GEMEENTEBELASTING OP AANPLAKBORDEN Gemeenteraad 18 december 2007 Artikel 1 Vanaf 01 januari 2008 tot 31 december 2013 wordt ten voordele van de stad een jaarlijkse belasting geheven op de aanplakborden, geplaatst op het grondgebied van de stad. Onder aanplakborden wordt verstaan: elke constructie in onverschillig welk materiaal, geplaatst langs de openbare weg of op een plaats in openlucht die zichtbaar is vanaf de openbare weg, waarop reclame wordt aangebracht door aanplakking, vasthechting, schildering of door elk ander middel. Worden gelijkgesteld met genoemde borden: de muren of gedeelten van muren en de omheiningen die gehuurd of gebruikt worden om er reclame op aan te brengen. Voor de muren of gedeelten van muren waarop reclame wordt aangebracht moet de bedekte totale oppervlakte beschouwd worden als één reclamebord, ook indien er verschillende reclames op voorkomen. Artikel 2 De belasting is verschuldigd door de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die over het recht beschikt om gebruik te maken van het aanplakbord en in bijkomende orde, als de gebruiker onbekend is, door de eigenaar van de grond of van de muur waarop zich het bord bevindt. Artikel 3 Het bedrag van de belasting vast te leggen op 25,00 EUR per vierkante meter of gedeelte van een vierkante meter. Voor de berekening van de belasting wordt de publicitair nuttige oppervlakte van het bord in aanmerking genomen, dit wil zeggen de oppervlakte die voor aanplakking gebruikt kan worden met uitzondering van de omlijsting. Voor de muren evenwel is alleen dat gedeelte van de muur belastbaar dat werkelijk voor reclame wordt gebruikt. Artikel 4 De belasting is verschuldigd voor heel het jaar, ongeacht het tijdstip in de loop van het jaar waarop het bord wordt geplaatst, in gebruik wordt genomen of wordt weggenomen, met uitzondering van hetgeen bepaald wordt in artikel 5 punt b. De verwijdering, om welke reden ook, van het aanplakbord tijdens het aanslagjaar geeft geen recht op terugbetaling van de belasting. Artikel 5 De belasting is niet verschuldigd voor: (a) de aanplakborden geplaatst op of aan de handelshuizen welke dienen voor het maken van reclame, die betrekking hebben op de handel die in deze huizen wordt uitgeoefend op voorwaarde dat de afstand tussen het aanplakbord en het handelshuis in kwestie niet meer dan 20 meter bedraagt; (b) de aanplakborden die opgericht worden na 01 december van het jaar waarop de belasting slaat; (c) de aanplakborden geplaatst door openbare besturen of openbare diensten en daarmee gelijkgestelde instellingen, voor zover geen winst beoogd wordt; (d) de aanplakborden die enkel en alleen geplaatst worden bij gelegenheid van wettelijke verkiezingen; (e) de aanplakborden die enkel en alleen gebruikt worden voor notariële aankondigingen; (f) de aanplakborden, alhoewel zichtbaar van op de openbare weg, geplaatst op sportterreinen en gericht naar de plaats van de sportbeoefening. (g) de aanplakborden, zichtbaar vanuit de openbare weg, hoewel geplaatst op privé-terreinen, aangebracht door verenigingen voor het kenbaar maken van organisaties van deze verenigingen die het sociale leven in de stad bevorderen. (bijvoorbeeld: pensenkermissen, jeugdfuiven, mosselsoupers, toneelopvoeringen en dergelijke) Artikel 6 De belastingplichtige ontvangt vanwege het stadsbestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de er in vermelde vervaldatum, moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden, uiterlijk op 15 december van het belastingjaar, aan het stadsbestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. Bij gebrek aan aangifte binnen de vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het stadsbestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. Artikel 7 De belastingplichtigen die hun aanplakbord(en) verkopen, overdragen of verwijderen zijn verplicht dit binnen de maand per aangetekend schrijven aan het stadsbestuur mee te delen. Zij moeten hierbij tevens de naam en het adres van de natuurlijke of rechtspersonen vermelden aan wie zij hun aanplakbord(en) verkopen of overdragen. Artikel 8 De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Artikel 9 De bepalingen van het algemeen reglement betreffende de invordering en de bezwarenprocedures bij fiscale reglementen zijn op dit reglement van toepassing.