek
luisteren.
Je kunt je vrienden verstaan en je
wordt gewaarschuwd als de
bel gaat.
Maar hoe werkt dat nou precies?
Onze oren werken als een soort
rader,waarmee we
verschillende geluiden horen
uit richtingen kunnen
ontvangen.
In de ingewikkelde samenstelling
van het oor worden de
ontvangen signalen verwerkt
en door gegeven aan de
hersenen.
proeven.
Proeven doen we met
onze tong.
Dat doen we met onze
tong omdat daar
ongeveer 3000 smaak
papillen op zitten.
Met elke
smaakpapilproef je
een andere smaak.
De smaak papillen
worden ongeveer 1
keer per week
vernieuwd.
Ruiken.
Ruiken doen we met onze neus.
Een geur ontstaat doordat hele
kleine deeltjes van een stof de
lucht in kunnen zweven.
Als je ademt,komen de deeltjes
ook in je neus.
Hoog in de neusholte bevinden
miljoenen kleine cellen op een
gedeelte dat niet groter is dan
een postzegel.
Deze cellen vangen de geur op.
De lucht stroomt daar overheen
en de zenuwen sturen dan
boodschappen naar de
hersenen.
De hersenen zetten de
boodschap weer om in draad
.
voelen
Voelen kunnen we door de zenuwen.
Het is eigenlijk heel simpel.
Je zenuwen voelen iets en seinen het door
naar je hersenen.
Die voeren het uit en laten je voelen.
Dit gaat binnen een paar duizendste van een
seconde.
Quiz.
1 Hoeveel botten heeft een pasgeboren baby?
……………………
2 Hoeveel botten zitten er in je handen?
……………………
3 als je lacht hoeveel spieren gebruik je dan?
……………………
4 hoelang zijn de bloedvaten?
……………………
5 wat zijn de hulporganen van het oog?
……………………
Nawoord.
Ik vond het heel leuk om mijn spreekbeurt te houden.
Omdat ik er wat meer heb van geleerd en ik omdat ik het leuk
vond om dingen op te zoeken in boeken en op internet.