Jaarboek 2011 / 2012

advertisement
Jaarboek 2011 / 2012
Chemische Wetenschappen
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Jaarboek 2011 / 2012
Chemische Wetenschappen
Den Haag, september 2012
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen
2
Chemische Wetenschappen
3
Chemische Wetenschappen
Chemie maakt
toekomst mogelijk
4
Chemische Wetenschappen
5
Chemische Wetenschappen
Inhoud
1 Kansen, zorgen en een geweldige showcase -
Interview met Ben Feringa en Han de Winde
Interview met Marcel Wubbolts
– 24
– 11
2 Jaaroverzicht 2010/2011: Chemie maakt toekomst mogelijk
– 29
2.1 Drijvende kracht achter goed onderzoek
2.2 Sectorplan Natuur- en Scheikunde
2.3 Makelaar voor wetenschap en industrie
2.4 Belangenbehartiger van het chemisch veld in Nederland
2.5 Internationale bruggenbouwer
– 36
– 44
Interview met Bert Jan Lommerts – 48
3 CW in vogelvlucht
– 50
Interview met Bert Meijer
– 35
– 62
Biomoleculaire chemie – 64
4.1 Analytische scheikunde
4.2 – 39
– 58
4 Wetenschappelijk jaaroverzicht
– 27
– 61
– 65
– 65
4.3 Homogene katalyse en coördinatiechemie
4.4 Chemie van de vaste stof en materiaalkunde
4.5 Kristal- en structuuronderzoek
– 67
– 68
Interview met Bert Weckhuysen
4.6 Eiwitten
– 70
– 71
4.7 Farmacochemie
4.8 Katalyse (Nederlands Instituut voor Onderzoek in de Katalyse)
4.9 Lipiden en biomembranen
4.10 Macromoleculen
– 73
– 74
Interview met Anne Meinema,
Bert Poolman en Liesbeth Veenhoff
– 78
4.11 Nucleïnezuren
4.12 Ontwerp en synthese
4.13 Procestechnologie
4.14 4.15 4.16 – 76
– 79
– 80
Structuur en reactiviteit – 81
Spectroscopie en theorie – 83
Vloeistoffen en grensvlakken – 84
– 72
5 Subsidies, cijfers, mensen
– 88
5.1 Toekenningen
5.2 Financieel overzicht
– 87
– 108
5.3 Samenstelling Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen
5.4 Samenstelling Bureau Chemische Wetenschappen
5.5 Leden commissies en besturen
– 112
– 111
– 110
6
Chemische Wetenschappen
Voorwoord
Excellent
wetenschappelijk
onderzoek en
publiek-private
samenwerking
7
Chemische Wetenschappen
8
Chemische Wetenschappen
Voorwoord
Excellent weten­schappelijk
onderzoek en publiekprivate samenwerking
2011 stond in het teken van het internationaal Jaar van de Chemie. Ook
in Nederland werd de chemie extra onder de aandacht gebracht. De
feestelijke afsluiting van het internationale jaar van de Chemie vormde
CHAINS. NWO Chemische Wetenschappen (NWO-CW) organiseerde dit
grootste chemiecongres in Nederland in De Fabrique in Maarssen, waar
meer dan 1.400 chemici bijeen kwamen voor drie dagen vol met inspirerende wetenschappelijke lezingen, postersessies, workshops en levendige netwerkmomenten. CHAINS demonstreerde dat CHemistry As
INnovating Science nauwe banden heeft met vele aanpalende vak­
gebieden en daar als ‘creating science’ vernieuwing kan brengen.
Bovendien is chemie van groot belang voor de innovatie die nodig is om
economische en maatschappelijke vragen te beantwoorden. De chemie
is immers een van de topsectoren van Nederland.
Het topsectorenbeleid betekent voor de chemie bij NWO dat er aandacht is voor zowel mogelijkheden voor excellent wetenschappelijk
onderzoek als voor publiek-private samenwerkingsprogramma’s. Deze
twee elementen van de kennis- en innovatieketen gedijen uitstekend in
elkaars nabijheid. Het Innovatiecontract voor de Topsector Chemie
geeft aan dat via hoogwaardig grensverleggend wetenschappelijk
onderzoek nieuwe gebieden van wetenschap en innovatie worden
geëxploreerd. Binnen NWO kennen we deze combinatie al gedurende
langere tijd voor de chemie via NWO-CW en ACTS. Om de afstemming
en kruisbestuiving te bevorderen zijn deze begin dit jaar samengegaan
in een bestuur dat zich hard maakt voor zowel wetenschap als inno­
vatie. De Topsector Chemie ziet een zogenaamde kraamkamer voor
Nieuwe Chemische Innovaties als goede mogelijkheid om kleine, flexibele publiek-private samenwerkings (PPS)-programma’s te laten kiemen en ontwikkelen op belangrijke innovatiethema’s als
procestechnologie, slimme materialen en biobased economy, maar ook
nieuwe innovatiethema’s krijgen daar de kans om tot wasdom te
9
Chemische Wetenschappen
komen. De ambitie van de Topsector Chemie is dat Nederland in 2050
een internationale toppositie op het gebied van groene chemie en
slimme materialen inneemt en duurzame oplossingen voor societal
challenges biedt.
De Koers voor de chemie 2011-2015 bij NWO (Chemie maakt toekomst
mogelijk) is geheel in lijn met het beleid voor de Topsector Chemie. Er is
onverminderd veel aandacht voor excellent wetenschappelijk onderzoek in de chemie en daarnaast dienen extra middelen beschikbaar te
komen voor PPS en maatschappelijk geïnspireerde thema’s. Voor deze
beleidslijnen worden ook de mogelijkheden voor internationale samenwerking verkend, zowel in Europa als in emerging science nations, zo
mogelijk leidend tot internationale samenwerkingsprogramma’s op het
gebied van wetenschap en innovatie. Het moleculair onderzoek dringt
in toenemende mate door in aangrenzende vakgebieden en zo ontstaat
een inspirerende onderzoeksgemeenschap, waarbinnen de chemie als
verbindende natuurwetenschappelijke discipline een cruciale rol
inneemt.
Dit jaarboek laat zien tot welke prachtige resultaten de chemische community in staat is, als zij daarvoor de middelen en mogelijkheden krijgt.
De chemie bij NWO faciliteert en stimuleert al meer dan 55 jaar het
chemisch onderzoek in Nederland en spant zich in om hiervoor continu
mogelijkheden en nieuwe initiatieven te creëren. We wensen u veel
leesplezier.
NWO Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen,
Dr. Louis Vertegaal
Dr. Tanja Kulkens
Directeur Adjunct directeur Chemie 10
Chemische Wetenschappen
11
Chemische Wetenschappen
1
Interview met
Ben Feringa en
Han de Winde
Kansen,
zorgen en
een geweldige
showcase
12
Chemische Wetenschappen
“We moeten ons gelukkig prijzen
dat de chemie een topsector is.
Dat onderstreept het belang van de
chemie voor de Nederlandse economie.”
13
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
Kansen, zorgen
en een geweldige
showcase
De topsectoren, de samenvoeging van CW en ACTS, de Zwaartepunten
uit het Sectorplan Natuur- en Scheikunde, internationale samenwerking en natuurlijk het Jaar van de Chemie. Genoeg om over te praten
met Ben Feringa en Han de Winde, respectievelijk voorzitter en vice
voorzitter van het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen.
Het is zeker niet allemaal rozengeur en maneschijn in chemisch
Nederland, maar bij het NWO-gebied Chemische Wetenschappen (CW)
overheerst een positieve houding, zoveel is meteen duidelijk. Ben Feringa
draait er niet omheen: “We moeten ons gelukkig prijzen dat de chemie
een topsector is. Dat onderstreept het belang van de chemie voor de
Nederlandse economie. Willen we onze industrie en de economie op peil
houden dan kunnen we niet om de chemie heen. Maar ook voor onze
welvaart en ons welzijn in bredere zin is chemie onontbeerlijk.”
Nieuwsgierigheid
Chemie als topsector is een opsteker voor het veld. Tegelijkertijd leven
daar gemengde gevoelens, erkent Feringa. “Er is veel geld voor onderzoek weggevallen, denk aan de FES-middelen. Dat is een zware klap,
want we praten hier over honderden miljoenen. Daarbij komt de versterkte nadruk vanuit de overheid op toegepast onderzoek en publiekprivate samenwerking. De conclusie in het veld is dat NWO en, in iets
mindere mate, de KNAW hiervoor opdraaien.”Vanuit verschillende hoeken is gehamerd op het belang van vrij, nieuwsgierigheidgedreven
onderzoek. Zeker voor de exacte en natuurwetenschappen is dit essentieel, benadrukt Han de Winde. “Deze wetenschappen zijn bij uitstek
nieuwsgierigheidgedreven. Nieuwsgierigheid naar de wereld om ons
14
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
heen en een behoefte om die te begrijpen. Juist als je het hebt over bijvoorbeeld duurzaamheid moeten we eerst de wereld om ons heen
begrijpen. Hoe kunnen we anders ingrijpen op essentiële processen en
benodigde veranderingen doorvoeren?” Wetenschappers uit alle disciplines maken zich grote zorgen over de toekomst van het fundamentele
onderzoek. Ze krijgen bijval van onderzoekers uit de industrie. Ook
daar wordt gevreesd voor uitholling van de, nu nog, sterke wetenschappelijke basis. “Terechte zorgen”, zegt Feringa. “Zonder sterke fundamenten geen toegepast onderzoek.” Dat ook de industrie dit erkent
werd volgens hem mooi onderstreept tijdens de uitreiking van de
Akademiepenning 2012 aan Prof. dr. Emmo Meijer, corporate director
R&D bij FrieslandCampina en voorheen werkzaam bij Unilever en DSM.
“Zonder sterke fundamenten geen toegepast
onderzoek.”
“Emmo Meijer heeft deze prijs onder meer gekregen vanwege zijn
betrokkenheid bij basaal onderzoek”, zegt Feringa, die tevens juryvoorzitter was. “In zijn dankwoord brak hij een lans voor de vrije wetenschap en hield een pleidooi voor het sterk houden van de basis. Anders
heeft ook de industrie op de langere termijn niets om mee te werken.”
Dat er donkere wolken hangen boven het vrije onderzoek betekent
niet dat CW tegen publiek-private samenwerking (PPS) is. Integendeel.
Feringa: “CW staat positief tegenover PPS en dat is altijd zo geweest.
We zetten daarom niet de hakken in het zand, maar we zien kansen en
mogelijkheden die deze ontwikkelingen bieden en we proberen die te
pakken.”
Ingeburgerd
De positieve grondhouding wordt geïllustreerd door de samenvoeging,
van het gebiedsbestuur CW en het bestuur van PPS-platform Advanced
Chemical Technologies for Sustainability (ACTS). De ontwikkeling van
de topsectoren is niet de concrete aanleiding, maar het heeft de fusie
wel versneld, zegt De Winde, voormalig voorzitter van ACTS. “In de
loop van 2010 was al duidelijk dat men het concept van de kleinere PPS
programma’s binnen ACTS wilde vasthouden. Een tweede fase werd
gewenst. Tegelijkertijd was toen ook al duidelijk dat de middelen terugliepen. We moesten dus een modus vinden om het succes van ACTS
voort te zetten. Terwijl wij werkten aan dit vervolg kwam vanuit de
overheid de topsectorlijn op met meer nadruk op PPS. Het is voor ons,
15
Chemische Wetenschappen
16
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
en daarmee bedoel ik zowel CW als ACTS, altijd helder geweest dat de
combinatie van nieuwsgierigheidgedreven en toepassingsgeoriënteerd
onderzoek van groot belang is. Tegen deze achtergrond hebben we
toen besloten om de besturen van CW en ACTS samen te voegen en een
governance paraplu te creëren die de hele chemische pijplijn van basaal
onderzoek naar industriële toepassing omvat. PPS is al lang ingeburgerd in de Nederlandse chemie, we lopen hiermee internationaal
gezien voorop. Het veld was de facto al goed georganiseerd, waarbij
vooral de Regiegroep Chemie destijds een belangrijke rol heeft
gespeeld. Voor ons staat voorop dat concrete samenwerking goed is
voor de gehele Nederlandse chemie, zowel academisch als industrieel.”
Feringa onderschrijft dit: “De samenwerking tussen CW en ACTS was
altijd goed en dit is een logische stap in het samen optrekken van de
chemici binnen NWO. Het proces is zeker versneld door de komst van de
topsectoren, maar het past in een natuurlijke beweging.” Om te voorkomen dat de samenvoeging een bureaucratische kolos zou opleveren
is gekozen om twee vacatures in het gebiedsbestuur CW niet in te vullen, maar drie leden uit het ACTS-bestuur toe te voegen. Naast De
Winde zijn dat Bert Weckhuysen (Universiteit Utrecht) en Teun
Graafland (Shell). Verschil tussen de beide ‘poten’ is er niet. In de woorden van De Winde: “Iedereen besluit mee over alles.” Waar hij lachend
aan toevoegt dat de vergaderingen daardoor helaas iets langer duren.
De suggestie dat door de krimpende budgetten weer tijd wordt
bespaard blijkt niet de praktijk. De Winde: “Nee, dat leidt alleen maar
tot nog langere vergaderingen. Het kost meer tijd om een goede keuze
te maken als je weinig te verdelen hebt. Wij maken ons hier grote zorgen over. Zowel het aantal aanvragen als de kwaliteit van de aanvragen
in het Open Programma blijft onverminderd hoog. We hebben veel
meer excellente voorstellen dan we kunnen honoreren. Competitie is
goed, maar slagingspercentages van 10 tot 15 % zijn echt ontmoedigend.”
Kiemen
Waarmee we terug zijn bij de zorgen over de toekomst van de
Nederlandse chemie. Die zorgen betreffen niet alleen de krimpende
investeringen in fundamenteel onderzoek, maar ook de dreigende uitholling van de brede basis van de chemie en het gebrek aan perspectief
voor, vooral de jonge, onderzoekers. Feringa: “Zoals gezegd zien wij
kansen voor de chemie als het gaat om PPS en de topsectoren, maar we
moeten de balans in de gaten houden. NWO staat voor de breedte van
de gehele wetenschap en voor het vrije, nieuwsgierigheidgedreven
17
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
“Een onderwerp als materiaalschaarste.
Dat is nu nog geen uitgewerkt thema, maar
het is cruciaal voor vele gebieden en het past
helemaal bij de chemie.”
onderzoek. Er is méér dan wat er in de topsectoren speelt en dat moeten we niet verwaarlozen. En het is belangrijk dat we ons niet beperken
tot wat we vandaag willen. Het is onze taak als NWO-CW om de langere
termijn in het oog te houden en daar een visie voor te ontwikkelen.
Daarbij past dat we nieuwe ideeën die in de toekomst belangrijk worden nu oppakken en beginnen te ontwikkelen. Daarom hebben we
gekozen voor een zogeheten kraamkamer voor Nieuwe Chemische
Innovaties (TKI NCI) binnen de Topsector Chemie.” Deze TKI NCI, waarbij TKI staat voor Topconsortium voor Kennis en Innovatie, moet gaan
fungeren als een omgeving waarbinnen het veld kan aangeven welke
nieuwe programma’s nodig zijn. Het gaat hier om initiatieven die op
termijn kunnen uitgroeien tot grotere, volwaardige PPS programma’s.
Feringa geeft een voorbeeld: “Een onderwerp als materiaalschaarste.
Dat is nu nog geen uitgewerkt thema, maar het is cruciaal voor vele
gebieden en het past helemaal bij de chemie.” Door via het TKI NCI
invulling te geven aan het organiseren van PPS programma’s zit CW aan
de ‘fundamentele’ kant van het spectrum, aldus De Winde.“ Binnen CW
proberen we het vrije onderzoek zoveel mogelijk te behouden. Een
groot deel van het budget 2012/2013 is bestemd voor de Vrije
Competitie en de Vernieuwingsimpuls. Het budget dat bestemd is voor
PPS besteden we grotendeels binnen het TKI NCI. Zo blijft NWO in de
rol van aangever voor nieuwe mogelijkheden. Het TKI NCI is een omgeving om kiemen uit te zetten. Als je kansen ziet voor nieuwe onderwerpen die op termijn richting toepassingsgericht of, beter gezegd,
toepassingsgeïnspireerd, onderzoek kunnen gaan dan is dit de plaats
om die ideeën verder te brengen.”
18
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
De overige drie TKI’s in de Topsector Chemie – Smart Polymeric
Materials, Procestechnologie en Biobased Economy – worden niet primair uit NWO-middelen gefinancierd, maar moeten middelen werven
uit bestaande PPS-consortia die nu onder de vlag van de topsector gaan
opereren. De looptijd van deze consortia eindigt in 2014-2015. Betekent
dit dat we slechts een ‘relabeling’ van bestaande initiatieven gaan zien?
“W il je deze nieuwe generatie behouden,
dan moet je ze perspectief bieden.”
De Winde: “Dat is een reële dreiging, want op dit moment is het nog
volstrekt onduidelijk waar het geld voor deze drie TKI’s, met name
vanaf 2014, vandaan moet komen. Een dergelijk gebrek aan perspectief
is niet de basis om innovatie te bewerkstelligen. Het Nederlandse
wetenschapsbeleid is de afgelopen vijftien jaar een opeenvolging van
relabelingsoperaties geweest en je merkt dat mensen er schoon genoeg
van hebben.” Wil je economische groei stimuleren dan moet je inzetten
op innovatie, zegt Feringa. En dat vraagt een lange adem. “NWO hanteert een termijn van minimaal vier jaar, de duur van een promotietraject. Hoogleraren kijken op een langere termijn en zeker de jonge
talenten kijken ver vooruit. Zij zien toekomstige doorbraken, maar
weten dat ze minstens tien jaar nodig hebben om de benodigde expertise op te bouwen en hun idee tot een volwaardig onderwerp te laten
uitgroeien. Wil je deze nieuwe generatie behouden, dan moet je ze
perspectief bieden.” En op dat vlak hoeft Nederland zichzelf niet op de
borst te kloppen vindt hij. “Wat wij jonge mensen kunnen bieden wijkt
schrikbarend af van voorbeeldlanden als Duitsland en de Scandinavische
landen. Nederland bungelt onderaan met investeringen in onderzoek
en dat gaat ons parten spelen. Er worden enorm grote Europese programma’s opgetuigd waarin tientallen miljarden omgaan. Wil je in dergelijke programma’s meedraaien dan moet je een stevige basis kunnen
bieden in mensen, in apparatuur en in faciliteiten. Dat kunnen wij nu
niet en dan wordt het heel moeilijk om middelen uit die grote pot te
werven. We kunnen ons gemakkelijk rijk rekenen door te zeggen dat
Nederlandse onderzoekers het zo goed doen, maar dat blijft niet zo als
we niet méér investeren. Dat inzicht leeft veel te weinig bij politici en
beleidsmakers.”
19
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
Biochemie
De potentiële uitholling van de chemische basis is een andere zorg die
het gebiedsbestuur bezighoudt. Zowel binnen de Topsector Chemie als
de Topsector Life Sciences & Health spelen de biochemie en de chemische biologie niet of nauwelijks een rol. Feringa: “Dat is opvallend,
want binnen CW zien we dat ongeveer veertig procent van het onderzoek een life sciences of medisch-farmaceutische oriëntatie heeft. Dit
zijn belangrijke gebieden voor de chemie, maar ook voor ons welzijn en
de economische groei. Juist in de life sciences zien we heel veel nieuwe
bedrijvigheid ontstaan. Wil je de economie een impuls geven en tegelijkertijd bijdragen aan belangrijke vraagstukken rond gezondheid, dan is
dit hèt gebied. Zonder molecuul geen medicijn, zo simpel is het. Het
gebrek aan middelen gaat hier echt opspelen.” CW heeft weinig mogelijkheden om dit gat op te vangen. De Winde: “In de TOP en ECHO programma’s is uiteraard ruimte voor biochemie, maar ook hier lopen de
budgetten terug en zijn de honoreringspercentages laag. Hoe het verder moet met de biochemie? Dat is zorgelijk.” Verschuiving van middelen uit het de Vrije Competitie en de Vernieuwingsimpuls om grotere
budgetten voor de biochemie en chemische biologie te creëren is geen
optie. “CW is er voor de gehele breedte van de chemie en alleen excellentie telt bij het toekennen van aanvragen”, aldus Feringa.
Bevoordelen van biochemici omdat hun gebied is ondervertegenwoordigd in de topsectoren is niet aan de orde. Evenmin speelt bij de beoordeling mee of een voorstel juist wel past binnen de topsectoren. De
20
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
Winde: “Nee, dat speelt geen rol. Alleen de kwaliteit van het voorstel is
doorslaggevend.” Over de redenen waarom biochemie en chemische
biologie tussen wal en schip zijn beland doen ze geen harde uitspraken,
maar volgens Feringa heeft niet geholpen dat er weinig vertegenwoordigers van de farmaceutische industrie nauw betrokken zijn geweest bij
de keuze van de onderwerpen. “De Nederlandse farmasector heeft toch
klappen gehad de laatste jaren en dat kan een rol hebben gespeeld.”
Onderwijsfabrieken
Vanuit een andere hoek spelen zorgen over de brede basis van de chemie ook op en die raken niet alleen het onderzoek, maar ook het
onderwijs. Een uitvloeisel van het Sectorplan Natuur- en Scheikunde is
dat de verschillende bètafaculteiten plannen hebben gemaakt over
Zwaartepunten die ze willen vormen. Focus en massa zijn de kernwoorden hier: niet proberen alle onderwerpen overal te bestuderen, maar
sterk inzetten op een beperkt aantal thema’s. Een heel nuttige exercitie, vinden Feringa en De Winde. Maar het gevaar is dat bepaalde
gebieden en groepen buiten de boot vallen. “Het werk van de
Regiegroep Chemie, gevolgd door de discussies over het Sectorplan en
de topsectoren, heeft goed geholpen bij het definiëren van de prioriteiten en het ontwikkelen van een visie op de toekomst van de
Nederlandse chemie”, zegt De Winde. “Tegelijkertijd betekent keuzes
maken dat sommige excellente academische groepen niet aansluiten bij
een Zwaartepunt of een topsector. Wat doen we met die groepen? Die
discussie wordt helaas niet gevoerd.” Het gaat hier in sommige gevallen
“Het werk van de Regiegroep Chemie gevolgd
door de discussies over het Sectorplan en de
topsectoren heeft goed geholpen bij het definiëren van de prioriteiten en het ontwikkelen
van een visie op de toekomst van de
Nederlandse chemie”
21
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
“We doen niet aan internationalisering omdat het
‘moet’, maar omdat we er echt iets aan hebben.”
bovendien om onderwerpen die essentieel zijn voor het chemische veld
in brede zin en voor het onderwijs. Dat laatste wordt gemakkelijk over
het hoofd gezien, vindt Feringa. “Je kunt je wel specialiseren in je
onderzoek, maar wat betekent dat voor je scheikunde opleiding? In
mijn ogen moeten in een goede scheikunde opleiding alle chemische
gebieden aan bod komen. Een ander probleem is dat veel mensen niet
inzien dat aan een universiteit onderzoek en onderwijs intrinsiek met
elkaar zijn verbonden. Vanaf dag één moet een student ervan doordrongen raken dat er gewerkt wordt aan de grenzen van het weten.
