Weber Begrijpende sociologie: motieven en bedoelingen van het handelen Gedrag - buitenkant -uiterlijke waarneming Handelen -binnenkant -intenties, motieven =beweegredenen (methodologische individualisme) -actueel: algemene betekenis (houthakker) -verklarende: achterliggende beweegreden Verklarende beweegreden 1)betekenis-adequaat: correct begrijpen van de beweegreden Houthakken voor loon, of uit ontspanning 2)causaal-adequaat: effectief verklaren statistisch nagaan wat de oorzaak van het motief is Sociaal handelen: Handelen met meerdere actoren/wederzijdse betrekking > Interactionisme: Gemotiveerde handeling, tegenhandeling (actie-reactie) Vier hoofdvormen van sociaal handelen: Doel rationeel - middelen efficiënt inzitten voor het doel (kosten-baten) - neveneffecten in rekening houden - strategisch handelen naar anderen toe (bv. prijs-kwaliteit vergelijken) Waarde rationeel - handelen naar hoger doel - idealisme: consequent zijn en niet efficiënt - geen rekening met neveneffecten houden Affectief - emotionele opwelling (bv. artiest met ongezonde levensstijl voor de pure kunst) - oriëntatie op ander Traditioneel - gewoonte handelen -gemoedstoestand - reflex - traditiegetrouw Sociale orde: - Oriëntatie op ander bij samenhandelen - Verwachtingen, beweegredenen van het eigen sociaal handelen Ideaaltype: Overdrijving, selectief uitvergroten van één beweegreden 1) Meerdimensionaal: Meerdere beweegredenen 2) Afwijking ideaaltype van feiten: een nieuw ideaaltype of een uitzonderingsverklaring 3) Expliciete en impliciete beweegredenen 4) Ideaaltype mogelijk bij grootschalige verbanden bv. politiek - Ideaaltype van doelrationeel kapitalisme: Burgerlijk bedrijfskapitalisme Herinvestering of berekend omgaan met productiemiddelen met het oog op winst = ‘kapitalistische geest’ (ascetische spaardwang) - Ideaaltype van protestantse ethiek: streng geloof + predestinatieleer Het religieus = waarde rationeel mede gemotiveerde kapitalisme is verzelfstandigd tot een louter seculiere = puur rationele orde (onbedoeld gevolg)