Klachten en behandeling chronische nierschade

advertisement
Factsheet
Nieren en nierschade
Stapeling van klachten en meer complexe behandeling
deel 4
Klachten zijn meestal aspecifiek en doen daarom
niet direct aan nierschade denken. Hoe ernstiger de
Klachten en
behandeling
chronische nierschade
chronische nierschade is, des te meer klachten en
medische problemen ontstaan en des te complexer
de behandeling wordt. Met het toenemen van de
proble­matiek neemt ook het risico op complicaties toe.
Mensen met chronische nierschade moeten al vanaf een
vroege fase gecontroleerd en behandeld worden.[1, 2]
De grootste groep mensen met chronische nierschade
In de beginfase van chronische nierschade
(met een matig verhoogd risico op complicaties ) kan
hebben mensen geen tot weinig klachten en
behandeld en begeleid worden in de eerste lijn bij de
verloopt het ziekteproces vaak onopgemerkt.
huisarts en praktijkondersteuner of praktijkverpleegkun-
Het merendeel van de mensen is zich niet
dige. Voor mensen met een hoog
bewust van de aandoening. Dit is geen
risico, zal de huisarts de nefroloog raadplegen of door-
goede zaak want chronische nierschade is
verwijzen naar de nefroloog. Dit is afhankelijk van de
onomkeerbaar en kan ernstige gevolgen hebben.
ernst van de nier­schade, de onderliggende nierziekte of
De behandeling is er dan ook op gericht om
aanwezigheid van andere aandoeningen.
verdere nierfunctieverslechtering en nierfalen
Indeling risicogroepen
Risicogroepen
Risicogroepen
Risicogroepen
Matig verhoogd risico op nierfalen,
Nierfunctie
minderendan
(cardiovasculaire) complicaties
sterfte 60%
Nierfunctie
minder
dan
60%
1,5 miljoen Nederlanders
Nierfunctie
minder
dan
60%
Licht
tot matig verhoogd
eiwitverlies
Meestal onder behandeling van een huisarts
Licht tot matig verhoogd eiwitverlies
Licht tot matig verhoogd eiwitverlies
of sterk verhoogd
Hoog risico op nierfalen,
(cardiovasculaire)
Nierfunctie
minder
dan 45%
Nierfunctie
minder dan 45%
complicaties en sterfte
Nierfunctie
minder
dan 45%
Matig
of sterk
verhoogd
eiwitverlies
170.00 Nederlanders
Matig
of sterk
verhoogd
eiwitverlies
Onder behandeling
van huisarts
en/of nefroloog
Matig of sterk verhoogd eiwitverlies
Nierfunctie
minder dan 30%
Sterk verhoogd risico op nierfalen,
Nierfunctie
minder dan 30%
Nierfunctie
minder
(cardiovasculaire) complicaties
en dan
sterfte 30%
Matig
of sterk
verhoogd
eiwitverlies
50.000 Nederlanders
Matig
of sterk verhoogd eiwitverlies
Matig
of sterk
verhoogd
Meestal onder
behandeling
van nefroloog eiwitverlies
tegen te gaan en om complicaties van chronische
nierschade, met name cardiovasculaire
complicaties en sterfte, te voorkomen.