Die grenzen moet hij zien en hij moet de bagage krijgen om die grenzen te doorbreken door de juiste vragen te stellen. Academisch onderwijs gaat niet zozeer om de antwoorden, maar om de vragen. Dat is de
kern. Maar dat wordt weinig ingezien. Als de universiteiten door loskoppeling van onderwijs en onderzoek verworden tot geïsoleerde
onderwijsfabrieken dan is dat de dood in de pot.”
Geen eiland
Tijd voor een stap buiten het nationale kader. Internationalisering staat
hoog op de agenda bij CW. “Ik zeg het vaak, maar Nederland is geen
eiland. In de topsectordiscussie lag wat mij betreft de nadruk, zeker
vanuit de ministeries, veel te veel op navelstaren”, zegt De Winde.
“Elke topwetenschapper kijkt ver buiten de grenzen, maar die moet
zich dan vervolgens wel conformeren naar een nationaal keurslijf met
regels, fondsen en topsectoren? Natuurlijk wil de Nederlandse overheid
Nederlands onderzoek financieren, maar meer oog voor de internationale aard van wetenschap zou goed zijn.” Voor CW dient internationalisering twee doelen: kansen ontwikkelen voor de Nederlandse chemie
en jonge mensen de mogelijkheid bieden om ervaring op te doen in een
internationale omgeving. Wetenschap is een internationaal werkveld,
maar de industrie net zozeer. Beide doelen zijn goed te combineren.
Inhoudelijk gedreven samenwerkingsverbanden verdiepen de
Nederlandse chemie en bieden de ruimte voor studenten en onderzoekers om tijdelijk elders te werken. De Winde: “We zijn in gesprek met
instituten en zusterorganisaties van NWO in verschillende landen. Met
Brazilië werken we aan plannen op het gebied van biobased materialen
en groene chemie, op die terreinen hebben ze veel te bieden. Met
India, onder meer met het vermaarde Indian Institute of Technology,
22
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
praten we over programma’s rond materialen, materiaalschaarste en
recycling. We hebben ook contacten in Zuid-Afrika. Die plannen zijn
nog in een heel pril stadium, maar hier zou katalyse een goed onderwerp zijn. We zoeken naar goede instituten om mee samen te werken
op gebieden die de Nederlandse en internationale chemie weer verder
kunnen brengen. We doen niet aan internationalisering omdat het
‘moet’, maar omdat we er echt iets aan hebben.”
Spannend
Met alle discussies rond topsectoren en krimpende financiering wordt
bijna vergeten dat 2011 een heel bijzonder jaar was, namelijk het
Internationale Jaar van de Chemie. Ook in Nederland is dat niet onopgemerkt voorbij gegaan. Een goede kapstok om het vak breed onder de
aandacht te brengen. Feringa: “Het is een mooie kans om de schoonheid van de chemie te laten zien, evenals de uitdagingen waar we voor
staan. Ik denk echt dat zoiets helpt om de chemie beter op de kaart
zetten.”Voor de chemici zelf was het driedaagse CHAINS-congres in
november 2011 een uitgelezen mogelijkheid om het eigen vak breder
te verkennen. “Dat was een geweldige showcase”, reageert Feringa
enthousiast. Ook De Winde kijkt er positief op terug. “Het was een uitstekende bijeenkomst en een mooie mogelijkheid om heel chemisch
Nederland bij elkaar te brengen. Wat ons betreft is CHAINS voor herhaling vatbaar, we denken nu aan een volgende editie in 2014.” Tegen die
tijd is er nog meer dan genoeg interessants voor chemici om hun tanden
in te zetten. Feringa: “Er zijn zoveel spannende en belangrijke dingen
te doen. We zijn steeds beter in staat de moleculaire processen in een
levende cel te begrijpen. Het samenkomen van chemische biologie en
synthetische chemie is fascinerend. Daarnaast staan we voor grote uitdagingen. Duurzame processen. Nieuwe energiebronnen. Materialen
op basis van verbindingen die niet binnenkort dreigen op te raken. We
hebben hier radicaal nieuwe benaderingen voor nodig. En dat vraagt
ook om een geheel nieuwe chemie. Voor chemici is het nog nooit zo’n
spannende tijd geweest.”
23
Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde
“Voor chemici is het nog nooit
zo’n spannende tijd geweest.”
24
Chemische Wetenschappen
Chemie voor
een groene
toekomst
Marcel Wubbolts is Chief Technology
Officer bij life sciences- & materials
sciences-bedrijf DSM. Hij is lid van het
Gebiedsbestuur NWO Chemische
Wetenschappen, en expert op het gebied
van biobased economy.
25
Chemische Wetenschappen / Interview Marcel Wubbolts, CTO DSM
Marcel Wubbolts, CTO DSM:
“Ik geloof sterk in het belang van een goede balans tussen nieuwsgierig
heidgedreven onderzoek en toegepast onderzoek. Echt nieuwe dingen
komen vaak voort uit die combinatie. Ik was bezorgd dat die balans binnen het Topsectorenbeleid wellicht te weinig aandacht zou krijgen.
Daarom heb ik geen moment geaarzeld toen mij werd gevraagd daarover
mee te denken in het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen.
Degelijk langetermijnbeleid voor het chemieonderzoek in Nederland, dat
is cruciaal voor bedrijven zoals DSM.”
Biobased
“Mijn interesse in biobased economy komt voort uit een persoonlijke
overtuiging. Als we de belangen van zowel people, planet als profit in
het oog willen houden, als bedrijf maar ook als maatschappij, dan zullen
we ons veel meer moeten richten op duurzaamheid. Gebruik van biogrondstoffen kan daarin een grote rol vervullen. Je alleen richten op kortetermijnwinst, dat gaat nu echt niet meer. Je zult ook moeten investeren
in kwaliteit van leven voor generaties na ons. Dat is mijn persoonlijke
drive. DSM en ik passen wat dat betreft perfect bij elkaar.”
Grensvlak
“De uitdaging is om petrochemische grondstoffen uiteindelijk zo veel
mogelijk te vervangen door bio-gebaseerde alternatieven, zowel voor
brandstof als voor materialen en overige chemie. Ons onderzoek richt
zich daarbij op de combinatie van life sciences en materials sciences. Er
zijn niet veel bedrijven die op dat grensvlak uitblinken. Maar juist dáár
zijn mooie dingen mogelijk, en kun je unieke innovaties ontwikkelen.”
Alles eruit halen
“NWO kan een belangrijke rol vervullen in de transitie naar een biobased
economy; dat is voor mij heel helder. Want er moet nog veel onderzoek
plaatsvinden om hernieuwbare restmaterialen uit de land- en bosbouw
efficiënt als grondstoffen te kunnen inzetten. Op dit moment kunnen we
er nog niet alles uithalen. Jazeker, een biobased economy is in mijn ogen
realistisch. De eerste bioraffinaderijen zijn er al in de VS, en ik verwacht
ze over vijf à tien jaar ook in Europa. De kostprijs van grondstoffen en
van energie geeft uiteindelijk de doorslag, en die zal bij toenemende
schaarste van aardolie alleen maar blijven stijgen. Voor NWO zie ik
daarom een rol weggelegd in onder meer het ondersteunen van onderzoek naar hernieuwbare energie, en het investeren in katalyseonderzoek
voor bio-gebaseerde grondstoffen. Initiatieven zoals CatchBio laten al
zien dat katalyse en biogrondstoffen heel goed kunnen samengaan.”
26
Chemische Wetenschappen
27
Chemische Wetenschappen
2
2
Jaaroverzicht
2010/2011:
Chemie maakt
toekomst mogelijk
28
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
2 Jaaroverzicht
2010/2011:
Chemie maakt
toekomst mogelijk
In haar strategie voor de periode 2011-2015, Chemie maakt toekomst
mogelijk, zet het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen in op investeringen in vrij onderzoek, maatschappelijk geïnspireerde thema’s en
publiek-private samenwerking. In het afgelopen jaar is het fundament
hiervoor gelegd. Via onder andere de implementatie van het Sectorplan
Natuur- en Scheikunde, nieuwe internationale samenwerkingen en
publiek-private samenwerking in zogenaamde Technology Areas geeft
het bestuur invulling aan de gestelde ambities. In 2011 mocht de chemie
zich bovendien verheugen een jaar lang wereldwijd in de schijnwerpers te
staan. Met CHAINS, de grootste chemiebijeenkomst in Nederland ooit,
werd het Jaar van de Chemie feestelijk afgesloten.
Op de toekomst voorbereid
Bureau Chemische Wetenschappen onderdeel van
Cluster Chemische & Exacte Wetenschappen
Per 1 juni 2010 zijn de bureaus van de NWO-gebieden Chemische
Wetenschappen en ACTS en Exacte Wetenschappen samengevoegd tot
één cluster: het Cluster Chemische & Exacte Wetenschappen. De wetenschapsvelden Astronomie, Chemie, Informatica en Wiskunde vallen binnen het bereik van dit cluster. De Executive Board van het regieorgaan
ACTS (Advanced Chemical Technologies for Sustainability) en het
Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen zijn bovendien per 1 januari
2012 samengevoegd tot één chemiebestuur.
Het samenvoegen van de bureaus onder het motto ‘Samen meer doen’
moet uiteindelijk leiden tot efficiëntere werkprocessen. Hierdoor komt
meer tijd beschikbaar voor internationale en multidisciplinaire activiteiten. Ook vergemakkelijkt de samenvoeging het zoeken naar partners
buiten NWO en kan sneller worden ingespeeld op kansen voor het onderzoeksveld.
29
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Het nieuwe cluster is in staat, door de ruime ervaring met een breed wetenschappelijk veld, sneller en met nog meer expertise het onderzoek te
bedienen. Door de bredere samenstelling van het cluster kunnen de medewerkers beter kansen signaleren en successen uit andere disciplines
benutten. Voor projectleiders en uitvoerders binnen een van de gebieden
verandert er administratief niet veel. Zij blijven per bestaande subsidie
indienen bij het betreffende gebied.
De samenvoeging van het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen en de
Executive Board van ACTS stelt het nieuwe chemiebestuur in staat slagvaardig in te spelen op actuele en toekomstige ontwikkelingen. Het nieuwe
chemiebestuur heeft alle taken en verantwoordelijkheden van beide besturen overgenomen en zet bestaande CW- en ACTS-programma’s voort. Aan
gezamenlijke activiteiten wordt onder andere binnen het topsectorenbeleid
invulling gegeven.
2.1 Drijvende kracht achter goed onderzoek
Terwijl in de onderzoeksfinanciering steeds meer nadruk komt te liggen op
maatschappelijk geïnspireerde wetenschap, moet er ook ruimte blijven om
goede, originele onderzoeksideeën uit te voeren die zijn ingegeven door
nieuwsgierigheid en voornamelijk worden beoordeeld op kwaliteit.
NWO-CW zorgt dat de twee lijnen in balans blijven.
VRIJ ONDERZOEK
TOP-, ECHO- en ECHO-STIP-subsidies
De subsidieprogramma’s TOP en ECHO van NWO-CW vormen gezamenlijk
de Vrije Competitie. ECHO-subsidies (Excellent CHemisch Onderzoek) zijn
projectsubsidies van 260.000 euro die de mogelijkheid bieden om creatieve
risicovolle ideeën uit te werken. Zo kan wetenschappelijke vernieuwing tot
stand komen en worden de kiemen gevormd voor de onderzoeksthema’s
van de toekomst. TOP-subsidies bedragen 780.000 euro, bedoeld voor
gevestigde onderzoeksgroepen met een bewezen track record.
De subsidies bieden deze groepen de gelegenheid en vrijheid om excellente,
uitdagende en innovatieve onderzoekslijnen te versterken en/of uit te
breiden. Het totale budget voor beide subsidies wordt verdeeld binnen
drie focus­ge­bieden: chemie in relatie met biologische/medische wetenschappen, chemie in relatie met fysica/materialen en chemie in relatie met
technologie/duurzaamheid.
30
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Via het Sectorplan Natuur- en Scheikunde (SNS) heeft CW middelen
beschikbaar gesteld om nieuwe groepen in een erkend chemisch zwaartepunt aan een vliegende start te helpen. De nieuw benoemde
“SNS”-onderzoekers genieten bij CW een voorkeursbehandeling in de
reguliere TOP/ECHO-rondes 2011/2012 en 2012/2013. Voor hen is de
mogelijkheid gecreëerd een ECHO-STIP-subsidie (Excellent CHemisch
Onderzoek – Sectorplan Tweede geldstroom Intree Project) aan te vragen.
Een ECHO-STIP -subsidie wordt toegekend indien de aanvraag als subsidiabel wordt beoordeeld én in de bovenste 50% van de ingediende ECHOvoorstellen wordt gerangschikt.
Gebiedsoverschrijdende TOP-subsidies
In 2010 werd voor het eerst – en vooralsnog eenmalig – geëxperimenteerd
met gebiedsoverschrijdende TOP-subsidies (TOP-GO), in samenwerking
met de NWO-gebieden Aard- en Levenswetenschappen, Exacte
Wetenschappen en met ZonMw (medisch en gezondheidsonderzoek).
Er was veertien miljoen euro beschikbaar voor grensverleggende wetenschap van excellente kwaliteit. Uit de in totaal 123 ingediende onderzoeksvoorstellen ontvingen er negentien een subsidie van maximaal
750.000 euro.
Het initiatief kwam voort uit de wens om het onderzoeksveld te ‘ontschotten’, zodat samenwerking op de grensvlakken tussen de disciplines
wordt aangemoedigd en het allerbeste onderzoek kan worden geselecteerd, los van de discipline waarin het plaatsvindt. De vier samen­
werkende onderzoeksorganisaties verkenden zo de meerwaarde van een
wetenschapsbredere competitie en ook de wijze waarop gebiedsoverschrijdende initiatieven in een dergelijke opzet het beste tot hun recht
komen. De opzet bleek geslaagd: meer dan driekwart van alle aanvragen
bevonden zich op het grensvlak van disciplines, en de meeste betrok­
kenen waren positief over de mogelijkheid gebiedsoverstijgend te beoor­
delen.
NWO-middelgroot, NWO–groot en BAZIS
Onderzoekers aan universiteiten worden soms belemmerd door verouderde infrastructuur. Door middel van de investeringsprogramma’s
NWO-middelgroot en -groot wordt dit enigszins ondervangen. In februari
2012 heeft het gebiedsbestuur CW vijf NWO-middelgrootvoorstellen
gehonoreerd; in 2011 waren dit er eveneens vijf. In verband met een
bezuinigingsronde binnen NWO heeft het gebiedsbestuur besloten in
2012 geen NWO-middelgrootronde te houden.
NWO-groot wordt eens in de twee jaar georganiseerd. In 2010 heeft er
een NWO-groot ronde plaatsgevonden, in 2011 niet.
31
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Naast de reguliere investeringsprogramma’s heeft CW in 2010 en 2011 de
BAZIS-subsidieronde georganiseerd. Dit subsidie-instrument was bedoeld
voor de aanschaf van workhorse-apparatuur ter versterking van de chemische zwaartepunten binnen het Sectorplan Natuur- en Scheikunde. In totaal
is zes miljoen euro toegekend aan zeventien verschillende zwaartepunten.
PERSOONSGEBONDEN SUBSIDIES
Vernieuwingsimpuls
De Vernieuwingsimpuls (VI), bestaande uit Veni- Vidi- en Vicisubsidierondes, is persoonsgebonden en biedt talentvolle, creatieve onderzoekers de kans om onderzoek naar hun keuze uit te voeren. De VI beoogt
verder de doorstroom van onderzoekers bij wetenschappelijke onderzoeksinstellingen te bevorderen. In de subsidieronde 2010 zijn twaalf Veni’s,
negen Vidi’s en vier Vici’s door CW toegekend. In 2011 werden elf Veni’s en
vier Vici’s toegekend.
Vanaf de ronde 2012 is het voor alle kandidaten verplicht om een kennis­
benuttingsparagraaf in te vullen. Alle VI-aanvragen zullen naast een beoordeling op kwaliteit van de onderzoeker en de kwaliteit van het
projectvoorstel, beoordeeld worden op het onderdeel kennisbenutting.
Op basis van de resultaten van een interne evaluatie in 2011 heeft NWO
besloten om vanaf 2012 de Veni- en Vidi-aanvragen geheel in de NWO
wetenschapsgebieden te beoordelen. De aanvulling met een beoordeling in
domeinen is voor de Veni- en Vidi-aanvragen afgeschaft. Daarnaast heeft
NWO besloten om de Vici-aanvragen vanaf ronde 2012 niet in de aparte
NWO-gebieden te beoordelen, maar een wetenschapsbrede beoordelingsprocedure op te zetten.
Athena-premies voor excellente vrouwelijke onderzoekers
In Nederland is het percentage vrouwen werkzaam in de bèta- en technische wetenschappen kleiner naarmate de positie hoger is. Zo zijn vrouwen
ondervertegenwoordigd in de UD-, UHD- en hoogleraarrangen. NWO heeft
met het programma Aspasia voor alle wetenschapsgebieden het initiatief
genomen om de doorstroom van vrouwelijke Vidi- en Vici-laureaten naar
UHD- en hoogleraarposities te bevorderen.
NWO-CW heeft daarnaast geconstateerd dat aanvullende actie nodig is om
te bewerkstelligen dat ook vrouwen uit de grote groep van postdocs met
een tijdelijke aanstelling doorstromen naar een vaste wetenschappelijke
positie. Begin 2007 heeft CW het Athena-programma gestart, bedoeld om
32
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
universiteiten te stimuleren Veni-laureaten in een vaste positie te benoemen. Vrouwelijke onderzoekers die een Veni-subsidie van CW hebben
ontvangen én die gedurende de looptijd van het Veni-project een vaste
aanstelling als universitair docent krijgen komen in aanmerking voor een
Athena-premie ter waarde van 100.000 euro.
Naast deze subsidie-instrumenten ondersteunt NWO-CW het netwerk van
vrouwelijke onderzoekers met de organisatie van het symposium Women
in Chemistry, waarvan de tweede editie Women in Chemistry The elements of success heeft plaatsgevonden op 27 mei 2011. Ook is de
LinkedIn-groep ‘NWO Women in Chemistry’ opgericht, die vrouwelijke
onderzoekers de mogelijkheid biedt met elkaar in contact te komen.
Meer informatie hierover is terug te vinden op www.nwo.nl/cw/womeninchemistry of via [email protected]
Spinozapremie 2010 naar Piet Gros
De Spinozapremie is de grootste Nederlandse onderscheiding in de
wetenschap. Jaarlijks reikt NWO maximaal vier prijzen uit aan onderzoekers voor voortreffelijk, baanbrekend en inspirerend wetenschappelijk
werk. Elke laureaat ontvangt tweeëneenhalf miljoen euro, die hij of zij
vrij mag besteden aan nieuw wetenschappelijk onderzoek naar keuze.
Op 27 september 2010 ontving Piet Gros (Universiteit Utrecht) deze
‘Nederlandse Nobelprijs’ voor de bepaling van de driedimensionale structuur van het reusachtige C3-eiwit, een aantal bijbehorende eiwitcomplexen en het werkingsmechanisme. De grootte van het eiwit en zijn
complexen maakte deze klus buitengewoon lastig en tijdrovend.
C3 speelt een centrale rol in het complementsysteem, één van de afweermechanismen van ons lichaam. Via een kettingreactie doodt het lichaam
bacteriën, virussen en aangetaste cellen. Bij ontstekingsziektes ontspoort
de kettingreactie en worden onze eigen cellen aangevallen. Recent
‘bevroor’ Gros een aantal stappen van de kettingreactie, waardoor hij
essentiële delen van het proces in detail in beeld kon brengen. Het
gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen kende Piet Gros voor zijn werk
eerder een aantal persoonsgerichte subsidies toe, waaronder de Jonge
Chemici en PIONIER, die mede de basis hebben gelegd voor het nu
bekroonde werk.
33
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
THEMATISCH ONDERZOEK
Multidisciplinaire programma’s
Forensic Science
CW heeft samen met NWO Exacte Wetenschappen en het Netherlands
Genomics Initiative (NGI) 3,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een
breed en multidisciplinair onderzoeksprogramma op het gebied van de
forensische wetenschappen. Het programma Forensic Science heeft tot doel
het onderzoek op dit gebied in Nederland te versterken, nieuwe kenniszwaartepunten te creëren en een gemeenschap van onderzoekers en
gebruikers op het gebied van forensische wetenschappen te vormen. Met
het onderzoek draagt het programma bij aan de verdere ontwikkeling van
state of the art onderzoektechnieken die in veelal multidisciplinaire context
ingezet kunnen worden in het forensisch proces. Het programma richt zich
op multidisciplinair onderzoek op het grensvlak tussen wetenschaps­
disciplines, maar ook tussen wetenschap en forensische praktijk. In 2011
werd aan negen onderzoeksteams uit de chemie, genetica, informatica en
wiskunde een projectsubsidie toegekend. De onderzoeken gaan onder
andere over het achterhalen van de herkomst van natuurlijke materialen,
het opsporen van daders met DNA-gegevens van familieleden en over
gezichtsherkenning.
Science4Arts
Het onderzoeksprogramma Science4Arts richt zich op veranderingen in
kunst, zowel wat betreft de chemische en fysische dynamiek van het object,
betekenis en inhoud, als de context. Centraal staat de samenwerking tussen
de restaurator, conservator, geesteswetenschapper en de natuurwetenschapper, die gezamenlijk onderzoek doen naar een object of meerdere
verwante objecten binnen een museale context. Het programma wil de uitwisseling tussen het onderzoek van de onderzoeksinstellingen en het museale veld verder ontwikkelen en versterken.
NWO werkt voor dit programma onder andere samen met de Amerikaanse
National Science Foundation (NSF) en met het Franse IPANEMA, de synchrotronfaciliteit voor oude objecten. NWO stelt 3,6 miljoen euro beschikbaar
voor de projecten, waarvan 600.000 euro voor samenwerking met de VS.
Bij ieder project zijn één of meerdere musea betrokken die het onderzoek
mede financieren. Met steun van de Getty Foundation is onderzoek
gesteund naar de conditie van het Lam Gods (gebr. Van Eyck, 1432) en stelt
een internationale werkgroep een onderzoeksagenda op voor de conservering van paneelschilderijen. Binnen het programma Science4Arts heeft NWO
in 2011 aan zes projecten financiering toegekend. Onder andere schilderijen
van Van Gogh en Rembrandt, oude Mexicaanse beeldverhalen en moderne
fotokunst worden onder de loep genomen.
34
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Astrochemie
Het Astrochemieprogramma brengt expertise uit de astronomie en de
chemie samen om onderzoek te doen naar het ontstaan en de evolutie
van moleculen in het heelal. Hiervoor is een coherent onderzoeksprogramma ontwikkeld rondom vier onderzoeksthema’s: (1) de vorming, vernietiging en excitatie van eenvoudige moleculen in de gasfase; (2) de rol
van stof en ijs in het heelal; (3) de chemische evolutie van polycyclische
aromatische koolwaterstoffen; en (4) het ontstaan van de chemische
bouwstenen van leven. De invulling van het programma is bottom-up tot
stand gekomen.
De kick-off meeting van het Dutch Astrochemistry Network was in september 2010. NWO heeft financiering toegekend voor de uitvoering van
vijftien deelprojecten rondom de vier thematische netwerken. In april
2011 is de bijeenkomst molecular networks connecting the universe georganiseerd, waarbij de internationale astrochemie netwerken bij elkaar
gebracht zijn. Naast wetenschappelijke bijeenkomsten, organiseert het
Dutch Astrochemistry Network ook opleidingsactiviteiten voor PhD studenten.
Het Astrochemieprogramma heeft een budget van M€ 3, en wordt gezamenlijk gefinancierd door het NWO-gebied Chemische Wetenschappen
en het NWO-gebied Exacte Wetenschappen.
ChemThem-initiatieven
Alle CW-studiegroepen zijn in 2010 gevraagd ideeën aan te dragen voor
een vernieuwend thematisch programma (ChemThem) voor grensverleggend onderzoek waaruit de kracht en schoonheid van de chemie naar
voren komen. Uit de lijst met voordrachten heeft het gebiedsbestuur de
meest geschikte onderwerpen gekozen. Met hulp van programma­
specifieke voorbereidingscommissies zijn vervolgens twee onderzoeks­
programma’s opgezet waarin via een open call for proposals invulling
gegeven is aan de eigen specifieke ambities. Begin 2011 zijn binnen elk
ChemThem-initiatief vijf projecten toegekend met een totaal budget van
M€ 2,5 per programma. In beide ChemThem-initiatieven werken ten
minste twee verschillende onderzoeksgroepen gezamenlijk aan de uitdagende onderzoeksvragen. Door bundeling van expertises is een duidelijke
synergie en complementariteit aanwezig in de consortia.
1. Chemical Biology: Organic Chemistry in Action
De focus van het programma ligt op de ontrafeling van complexe bio­
logische processen in al hun chemische details, met gebruikmaking van
synthetische chemie, biochemie en celbiologie.
35
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Het hoofddoel hierbij is de bestudering, controle en rekrutering van cellulaire processen op moleculair niveau, waarbij de creatieve kracht van synthetische chemie, biochemie en celbiologie ten volle wordt benut. Nieuwe
synthetische methoden en strategieën zullen worden ontwikkeld en
gebruikt voor het construeren van verbindingen die vervolgens worden toegepast bij de studie van biologische verschijnselen. Het vermogen om complexe biologische processen te ontrafelen in al hun chemische details is een
‘showcase’ voor de kracht en schoonheid van de chemie.
2. Out-of-equilibrium Self-Assembly:
from the (supra)molecular to the colloidal domain
Dit programma draait om onderzoek naar zelfassemblage: de spontane
groepering van moleculen op grond van chemische informatie die in de
moleculen zit opgeslagen. Het hoofddoel van dit programma is de versterking van het onderzoek naar niet-evenwichtssystemen en processen, waarin
zelfassemblage wordt gecontroleerd door moleculaire herkenning en
waarin de verschillen in lengte- en tijdschalen tussen de (supra-)moleculaire
en colloïdale domeinen overbrugd worden. Daarnaast heeft het programma
als doel de interactie te bevorderen tussen Nederlandse onderzoeksgemeenschappen op het gebied van colloïdchemie en supramoleculaire chemie.
Nanotechnologie
CW neemt deel aan het onderzoeksprogramma Nanotech­nologie (NWOnano) van de technologiestichting STW samen met het NWO-gebied Aarden Levenswetenschappen en de stichtingen FOM en ZonMW. Leidend voor
de invulling van het nano-programma was de Strategische Research Agenda
(SRA) Nanotechnologie (2008). In de SRA is de ambitie voor nanowetenschap en -technologie in Nederland verwoord, evenals de strategie en financieringsbehoeften om deze ambitie te verwezenlijken. De vier thema’s
waarop het nano-programma is toegespitst zijn NanoMedicine,
NanoInsights, Nanomaterials & Engineering (inclusief design & fabricage en
effectanalyse). Er is ruimte voor zowel toepassingsgericht als fundamenteel
onderzoek.
Van de 109 ingediende aanvragen werden er uiteindelijk 21 gehonoreerd
voor een totaalbudget van tien miljoen euro. Bij de toegekende projecten is
een groot aantal projecten met duidelijke raakvlakken met de chemie.
2.2 Sectorplan Natuur- en Scheikunde
Een sterk fundament voor de chemie in Nederland
Het Sectorplan Natuur- en Scheikunde (SNS) beoogt enerzijds een duurzame
vergroting van de instroom van studenten, en anderzijds handhaving/verbe-
36
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
teringen van de internationale status van fysisch en chemisch toponderzoek in Nederland, te bewerkstelligen. Op basis van het Sectorplan zijn
gerichte keuzes in zwaartepunten van onderzoek en goede afspraken
hierover tussen universiteiten gemaakt. Daardoor ontstaat niet alleen
meer focus en massa in het onderzoek, maar krijgen ook het bachelor- en
masteronderwijs nieuwe impulsen. Onderzoekszwaartepunten en masteropleidingen worden nadrukkelijk aan elkaar gekoppeld.
Vanuit het SNS is vanaf 2011 jaarlijks tien miljoen euro extra beschikbaar
voor de chemie en tien miljoen euro voor de natuurkunde. Het grootste
deel (jaarlijks totaal veertien miljoen euro) wordt verdeeld via de eerste
geldstroom, waarvoor alle bètafaculteiten profileringsplannen hebben
opgesteld. Een kleiner deel (jaarlijks totaal zes miljoen euro) loopt via de
tweede geldstroom: de helft via FOM voor de natuurkunde en de andere
helft via NWO-CW voor de chemie. CW verdubbelt het uit het Sectorplan
voortgekomen bedrag met eigen middelen, waardoor tussen 2011 en
2016 in totaal 36 miljoen euro beschikbaar komt om binnen de chemische
wetenschap de ambities uit het Sectorplan te ondersteunen.
CW heeft de eerste SNS-middelen uitgezet via de BAZIS-subsidie, waarmee een inhaalslag op het gebied van workhorse-apparatuur voor
chemisch onderzoek plaatsvindt. De subsidie is alleen voor onderzoeks­­­
groepen die in het SNS als ‘zwaartepunt’ in hun gebied zijn bestempeld.
In de eerste en tweede BAZIS-subsidierondes werd in 2011 en 2012 zes
miljoen euro toegekend aan apparatuur. De overige SNS-middelen zullen
via ECHO-STIP- en TOP-punt-subsidies worden uitgezet. ECHO-STIPsubsidies zijn bedoeld om de nieuwe SNS-onderzoekers een laag­
drempelige toegangsmogelijkheid tot de tweede geldstroom te bieden.
De eerste twee toekenningen hebben in het voorjaar van 2012 plaats­
gevonden. De TOP-punt zijn grote subsidies van twee miljoen euro voor
(combinaties van) top-onderzoeksgroepen in de zwaartepunten.
2.3 Makelaar voor wetenschap en industrie
Industrie en wetenschap bundelen krachten voor de duurzame
uitdagingen van de toekomst: TASC
In 2011 is het TASC-programma (Technology Areas for Sustainable
Chemistry) van start gegaan als initiatief van ACTS, met financiering van
NWO, het bedrijfsleven en het Ministerie van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie (EL&I). In TASC heeft de publiek-private samenwerking in de chemie bij NWO, zoals die de afgelopen tien jaar in ACTS is
vormgegeven, een vervolg gekregen. Waar het in ACTS met name grotere
37
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
consortia van industrie betrof, geeft TASC gelegenheid aan kleinere gezamenlijke activiteiten tussen industrie en wetenschap. Zodoende moet een
kweekvijver ontstaan voor grootschaliger programma’s in de toekomst. De
onderwerpen van TASC sluiten nauw aan bij de door de Regiegroep Chemie
in zijn Businessplan geformuleerde innovatielijn ‘Katalyse en duurzame processen’: ze moeten een bijdrage leveren aan de ambities om het gebruik van
fossiele grondstoffen terug te dringen en het aandeel van de chemie in de
economie te vergroten.
Het TASC-programma bestaat uit vier Technology Areas (TA’s) op de onderwerpen: (1) Analytische Wetenschap en Technologie (COAST), (2) Low
Energy Routes naar bulkchemicalien, (3) Syngas als industriële feedstock en
(4) Hybride biomassaconversie. In 2011 en begin 2012 is voor iedere TA een
call gehouden; in de eerste helft van 2012 gaan de eerste projecten van
start. Voor 2013 zijn volgende rondes in de TA’s beoogd.
Met TASC is een budget gemoeid van 35 miljoen euro. Het Ministerie van
EL&I en het Algemeen Bestuur van NWO nemen de helft van dit bedrag voor
hun rekening, de andere helft wordt opgebracht door industriële en academische deelnemers.
1. Comprehensive Analytical Science and Technology (TA-COAST)
TA-COAST is tot stand gekomen op basis van het R&D-programma van
TI-COAST, een topinstituut op het gebied van Comprehensive Analytical
Science and Technology (COAST). Het doel van TA-COAST is om onderzoek,
ontwikkeling en innovatie te stimuleren over de volle breedte van de analytische wetenschap en haar toepassingsgebieden. Het programma is zo opgezet dat het de kruisbestuiving bevordert en faciliteert tussen baanbrekend
fundamenteel onderzoek, analytische technologieën en toepassingsgebieden. In de onderzoeksprojecten werken wetenschappers van kennisinstellingen intensief samen met experts van tenminste twee private partners. Zo
wordt het innovatie- en valorisatiepotentieel gemaximaliseerd.
Eind 2011 zijn negen onderzoeksprojecten gehonoreerd. De onderzoeksprojecten richten zich met name op het verbeteren van oplossend vermogen en
geminiaturiseerde analyseapparatuur, en op het meten aan intacte systemen. In totaal is er ruim negen miljoen euro beschikbaar voor dit baanbrekend wetenschappelijk onderzoek, waarvan circa 2,4 miljoen euro vanuit
het bedrijfsleven en 4,5 miljoen euro vanuit de overheid wordt gefinancierd; de rest is matching door de kennisinstellingen zelf. In totaal participeren zeventien universitaire groepen en 24 private partners, waarvan ruim
40% midden- en kleinbedrijf, in de projecten.
38
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
2. TA-Low Energy Routes to Bulk Chemicals (TA-Low Energy)
Het programma Low Energy Routes to Bulk Chemicals is één van de
publiek-private samenwerkingsprogramma’s die ACTS geïnitieerd heeft in
het kader van TASC. Het programma richt zich op het ontwikkelen van
nieuwe, energiezuinige technologieën om bulkchemicaliën te produceren. In 2011 werd een oproep uitgebracht voor onderzoeksvoorstellen
binnen de drie thema’s selectieve oxidatie, stikstofactivering en alkaanactivering/(stoom)kraken. In totaal is er drie miljoen euro beschikbaar voor
deze ronde. Peer review en toekenning van de ingediende onderzoeksprojecten vindt plaats in 2012.
3. Syngas, a Switch to Flexible New Feedstock
for the Chemical Industry (TA-Syngas)
TA-Syngas, a Switch to Flexible New Feedstock for the Chemical Industry,
is een andere TA die ressorteert onder TASC. Inhoudelijk heeft het programma tot doel om katalytische conversie van grondstoffen, via syngas,
naar voor de chemische industrie relevante tussenproducten te bewerkstelligen. Het TA-Syngas-programma kent de volgende vier thema’s: 1)
Omzetting van syngas naar lagere olefinen of alcoholen middels heterogene katalyse: 2) Omzetting van syngas naar tussenproducten via nieuwe
routes: 3) Geïntegreerde omzetting van biomassa naar tussenproducten
via syngas: 4) Afvang en hergebruik van CO2.
De eerste toekenningen binnen het TA-Syngas programma vinden plaats
in 2012.
4. Eco-efficient Use of Biomass for Bulk
and Fine Chemicals Production (TA-Biomass)
Op dit moment wordt veel onderzoek verricht aan de omzetting van
biomassa in duurzame brandstoffen, chemicaliën en energie. Ondanks
de grote progressie die op het gebied van biomassavalorisatie wordt
geboekt, staat de wetenschap voor nog veel uitdagingen. Hoewel bioraffinaderijen steeds meer realiteit worden, moeten er nog de nodige stappen worden gezet om tot een volledige valorisatie van biomassa-(rest)
stromen te komen voor de vervaardiging van hoogwaardige producten.
Hiertoe dienen sterk geïntegreerde bioraffinaderijen te worden ontwikkeld die volledig geoptimaliseerd zijn wat betreft energie-efficiëntie en
grondstofgebruik. De belangrijkste technologische barrières om in de toekomst de volledige potentie van bioraffinage te kunnen benutten, liggen
op het gebied van de ontwikkeling van (bio)katalysatoren, de karakterisatie van biomassastromen en conversieprocessen, en de ontsluiting en fractionering van biomassa.
Het TA-Biomass draagt hieraan bij door zich te richten op moeilijk converteerbare feedstocks, N-verbindingen, furaanchemie, chirale moleculen en
terpenen. Deze onderwerpen worden bestudeerd vanuit vijf geïnte-
39
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
greerde invalshoeken: (1) chemokatalyse (niet-edelmetalen), (2) biokatalyse
(nieuwe enzymen), (3) analytische chemie in relatie tot katalytische biomassaconversie, (4) recovery en fractionering en (5) non-conventionele katalytische technieken (zoals elektrochemie en fotokatalyse). In 2011 werd een call
opengesteld met een budget van 3 miljoen euro. Toekenningen worden
najaar 2012 bekend gemaakt.
Advanced Chemical Technologies for Sustainability (ACTS)
Onder de koepel ACTS zijn de afgelopen tien jaar vijf publiek-private programma’s uitgevoerd waarin industrie en wetenschap samen hebben
gewerkt aan fundamentele vragen die voor de industrie belangrijk zijn.
ACTS is een gezamenlijk initiatief geweest van de ministeries van
Economische Zaken en van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieu,
het bedrijfsleven en NWO-CW.
De programma’s zijn reeds afgelopen of zullen binnenkort worden afgerond. Het betrof: BioBased Sustainable Industrial Chemistry (B-Basic),
afgerond eind 2010; Integration of Biosynthesis and Organic Synthesis
(IBOS) en Advanced Sustainable Processes for Engaging Catalytic
Technologies (ASPECT), beide af te ronden eind 2012; Duurzaam Waterstof
en Process on a Chip (PoaC), afronding eind 2013.
Binnen ACTS is veel ervaring opgedaan met het opzetten van samenwerkingsmodellen voor wetenschap en industrie. Deze ervaringen zijn meegenomen in de opzet van het TASC-programma.
2.4 Belangenbehartiger van het chemisch veld in Nederland
Groeien met kennis (NWO-strategie 2011-2014)
In juni 2010 presenteerde NWO haar strategische plannen voor de periode
2011-2014, onder de titel Groeien met kennis, NWO-strategie 2011-2014. In
de plannen ligt de nadruk op blijvend investeren in excellent onderzoek van
topwetenschappers en in talentvolle jonge onderzoekers, die juist nu, in tijden van krapte, de ruimte moeten krijgen om hun vernieuwende ideeën te
onderzoeken. Een tweede accent ligt op een extra impuls voor onderzoek
dat zich richt op urgente maatschappelijke vraagstukken. NWO wil daarbij
samenwerken met relevante partners en inzetten op thematisch onderzoek
dat goed aansluit bij het topsectorenbeleid van het kabinet-Rutte. Het
thema met de duidelijkste chemische insteek is Materialen: oplossingen voor
schaarste. Andere voor de chemie relevante thema’s richten zich op
Duurzame Energie, Water & Klimaat en High Tech Systems & Materialen.
NWO-breed komt er, mede ingegeven door het topsectorenbeleid, meer
40
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
aandacht voor kennisbenutting. Internationale samenwerking - vooral
met emerging science nations China, India en Brazilië - en meer aandacht
voor grootschalige onderzoeksinfrastructuur zijn de andere speerpunten
van de huidige NWO-strategie.
Chemie maakt toekomst mogelijk (CW-koers 2011-2015)
In september 2011 presenteerden CW en ACTS Chemie maakt toekomst
mogelijk, de koers voor de chemie bij NWO voor de periode 2011-2015.
De chemie bij NWO zet zich de komende jaren in voor publiek-private
‘kraamkamers’ voor nieuwe innovaties in de chemie, voor investeringen in
vrij onderzoek, en voor financiering van het beste onderzoek op gebied
van slimme materialen en groene chemie. De koers bouwt voort op eerdere successen en is de invulling van de chemie bij NWO aan de NWOstrategie Groeien met Kennis, en aan de actieagenda New Earth, New
Chemistry van de Topsector Chemie. In de koers zijn twee hoofdlijnen uitgezet en twee ondersteunende beleidslijnen.
Hoofdlijn 1: Investeren in vrij onderzoek
CW zet in op vrij onderzoek én op multidisciplinair onderzoek. De chemie
is immers nauw verbonden met de natuurwetenschappen, de levenswetenschappen en de ontwerp- en construerende wetenschappen. Altijd
gaat het om excellent, vernieuwend onderzoek met een moleculair uitdagende vraagstelling. CW maakt middelen vrij voor onderdelen van het
Sectorplan Natuur- en Scheikunde: apparatuur, startende groepsleiders en
steun aan topgroepen.
Hoofdlijn 2: Investeren in maatschappelijk geïnspireerde thema’s en
publiek-private samenwerking
CW en ACTS ontwikkelen en ondersteunen maatschappelijk relevante
onderzoekslijnen die tot nieuwe economische activiteiten kunnen leiden.
ACTS heeft hiervoor een nieuw concept ontwikkeld voor publiek-private
samenwerking: de Technology Area’s for Sustainable Chemistry (TASC).
Een TASC is een klein, snel opgezet PPS-programma dat kan uitgroeien tot
een groter initiatief. In 2011 en 2012 zijn de eerste vier TASCs gestart. Ook
andere vormen om publiek-private samenwerking te bevorderen kunnen
een plaats krijgen binnen de TKI Nieuwe Chemische Innovaties (zie volgende bladzijde). De ambities van de Topsector Chemie op het gebied van
slimme materialen en groene chemie zijn voortaan leidend bij de keuze
voor PPS-onderzoeksprogramma’s.
Ondersteunend aan deze twee hoofdlijnen verstevigen NWO-CW en ACTS
de internationale samenwerking met onderzoekers binnen en buiten
Europa. Ten slotte wil de chemie bij NWO een bindend element zijn in de
Nederlandse chemische gemeenschap.
41
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Topsector Chemie: economisch zwaartepunt
In februari 2011 heeft het kabinet-Rutte in het kader van het nieuwe
bedrijfslevenbeleid negen topsectoren aangewezen, waaronder Chemie.
Het topteam voor de Chemie, gevormd door Rein Willems (voorzitter
Regiegroep Chemie), Bert Weckhuysen (Universiteit Utrecht, lid
Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen, Bert Jan Lommerts (LatexFalt)
en Renée Bergkamp (EL&I), heeft in 2011 de Actieagenda New Earth, New
Chemistry opgesteld. Belangrijke elementen in deze actieagenda zijn ambities op het gebied van groene chemie en slimme materialen en de noodzaak
van hoogwaardig, grensverleggend wetenschappelijk onderzoek. De actieagenda is uitgewerkt tot een Innovatiecontract Chemie, dat speciaal aandacht vraagt voor de positie van fundamenteel wetenschappelijk
onderzoek, en gaat ervan uit dat NWO zijn inspanningen op dit gebied volledig zal handhaven. Het gaat daarbij om de Vernieuw­ings­impuls, de Vrije
Competitie en de inspanningen voor het Sectorplan Natuur- en Scheikunde.
Daarnaast kent het Innovatiecontract Chemie vier zogenaamde
Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) en een Human Capital
Agenda. De onderwerpen van de TKI’s zijn Proces­technologie, Biobased
Economy (een topsector­doorsnijdend onderwerp), Smart Polymeric
Materials en een kraamkamer voor Nieuwe Chemische Innovaties.
NWO investeert 225 miljoen euro in de topsectoraanpak in de periode
2012-2013 door een combinatie van relevant fundamenteel onderzoek en
publiek-private programma’s. De NWO-bijdrage aan de Topsector Chemie
over deze periode bedraagt tenminste 37 miljoen euro; ze is afkomstig van
de NWO-onderdelen: CW, STW, FOM en ALW. De ambities van het innovatiecontract sluiten goed aan bij de koers voor de chemie bij NWO en bij de
vraag waar het in het NWO-thema Materialen: oplossingen voor schaarste
om draait: hoe zorgen we voor voldoende grondstoffen voor de producten
van nu en van de toekomst? Op het gebied van publiek-private samenwerking in de chemie zal NWO in de jaren 2012 en 2013 bijdragen aan de
Topsector Chemie door binnen het TKI Nieuwe Chemische Innovaties nieuwe
innovatiethema’s en PPS-programma’s mogelijk te maken.
TKI voor Nieuwe Chemische Innovaties
Om een optimale samenwerking tussen de wetenschap en het bedrijfsleven
te faciliteren is er, naast de grootschalige publiek-private samenwerkingsprogramma’s, behoefte aan kleine, slagvaardige programma’s waarin hoogstaand wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan op onderwerpen die
steeds voor één of enkele bedrijven relevant zijn. De Topsector Chemie bundelt deze programma’s in één TKI: Nieuwe Chemische Innovaties (TKI NCI).
Binnen deze kraamkamer kunnen nieuwe innovatiegebieden worden ontdekt, opbloeien en eventueel uitgroeien tot een nieuw publiek-privaat
samenwerkingsprogramma binnen de Topsector Chemie, of zelfs over de
42
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
huidige topsectorgrenzen heen. Het TKI NCI vormt een natuurlijke schakel tussen het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek in de Topsector
Chemie en de bestaande en toekomstige TKI’s. De activiteiten in de TKI
NCI omvatten onder meer een uitbreiding en aanscherping van de programma’s die eerder met succes zijn opgezet in ACTS. In 2012 zal de
inrichting van het TKI NCI nader worden bepaald door het topteam van
de Topsector, in nauw overleg met het Gebiedsbestuur Chemische
Wetenschappen.
Dynamiek in studiegroepen
NWO-CW telt momenteel vijftien studiegroepen die elk een chemische
subdiscipline vertegenwoordigen. Van oudsher vormen zij een levendig
platform voor onderzoekers om ideeën uit te wisselen. Daarnaast spelen
ze een belangrijke rol in de beoordelingsprocessen en beleidsvorming van
NWO-CW. Jaarlijks komen de leden van de studiegroepen bij elkaar tijdens wetenschappelijke bijeenkomsten voor één of meerdere studiegroepen, waarvan CW vaak (mede)financier is. Omdat onderzoek vaak niet in
één hokje past zijn de laatste jaren grotere bijeenkomsten georganiseerd,
zodat kennis in een breder verband kan worden uitgewisseld. Deze bredere bijeenkomsten omvatten meestal plenaire lezingen door gastsprekers uit binnen- en buitenland en parallelsessies die gewijd zijn aan een
voornaam wetenschappelijk thema. Een groeiend aantal onderzoekers is
tevreden met de bredere bijeenkomsten en waardeert de uitgebreide
netwerkvorming en kennisoverdracht. In het kader van het internationaal
Jaar van de Chemie is in 2011 een wetenschappelijke bijeenkomst voor de
héle chemie in Nederland georganiseerd: CHAINS.
In het plenaire en parallelle programma waren alle studiegroepen vertegenwoordigd. In de komende twee seizoenen zullen weer brede bijeenkomsten worden georganiseerd zoals in het seizoen 2010-2011.