Aanwezigheid problematiek in betreffend
Aanwezigheid problematiek in betreffend
Aanwezigheid problematiek in betreffend
+ 25%
+ 50%
+ >50%
+ 25%
+ 50%
+ >50%
+ 25%
+ 50%
+ >50%
+
+
+
+
+
+
1
Stapeling van medische problematiek, klachten en behandeling bij toenemende nierschade
Orgaan
(systeem)
nier
Medische problematiek
Toenemende
nierfunctieachteruitgang
Verhoogde bloeddruk
Hart- en vaatziekten
cardiovasculair
Verhoogd urinezuur in
het bloed
Klachten
Risico
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
+
In beginstadium weinig tot geen klachten
Behandeling
• Controle nierfunctie en preventie van achteruitgang
• Leefstijladvies: stop met roken, beperk zoutgebruik, verminder
overgewicht, zorg voor voldoende lichaamsbeweging
• Bij mensen met diabetes zorgen voor optimale glucoseregulatie
• Preventie hart- en vaatziekten
• Behandeling hoge bloeddruk, vermindering van eiwit in de urine met
specifieke bloeddrukverlagende geneesmiddelen, zoals ACE remmers
Jicht
(bv. enalapril en lisopril) of A2 blokkers (bv. losartan en irbeartan)
• Gebruik geen medicijnen die nierschade kunnen veroorzaken, zoals
NSAID's (bv. ibuprofen en diclofenac) en bepaalde antibiotica
• Pas op bij onderzoek met een jodiumhoudend contrastmiddel
+
+
+
• Vochtophoping (oedeem),
+
+
+
• Milde vermoeidheid
Afwijkende zuurgraad
in het bloed
+
+
+
Vitamine D tekort
+
+
+
+
+
+
Verhoogd kalium
in het bloed
Verhoogd fosfaat
in het bloed
metabool
Te snel werkende
bijschildklier
hormonaal
Bloedarmoede
+
bijvoorbeeld in handen en voeten
• Pijn op de borst, hartkloppingen,
benauwdheid
• Prikkelingen, een doof gevoel, pijn,
vermindering van de spieromvang en
nachtelijke spierkrampen
• Jeuk (door ophoping afvalstoffen,
nier
• Behandeling problemen in calcium- en fosfaathuishouding
• Behandeling problemen in (metabole) stofwisseling, zoals verhoogd
kaliumgehalte en afwijkende zuurgraad in het bloed
• Behandeling hormonale complicaties, zoals tekort vitamine D
aantasten zenuwen of verhoogd fosfaat)
• Extreme vermoeidheid
goed werkend afweersysteem
NIE R FA L E N
• Eiwitbeperkt dieet
• Problemen met botopbouw
• Vatbaarheid voor infecties door minder
+
• Behandeling oedeem
• Seksuele problemen
• Concentratieproblemen
• Slaapproblemen
• Behandeling bloedarmoede (met EPO)
• Behandeling van misselijkheid, jeuk, concentratie- en slaapproblemen
• Voorbereiding op nierfunctievervangende behandeling:
niertransplantatie of dialyse
• Nierfunctievervangende behandeling: niertransplantatie of dialyse
• Mentale veranderingen
• Misselijkheid en braken
• Verminderde eetlust
• Ondervoeding
Nierfunctie
minder dan 60%
minder dan 45%
minder dan 30%
Eiwitverlies
licht tot matig verhoogd
matig of sterk verhoogd
matig of sterk verhoogd
Aanwezigheid problematiek
binnen risicogroep
+ 25%
+ 50%
+
+ >50%
+
+
3
Colofon
Deze factsheet is een uitgave van de Nierstichting. De inhoud is gebaseerd op de huidige stand van de wetenschap en
met grote zorg en in samenwerking met deskundigen samengesteld. De Nierstichting kan echter geen aansprakelijkheid
aanvaarden voor eventuele onjuistheden of onvolkomenheden.
Deze factsheet is deel 4 van de serie van tien factsheets over nieren en nierschade. De serie bestaat uit de volgende
factsheets:
1 Nieren en chronische nierschade
2 Oorzaken van chronische nierschade
3 Chronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico’s
4 Klachten en behandeling chronische nierschade
5 Vroeg opsporen, preventie en behandeling chronische nierschade
6 Nierfalen en nierfunctievervangende behandeling
7 Niertransplantatie, donatie en wachtlijst
8 Dialyse: vormen, aantal patiënten en gevolgen
9 Nieren en zout
10 Nieren en medicatie
Tekst
Met dank voor hun inhoudelijke inbreng en deskundig
Coördinatie en eindreactie
• Prof. dr. Ron Gansevoort, nefroloog, Universitair
commentaar:
• Dr. Katja van Geffen, manager Zorg & Innovatie,
Medisch Centrum Groningen
• Beatrijs van der Poel, Verpleegkundig Beleid en Advies
• Drs. Jacintha van Balen, huisarts en wetenschappelijk medewerker Nederlands Huisartsen Genootschap
(NHG).
Vormgeving en infographics
• Maaike Wijnands, oeHoe infographics en illustraties
Nierstichting.
• Dr. Marjolijn van Buren, internist-nefroloog, Haga
Bronnen
De lijst met literatuurreferenties is te vinden op
Ziekenhuis Den Haag en Leids Universitair Medisch
www.nierstichting.nl/bronnen-factsheets
Centrum.
of kan opgevraagd worden door een e-mail te sturen naar
• Dr. Nynke Scherpbier-de Haan, huisarts en onderzoeker
[email protected]
afdeling Eerstelijnsgeneeskunde Radboudumc,
Nijmegen.
• Prof. dr. Pieter ter Wee, internist-nefroloog, Vrije
Universiteit Medisch Centrum Amsterdam.
© Nierstichting, september 2016
4
Download