Chemistry as Innovating Science (CHAINS)
Op 28, 29 en 30 november 2011 werd ter ere van het internationaal Jaar
van de Chemie de grootste gezamenlijke chemieconferentie ooit in
Nederland georganiseerd: CHAINS. NWO-CW nam in de organisatie het
voortouw, maar ook KNAW, KNCV en VNCI hebben hierin ondersteund.
Het was voor het eerst dat alle disciplines van de chemie onder één dak
samenkwamen. Ruim 1.400 chemici bezochten DeFabrique in Maarssen
om elkaar te ontmoeten en ideeën uit te wisselen. De programmacommissie had zich ingespannen voor een uitstekende lijst gastsprekers, die in de
plenaire zaal de show stalen. In kleinere zalen presenteerden jonge
onderzoekers hun meest recente resultaten, op voordracht van de
CW-studiegroepen. Daarnaast waren er posterpresentaties, een studentendenktank en workshops geprogrammeerd. Na afloop heeft eenderde
van de bezoekers zijn mening gegeven via een evaluatieformulier. Hieruit
43
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
kan CW lessen trekken over de succesfactoren en verbeterpunten voor een
volgende gezamenlijke bijeenkomst. Over het algemeen was men zeer positief over CHAINS2011. De ambitie van CW is om het vervolg, CHAINS2014,
nog breder in te zetten waarbij de herkenbaarheid voor de verschillende
chemische disciplines in Nederland uiteraard wordt gewaarborgd.
Communicatie en kennisoverdracht
NWO-CW wil onderzoekers met elkaar in contact brengen. Dit doet zij
onder andere door het organiseren van congressen en workshops. Tijdens
deze congressen verzorgen beleidsmedewerkers van CW geregeld workshops over de subsidies en werkwijze van NWO. In 2011 zijn tientallen congressen en workshops georganiseerd met als hoogtepunt het congres
CHAINS.
NWO-CW informeert haar achterban via de website, de nieuwsbrief en tijdens de studiegroep- en programmabijeenkomsten. Daarnaast streeft
NWO-CW ernaar om het werk van onderzoekers onder de aandacht te brengen bij de industrie en het bredere publiek. Regelmatig worden de media
voorzien van persberichten over interessante onderzoeksresultaten en bijeenkomsten, of initieert NWO-CW interviews met onderzoekers. In 2011
kwamen NWO-onderzoekers in het nieuws onder meer op radiozender BNR
(in meerdere programma’s), Radio 1 (programma Met Het Oog op Morgen
en Casa Luna), in diverse dagbladen, de website Kennislink en vele andere
online publicaties. Hiernaast zijn er in 2011 meerdere publiekslezingen
gegeven door prominente chemische wetenschappers in de succesvolle
reeks ‘Spinoza te Paard’ in Den Haag en één op het Lowlands-festival.
Tot slot brengt NWO met de uitgever van magazine Quest jaarlijks het boek
Experiment NL uit in een oplage van ruim tienduizend stuks, met het leukste
en opvallendste onderzoek in Nederland. CW zorgt er elke editie voor dat
de chemische wetenschap(pers) goed vertegenwoordigd zijn in deze
publieksuitgave.
Jaar van de Chemie
Om de innovatiekracht van de chemie te benadrukken is 2011 door de
Verenigde Naties uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Chemie. In
Nederland was NWO-CW samen met KNCV, VNCI, de Stichting C3 en VAPRO
de trekker hiervan. Onder de naam van het Jaar van de Chemie vonden tientallen activiteiten plaats rond het thema chemie, zoals een theatervoorstelling en tentoonstelling over het leven van Marie Curie, een Open Dag
chemie, een zomertentoonstelling in wetenschapsmuseum Nemo, diverse
activiteiten met musea in Nederland met als thema ’Chemie en kunst’ en het
congres CHAINS.
44
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
2.5 Internationale bruggenbouwer
Nieuwe innovaties over grenzen heen
In haar internationale beleid richt NWO zich onder andere op de opkomende wetenschapslanden. Chemische Wetenschappen geeft daar graag
invulling aan en heeft de afgelopen jaren mogelijkheden met China en
India verkend en inmiddels concrete samenwerkingsprogramma’s met
deze landen opgezet. Recent zijn hier ook Brazilië en Zuid-Afrika bijgekomen. Het betreft zowel fundamenteel-wetenschappelijke samenwerking,
alsook science industry cooperation: publiek-private samenwerking over
de grenzen heen.
China
China is economisch en wetenschappelijk sterk in opkomst. Als reactie op
signalen uit de wetenschap en het bedrijfsleven zoekt CW, samen met het
gebied Exacte Wetenschappen (EW) en andere NWO-onderdelen, naar
verdieping van de samenwerking.
De wetenschappelijke samenwerking wordt versterkt door middel van
het Joint Scientific Thematic Research Programme (JSTP). JSTP publiceert
jaarlijks calls rond een thema dat voor beide landen hoge prioriteit heeft.
In 2010 was dit ‘hybride conversie van biomassa’. In 2011 werden vier
Nederlands-Chinese aanvragen rond dit thema gehonoreerd.Ook met de
Research Grants Council van Hong Kong werd in 2010 een gezamenlijke
call gepubliceerd. Zeven onderzoeksgroepen uit de achterban van CW en
EW ontvingen reisbeurzen om projecten met collega’s in Hong Kong uit
te voeren.
CW en EW ontwikkelden in 2010 en 2011 met het Chinese Ministry of
Science and Technology (MOST) een unieke samenwerkingsvorm waarbij
vier partijen (bedrijfsleven en wetenschap, ieder uit twee verschillende
landen) hun krachten bundelen. Op 12 mei 2011 organiseerden NWO en
MOST in Shanghai een succesvolle workshop op de DSM R&D Campus met
Nederlandse en Chinese universitaire onderzoekers en DSMonderzoekers. Een dag later werd in aanwezigheid van vertegenwoor­
digers uit de academische wereld, het bedrijfsleven (onder andere DSM,
Akzo Nobel, Philips, NXP) en Chinese overheidsinstanties het 合 Platform
opgericht. Het Chinese karakter 合 (Hé, spreek uit ghuh) betekent 'samenwerking'. Doel is om gezamenlijk te investeren in internationale samenwerking tussen bedrijven en wetenschap, onder andere op het gebied
van duurzame nieuwe materialen. Begin 2012 is de eerste call gepubliceerd. De eerste projecten zullen in de loop van dat jaar van start gaan.
45
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
India
Met India zijn in het voorjaar van 2011 de eerste contacten gelegd.
Verschillende onderzoeksinstituten en bedrijven zijn bezocht in Mumbai,
Pune, Bangalore en New Delhi. Ook werden zusterorganisatie Department
for Science and Technology (DST) en het meer industrie-georiënteerde
Council for Scientific and Industrial Research (CSIR) aangedaan. DST heeft
interesse getoond om met Nederland samen te werken op het terrein van
het materialenonderzoek. In de loop van 2011 is in kaart gebracht welke
onderwerpen voor beide landen interessant en relevant zijn, en waarop op
basis van wederzijdse sterkte zou kunnen worden samengewerkt.
Vervolgens zijn afspraken gemaakt over een call “Functional Materials”
voor samenwerkingsprojecten tussen gerenommeerde Indiase en
Nederlandse onderzoekers en onderzoeksorganisaties op het gebied van
slimme en functionele synthetische materialen. Deze call wordt medio 2012
opengesteld.
Naast dit programma wordt, conform de samenwerking met China, ook met
India science industry cooperation over de grens verkend.
Brazilië
Na China en India is Brazilië voor NWO het volgende opkomende wetenschapsland waarmee ingezet wordt op samenwerking. In november 2011
heeft het Algemeen Bestuur van NWO een Memorandum of Understanding
getekend met zusterorganisatie National Council for Scientific and
Technological Development (CNPq). Afgesproken is om jaarlijks een thema
aan te snijden en hiervoor wederzijds middelen beschikbaar te stellen. CW
zal, samen met ALW, het spits afbijten en samen met de Braziliaanse collega’s een programma op het gebied van de Biobased Economy vormgeven,
een onderwerp dat ook nauw aansluit bij het gelijknamige cross-sectorale
topsectorthema. Naar verwachting zal in de loop van 2012 een call worden
geopend.
Zuid-Afrika
Ook met Zuid-Afrika worden in 2012 de mogelijkheden verkend. Met name
voor science industry cooperation lijken hier goede mogelijkheden te liggen. Gesprekspartners zijn het Department of Science and Technology (DST),
de National Research Foundation (NRF) en de industrie.
Verenigde Staten
NWO-CW werkt samen met de Amerikaanse National Science Foundation
(NSF) binnen het NSF-programma International Collaborations in Chemistry
(ICC). In het ICC-programma zijn, naast Nederland, ook Duitsland, GrootBrittannië, China, Japan, Frankrijk, Rusland, Polen, Luxemburg, Spanje en
46
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
Oostenrijk partners waarmee Amerika samenwerkt. Zowel NWO-CW als
de NSF stelt financiële middelen beschikbaar om hun eigen nationale
wetenschappers te financieren. In lijn met de NWO-strategie is bij de
samenwerking tussen beide organisaties zoveel als mogelijk gewerkt volgens het zogenaamde lead agent principe. Hierbij neemt één van de twee
organisaties het merendeel van de verantwoordelijkheden voor het
managen van de gezamenlijke call op zich en wordt vermeden dat werkzaamheden dus dubbel uitgevoerd worden. In dit programma was de NSF
die lead agent.
De ICC-subsidies bieden de mogelijkheid om in internationaal verband
nieuwsgierigheidgedreven onderzoek van hoge kwaliteit uit te voeren
op het gebied van de (moleculaire) chemie en chemische technologie.
De synergie tussen de Nederlandse en Amerikaanse onderzoekers en de
toegevoegde waarde van hun samenwerking spelen een belangrijke rol
bij de beoordeling. Medio juli 2011 zijn drie projecten in deze gezamenlijke call toegekend.
ERA-netten
In de ERA-netten zetten Europese onderzoeksfinanciers zich met steun
van de Europese Unie in om subsidieprogramma’s op elkaar af te stemmen
en zo voor onderzoekers de weg te effenen naar grootschalige samenwerking rond een bepaald onderwerp.
ACENET, een ERA-net op het gebied van toegepaste katalyse, werd in
2011 succesvol afgerond waarbij het fundament werd gelegd voor continuering van dit programma. In datzelfde jaar werd het voorstel voor een
opvolger van ACENET gehonoreerd binnen het Zevende Kaderprogramma
van de Europese Commissie (FP7). Bij dit nieuwe programma, CAPITA, zijn
zes Europese onderzoeksfinanciers aangesloten, waaronder NWO-CW. De
deelnemers aan CAPITA zullen de komende vier jaar nieuwe partners aantrekken en een onderzoeksagenda opstellen voor het uitbrengen van
nieuwe gezamenlijke calls waarin samenwerking tussen kennisinstellingen en het bedrijfsleven wederom centraal staat. In nauwe samenwerking
met SusChem en andere Europese technologieplatforms zal CAPITA ook
een rol nemen bij de totstandkoming van Europese onderzoeksagenda’s
op het gebied van toepaste katalyse.
In het ERA-net ERA-IB, dat zich focust op industriële biotechnologie, zijn
najaar 2010 tien Europese samenwerkingsprojecten gehonoreerd met een
gezamenlijk budget van ruim 11,1 miljoen euro. Onder de gehonoreerde
projecten bevonden zich vier Nederlandse deelnemers (gezamenlijk gefinancierd door NWO-CW en het Netherlands Genomics Initiative, NGI).
47
Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht
In 2011 werd ERA-IB succesvol verlengd voor een periode van vier jaar tot
2016. Het consortium werd uitgebreid met onderzoeksfinanciers uit Turkije,
Rusland, Groot-Brittannië, Noorwegen, Vlaanderen en Israël. De komende
vier jaar zullen vier gezamenlijke calls worden georganiseerd. Het gebiedsbestuur CW heeft de Nederlandse deelname aan deze calls in overweging.
Daarnaast is CW toegetreden tot M-era.net, een groot ERA-net van 37 partners uit 25 landen op het gebied van materialenonderzoek en engineering.
Het voornaamste doel voor CW met deze deelname is de verdere uitbreiding
van het Europese netwerk op dit terrein, dat ten dele aansluit bij het NWOthema Materialen: oplossingen voor schaarste. Het consortium is in februari
2012 officieel van start gegaan. De eerste gezamenlijke call kent vijf onderwerpen: (1) Computational materials modelling, (2) Secondary raw materials
(critical, secondary, by-products and valorisation), (3) Design of new interfaces, (4) surfaces and coatings en (5) Hybrid composites en Materials for
energy systems. Om budgettaire redenen kan CW niet aan deze eerste call
deelnemen.
INNOVA BIOCHEM
Op initiatief van het Europese Technologie Platform SusChem is CW partner
in het project INNOVA BIOCHEM, dat deel uitmaakt van het Zevende
Kaderprogramma van de Europese Commissie. Het project is op 1 februari
2010 van start gegaan en heeft een budget van drie miljoen euro. BIOCHEM
heeft als doel jonge, innovatieve bedrijven in het veld van biobased chemicals en biobased products bij te staan in de opstartfase. Hiervoor hebben de
verschillende partners inmiddels een aantal instrumenten ontwikkeld, zoals
een leidraad voor het opstellen van bedrijfsplannen, een partnering database, een bedrijfsplancompetitie en online masterclasses. Op deze manier
assisteert INNOVA BIOCHEM startende bedrijfjes met het vermarkten van
hun product. Al deze facetten komen samen in zogeheten Accelerator Fora:
symposia waar ondernemers, onderzoekers en investeerders met elkaar in
contact kunnen komen. CW heeft een voortrekkersrol bij de organisatie van
de Accelerator Fora, waarvan op 4 tot en met 6 oktober 2011 de eerste editie plaatsvond te Milaan.
48
Chemische Wetenschappen
De kracht
van kleine
innoveerders
Bert Jan Lommerts
Bert Jan Lommerts is algemeen directeur van
Latexfalt, een Nederlands bedrijf dat innovatieve vloer- en coatingsystemen ontwikkelt
en op de markt brengt. Namens het MKB
heeft hij zitting in het Topteam Chemie.
49
Chemische Wetenschappen / Interview Bert jan Lommerts
Bert Jan Lommerts:
“Fundamenteel en toegepast onderzoek zijn in Nederland van oudsher sterk gepolariseerd geweest. In mijn ogen zijn Nederlandse universiteiten er vooralsnog
onvoldoende in geslaagd de waarde van hun onderzoek te laten groeien. Als het
goed is, gaat het Topsectorenbeleid daar verandering in brengen. De Topconsortia
voor Kennis en Innovatie (TKI’s) zijn specifiek opgezet om zowel kennis als toegevoegde waarde te ontwikkelen, en daarmee de BV Nederland sterker op de kaart
te zetten. Dat lijkt me een heel veelbelovende ontwikkeling.”
MKB
“Het midden- en kleinbedrijf (MKB) kan hierin een grote rol spelen. Het kan innovaties relatief snel naar de markt brengen. Grote bedrijven hebben de neiging
alleen achter de grootste ontwikkelingen aan te lopen, maar daardoor laten zij de
kleine ‘krentjes in de pap’ onbenut. Juist die kunnen Nederland op de kaart zetten.
Met elkaar hebben kleinere bedrijven daarom een enorm potentieel voor innovatie in de chemie. Bovendien zijn zij ook gemakkelijker vooruit te helpen via het
Topsectorenbeleid. Met slechts een relatief kleine investering per project kunnen
zij heel specifieke innovaties voortbrengen, en heel leuke, creatieve ontwikkelingen in gang zetten. Daarvoor is het wel belangrijk dat de kleine bedrijven de
krachten bundelen. Dat gebeurt bijvoorbeeld al op de campus van Chemelot, de
gemeenschap van kleine en grotere chemiebedrijven in Geleen.”
Draagvlak
“Veel mensen hebben nog altijd koudwatervrees bij het woord ‘valorisatie’. Maar
in mijn ogen kan toepassingsgericht onderzoek het fundamentele onderzoek juist
versterken. En wetenschappers willen hun onderzoek dolgraag in de praktijk toegepast zien. Dat vooruitzicht kan heel motiverend werken. NWO is traditioneel
sterk in het vormgeven van fundamenteel onderzoek, maar samenwerking met de
kleine en grote industrie is essentieel om het effect daarvan op te krikken. NWO
als initiator, het MKB als valorisator: zo zie ik het. Samen moeten ze gemeenschappelijk draagvlak en gemeenschappelijke doelstellingen formuleren.”
Motor
“Nu wordt er nog veel geredeneerd vanuit individuele disciplines, maar de samenwerking groeit al wel. Die cultuurverandering, daarin kan het Topsectorenbeleid
een verschil maken. Kleine en middelgrote chemiebedrijven kunnen daarbij een
steeds grotere rol gaan spelen als motor van innovatie, ook ter ondersteuning van
andere Topsectoren, zoals Water en Biobased Economy. Ja, ik ben daar heel
enthousiast over. Als deze ontwikkeling doorzet, gaat het MKB Nederland echt
vooruit helpen.”
50
3
Chemische Wetenschappen
51
Chemische Wetenschappen
CW in vogelvlucht
52
Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht
3CW in vogelvlucht
Nieuwe chemici
bij de KNAW
In 2011 werden twee chemische weten-
TU/e) en Bert Weckhuysen (anorganische
Team Van Wezel wint
Academische Jaarprijs
2011
chemie en katalyse, UU).
Het team van Gilles van Wezel (UL)
schappers gekozen tot KNAW-lid. Deze
eer viel te beurt aan René Janssen (moleculaire materialen en nanosystemen,
ontving eind oktober 2011 de AcademiIn 2010 traden vijf biochemici toe als lid
sche Jaarprijs 2011 voor hun project
van de KNAW: Ton Bisseling (hoogleraar
‘Antibiotica gezocht!’. De bijbehorende
moleculaire biologie, WUR), Dirk Jan
100.000 euro zal het team inzetten voor
Broer (hoogleraar polymeertechnologie,
de realisatie van een permanente
TU/e), Piet Gros (hoogleraar scheikunde,
opstelling in de microZoo van Artis, een
UU), Mike Jetten (hoogleraar ecologische
expositie in museum Boerhaave en
microbiologie, RU, bijzonder hoogleraar
innovatief lesmateriaal voor het VWO.
milieumicrobiologie TUD), Thomas Pal-
Het Leidse team maakte de afgelopen
stra (hoogleraar scheikunde, RUG; direc-
jaren al naam met de zoektocht naar
teur Zernike Institute for Advanced
nieuwe antibiotica. Van Wezel doet
Materials) en Ivonne Rietjens (hoogleraar
met financiering van NWO - onder meer
toxicologie, WUR).
drie ECHO-projectsubsidies van
CW - onderzoek naar celdeling en naar
Tot De Jonge Akademie trad in 2010 één
de toepassing ervan voor verbeterde
fysisch chemicus toe: Alexander Brinkman
fermentatie.
(grensvlakken en gecorreleerde electronsystemen, UT). In 2012 traden twee chemici toe: Joris Dik (scheikunde/
kunstgeschiedenis, TUD) en Maaike
Kroon (scheidingstechnologie, TU/e).
Ontwikkeling
beschikbaar budget
NWO-CW 2007-2011
35.000
30.000
25.000
20.000
15.000
10.000
5.000
0
2007
2008
2009
2010
2011
53
Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht
Nano four-wheel drive
uit Groningen
In november 2011 publiceerde de Groningse chemicus Ben Feringa met zijn
onderzoeksgroep een artikel in Nature
waarin een molecuul wordt beschreven
dat eruit ziet als een autootje met vierwielaandrijving. Feringa maakt met deze
publicatie een belofte waar die hij deed
toen hij in 2004 de Spinoza-premie ontving. Een doel dat hij met het Spinozageld en met een latere ERC-grant wilde
bereiken, was het toepassen van deze
motor bij het aandrijven van een moleculair voertuig. Dat is nu gelukt. Het artikel in Nature werd breed uitgemeten in
de media, van NRC Handelsblad tot zelfs
CNN.
Jan Hoeijmakers
ontvangt Prijs
Akademiehoogleraren
Bot gekweekt
in laboratorium
Het team van hoofdonderzoeker Nico
Sommerdijk (TU/e) is er voor het eerst
De KNAW kent in 2011 de ‘Prijs Akademie-
in geslaagd om gecontroleerd bot-
hoogleraren’ toe aan geneticus, en lid van
groei te laten plaatsvinden in het
het Gebiedsbestuur van Chemische Weten-
laboratorium en dit proces gedetail-
schappen, Jan Hoeijmakers (Erasmus MC).
leerd in beeld te brengen. De resul-
De prijs is bedoeld als lifetime achievement
taten verschenen in het weten-
award voor onderzoekers die hebben aan-
schappelijke tijdschrift Nature
getoond dat ze tot de absolute top van
Materials (2009).
hun vakgebied behoren. Hoeijmakers
wordt hiermee beloond voor zijn innovatieve onderzoek op het terrein van kanker
en veroudering. Bij de prijs hoort een
bedrag van één miljoen euro, te besteden
aan wetenschappelijk werk.
Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht
54
3CW in vogelvlucht
Plastics maken
zonder aardolie
20102011
.7
1.
Via een nieuw soort katalysator is
B
2.316
K
3 Int
94
0
53
B
2.451
K
6 nt
50 7 I T
39 2
97
12
66
61
VC
5
12
T
.6
77
VC
biomassa efficiënt om te zetten in
belangrijke bouwstenen voor onder
andere plastics, medicijnen en verf.
De katalysator van minuscule ijzerbolletjes is ontwikkeld door schei-
PS
kundigen van de Universiteit
I
1.
.4
71
S
8
9
48
71
53
14
2.
.2
I
16
PS
48
1
Utrecht, die het onderzoek februari
2012 publiceerden in het wetenschappelijke tijdschrift Science. Projectleider Krijn de Jong: “Het levert
Vrije competitie totaal
Sectorplan totaal
precies dezelfde producten, maar
12766
Vrije competitie = 12.677
0
Uitgaven NWO-CW
Investeringen
totaal
Persoonsgerichte stimulering totaal
Thema’s en themaprogramma’s 2007
Internationalisering
397
Kennisoverdracht
+ algemeen
Bureaukosten totaal 2451
van aardolie.” De groep van De Jong
Persoonsgerichte stimulering = 14.471
972
deed deze vinding binnen het ACTS
Thema's en themaprogramma's 2007 = 1.615
Sectorplan =
0
1.538
Kennisoverdracht
+ algemeen = 943
481
16.248 14.471
Thema's & themaprogramma's 2007 =
972 1.615
Internationalisering totaal =
397 530
Kennisoverdracht + algemeen =
506 943
Bureaukosten =
2.451
2.316
36089
Investeringen =
12.766 12.677
Internationalisering totaal = 530
2.719 TOTAAL LASTEN
Persoonsgerichte stimulering =
Bureaukosten = 2.316
dan gemaakt uit snoeiafval in plaats
2010 = 4812011
Investeringen
Vrije competitie =
506
Sectorplan = 1.538
16248
2719
Totaal uitgaven NWO-CW 2011 = 36.089 34.480
Bedragen in duizend €. Genoemde bedragen 2011 zijn onder voorbehoud.
Voor de volledige kosten en baten zie hoofdstuk 5.
Aspect-programma. De publicatie
kreeg grote media-aandacht.
55
Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht
Welke instelling kreeg hoeveel
toegekend in 2011?
Organisatie
Welke instelling kreeg hoeveel
toegekend in 2010?
Organisatie
Bedrag
Bedrag
Rijksuniversiteit Groningen
5.113.761
Universiteit Leiden / Leids Universitair
Medisch Centrum
4.748.600
Universiteit van Amsterdam
3.653.000
Radboud Universiteit Nijmegen
3.238.382
Universiteit Utrecht / Universitair
Medisch Centrum Utrecht
3.095.000
Wageningen Universiteit &
Researchcentrum
2.683.000
Universiteit Utrecht / Universitair
Medisch Centrum Utrecht
5.493.513
Technische Universiteit Eindhoven
2.300.386
Technische Universiteit Eindhoven
4.780.000
Vrije Universiteit Amsterdam
1.887.200
Rijksuniversiteit Groningen
4.315.531
FOM-instituten (DIFFER en AMOLF)
1.709.000
Universiteit Twente
3.580.000
Technische Universiteit Delft
1.509.000
Universiteit Leiden / Leids Universitair
Medisch Centrum
3.378.100
KNAW - Hubrecht Instituut voor
Ontwikkelingsbiologie en
Stamcelonderzoek
1.500.000
Universiteit Twente
1.323.000
Universiteit van Amsterdam /
Academisch Medisch Centrum
Radboud Universiteit Nijmegen /
Universitair Medisch Centrum St.
Radboud
3.052.000
749.000
Erasmus MC
567.000
2.645.000
Totaal toegekend in 2011
Vrije Universiteit Amsterdam / Vrije
Universiteit Medisch Centrum
2.340.000
Wageningen Universiteit &
Researchcentrum
2.272.200
Technische Universiteit Delft
1.060.000
Nederlands Kanker Instituut
1.004.000
KNAW - Hubrecht Instituut voor
Ontwikkelingsbiologie en
Stamcelonderzoek
955.000
FOM-instituut AMOLF
780.000
KNAW - Centraal Bureau voor
Schimmelcultures
280.000
Erasmus MC
260.000
Totaal toegekend in 2010
Nederlands Kanker Instituut
36.195.344
34.076.329
56
Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht
3CW in vogelvlucht
Internationaal jaar
van de Chemie
Om de innovatiekracht van de chemie te
benadrukken was 2011 door de Verenigde
Naties uitgeroepen tot Internationaal Jaar
van de Chemie. Wereldwijd is het themajaar groots opgepakt. In België verrichtte
premier Leterme de openingshandeling en
in Frankrijk was president Sarkozy aanwezig bij de opening. In Nederland verrichtte
Minister Verhagen de openingshandeling,
samen met Jos Engelen (voorzitter NWO),
Hans Wijers (bestuursvoorzitter AkzoNobel) en Robbert Dijkgraaf (president
KNAW).
NWO was samen met KNCV, VNCI, Stichting C3 en VAPRO de trekker van het Jaar
Cellen afweersysteem
geven hun geheimen prijs
van de Chemie. Er vonden tientallen activiteiten plaats rond het thema chemie, zoals
een theatervoorstelling en tentoonstelling
over het leven van Marie Curie, een Open
Dag chemie, een zomertentoonstelling in
Wetenschappers van het Nederlands Kanker
wetenschapsmuseum Nemo en diverse acti-
Instituut (NKI) hebben ontdekt hoe een van
viteiten met musea in Nederland met als
de belangrijkste controlemechanismen van
thema ‘chemie en kunst’. NWO organi-
het afweersysteem werkt. Ze testten alle
seerde tientallen symposia, workshops en
menselijke eiwitten en vonden er driehon-
lezingen met als apotheose CHAINS2011.
derd die de werking van de moleculen aan
de buitenkant van de immuuncellen beïnvloeden.
Door hun vondst kan de komende jaren
gericht worden gezocht naar geneesmiddelen waarmee het immuunsysteem is te manipuleren. Het onderzoeksteam, onder leiding
van hoogleraar Jacques Neefjes, heeft de
bevindingen gepubliceerd in Cell.
57
Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht
58
Chemische Wetenschappen
Ambities voor
onderzoek en
onderwijs
Bert Meijer
Prof. dr. Bert Meijer is hoogleraar aan de TU
Eindhoven. Daarnaast is hij lid van de commissie die de ontwikkeling en uitvoering van
het Sectorplan Natuur- en Scheikunde coördineert.
59
Chemische Wetenschappen / Interview Bert Meijer
Bert Meijer:
“Het Sectorplan Natuur- en Scheikunde dateert van 2007. Het
Ministerie van OCW heeft voor de uitvoering ervan een structurele bijdrage toegezegd van twintig miljoen euro per jaar, vanaf 2011: tien
miljoen voor de natuurkunde en tien miljoen voor de scheikunde. Van
dat laatste bedrag gaat zeven miljoen rechtstreeks naar de universiteiten en drie miljoen naar NWO Chemische Wetenschappen. Dat geld is
bedoeld om zowel het onderzoek als het onderwijs in de scheikunde te
versterken, maar vooral ook de samenhang daartussen. Vandaar de
titel van het Scheikundeplan: Een perfecte chemie tussen onderzoek en
onderwijs.”
Focus
“Dat is onze drijfveer: jonge mensen zo goed mogelijk opleiden om de
problemen van over 30 à 40 jaar het hoofd te kunnen bieden. Het
Sectorplan richt zich op een aantal zaken: een hogere instroom van
eerstejaars studenten, het verhogen van het rendement tijdens studieen promotietrajecten en de aanstelling van zowel excellente jonge
stafleden als ervaren hoogleraren. Maar bovenal biedt het Sectorplan
een blauwdruk: het geeft aan waar de zwaartepunten in onderzoek
precies liggen bij de Nederlandse universiteiten. Dat zorgt voor een
veel betere focus voor studenten, onderzoekers en financiers. Zo’n
blauwdruk draagt wel een risico met zich mee: we moeten enerzijds
herkenbare masteropleidingen per universiteit benoemen, maar er
anderzijds voor zorgen dat de breedte van de chemie en chemische
technologie gewaarborgd blijft.”
Gezamenlijk
“De uitvoering van het Sectorplan is tot nu toe uitstekend verlopen,
zelfs veel beter dan ik had durven hopen. De rendementen gaan
omhoog, er vindt onderwijsvernieuwing plaats, er worden talentvolle
onderzoekers aangesteld. Het idee van een perfecte chemie tussen
onderwijs en onderzoek begint steeds meer te aarden, bij alle partijen.
Dat is de grootste winst. Onze uitdaging is nu om te zorgen dat het
Sectorplan zijn vruchten blijft afwerpen, en om dat ook uit te dragen.
Dat lukt tot nu toe aardig; het ministerie gebruikt ons Sectorplan zelfs
als voorbeeld voor andere sectoren, en ook universitaire bestuurders
zijn erg positief. Alle partijen zetten er gezamenlijk de schouders
onder; het is een proces voor en door chemici. Er moet nog veel gebeuren, maar ik ben ervan overtuigd dat we over twee jaar de vruchten
zullen plukken.”
60
Chemische Wetenschappen
61
Chemische Wetenschappen
4
Wetenschappelijk
jaaroverzicht
62
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4Wetenschappelijk
jaaroverzicht
Studiegroepen bij NWO Chemische Wetenschappen
Bij het gebied Chemische Wetenschappen van NWO zijn vijftien studiegroepen actief. Zij organiseren jaarlijks een wetenschappelijke bijeenkomst en zijn ook daarnaast een belangrijk forum voor het chemisch
onderzoek in Nederland.
De bestuursleden van een studiegroep zijn vaak het aanspreekpunt
voor het gebiedsbestuur. Zij hebben sinds enkele jaren een actievere rol
gekregen in het beleid en het beoordelingsproces van CW. Zo nemen de
besturen zitting in de beoordelingscommissies voor TOP/ECHO- en
Vernieuwingsimpulsrondes en dragen zij aanvullende kandidaten aan
voor een pool van commissieleden die kunnen worden ingezet voor de
prioritering van onderzoeksvoorstellen. Ook leveren de besturen referentensuggesties aan voor de evaluatie van onderzoeksvoorstellen, met
name in de vrije competitie. Daarnaast betrekt het gebiedsbestuur CW
de besturen bij de ontwikkeling van de strategie en het beleid van CW
en hebben de besturen een belangrijke rol bij de organisatie van een
gezamenlijke (eventueel geclusterde) jaarlijkse wetenschappelijke bijeenkomst.
Dit hoofdstuk geeft per studiegroep een overzicht van de ontwikkelingen en hoogtepunten van het afgelopen jaar.
4.1 Analytische scheikunde
Metabolomics en 'organen op een chip' brengen personalized medicine
dichterbij
Het Netherlands Metabolomics Centre (NMC) bestudeert de rol van de
stofwisseling in gezondheid en ziektes. Als onderdeel van de metabolomics pipeline is een laboratorium voor grootschalige metabolomics studies opgezet, waar onder andere een groot aantal klinische en
preklinische studies gemeten wordt. Dit lab heeft biomarkers gevonden
die bijvoorbeeld voorspellen of een patiënt baat heeft bij het toedienen
van aspirine ter voorkoming van cardiovasculaire ziektes. Deze bio­
markers helpen niet alleen om voor patiënten de juiste therapie te
bepalen, maar vormen ook de basis voor verder onderzoek naar betere
cardiovasculaire medicijnen.
63
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
Een tweede belangrijke doelstelling van het NMC is om in patiënten het
effect van een geneesmiddel op de stofwisseling te meten. Doet een
geneesmiddel precies wat je zou verwachten en wat zijn de neven­
effecten? Hiervoor zijn methoden ontwikkeld om, met behulp van
stabiele isotopen, de in vivo synthese van lipiden en metabolieten in
een groot aantal stofwisselingsprocessen tegelijk te meten. Zo begrijpen we nu bijvoorbeeld de werking van een aantal geneesmiddelen op
de ­cholesterolstofwisseling beter.
Naast het bestuderen van lichaamsvloeistoffen werken we aan minuscule orgaanmodellen om metabolisme in vitro te kunnen onderzoeken.
Recent is binnen het NMC grote vooruitgang geboekt door met behulp
van zogenaamde phase guides extreem kleine hoeveelheden vloeistoffen op een chip te transporteren. De vloeistoffen stromen door kanaaltjes die als ’bloedvaten’ voor micro-organen fungeren. Op de chip
groeien verschillende cellen in laagjes naast elkaar waardoor een weefsel of orgaan tot in detail kan worden nagebootst. Doordat de weefsels
zo klein zijn, kunnen er honderden van op een screeningsplaat worden
gezet. Deze screeningsplaten worden gebruikt voor het voorspellen van
de toxiciteit of werkzaamheid van geneesmiddelen. Daardoor kan de
ontwikkeling van medicijnen efficiënter worden gemaakt en kan voor
individuele patiënten de meest geschikte mix van medicijnen worden
bepaald. Het bedrijf MIMETAS is opgericht om deze technologie naar
de markt te brengen.
Andere hoogtepunten uit 2011
In 2011 zijn weer een aantal projecten en initiatieven gestart waar analytische chemie een cruciale rol speelt: binnen het TA-Coast onderzoeksprogramma zijn een aantal projecten gestart om nieuwe
analytische technieken te ontwikkelen of verbeteren. Daarnaast hebben twee grootschalige onderzoeksfaciliteiten forse subsidie gekregen:
een ultra-hoge veld NMR-faciliteit en een grootschalige proteomics
faciliteit. Een aantal publiek-private initiatieven in de life sciences heeft
hun krachten gebundeld in het Dutch TechCentre for Life Sciences.
De studiegroep Analytische scheikunde houdt zich bezig met het ontwikkelen en verbeteren van analytische methoden en technieken en
met de toepassing ervan op talloze gebieden binnen onderzoek, industrie en maatschappij. Binnen de studiegroep is veel activiteit op het
gebied van scheidingsmethoden en massaspectrometrie. Deze technieken worden vaak in combinatie toegepast.
64
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.2 Biomoleculaire chemie
De biomoleculaire chemie bestrijkt de studie naar biomoleculen in de
volle breedte. De ontwikkeling en de studie van biomoleculaire architecturen en gerelateerde complexe modellen is van groot belang. Het
moleculaire begrip van biomoleculen en deze vertaald in een toepassing in bijvoorbeeld de biokatalyse en medicijnontwikkeling staat centraal.
Fotoenzymatische C-H Hydroxylering met zuurstof
Samen met de groep van Martin Hofrichter (Universiteit van Zittau,
Duitsland), is de groep van Isabel Arends en Frank Hollmann (Technische
Universiteit Delft) erin geslaagd om een snelle en selectieve oxidatie uit
te voeren van een niet geactiveerde C-H binding. Met deze vinding kan
een alkaan worden omgezet in een alcohol in één stap. Voor deze reactie werd een stabiel enzym ingezet, een zogenaamd heem/thiolaat peroxidase van de schimmel Agrocybe aegerita. Normaal gesproken heeft
dit enzym waterstofperoxide nodig voor de oxidatie, maar in dit geval
werd luchtzuurstof gebruikt in combinatie met daglicht en flavine als
cokatalysator (zie figuur). Op deze manier werden hoge turnovers
gehaald (voor bijvoorbeeld de oxidatie van cyclohexaan naar cyclohexa-
Arends, Hollmann, Churukova
nol werd een turnover van 17.900 gehaald). Dit is zeker twee ordes groter dan de turnover die met het conventionele enzym chloroperoxidase
van Caldioromyces fumago kan worden bereikt. Daarnaast kan de stereoselectieve hydroxylering van ethylbenzeen worden uitgevoerd met >
97% ee voor (R)-1-fenylethanol. Naast hydroxylering is dit enzym ook
actief in epoxidatie. Deze resultaten betekenen een belangrijke stap
voorwaarts in de grootschalige toepassing van gebruiksvriendelijke
enzymen voor selectieve oxidaties.
ν⁄
Specific Photobiocatalytic Oxyfunctionalization Reactions, E.
Churakova, M. Kluge, R. Ullrich, I. Arends, M. Hofrichter, and F.
Hollmann, Angew. Chem. 2011, 123, 10904-10907.
65
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.3 Homogene katalyse en coördinatiechemie
Activiteiten van de studiegroep Homogene katalyse en coördinatie­
chemie zijn gericht op de synthese, structuur, eigenschappen,
reactiviteit en toepassingen van de moleculaire complexen van metalen
en metaalionen. Dit omvat alle aspecten van coördinatiechemie en
organometaal­chemie, de twee richtingen die het hart van de homogene katalyse en bioanorganische chemie vormen.
Radicalen temmen aan de UvA
In de groep van Bas de Bruin (Universiteit van Amsterdam) hebben
wetenschappers ontdekt dat de vorming van reactieve carbeen- en
nitreen-liganden aan kobalt(II)-porfyrine complexen gepaard gaat met
onverwachte elektron-overdacht van het metaal naar deze hypovalente substraten. Hierbij ontstaan koolstof-gecentreerde ‘carbeenradicalen’ en stikstof-gecentreerde ‘nitreenradicalen’. Deze radicaal-type
substraten blijven als ligand gebonden aan het metaal. Dergelijke
‘ligand radicalen’ vertonen een opmerkelijk gecontroleerde radicaaltype reactiviteit. Dit speelt een belangrijke rol in kobalt-gekatalyseerde
cyclopropanering en aziridinering van alkenen, en in katalytische C-H
functionalisering met carbeen- of nitreen-precursors. Deze reacties verlopen met een onverwacht hoge (enantio)selectiviteit, ondanks het
radicaal-type reactie-pad.
Op basis van de bovengenoemde onderzoeksresultaten heeft Bas de
Bruin recent een NWO-VICI onderzoeksvoorstel ingediend, met als
onderwerp: ‘gecontroleerde katalytische radicaal-type reacties’. Het
betreffende onderzoeksvoorstel is zeer goed ontvangen door de referenten en de VICI-commissie, met als resultaat dat het onderzoeksteam
van Bas binnenkort wordt uitgebreid met vijf aio’s en een postdoc. Bas
hoopt zo binnenkort nog veel meer radicalen te temmen.
4.4 Chemie van de vaste stof en materiaalkunde
De studiegroep Chemie van de vaste stof en materiaalkunde richt zich
op het begrip en toepassing van vaste-stof-materialen. Het onderzoek
omvat nanomaterialen, dunne films, materialen voor duurzame energie, nieuwe elektronische eigenschappen en kristalgroei/morfologieverschijnselen. Naast materiaalsynthese is het onderzoek gericht op
karakterisering met onder andere geavanceerde microscopen, verstrooiing (neutronen, X-ray, en synchrotron), scanning probe technieken. Ook is het onderzoek gericht op de theoretische verklaring van
66
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
nieuwe materiaaleigenschappen. De focus van de groep heeft een
sterke overlap met onderwerpen in de moderne vaste-stof fysica en kristallografisch onderzoek.
Hybride materialen voor multifunctionele eigenschappen
Organische-anorganische hybride verbindingen zijn interessant omdat
hun eigenschappen aangepast kunnen worden door het afzonderlijke
ontwerp van de organische en anorganische bouwstenen.
Onderzoekers Thom Palstra, Beatriz Noheda, Graeme Blake en Rob de
Groot (Rijksuniversiteit Groningen) hebben nieuwe vormen van elektrische functionaliteit in dergelijke hybriden bestudeerd. De structuren
bieden mogelijkheden om bijvoorbeeld elektrische geleiding of magnetische ordening te koppelen aan elektrische polarisatie. De Groningers
hebben hybriden bestudeerd bestaande uit alternerende lagen
CuCl6-octahedra en organische lagen eindigend met de polaire
NH3-groep van fenylethylamine (zie figuur). Deze hybride vormt een
nieuwe klasse multiferroica door de gecombineerde ferromagnetische
orde van Cu2+ en de ferro-elektrische orde van NH3.
De ferromagnetische orde onder 10K wordt veroorzaakt door de orbitaal-ordening van Cu2+ die optreedt onder 420K. De ferro-elektrische
orde komt voort uit de waterstofbinding tussen de geknikte NH3-groep
en de anorganische laag. De magneto-elektrische koppeling kan groot
zijn doordat het magnetische en het ferro-elektrisch moment gekoppeld zijn door de rotatie van de CuCl6-octahedra. Deze tweedimensionale hybriden zijn analoog aan de grensvlakken van SrTiO3 / LaAlO3.
Echter, de synthese bij lage temperatuur vanuit de vloeistof of via de
Langmuir-Blodgett-techniek levert een geringer aantal defecten op.
67
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
Multiferroics zijn zeldzaam omdat ferromagnetisme normaliter
gepaard gaat met gedeeltelijk gevulde d-orbitalen, terwijl ferro-elektrische verbindingen vooral afkomstig zijn van lege d-orbitalen zoals Ti4+
of Nb5+. Gecombineerde magnetische en elektrische orde biedt ruimte
voor nieuwe toepassingen zoals het schakelen van de magnetizatie
door het toedienen van een elektrische spanning in plaats van een magnetische veld. Bovendien is aangetoond dat het omdraaien van de polarisatie van een ferro-elektrische tunnelbarrière de spin-gepolariseerde
tunnelstroom door deze barrière moduleert. De huidige onderzoekslijn
van de Groningse onderzoekers richt zich onder andere op de detectie
van het spin-Seebeck effect in hybride materialen. Dit effect is analoog
aan het conventionele Seebeck effect (thermospanning), echter nu
wordt een spin-stroom gecreëerd middels een temperatuurgradiënt,
zonder ladingstransport.
Coexisting Ferromagnetic and Ferroelectric Order in a CuCl 4 –based
Organic − Inorganic Hybrid, A. O. Polyakov, A.H. Arkenbout, J. Baas,
G.R. Blake, A. Meetsma, A. Caretta, P. H.M. van Loosdrecht, and T.T.M.
Palstra, Chemistry of Materials, 24,133-139, 2012
4.5 Kristal- en structuuronderzoek
Kristallografisch onderzoek aan molecuulstructuren is van groot fundamenteel en praktisch belang voor vele materialen, variërend van anorganische en organische verbindingen tot aan grote farmacologisch
interessante moleculen. Grootschalige onderzoeksfaciliteiten, zoals de
Vlaams-Nederlandse bundellijn DUBBLE (ESRF, Grenoble) die door NWO
en het Vlaamse FWO wordt gefinancierd, zijn hiervoor van essentieel
belang.
De studiegroepen Kristal- en structuuronderzoek en Chemie van de
vaste stof en materiaalkunde hebben begin 2011 het voornemen uitgesproken om voortaan samen te gaan tot één studiegroep. De nieuwe
naam en bestuurssamenstelling is nog niet vastgesteld.
68
Chemische Wetenschappen
Keuzes in
krappe tijden
Bert Weckhuysen
Prof. dr. ir. Bert Weckhuysen is hoogleraar
Anorganische Chemie en Katalyse aan de
Universiteit Utrecht. Daarnaast is hij lid van
het gebiedsbestuur NWO Chemische Wetenschappen en van het Topteam Chemie.
69
Chemische Wetenschappen / Interview Bert Weckhuysen
Bert Weckhuysen:
“Het belangrijkste doel van het Topsectorenbeleid is het beter op elkaar afstemmen van wetenschap, innovatie en economische bedrijvigheid. Dat is een prima
idee, zolang er voldoende aandacht blijft voor fundamentele wetenschap. Maar in
de praktijk blijkt dat een hele uitdaging, zeker in deze krappe tijden. Helaas komt
geld voor nieuwe initiatieven dan vaak uit bestaande potjes voor fundamenteel
onderzoek, ook bij NWO. Dat is een spijtige ontwikkeling. Gelukkig is er binnen de
Topsector Chemie extra aandacht voor wetenschappelijk onderzoek. Er zijn vier
Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) gevormd, en een daarvan is de zogeheten ‘TKI voor Nieuwe Chemische Innovaties’. Daarbinnen kunnen nieuwe, fundamentele ideeën langzaam kiemen tot concepten waarop nieuwe bedrijvigheid kan
stoelen. Ook de andere TKI’s zullen overigens voldoende ruimte bieden aan wetenschap.”
Keuzes maken
“Binnen de Topsector Chemie zijn er in de afgelopen tijd prachtige ambities geformuleerd. De realiteit ziet er echter helaas minder rooskleurig uit. In krappe tijden
kun je niet alle plannen realiseren. Overal is minder geld voor beschikbaar dan
gehoopt. Daar moet je realistisch in zijn. Je moet keuzes maken. Wat in elk geval al
succes heeft opgeleverd, is het initiatief om aan goede studenten een beurs toe te
kennen voor een chemiestudie. Dat is ook één van de pijlers van de Topsector
Chemie: de instroom van studenten bevorderen.”
Kwaliteit
“NWO heeft een sterke traditie in het selecteren van excellent wetenschappelijk
onderzoek op basis van peer review. Daarom kan NWO een belangrijke rol spelen
in het Topsectorenbeleid. NWO is bij uitstek in de positie om te bewaken dat het
geld goed terechtkomt, namelijk bij hoogstaand, creatief wetenschappelijk onderzoek. De eis dat er afstemming is met het bedrijfsleven en met maatschappelijke
vragen, hoeft zeker niet te leiden tot compromissen wat betreft de kwaliteit van
het voorgestelde onderzoek.”
Kansen
“Veel mensen denken dat onderzoek dat is geïnspireerd vanuit een maatschappelijke of economische vraag, niet wetenschappelijk uitdagend en excellent kan zijn.
Maar het één sluit het ander niet uit. De kunst is dat je weliswaar naar praktische
problemen kijkt, maar altijd met een fundamentele blik. Dan kan die benadering
wel degelijk meerwaarde hebben. Daar liggen unieke kansen voor Nederland: het
is een klein land, met relatief korte communicatielijnen tussen wetenschap en
bedrijfsleven. Dat biedt een enorm potentieel voor innovatie. Er gebeurt al heel
veel – de uitdaging is nu om die initiatieven nog beter te verankeren en verder te
brengen.”
70
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.6 Eiwitten
In de studiegroep Eiwitten staat het begrip van de functie en structuur
van eiwitten centraal. Dit is van cruciaal belang om inzicht in fundamentele biochemische processen te krijgen.
Hoera, een peroxisoom geboren!
De ontwikkeling en verwerving van interne membraanomhulde compartimenten (beter bekend als organellen) in de cel is één van de
belangrijkste overgangen in de evolutie van het leven. Het grote voordeel dat de cel haalt uit deze verhoogde complexiteit is de mogelijkheid
om een groter aantal biochemische processen te ontwikkelen en afzonderlijk van elkaar te beheersen. Zoals met de meeste dingen in het
leven heeft het hebben van zulke subcompartimenten ook een prijs.
Om zijn specifieke bedrijfsvoering te kunnen handhaven moet elk compartiment een karakteristieke combinatie van eiwitten krijgen. Maar
hoe komen deze op hun juiste plek terecht? Voor het transport van
eiwitten heeft de cel een netwerk van zeer specifieke membraantrajecten (de secretieroute) ontwikkeld, gericht op het sorteren van eiwitten
naar hun juiste cellulaire compartiment.
Adabella van der Zand, Jürgen Gent, Ineke Braakman en Henk Tabak
(Universiteit Utrecht) hebben nu ontdekt dat het zogenaamde peroxisoomcompartiment op een veel ingewikkelder manier tot stand
komt dan voorheen werd gedacht. Tot ieders verrassing gaan peroxisomale membraaneiwitten niet direct naar de peroxisomen. Zij koloniseren eerst een ander compartiment: het endoplasmatisch reticulum (ER),
het startcompartiment in de secretieroute. Maar hoe vinden zij de weg
naar huis? Peroxisomale membraaneiwitten worden via twee trajecten
in verschillende membraanblaasjes uit het ER afgesnoerd. Na samensmelting van dergelijke blaasjes wordt uiteindelijk een nieuw peroxisoom geboren dat al het “gereedschap” reeds aan boord heeft om
zijn metabole functies te kunnen uitoefenen.
Wat is het nut van die verschillende trajecten om uiteindelijk toch maar
één nieuw organel te vormen? De sleutel tot het antwoord ligt in het
feit dat veel eiwitten pas actief worden op het moment dat zij in complexen geassembleerd worden. Zo ook de peroxisomale membraaneiwitten. Door die aparte trajecten blijven componenten van die
eiwitcomplexen gescheiden en dus inactief. Dat is nu precies wat de cel
wilt bereiken: eiwitten mogen alleen actief zijn in het compartiment
waar ze thuishoren. De bevindingen van de Utrechtse onderzoekers
tonen een opmerkelijk mechanisme aan waarmee de biochemische
identiteit van organellen kan worden gehandhaafd binnen de cel.
71
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
Ander hoogtepunt
Er is momenteel een sterke ontwikkeling in het eiwitonderzoek zowel op
innovatief technologisch vlak als in de breedte van chemische vraagstellingen. Door de voortdurende groei van deze studiegroep wordt een
steeds groter scala aan complexe biologische en biomedische problemen
op moleculair niveau bestudeerd. Eiwitonderzoek wordt in Nederland
ondersteund door belangrijke faciliteiten. Dit jaar is het nederlands elektronen-microscopie centrum NeCEN gestart en zijn Roadmap-fondsen
beschikbaar gesteld voor de massaspectrometrie en NMR. Dergelijke
investeringen maken het mogelijk het eiwitonderzoek op topniveau
voort te zetten en uit te bouwen.
4.7 Farmacochemie
Farmacochemie is een op de chemie gebaseerde discipline met aspecten
van de biologische, medische en farmaceutische wetenschappen.
Leden uit deze studiegroep houden zich bezig met het ontdekken,
ontwerpen, identificeren en bereiden van biologisch actieve verbindingen, de interpretatie van interacties op moleculair niveau, de
bepaling van relaties tussen structuur en activiteit en tussen structuur
en eigenschap en de studie van hun metabolieten.
Stevige impuls voor drug design in Groningen,
opleving van een academisch farmacochemie bastion.
Bij de basiseenheid Drug Design van de Rijksuniversiteit Groningen, afdeling farmacie, is recentelijk Alexander Dömling aangesteld. Hij bekleedde
eerder posities aan de Universiteit van Pittsburgh en de Technische
Universiteit München en hij heeft verschillende biotechnologiebedrijven
opgericht.
In zijn onderzoek richt Alexander Dömling zich op het rationele ontwerp
van antagonisten van eiwit-eiwit interacties met een klein moleculair
gewicht, gebruikmakend van multicomponent reacties (MCR), kristalstructuuranalyse en een farmacofoor-softwarepakket, ANCHOR.QUERY,
dat hij mede heeft ontwikkeld. In tegenstelling tot veel andere farmacofoor-software, linkt ANCHOR.QUERY de biofysische vraagstelling aan een
geschikte en efficiënte chemische route, wat leidt tot nieuwe en synthetisch efficiënt toegankelijke stoffen. Als resultaat hiervan kan elk van de
voorgestelde moleculen direct gesynthetiseerd en getest worden voor
farmacologische activiteit. Recentelijk was Dömling erg succesvol in het
ontdekken van krachtige en selectieve anti-kanker p53-MDM2- en
MDM4-antagonisten waarvan een aantal momenteel preklinisch verder
Onderzoeksgroep Drug Design
72
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
wordt ontwikkeld bij zowel het National Institute of Health als bij een
biotechnologisch bedrijf. Daarnaast doet hij onderzoek naar nieuwe en
stereoselectieve MCRs voor biofarmaceutische toepassingen. Alexander
Dömling’s beoogt de farmacochemie in Groningen uit te bouwen tot
een vooraanstaand centrum voor geneesmiddellenontwikkeling.
Andere ontwikkelingen
Ondanks de goede reputatie van farmacochemisch onderzoek in
Nederland hebben de wereldwijde reorganisaties in de farmaceutische
industrie geleid tot sluiting van de grote research laboratoria in Weesp
en Oss. Deze ontwikkelingen passen in het beeld dat veel grote bedrijven het risicovolle preklinische werk overlaten aan kleinere biotech en
Clinical Research Organization (CRO) bedrijven. Vanuit de oude Solvayen Organon-locaties worden tal van nieuwe initiatieven gestart, waarmee een gedeelte van de kennis en arbeidsplaatsen voor Nederland
behouden kan worden.
4.8 Katalyse (Nederlands Instituut voor Onderzoek in de Katalyse)
De belangen van de studiegroep Katalyse worden behartigd door het
bestuur van het Nederlands Instituut voor Onderzoek in de Katalyse
(NIOK). Binnen NIOK werken onderzoekers van acht Nederlandse universiteiten samen op het gebied van homogene, heterogene en biokatalyse.
NIOK zet zich in voor de versterking van het Nederlands katalyseonderzoek en -onderwijs, via samenwerking tussen de academische wereld,
het bedrijfsleven en de overheid.
Where the tiger roars – Synergie in mesoporeuse materialen
In een samenwerkingsproject tussen de TU Delft en de Universiteit
Utrecht hebben de groepen van Weckhuysen en Hanefeld een synergieeffect tussen Al en Zr ontdekt. Met het beproefde TUD-1 als mesoporeus materiaal en basisstructuur is het gelukt de twee metalen te
combineren. Terwijl Al Brønsted- en Lewis-aciditeit induceert, leidt de
inbouw van Zr alleen tot inductie van Lewis-aciditeit. De combinatie van
Selvedin Telalovic
73
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
deze beide types aciditeit heeft in de Prins-cyclisering van citronellal tot
isopulegol tot een duidelijke synergie geleid. TUD-1 met Al en Zr katalyseerden de reactie beter dan TUD-1 met of Al of Zr. Deze intramoleculaire
Prins-reactie is van groot belang voor de industriële productie van menthol. Traditioneel word deze reactie met een homogene katalysator
gedaan die na de reactie niet hergebruikt wordt.
On the Synergistic Catalytic Properties of Bimetallic Mesoporous Materials
Containing Aluminium and Zirconium: The Prins Cyclisation of Citronellal,
S. Telalovic et al., Chem. Eur. J., 2011, 17, 2077 – 2088
4.9 Lipiden en biomembranen
Het onderzoek binnen de studiegroep Lipiden en biomembranen richt
zich op de biogenese, organisatie, regulatie en functie van biologische
membranen. Het onderzoek is veelal multidisciplinair van aard en bevindt
zich op het grensvlak van chemie, (bio)fysica, biomedische wetenschappen, farmaceutische wetenschappen, celbiologie en informatica. Recente
technologische ontwikkelingen in lipidomics, biomoleculaire microscopie,
bio-informatica en modellering geven dit dynamische vakgebied enorme
nieuwe mogelijkheden.
Peroxisomen: deling en vorming uit een ander organel
Peroxisomen zijn celorganellen die een belangrijke rol spelen in het
waterstofperoxide- en vetzuurmetabolisme. Verstoring van hun functie
leidt tot ernstige ziekten en draagt bij aan veroudering. Er zijn twee vermeerderingsmechanismen van peroxisomen bekend: door deling van een
al aanwezig peroxisoom of vorming van nieuwe peroxisomen door
afsnoering vanaf een ander celmembraan (de novo-synthese), namelijk
het endoplasmatisch reticulum (ER).
Lukasz Opalinski en collega's (EMBO J, 2011) onderzochten het peroxisomale membraaneiwit Pex11. Dit eiwit is cruciaal voor deling van peroxisomen. Wanneer het gen dat codeert voor dit eiwit wordt uitgeschakeld,
neemt het aantal peroxisomen fors af. Dit bevestigt dat deling in belangrijke mate bijdraagt aan het aantal peroxisomen per cel. Aan de aminoterminus van Pex11 bevindt zich een amfipatische alfa-helix. Lukasz
Opalinski liet zien dat door insertie van deze helix in de lipide bilaag van
het peroxisomale membraan, dit membraan vervormt waardoor er een
uitstulping wordt gevormd. Deze uitstulping wordt later met behulp van
andere eiwitten afgesplitst van het peroxisoom en vormt zo een nieuw
organel.
74
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
In een publicatie in The Journal of Cell Biology (Saraya et al., 2011)
beschrijven de Groningse onderzoekers voor het eerst een eiwit (Pex25)
dat essentieel is voor de vorming van peroxisomen uit het ER. Hierdoor
kon ook dit proces worden uitgeschakeld. Verrassenderwijs bleek dat
dit nauwelijks effect had op het aantal in de cel aanwezige peroxisomen.
In cellen waarin zowel deling als de novo-synthese werden uitgeschakeld waren peroxisomen en peroxisomale membranen geheel afwezig.
Eén van beide processen is dus minimaal nodig voor de aanwezigheid
van peroxisomen in een cel.
Uit deze studies blijkt dat peroxisomen zelfstandige celorganellen zijn
die zich kunnen vermeerderen door deling, net als andere belangrijke
celorganellen zoals mitochondriën dat doen. Als een cel om welke
Lukasz Opalinski
reden dan ook geen peroxisomen meer heeft, kan er een nieuwe vanuit
het ER worden gemaakt.
ssNMR
In de groep van Marc Baldus (Universiteit Utrecht) worden magnetische
resonantiemethoden in de vaste stof (ssNMR) ontwikkeld. Deze methoden worden toegepast in onderzoek naar structuur-functie-relaties van
eiwitten. Een belangrijke doorbraak in het afgelopen jaar was de analyse van de vouwing van een membraan eiwit van 790 aminozuren. Dit
onderzoek is een prachtig voorbeeld van de potentie van ssNMR om
structuurinformatie van membraaneiwitten te verkrijgen.
4.10Macromoleculen
De studiegroep Macromoleculen verenigt onderzoekers met een interesse in macromoleculaire systemen in de breedste zin van het woord.
Het onderzoek strekt zich uit van de organische synthese via karakterisering en modellering tot verwerking en toepassing.
Toepassingsgebieden zijn mechanische en thermische eigenschappen
van polymeren, (nano)composieten en vezels, maar ook biomedische
materialen, displays, zonnecellen en geleidende polymeren.
Supramoleculaire Nanoraketten
De gecontroleerde beweging van objecten van nanometer-afmetingen
heeft wetenschappers al decennia lang gebiologeerd. Als inspiratiebron
wordt vaak de natuur gebruikt, waar een veelvoud aan roterende en
bewegende motoren te vinden is. In de afgelopen jaren zijn chemici
erin geslaagd om fascinerende nieuwe structuren te maken die als
motoren functioneren. Soms is echter de synthese gecompliceerd, of
75
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
wordt er gebruik gemaakt van voorwerpen van micrometer-afmetingen
om de beweging efficiënt te kunnen volgen.
Onderzoekers Daniela Wilson, Roeland Nolte en Jan van Hest (Radboud
Universiteit Nijmegen) zijn erin geslaagd om met eenvoudige moleculaire bouwstenen en slimme assemblageprocedures voorwerpen te
maken van nanometerafmetingen die zich als raketten voortbewegen.
De bouwstenen zijn amfifiele blokcopolymeren van polystyreen en
poly(ethyleen)glycol. Als bij een oplossing van deze polymeren in een
organisch oplosmiddel water wordt toegedruppeld, worden spontaan
vesiculaire structuren gevormd. Wanneer nu het organische oplosmidddel via dialyse wordt verwijderd, deuken de bolvormige vesicles in als
gevolg van een osmotisch drukverschil: het oplosmiddel gaat sneller de
vesicles uit dan dat water erin kan diffunderen. Hierdoor ontstaat een
nieuwe holte, een “nano-maag” die via een nauwe opening met de
omgeving in verbinding staat. Als de dialyse wordt uitgevoerd in aanwezigheid van platina nanodeeltjes, worden deze ingesloten in de
holte, volgens het “ship-in-a-botttle”-principe. Nadat al het organische
oplosmiddel is verwijderd, zijn de nanocapsules stabiele structuren
geworden. De platina deeltjes zijn katalysatoren. Ze kunnen waterstofperoxide omzetten in water en zuurstof. Van deze functie is gebruik
gemaakt door in de nanocapsules gas te laten ontwikkelen dat maar
aan één kant (via de nauwe opening) de maag kan verlaten. Daardoor
ontstaat er een stuwende kracht, die de nanoraketten laat bewegen
met een snelheid van dertig micrometer per seconde. Vanwege de eenvoud van design en bouwstenen is dit systeem makkelijk aan te passen
en verder te functionaliseren. Dit biedt vele mogelijkheden om deze
nanoraketten biomedisch toe te passen.
Daniela Wilson
76
Chemische Wetenschappen
Onderzoek
van de
bovenste
plank
Anne Meinema,
Bert Poolman,
Liesbeth Veenhoff
Anne Meinema, Justyna Laba en Astri Hapsari doen promotieonderzoek bij het Biochemisch Laboratorium van de Rijksuniversiteit
Groningen. Samen hebben ze een nieuwe
transportroute ontdekt voor membraaneiwitten naar de celkern. Hun begeleiders zijn
prof. dr. Bert Poolman, hoogleraar biochemie, en dr. Liesbeth Veenhoff, universitair
hoofddocent (zie foto).
77
Chemische Wetenschappen / Interview Anne Meinema, Bert Poolman en Liesbeth Veenhoff
Anne Meinema, Bert Poolman en Liesbeth Veenhoff:
Meinema: “Binnen in elke levende cel vindt voortdurend actief transport van eiwitten plaats. Eiwitten worden heel specifiek naar bepaalde plekken in de cel
gebracht, waar ze vervolgens hun functie uitvoeren. Bijvoorbeeld bij het aflezen
van DNA of het maken van nieuwe eiwitten. Wij onderzoeken het transport van
eiwitten de celkern in.”
Veenhoff: “Dat transport is heel selectief. De eiwitten die de celkern in moeten,
worden herkend door bepaalde ‘helpereiwitten’, of transporteiwitten. Die vervoeren ze dan via poriën in het kernmembraan de celkern in. Elke porie is een ingewikkeld complex van eiwitten.”
3D-structuur
Poolman: “Ons onderzoek werpt nieuw licht op hoe zo’n complex is opgebouwd en
hoe het functioneert. Anne, Justyna en Astri hebben onlangs in het tijdschrift
Science een nieuw transportmechanisme beschreven dat verklaart hoe bepaalde
membraaneiwitten de celkern in getransporteerd worden, door dat complex heen.”
Veenhoff: “Moderne technieken, bijvoorbeeld een combinatie van microscopie en
kristallografie, kunnen de structuur van de kernporie in beeld brengen, maar laten
niet alle details zien. Onze celbiologische analyses vormen hier een mooie aanvulling op: die laten zien dat de structuur van het kernporiecomplex op een onverwachte manier ruimte geeft aan het transport van membraaneiwitten.”
Toepassing
Meinema: “De membraaneiwitten die de kern in moeten, dragen een soort adreslabel dat vertelt waar het eiwit heen moet. Wij hebben ontdekt dat dit adreslabel via
een soort moleculaire kabel, een ‘linker’, met het eiwit verbonden is. Het lijkt erop
dat het transporteiwit die linker gebruikt om het membraaneiwit als het ware door
het kernporiecomplex heen te trekken.”
Veenhoff: “Waarom dit interessant is? Omdat er een heleboel eiwitten zijn waarvan
we nu sterk vermoeden dat die óók op die manier de kern in worden getransporteerd. We hebben gezien dat andere membraaneiwitten die normaal nooit in de
kern terechtkomen, ook door het kernporiecomplex heengetrokken worden als je
er de juiste combinatie van adreslabel en linker aanhangt.”
Meinema: “In de toekomst kan dit allerlei geneeskundige toepassingen hebben. Je
zou specifieke membraaneiwitten de kern in kunnen sturen, om bijvoorbeeld DNAtranscriptie te beïnvloeden.”
Poolman: “Een concreet geneesmiddel, dat zal nog even duren. Maar in het lab
kunnen we morgen al beginnen met proof-of-principle-experimenten.”
78
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.11 Nucleïnezuren
Nucleïnezuren zijn bepalend voor de opslag en expressie van genetische
informatie. De gelijknamige studiegroep richt zich met name op de
regulatie van genexpressie, zowel op epigenetisch niveau als op posttranscriptioneel niveau. Reacties tussen eiwit en DNA, en eiwit en RNA
en kleine, niet-coderende RNA’s spelen een grote rol en zijn speerpunten van het nucleïnezuuronderzoek.
mRNA-maturatie defecten gekoppeld aan spierziekte en kanker
De meeste mRNAs uit zoogdieren bevatten een 3’-UTR, een niet-coderend deel van het mRNA. Dit gebied speelt een rol in de regulatie van
mRNA-stabiliteit, -translatie en subcellulaire lokalisatie. MicroRNA’s
(miRNA’s) en RNA-bindende eiwitten (RBP’s) zijn belangrijke regulatoren van genexpressie via de 3’UTR. miRNA’s zijn kleine, niet-coderende
RNAs die eiwitcomplexen naar de 3’UTR kunnen begeleiden via sequentie-specifieke interacties. Er is voorspeld dat miRNA’s het merendeel van
de menselijke genen als doelwit hebben. RBP’s binden ook vaak aan de
3’UTR maar hun sequentie-specificiteit kan sterk variëren. De 3’UTR is
daarmee een zeer belangrijk platform voor negatieve en positieve
regulatie. Onderzoekers in de groep van Reuven Agami (NKI) hebben
recentelijk aangetoond dat de interacties tussen miRNAs, RBPs en hun
doelwitten effect hebben op fenotypes variërend van respons op DNA
schade en celdeling, tot kanker.
Meer dan de helft van de eiwit-coderende genen in zoogdieren produceren meerdere transcripten met verschillende 3’UTRs. Eén van de
mechanismes die hiertoe leiden is alternatieve polyadenylatie (APA).
Polyadenylatie is een posttranscriptionele modificatie van mRNA die de
precieze 3’ uiteinde van het mRNA bepaalt. Aangezien de 3’UTR een
belangrijke rol speelt in genexpressie, verwachten de onderzoekers dat
APA een grote invloed heeft op het gedrag van de cel en op ziektes. Een
interessant gegeven is dat APA optreedt wanneer cellen gaan prolifeReuven Agami
ren of differentiëren en tijdens de progressie van kanker. Het is daarom
essentieel om de factoren te indentificeren die APA reguleren en ze te
verbinden aan genetische aandoeningen.
Door middel van functionele genetische onderzoeken hebben de
onderzoekers van het NKI het gen PABPN1 geïdentificeerd als regulator
van APA. Verder onderzoek heeft het mechanisme van dit proces deels
opgelost en heeft deze veranderingen in APA gelinkt aan een genetische aandoening genaamd oculofaryngeale spierdystrofie (OPMD) en
aan de progressie van kanker. Analyses in patiëntenmateriaal en de ont-
79
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
wikkeling van inhibitoren zullen uitwijzen of de veranderingen in APA
aangrijpingspunten kunnen zijn voor kankertherapie.
Next-generation-sequencing
Een belangrijke ontwikkeling die ook in 2011 weer heeft doorgezet is
de groei van nieuwe methoden gebaseerd op next-generation-sequencing. Zowel op het gebied van RNA als op het gebied van chromatine
maken deze methodes het mogelijk zeer gedetailleerde informatie te
verkrijgen op genoom-wijde schaal waardoor de impact van experimenten extreem toeneemt. Aangezien next-generation-sequencing methoden steeds betaalbaarder worden zullen deze technieken een niet meer
weg te denken plaats in gaan nemen.
4.12 Ontwerp en synthese
Het onderzoek binnen de studiegroep Ontwerp en synthese staat centraal in de chemie en omvat het ontwerp en de synthese van complexe
organische moleculen en de ontwikkeling van nieuwe synthesemethodologie. De organische synthese is een zelfstandige discipline die van
groot belang is voor het onderzoek binnen andere studiegroepen, zoals
Structuur en reactiviteit, Macromoleculen, Katalyse, en Farmacochemie.
De synthese van een base met een Brønstedzuur en een Lewiszuur
De synthese van natuurstoffen maakt steeds meer gebruik van katalysatoren. Dit kunnen katalysatoren zijn op basis van overgangsmetalen
maar ook H+ is een belangrijke katalysator. Werden katalysatoren initieel veel gebruikt om bouwstenen te maken die vervolgens als uitgangsstof voor ingewikkelder moleculen dienden, de laatste jaren worden
ook steeds meer katalytische sleutelstappen gerapporteerd in moleculen met meerdere functionele groepen. De synthese van het complexe
alkaloide (+)-corynantheine is hiervan een sprekend voorbeeld, zo illustreren onderzoekers uit de groep van Jan van Maarseveen en Henk
Hiemstra (Universiteit van Amsterdam). Een enantioselectieve PictetSpenglerreactie, gekatalyseerd met een chiraal Brønstedzuur, wordt
hierbij gecombineerd met een nieuw type allylische alkylering, gekatalyseerd door een palladiumcomplex. De vraag naar complexe natuurstoffen, of analogen daarvan, vanuit de levenswetenschappen wordt
steeds groter aangezien deze stoffen, om hun vaak subtiele functie in
de cel uit te oefenen, steeds meer “informatie” moeten dragen.
(+)-corynantheine
80
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.13 Procestechnologie
Procestechnologie gaat over het op industriële schaal efficiënt omzetten van grondstoffen in gewenste producten. De studiegroep bestaat
geheel uit hoogleraren van de drie TU’s, Rijksuniversiteit Groningen en
Wageningen Universiteit die participeren in de Onderzoekschool
Procestechnologie. De studiegroep organiseert samen met NPT (van
KIVI-NIRIA en KNCV) het jaarlijkse Nederlands Procestechnologie
Symposium NPS.
Maximaal rekenen aan micro-werveltjes
Veel chemische en fysische processen worden uitgevoerd in turbulent
geroerde vaten: denk aan chemische reacties in de vloeistoffase, aan
het dispergeren van een gas met het oog op een heterogene (bio)chemische reactie, aan kristallisatie, of aan precipitatie. Daarbij is, naast
macro-menging op de schaal van het vat, met name de stroming en de
menging op microschaal van belang. Dan gaat het bijvoorbeeld om de
diffusie van reactanten binnen de kleinste werveltjes, of om de interactie van werveltjes met belletjes, deeltjes of kristallen. Aan de processen
op de micro-schaal is al veel gemodelleerd – vaak in termen van de snelheid waarmee de turbulente kinetische energie dissipeert tot warmte
door frictie in de kleinste werveltjes. Maar metingen aan ε stuitten op
ongelooflijk veel problemen en vergen ook weer modellen. De laatste
twintig jaar wordt Computational Fluid Dynamics (CFD) met toenemend
succes gebruikt om de stromings- en transportverschijnselen binnen
onder andere turbulent geroerde vaten uit te rekenen. In de groep van
Harrie van den Akker (Technische Universiteit Delft) worden deze CFDtechnieken ontwikkeld.
Het streven is de rol van modellering steeds verder te reduceren. In
Directe Numerieke Simulaties wordt helemaal geen model meer
gebruikt en wordt het stromingsveld geheel opgelost op basis van de
Harrie van den Akker
Navier-Stokes-vergelijking, tot en met de kleinste werveltjes. Daaruit
kan het dynamische ruimtelijke ε-veld uitgerekend worden en daarmee
kunnen dan betrouwbaardere voorspellingen gedaan worden over
allerlei chemische en fysische processen.
In 2011 zijn nu bij SARA in Amsterdam unieke Directe Numerieke
Simulaties uitgevoerd voor een geroerd vat onder (marginaal) turbulente condities. Daartoe werd het vat verdeeld in bijna vier miljard
rekencellen, met een afmeting van zo’n honderd micron. Op 128 CPU’s
werd dan het stromingsveld uitgerekend met behulp van een roosterBoltzmanntechniek. Bijgaande figuur geeft een indruk van de mate van
81
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
detail die hiermee bereikt is. Een enkele roerderomwenteling vergde
15.000 tijdstappen waarvoor 30 uur rekentijd op die 128 CPU’s nodig
was.
Verschuivende panelen
2011 was een jaar van schuivende panelen: de gehele onderzoekgroep
van Hans Kuipers verhuisde van de Universiteit Twente naar de
Technische Universiteit Eindhoven, en de Technische Universiteit Delft
was het toneel van een reorganisatie van het veld procestechnologie.
De Regiegroep Chemie maakte zich sterk voor de procestechnologie in
Nederland, terwijl het Dutch Separation Technology Institute (DSTI) zich
transformeerde tot het ISPT: het Institute for Sustainable Process
Technology, onder een nieuwe leiding. De OSPT en het ISPT voerden
succesvolle integratiebesprekingen.
4.14 Structuur en reactiviteit
De studiegroep Structuur en reactiviteit onderzoekt de factoren die
chemische bindingen in en tussen moleculen bepalen. De studiegroep
bestudeert interacties tussen moleculen, met als doel om grotere functionele eenheden van moleculen te creëren. De eigenschappen van geïsoleerde moleculen en van grotere eenheden van moleculen worden
bestudeerd met microscopische en optische technieken.
Het beste van twee werelden:
halfgeleider nanokristallen voor efficiënte zonnecellen
Arjan Houtepen, Laurens D. A. Siebbeles (Optoelectronic Materials
Section, Department of Chemical Engineering, Delft University of
Technology)
Zonne-energie is de meest ruim voorradige en duurzame energiebron
op aarde. Helaas is het omzetten van zonne-energie in elektriciteit of
brandstof met de bestaande technologieën aan de dure kant. Er is
daarom veel interesse naar nieuwe, goedkope en efficiënte manieren
om zonlicht te benutten.
Een zeer recent kandidaat-materiaal voor het maken van zulke “derde
generatie” zonnecellen zijn halfgeleider-nanokristallen. Deze nanokristallen kunnen goedkoop worden gesynthetiseerd en absorberen (zon)
licht zeer sterk. Daarnaast hangt hun bandgap af van de grootte van de
nanodeeltjes waardoor deze eenvoudig kan worden geoptimaliseerd
voor de absorptie van zonlicht. Tenslotte is er nog de belofte van
82
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
ladingsvermenigvuldiging: halfgeleider-nanokristallen kunnen efficiënt
blauw zonlicht omzetten in meerdere elektron-gat-paren. Dit proces is
in bulkmaterialen niet efficiënt, wat leidt tot de Shockley-Queisserlimiet: de maximale energie-efficiëntie van een zonnecel op basis van
een bulk halfgeleider is 33%. Ladingsvermenigvuldiging kan deze limiet
verhogen tot 44%.
Het probleem is echter dat foto-excitatie van halfgeleidernanokristallen
niet resulteert in beweeglijke elektronen en gaten, maar in excitonen
die zitten opgesloten in een enkel nanokristal. De reden hiervoor is dat
nanokristallen worden gesynthetiseerd met lange isolerende liganden
op hun oppervlak. Onderzoekers in de groep van Laurens Siebbeles
(Technische Universiteit Delft) hebben nu aangetoond dat deze beperking kan worden weggenomen door de lange liganden te vervangen
door cross-linkende liganden met een lengte van slecht 0.4 nm. Deze
dunne lagen van zulke nanokristallen zijn onderzocht met een combinatie van terahertz-spectroscopie, transiënte absorptiespectroscopie en
microgolf-geleidingsmetingen.
In een serie artikelen in Nature Nanotechnologie en Nano Letters hebben de onderzoekers laten zien dat excitonen snel en efficiënt dissociëren en beweeglijke elektronen en gaten vormen. Zelfs wanneer
ladingsgeneratie leidt tot meerdere excitonen in een nanodeeltje is de
excitondissociatie snel genoeg om vervalprocessen zoals Augerrecombinatie voor te zijn.
Door de korte afstand tussen de nanodeeltjes blijkt elektronentransport niet meer plaats te vinden via een proces waarbij ladingsdragers
van nanodeeltje naar nanodeeltje springen. In plaats daarvan delokaliseert de golffunctie van de ladingsdragers over meerdere nanokristallen waardoor ladingstransport via een bandachtig mechanisme
verloopt.
De elektronische eigenschappen van dit soort films van halfgeleidernaLaurens Siebbeles
nodeeltjes benaderen de eigenschappen van bulkhalfgeleiders, terwijl
hun optische eigenschappen nog voor een groot deel worden bepaald
door de diameter van de individuele deeltjes. Deze materialen combineren het beste van twee werelden en zijn daardoor veelbelovende
kandidaten voor derdegeneratiezonnecellen.
83
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.15 Spectroscopie en theorie
De studiegroep Spectroscopie en theorie versterkt de onderlinge
samenwerking tussen onderzoekers op dit gebied en ook de samen­
werking tussen de theoretische chemici en experimentatoren. Met
vereende krachten trachten zij moleculaire systemen te begrijpen, om
hierdoor uiteindelijk ook de structuur, interactie en chemie van deze
moleculaire systemen te kunnen controleren.
Quantumchemie: Genetische informatie wordt beschermd door samenwerkende waterstofbruggen
Telomeren zijn de guanine-rijke uiteinden van chromosomen in de kern
van levende cellen, waarin DNA overgaat van de bekende dubbele-helix
structuur, van twee om elkaar heen draaiende strengen, naar een qua-
Celia Fonseca Guerra
Matthias Bickelhaupt
druplexstructuur van één enkele opgevouwen DNA streng. Zo’n quadruplex bestaat uit een stapel van guaninequartetten die gestabiliseerd
worden door intercallerende kationen. Kennis van structuur en stabiliteit van deze telomeerstructuren is onder meer van belang vanwege
hun rol bij het proces van celveroudering waarbij tijdens elke ronde van
DNA-replicatie telkens een deel van het uiteinde afslijt.
Quantumchemische analyses van Célia Fonseca Guerra en Matthias
Bickelhaupt van de Vrije Universiteit Amsterdam tonen aan dat de verhoogde stabiliteit van de telomeerdomeinen van DNA het directe
gevolg is van het covalente karakter van de waterstofbruggen binnen
een guaninequartet. Als gevolg van donor–acceptor orbitaalinteracties
in de unidirectionele waterstofbruggen tussen guanines ontstaat er een
ladingsscheiding waardoor de partieel positief en negatief geladen
base een nog betere acceptor respectievelijk donor wordt voor wisselwerking met een volgend guanine. Hierdoor ontstaat een synergistische
samenwerking tussen de verschillende waterstofbruggen die tot een
verhoogde stabiliteit van de telomeerstructuur leidt. Ter vergelijking:
de analoge xanthinequartetten, waarin waterstofbruggen tussen basen
niet unidirectioneel zijn, vertonen deze synergistische samenwerking
niet en bereiken hierdoor geen verhoogde stabiliteit. De genetische
informatie van organismen wordt dus als het ware beschermd door
samenwerkende waterstofbruggen.
De gedetailleerde bindingsanalyses, gebaseerd op kwantitatieve mole-
Frontispiece waarvoor
cuul-orbitaal (MO) theorie, en het computationele structuuronderzoek
het artikel door Chem.
zijn gepubliceerd in Chemistry A European Journal.
Eur. J. geselecteerd werd
84
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
4.16 Vloeistoffen en grensvlakken
Het onderzoeksgebied van de studiegroep Vloeistoffen en grensvlakken behoort tot dat van de fysische chemie. Onderwerpen van onderzoek zijn onder meer het mechanisme van structuurvorming in termen
van de eigenschappen van de moleculen, de eigenschappen van de
gevormde structuren, en het effect van de structuureigenschappen op
macroscopische eigenschappen zoals ontmenggedrag en rheologie.
Hoe onafscheidelijk zijn tegengestelde ladingen?
Velen weten dat positieve en negatieve ladingen elkaar aantrekken.
Veel minder mensen weten dat deze aantrekking op kleine schaal zorgt
voor stabiliteit van de eiwitten in onze cellen en op grote schaal zelfs de
allergrootste uit zand gemaakte gangenstelsels van de Californische
borstelworm beschermt tegen instorten en wegspoelen. Vrijwel niemand kon tot nu toe zeggen hoe sterk de binding tussen plus en min
precies is.
Met behulp van een volautomatische krachtmicroscoop (ForceRobot)
hebben onderzoekers in de groep van Martien Cohen Stuart
(Wageningen Universiteit) de aantrekkingskracht tussen positieve en
negatieve ladingen, elk op een ander polymeer, rechtstreeks gemeten.
Het positief geladen polymeer is chemisch verbonden met een microscopisch kleine veer en fungeert als een hengel waarmee de onderzoekers plus-min “ionbindingen” proberen te vormen met het negatieve
polymeer dat aan een vlak oppervlak vast zit. De ionbindingen vormen
bij voorkeur in groepjes van vijf à tien, maar wanneer ze uit elkaar
getrokken worden, blijkt dat ze in twee strikt gescheiden categoriën in
te delen zijn.
In polymeren die in dezelfde richting aan elkaar zijn gebonden breken
de ionbindingen een voor een en meten de onderzoekers precies de
kracht van een enkele ionbinding. In polymeren die in tegenovergestelde richting aan elkaar zijn gebonden moeten de ionbinden allemaal
tegelijk breken en verdragen ze daarom veel hogere krachten.
Bovendien is de grootte van beide krachten nauwkeurig te reguleren
via het zoutgehalte van de oplossing.
Enkele ionbindingen verdragen slechts kleine krachten, maar deze
manier om rechtstreeks hun sterkte te meten heeft wellicht grote
gevolgen. Ook motoreiwitten in onze cellen kunnen slechts kleine
krachten uitoefenen op bijvoorbeeld DNA, maar moeten daarmee wel
DNA-complexen kunnen ontrafelen. Het onderscheid tussen “één voor
85
Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht
één” en “allen tegelijk” en de gevoeligheid voor zout kan dan het
levensbepalende verschil maken tussen ontrafeling binnen een fractie
van een seconde en urenlang vastzittende, onafscheidelijke ladingen.
één voor één
allen tegelijk
Ander hoogtepunt
Op 10 juni 2011 is de 65e verjaardag van Henk Lekkerkerker
(Universiteit Utrecht) gevierd met een wetenschappelijke bijeenkomst
in het Trippenhuis (KNAW). De titel van de bijeenkomst, Phase
Transitions and Interfaces in Colloidal Suspensions, weerspiegelt de
belangrijke bijdragen van Lekkerkerker aan de thema’s van de werkgroep. Bij zijn afscheidsrede werd Lekkerkerker bekroond met een
koninklijke onderscheiding: Ridder in de orde van de Nederlandse
Leeuw.
86
Chemische Wetenschappen
87
Chemische Wetenschappen
5
Subsidies,
cijfers, mensen
88
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
5Subsidies, cijfers, mensen
5.1. Toekenningen
worden gevormd voor de onderzoeksthema’s van de toekomst en/of kan
NWO-Spinozapremie
wetenschappelijke vernieuwing tot
stand worden gebracht.
De NWO-Spinozapremie is de hoogste
Nederlandse onderscheiding in de
Voor de TOP-subsidies en de ECHO-
wetenschap. NWO kent de prijs toe aan
projectsubsidies is een budget van
Nederlandse onderzoekers die tot de
circa twaalf miljoen euro per jaar
absolute top van de wetenschap beho-
beschikbaar.
ren. De wetenschappers ontvangen de
www.nwo.nl/cw/top
prestigieuze premie voor hun voortref-
www.nwo.nl/cw/echo
felijk, baanbrekend en inspirerend
onderzoek. De laureaten zijn inter­
TOP - chemie in relatie met biologische/
nationaal vermaard en weten jonge
medische wetenschappen
onderzoekers te inspireren. Zij krijgen
Toekenningen 2010
elk een onderzoeksbudget van 2,5 miljoen euro. Een NWO-Spinozapremie is
Prof. dr. B. Berkhout (AMC)
een eerbewijs voor wat de winnaars in
Molecular RNA switches that control
hun wetenschappelijke carrière bereikt
HIV-1 replication
hebben. Daarnaast is de premie een stimulans voor verder onderzoek.
Prof. dr. J.L. Bos (UMCU)
Spatial and temporal regulation and
In 2010 ging de Spinozapremie naar
function of Epac1
chemicus prof. dr. P. Gros (UU).
Prof. dr. ir. R.V.A. Orru (UvA)
TOP- en ECHO-projectsubsidies
Molecular Complexity and Diversity by
Multicomponent Reaction Design
TOP-subsidies zijn subsidies van 780.000
euro, bedoeld voor gevestigde top-
Toekenningen 2011
onderzoeksgroepen met een bewezen
track record in de (bio-)chemie of che-
Prof. dr. A.P. IJzerman (UL)
mische technologie. De subsidies bieden
The crystal structure of the adenosine
deze groepen de vrijheid om excellente,
A2A receptor: the follow up
uitdagende en innovatieve onderzoekslijnen te versterken en/of uit te breiden.
TOP - chemie in relatie met
fysica/materialen
ECHO-subsidies zijn projectsubsidies
Toekenningen 2010
van 260.000 euro, bedoeld voor
Excellent Chemisch Onderzoek. Deze
Prof. dr. H.J. Bakker
subsidies bieden de mogelijkheid om
(FOM-instituut AMOLF)
nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek
Cool molecules: unraveling the secret
van hoge kwaliteit uit te voeren. Zo
of anti-freeze proteins
kunnen creatieve, grensverleggende
ideeën worden uitgewerkt, de kiemen
Prof. dr. R.P. Sijbesma (TU/e)
Mechanocatalysis
89
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Toekenningen 2011
Prof. dr. P.C.W. Hogendoorn (LUMC)
Vissen naar nieuwe therapieën voor
Prof. dr. G.J. Kroes (UL)
Ewing’s sarcoom
Towards accurate predictive calculations
on reactions of molecules on metal
Prof. dr. W.K. Kegel (UU)
surfaces.
Colloids with a valence: a new model
system to study self-organization
TOP - chemie in relatie met technologie/
duurzaamheid
Prof. dr. P. Klint (CWI)
Toekenningen 2010
Domeinspecifieke talen: een grote toekomst voor kleine programma’s
Prof. dr. J.N.H. Reek (UvA)
Enzyme inspired transition metal
Prof. dr. M.B.M. van der Klis (UvA)
catalysis
Signalen van Einstein’s zwaartekracht
Toekenningen 2011
Prof. dr. N.P. Landsman (RU)
De logische structuur van samengestelde
Prof. dr. ir. B.M. Weckhuysen (UU)
kwantumsystemen
In-Situ Spectroscopy of a Single Catalyst
Particle: New Insights in Zeolite-based
Prof. dr. R.H. Medema (UMCU)
Bifunctional Catalysis
Zicht op celdeling na DNA-schade
Prof. dr. M.T.M. Koper (UL)
Prof. dr. J.H. Meijer (LUMC)
Solvent effects in the electrocatalytic
Functioneren en falen van de
reactions of water
biologische klok
TOP - gebiedsoverschrijdend
Dr. A. Perrakis (NKI)
Toekenningen 2010
Autotaxin, een enzym betrokken bij
diverse ziektes: relatie tusssen structuur
Prof. dr. ir. S.C. Borst (TU/e)
en functie
Stochastic behavior of wireless networks: random access and user mobility
Prof. dr. B. Poolman (RUG)
Synthese van membraaneiwitten
Prof. dr. A.G. de Bruyn (RUG)
The synthesis of signal processing and
Prof. dr. H.J.A. Röttgering (UL)
radio astronomical calibration and ima-
Quasars en melkwegstelsels in het
ging techniques
vroege heelal
Prof. dr. M. Dicke (WUR)
Prof. dr. T.N.M. Schumacher (NKI)
Plant-mediated interactions between
Microscopie en modellering van
two herbivores: from molecular mecha-
immuunreacties in de huid
nisms to community ecological consequences
90
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Prof. dr. S. Smeekens (UU)
Dr. E.J. Breukink (UU)
Evolutionary systems biology and mole-
Casting a different light on bacterial cell
cular networks linking nutrient status to
wall synthesis
growth
Dr. A.C.O. Vertegaal (LUMC)
Prof. dr. E.J. Snijder (LUMC)
Cracking the SUMO Code by Mass
RNA-virussen: van fouten kun je leren…
Spectrometry
en evolueren!
Dr. F.J.M. van Kuppeveld (UMC St
Prof. dr. A.G. Webb (LUMC)
Radboud)
Development of new dielectric materials
Recognition of picornaviruses by RIG-I
for improving the quality of high field
like receptors (RLRs), a novel class of
clinical magnetic resonance imaging
cytosolic RNA sensors, in human cells
Dr. J.P. de Winter (VUMC)
Dr. ir. M. Kikkert (LUMC)
Cohesie tussen zuster-chromatiden in
Nidovirus deubiquitinating proteases:
gist, muis en mens
viral double edged swords
Prof. dr. C.I. de Zeeuw (Erasmus MC)
Prof. dr. T.K. Sixma (NKI)
Cerebellaire aanvallen: van oorzaak tot
The regulatory role of Ubl domains in
behandeling
ubiquitin specific protease function
Prof. dr. E. Takano (RUG)
ECHO - chemie in relatie met biologische/
Analysis of the dual functional ScbA,
medische wetenschappen
a small molecule synthase and regulator
Toekenningen 2010
in the antibiotic producing bacterium,
Streptomyces coelicolor
Prof. dr. W. Bitter (VUMC)
Regulation of virulence factors in
Dr. ir. N.J. Galjart (Erasmus MC)
Pseudomonas aeruginosa: the surface
Growing microtubule ends: cellular
connection
catalyzers of conformational changes
Dr. J.C.M. Holthuis (UU)
Prof. dr. E.J.J. Groenen (UL)
Characterization of a ceramide sensor
Life and the Chemistry of Oxygen
controlling mitochondrial apoptosis
Dr. M. Merkx (TU/e)
Dr. F. Reggiori (UMCU)
Remote control of intracellular zinc using
The role of the Atg9 reservoirs in the
light-regulated protein switches
autophagosome biogenesis
Prof. dr. R.G.M. Croce (UvA)
Dr. A.I.P.M. de Kroon (UU)
PsbS makes the non-photochemical
Balancing bilayer and non-bilayer lipids
quenching work, but how?
in yeast: mechanism and players
91
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Prof. dr. H.S. Overkleeft (UL)
Dr. C.P.M. van Mierlo (WUR)
Cyclitol-fused 1-H-imidazoles and
Exploration of the cotranslational fol-
triazoles: A new mechanism-based
ding of a ribosome-bound alpha-beta
class of glycosidase inhibitors
parallel protein
Prof. dr. H. van Amerongen (WUR)
Prof. dr. G.P. van Wezel (UL)
The first picoseconds of photosynthesis
Positive control of cell division: from
studied in vivo in individual (stressed)
new concepts to molecular detail
chloroplasts
Prof. dr. A.M.J.J. Bonvin (UU)
Dr. J.T.M. Kennis (UvA)
Zooming into large assemblies: A versa-
Illuminating Biophotonic Switches
tile incorporation of experimental data
into biomolecular docking.
Toekenningen 2011
Prof. dr. S.J.L. van den Heuvel (UU)
Prof. dr. D.J. Slotboom (RUG)
Gene targeting tools for tissue-specific
Bacterial ATP binding cassette (ABC)
protein purification and analysis of the
transporters for vitamin uptake with
LIN-5 NuMA cell-division complex
shared energizing modules
Prof. dr. T.K. Sixma (NKI)
Dr. D. Weijers (WUR)
Initiation of DNA mismatch repair
The structural basis of DNA binding
specificity within a transcription factor
Dr. T.B. Dansen (UMCU)
family
Presenting the Thiolome: proteome-wide
quantification of cysteine oxidation and
Dr. G.W. Somsen (UU)
identification of redox-mediated pro-
Telling right from left: enantioselective
tein-protein interactions.
characterization of biomolecules in
complex mixtures
Prof. dr. A.J.M. Driessen (RUG)
Capture and Release of Polypeptides by
Prof. dr. S. de Vries (TUD)
the Bacterial Translocation Pore
Cytochrome bd oxidases: From molecular
mechanism to cellular function.
Prof. dr. G.A. van der Marel (UL)
Automated solid phase synthesis of
Dr. D. ten Berge (Erasmus MC)
teichoic acids
Breaching the epigenetic barrier:
Towards complete reprogramming of
Dr. D.V. Filippov (UL)
human cells by Wnt-mediated stabiliza-
Synthetic methodology for well-defined
tion of naïve pluripotency
ADP-ribosylated biomolecules
Dr. R.J. de Groot (UU)
Prof. dr. T.J. Aartsma (UL)
Sweet attachment: structural and biolo-
Oxido-Reductases as Single Molecules
gical consequences of viral adaptation to
specific sialic acid receptor determinants
92
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Prof. dr. ir. L. Brunsveld (TU/e)
Toekenningen 2011
Protein semi-synthesis and evaluation of
post-translational modified nuclear
Dr. O.V. Gritsenko (UvA)
receptor domains.
Novel density-matrix response functional theory to calculate molecular electro-
Dr. ir. M.A. Hink (UvA)
nic excitations including double, bond
Enhanced photoswitchable fluorescent
breaking, and charge-transfer excitati-
proteins for quantitative single-molecule
ons
microscopy in the living cell
Prof. dr. W.J. Buma (UvA)
Prof. dr. ir. A.J. Minnaard (RUG)
Molecular Machines at Work in the
Synthesis of Crenarchaeol, the Most
Gas Phase
Abundant Organic Compound on Earth
Prof. dr. T.T.M. Palstra (RUG)
Novel Spintronic Materials
ECHO - chemie in relatie met fysica/
materialen
Dr. S. Woutersen (UvA)
Toekenningen 2010
Slippery when wet: How water
lubricates molecular machines
Prof. dr. S. Otto (RUG)
Self-replication driven by
Prof. dr. C. Filippi (UT)
self-organisation
Novel tools for computational spectroscopy: The primary isomerisation in vision
Prof. dr. E. Vlieg (RU)
Chiral purification of racemic
Prof. dr. W.K. Kegel (UU)
compounds: a grinding approach
Colloidal Surfactants (and beyond).
Prof. dr. M.H.M. Janssen (UvA)
Prof. dr. J.H. van Esch (TUD)
The complete experiment: Full 3D
Catalytic control over soft matter
Quantum Imaging of a Photochemical
Reaction
Prof. dr. ir. M. Dijkstra (UU)
Understanding the origin of chirality
Prof. dr. G. Mul (UT)
in colloidal liquid crystals
Nanoalloys: the ultimate promoters for
photocatalysis
Dr. A.W. Ehlers (UvA)
Chiral pentaorganosilicates
Dr. ir. N.A.M. Besseling (TUD)
Supramolecular polymers at surfaces;
Dr. P.C.M. Christianen (RU)
chain-inversion symmetry and surface
Enantioselection of supramolecular
forces
chirality by external fields
Dr. M.H.G. Duits (UT)
Dr. B.H. Erné (UU)
Influence of wall roughness and particle
Water-Water Pickering Emulsions
adhesion on confined flows
93
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
ECHO - chemie in relatie met
Lees de projectsamenvattingen
technologie/duurzaamheid
op de website www.nwo.nl/cw/top
Toekenningen 2010
en www.nwo.nl/cw/echo
Prof. dr. J.W. Niemantsverdriet (TU/e)
Mechanism of Fischer-Tropsch Synthesis
Vernieuwingsimpuls
on an Iron Carbide Surface
Vernieuwingsimpuls
Dr. G.J. Poelarends (RUG)
De Vernieuwingsimpuls heeft als doel
Engineering of methylaspartate ammo-
vernieuwend onderzoek een extra
nia lyase for synthesis of unnatural
impuls te geven. Het is een persoons-
amino acids
gebonden subsidievorm die talentvolle, creatieve onderzoekers de kans
Dr. B. de Bruin (UvA)
biedt onderzoek naar hun keuze uit te
Cooperative and Redox Non-innocent
voeren. Daarnaast is de Vernieuwings­
Ligands in Hydrogenation, Dehydroge-
impuls ingesteld om de doorstroom bij
nation and Dehydrogenative Coupling
wetenschappelijke onderzoeksinstel-
Reactions
lingen te bevorderen.
Dr. W. Verboom (UT)
De vernieuwingsimpuls bestaat uit drie
Microreactors, containing controlled
subsidies: de Veni-subsidie (tot drie
amounts of supported organic and nano-
jaar na promotie), de Vidi-subsidie
metallic catalysts, as efficient vehicle to
(voor drie tot acht jaar na promotie) en
study organic reactions
de Vici-subsidie (voor acht tot vijftien
jaar na promotie). Zij is opgezet in
Prof. dr. A.M. Brouwer (UvA)
samenwerking met het ministerie van
Fluorescence monitoring of
OCW, de KNAW en de universiteiten.
organocatalytic events
www.nwo.nl/vi
Toekenningen 2011
Vernieuwingsimpuls Veni
Dr. ir. A.R.A. Palmans (TU/e)
Catalytically active synthetic polymers in
De subsidie Vernieuwingsimpuls Veni
water by compartmentalization through
bedraagt maximaal 250.000 euro.
folding
Hiermee kunnen pasgepromoveerden
gedurende drie jaar hun ideeën verder
Dr. F. Buda (UL)
Bio-inspired molecular rectifier for artificial photosynthesis
Dr. C. Müller (TU/e)
Novel Functional Molecular Materials
Based on Phosphorus
ontwikkelen.
94
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Toekenningen 2010
Dr. I.K. Voets (TU/e)
Phase transitions in biological soft
Dr. R. Gill (UT)
matter (BIOMATRA)
Enhancement of fluorescence by selfassembly of metal nanoparticles on
Dr. M.A.S. Hass (UL)
tagged biomolecules
Protein Motions Revealed by
Paramagnetic NMR Spectroscopy
Dr. P.B. Rodríguez Pérez (UL)
Elucidating the catalytic properties of
Dr. A. van Houselt (UT)
gold by electrochemistry
A tunnel vision on heterogeneous
catalysis in water
Dr. A.K.H. Hirsch (RUG)
Add and Mix: Bioconjugates to Solubilise
Dr. M. Srinivas (UMC St Radboud)
Inhibitors
Targeted agents for multimodal in vivo
imaging
Dr. A. Stradomska (RUG)
Modeling excited state dynamics in large
Toekenningen 2011
molecular aggregates
Dr. A.J. Boersma (RUG)
Dr. E. de Wit (Hubrecht Instituut voor
A novel approach to single-molecule
Ontwikkelingsbiologie en Stamcelonder-
chemistry using semi-synthetic protein
zoek)
nanopores
Identifying distant functional regulatory
elements in development using high-
Dr. R.P. Joosten (NKI)
resolution 4C
PDB_REDO: procedures for rebuilding
and refinement of macromolecular
Dr. V.P. Nicu (UvA)
models in X ray crystallography
Vibrational Circular Dichroism: Towards
a reliable and versatile method for
Dr. ir. I.J.E. Stulemeijer (NKI)
absolute configuration determination
Finding readers that can decipher the
epigenetic language of the chromatin
Dr. M.M.G. Kamperman (WUR)
core
Bioinspired Dry Adhesives from Block
Copolymers
Dr. A.A. Bakulin (FOM-instituut AMOLF)
Ultrafast spectroscopy linking molecular
Dr. P.C.A. Bruijnincx (UU)
and device properties of organic solar
Building the Renewable Lignin Platform:
cells
New Heterogeneous Catalyst Technology
for the Production of Chemicals and
Dr. D. Millo (UvA)
Fuels from Biomass
In situ spectroelectrochemistry of outer
membrane cytochromes embedded in
living microorganisms grown on
electrodes
95
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Dr. A.J. Cruz-Cabeza (UvA)
Toekenningen 2010
From Molecules to Crystals: Understanding the Key Factors that Govern the
Dr. ir. P.K. Knipscheer (Hubrecht Insti-
Observation of Crystal Structures
tuut voor Ontwikkelingsbiologie en
Stamcelonderzoek)
Dr. P.T.K. Chin (LUMC)
The molecular basis of Fanconi anemia
Multispectral nanomaterials for image
pathway mediated DNA interstrand
guided surgery.
crosslink repair
Dr. ing. T. Wennekes (WUR)
Dr. ir. J. van der Gucht (WUR)
Getting a grip on microbial sialic acids
Tough and smart: physically cross-
in the human gut
linked double polymer networks
Dr. I. Swart (UU)
Dr. N.H. Katsonis (UT)
Combining ultrasmall with ultrafast:
Nanostructured super-reflectors:
STM with sub-nanosecond time
learning lessons from scarab beetles
resolution
Dr. M.A. Stöhr (RUG)
Dr. E. Otten (RUG)
From surface-supported supramolecu-
Direct Activation of Oxygen by Early
lar assemblies to covalently coupled
Transition Metal Complexes: From Fun-
nanostructures
damental Science to Application in Oxidation Catalysis
Dr. K. Kaufmann (WUR)
The transcriptional regulatory code of
Dr. S. Abeln (UvA)
cell identity specification
Understanding toxic protein oligomers
through ensemble characteristics
Prof. dr. J. Dik (TUD)
Looking over the painter
Vernieuwingsimpuls Vidi
Dr. H.M. Cuppen (RU)
Kinetics in Soft Molecular Layers – from
De subsidie Vernieuwingsimpuls Vidi
interstellar ices to polymorph control –
(voor drie tot acht jaar na promotie)
bedraagt maximaal 800.000 euro en is
Dr. D. Dubbeldam (UvA)
bedoeld om een eigen onderzoekslijn
Towards a blueprint for designing effi-
te ontwikkelen en een onderzoeks-
cient structured mesoporous materials:
groep op te bouwen. Met de subsidie
Insight into adsorption and diffusion
kunnen de onderzoekers vijf jaar lang
onderzoek doen.
Dr. S. Mohammed (UU)
In-depth enabling proteomics technologies enhancing the understanding of
adult stem cell differentiation
96
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Vernieuwingsimpuls Vici
Prof. dr. J. Oomens (FOM-instituut
DIFFER)
De subsidie Vernieuwingsimpuls Vici
The chemistry underlying novel peptide
(voor acht tot vijftien jaar na promotie)
sequencing methods
bedraagt maximaal 1,5 miljoen euro en
is bestemd voor zeer ervaren onder-
Dr. B. de Bruin (UvA)
zoekers die een vernieuwende onder-
Radicals in Catalysis; Selective Metal-
zoekslijn hebben ontwikkeld. De
Mediated Radical-Type Transformations
wetenschappers behoren tot de top
van hun onderzoeksveld en hebben
Dr. J.T.M. Kennis (UvA)
bewezen dat ze als coach voor jonge
Shedding light on the optogenetics
onderzoekers kunnen optreden. Met
toolbox
deze subsidie kunnen de onderzoekers
in vijf jaar tijd een eigen onderzoeksgroep opbouwen of uitbreiden.
NWO-middelgroot
De subsidie NWO-middelgroot heeft
Toekenningen 2010
als doel wetenschappers financieel te
ondersteunen bij de aanschaf van
Prof. dr. E.P.A.M. Bakkers (TU/e)
apparatuur. Hiermee wil NWO investe-
Nanowire Growth
ringen in onderzoeksinfrastructuur
aanmoedigen en steunen. NWO
Prof. dr. ir. J.C.M. van Hest (RU)
betaalt maximaal 75 procent van de
Kinetically controlled peptide-polymer
kosten van de investeringen. De instel-
artificial organelles
ling waaraan het onderzoek wordt uitgevoerd, draagt minimaal 25 procent
Prof. dr. M.H. Baldus (UU)
bij. De bijdrage van NWO varieert van
Towards in-situ structural biology: Map-
110.000 tot 1.500.000 euro.
ping folding and functional landscapes
of cellular machines
Toekenningen 2011 (ronde 2010)
Prof. dr. W.T.S. Huck (RU)
Dr. A.C. Terwisscha van Scheltinga (RUG)
Picoliter droplets to mimic the chemical
Micro-scale protein purification and cha-
environment within cells
racterisation workstation for protein
structural biology
Toekenningen 2011
Prof. dr. B.L. Feringa (RUG)
Prof. dr. R.F. Ketting (Hubrecht Instituut
Rapid analysis in asymmetric catalysis,
voor Ontwikkelingsbiologie en Stamcel-
total synthesis and systems chemistry
onderzoek)
RNAi and chromatin across generations
Prof. dr. R.P. Sijbesma (TU/e)
Calorimetry for self-assembly of (bio)
functional molecules and materials.
97
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Dr. C.P.M. van Mierlo (WUR)
Sectorplan Natuur- en Scheikunde. Met
Multi-mode confocal microscope for
de BAZIS-subsidie vindt een inhaalslag
exploring single-molecule protein
op het gebied van apparatuur plaats,
folding, protein complex assembly, and
die binnen de chemie zeer gewenst en
transcriptional dynamics
noodzakelijk is. Er wordt in tegenstelling tot Investeringen NWO-
Dr. J.T.M. Kennis (UvA)
middelgroot geen matching van de
From sunlight to fuel: a versatile all-
instellingen gevraagd.
timescale spectrophotometer to assess
solar energy conversion in artificial
De zes miljoen euro per jaar waarmee
photosynthetic devices.
CW uitvoering geeft aan het
Sectorplan Natuur- en Scheikunde,
Toekenningen 2012 (ronde 2011)
worden – naast de reguliere vrije competitie (TOP, ECHO en NWO-
Prof. dr. ir. M.W. Fraaije (RUG)
middelgroot) – als volgt ingezet:
Facility for a multi-purpose stopped-flow
system to unravel enzyme kinetics
In 2010-2011 en 2011-2012:
BAZIS-subsidies (Basis Apparatuur Zwaar-
Prof. dr. G.A. van der Marel (UL)
tepunten in Scheikunde) voor ‘workhor-
Automated synthesis of phosphate
se’-apparatuur.
containing biopolymers
In 2011-2012, 2012-2013 en 2013-2014:
ECHO-STIP-subsidies (Excellent CHemisch
Dr. H. Ovaa (NKI)
Onderzoek – Sectorplan Tweede geld-
Large Scale Peptide Synthesis and
stroom Intree Project).
Purification
2013-2014 en 2014-2015:
TOP-PUNT-subsidies voor de verdere ver-
Prof. dr. P. Gros (UU)
sterking van de zwaartepunten uit het
Multivalent interactions studied
Sectorplan.
by Surface Plasmon Resonance
Toekenningen 2011
Prof. dr. E.J. Boekema (RUG)
Exploring soft matter and protein
UT – Focusgebied: Complexe moleculaire
structures by electron microscopy
systemen
Zwaartepunt: Bio-nano, soft matter en
supramoleculaire chemie
Basis Apparatuur Zwaartepunten In
Kernspin in het supramoleculaire web
Scheikunde (BAZIS)
RUG – Focusgebied: Levens- en biomediBAZIS staat voor Basis Apparatuur
sche wetenschappen
Zwaartepunten In Scheikunde. De sub-
Zwaartepunt: Chemische Biologie
sidie is bedoeld voor het aanvragen
Gewichtige metingen in een chemisch-
van workhorse-apparatuur ter verster-
biologisch zwaartepunt
king de chemische zwaartepunten
zoals die zijn gedefinieerd binnen het
98
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
VU – Focusgebied: Materiaalwetenschap-
RUG - Focusgebied: Materiaalweten-
pen, fysische chemie en nanotechnologie
schappen, fysische chemie en nanotech-
Zwaartepunt: Analytische chemie
nologie
Instrumentatie voor specifieke bioana-
Zwaartepunt: Functionele materialen
lyse van levende systemen
Kristalstructuur Bepaling voor Functionele Materialen
TUD – Focusgebied: Complexe
moleculaire systemen
TU/e – Focusgebied: Duurzame chemie en
Zwaartepunt: Complexe
chemische (bio)technologie
moleculaire systemen
Zwaartepunt: Procestechnologie
Massaspectrometrie aan dynamische
Geavanceerd meten in geïntensifeerde
supramoleculaire systemen
reactoren
RUG – Focusgebied: Duurzame chemie en
UvA & VU – Focusgebied: Materiaalwe-
chemische (bio)technologie
tenschappen, fysische chemie en nano-
Zwaartepunt: Katalyse en groene chemie
technologie
Research apparatuur voor moleculaire
Zwaartepunt: Analytische chemie
chemie in het nieuwe Centrum voor
Fotonen voor Chemie
Levenswetenschappen van de RuG
UvA – Focusgebied: Duurzame chemie en
TUD – Focusgebied: Duurzame chemie en
chemische (bio)technologie
chemische (bio)technologie
Zwaartepunt: Synthese en katalyse
Zwaartepunt: (Bio)procestechnologie
Moleculaire structuuropheldering
Kijken met röntgenogen
UU – Focusgebied: Duurzame chemie en
TUD – Focusgebied: Materiaalweten-
chemische (bio)technologie
schappen, fysische chemie en
Zwaartepunt: Katalyse
nanotechnologie
Basis Apps voor Biomassa Katalyse
Zwaartepunt: Nanowetenschappen
Oppervlakteanalyse op de nanometer-
UU – Focusgebied: Complexe moleculaire
schaal
systemen
Zwaartepunt: Colloïden
Toekenningen 2012 Röntgentomografie van kunstmatige
opalen
RU – Focusgebied: Complexe moleculaire
systemen
UU – Focusgebied: Levens- en biochemi-
Zwaartepunt: Supramoleculaire chemie
sche wetenschappen
Oog voor complexe systemen
Zwaartepunt: Structuurbiologie
De chemie tussen biomoleculen
RUG – Focusgebied: Levens- en biomedische wetenschappen
VU & UvA – Focusgebied: Materiaalwe-
Zwaartepunt: Chemische biologie
tenschappen, fysische chemie en nano-
Biomolecule Production Pipeline
technologie Zwaartepunt: Computational chemie
Amsterdams virtuele chemie laboratorium
99
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Rubicon
Dr. S.M. Kooistra (v) 20-02-1981, RUG ->
University of Copenhagen – Biotech
Rubicon biedt recent gepromoveerde
Research & Innovation Centre (DK),
wetenschappers de mogelijkheid erva-
24 maanden
ring op te doen aan een excellent bui-
Genregulatie tijdens embryonale
tenlands topinstituut voor een periode
ontwikkeling
van maximaal twee jaar. In beperkte
mate is het ook mogelijk een verblijf
Dr. S.C.S. Lai (m) 20-07-1982, UL -> Uni-
aan een excellent Nederlands onder-
versity of Warwick (UK), 24 maanden
zoeksinstituut aan te vragen. Zij ont-
Het bestuderen van individuele nano-
vangen de beurs wegens hun bewezen
deeltjes
talent voor het doen van innoverend
en grensverleggend onderzoek.
Drs. J.W. van de Meent (m) 01-10-1980,
Rubicon-subsidies worden toegekend
UL -> Columbia University – Theoretische
voor een één- tot tweejarige onder-
Biofysica (USA), 18 maanden
zoeksperiode. Rubicon geldt als een
Spieken naar moleculen
goede opstap voor de Veni-subsidie.
Dr. V. Saggiomo (m) 31-07-1980, Christian
www.nwo.nl/rubicon
Albrechts Universität Kiel (DE) -> RUG –
Synthetisch Organische Chemie (NL),
24 maanden
Toekenningen 2010
Eiwitoppervlakken herkennen met nanodeeltjes
Dr. A.A. Bakulin (m) 24-08-1982, RUG ->
University of Cambridge, Physics Depart-
Drs. J van Sijl (m) 21-07-1982, VU -> Uni-
ment (GB), 16 maanden
versity of Bristol – Department of Earth
How do electrons hop to make plastics
Sciences (UK), 24 maanden
conductive?
Op ‘t randje
D.M. Kool (v) 06-09-1982, WUR -> RU,
Dr. P.J. Boersema (m) 1982, UU -> Max
Microbiologie (NL), 12 maanden
Planck Instituut voor Biochemie, Afdeling
Het wonderlijke leven van de stikstof-
Proteomics en Signaaltransductie (DE),
kringloop
24 maanden
Vingerafdruk van kanker
Dr. M.D. Witte (m) 14-09-1981, UL -> MIT,
Whitehead Institute for biomedical
T.J. Boltje (m) 1983, University of Georgia
research (USA), 24 maanden
(VS) -> RU, Synthetisch Organische
Het specifiek modificeren van eiwitten
Chemie (NL), 24 maanden
Bacteriële en virale infecties: een zoet-
Dr. O. Fatunsin (m) 04-04-1978, University
zure kwestie
of Rostock (DE) -> RU – Synthetisch Organische Chemie (NL), 24 maanden
Drs. M. Juriček (m) 1982, RU -> North­
Explosieve reacties voor medische
western University, Mechanostereoche-
toepassingen
mistry (VS), 24 maanden
Moleculaire harde schijven
100
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
A.A. Kocherzhenko (m) 1983, TUD ->
Mr. A.M. Shultz (m) 1984, Northwestern
University of California, Berkeley (VS),
University, Evanston, Illinois (VS) -> UvA
24 maanden.
-HIMS (NL), 24 maanden
Sneller transport van lading en energie
Fotokatalysatoren inpakken voor
door moleculen
kunstmatige fotosynthese
Dr. D.J. (Daniela) Kraft (v) 1983, UU –>
J. Boekhoven, MSc (m) 1984, TUD ->
New York University, Center for Soft
Northwestern University - The Stupp Lab.
Matter Research (VS), 24 maanden
(VS) , 24 maanden
Verfrommelde schillen als modelsysteem
Slimme microcapsules voor nieuw
voor virussen
hersenweefsel
Dr. M. Tanenbaum (m) 1980, UMCU ->
Drs. L.M.C. Janssen (v) 1983, RU ->
UCSF San Francisco, Molecular and Cellu-
Columbia University - Department of
lar Pharmacology (VS), 24 maanden
Chemistry (VS), 24 maanden
Celdeling onder de loep
Een heldere kijk op glas
Toekenningen 2011
Drs. G. Trynka (v) 1983, RUG -> Harvard
Medical School - Robert Plenge Group
Dr. E. Bat (m) 1981, UT -> University of
(VS), 24 maanden
California, Los Angeles - Department of
Identification of molecular mechanisms
Chemistry & Biochemistry / California
underlying association signals in com-
Nanosystems Institute (VS), 24 maanden
plex diseases
Plastics helpen om het potentieel van
stamcellen te realiseren
A.J.W. te Velthuis (m) 1983, UL -> University of Oxford (UK), 24 maanden
Dr. C.R. Berkers (v) 1980, UL -> Beatson
Influenzavirusreplicatie per seconde
Institute for Cancer Research (UK),
24 maanden
Dr. A.A. Verhoeff (v) 1983, UU -> Univer-
Kankercelmetabolisme onder de loep
sity of Oxford - Department of Chemistry (UK), 24 maanden
Dr. H.I. Ingólfsson (m) 1979, Weill Cornell
Druppels en grensvlakken manipuleren
Medical College, NY (VS) -> RUG - Biop-
met licht
hysics (NL), 24 maanden
Bijwerkingen van medicijnen bezien op
R.P. de Vries, MSc (m) 1983, UU -> The
moleculair niveau
Scripps Research Institute, San Diego
California (VS), 24 maanden
Drs. M.A. Langereis (m) 1979, UU -> RU Afdeling Medische Microbiologie (NL),
24 maanden
Hoe worden gevaarlijke virussen
herkend?
Griep, een meester in het aanpassen
101
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Ir. D. Brinks (m), ICFO (ES) -> Harvard Uni-
ChemThem
versity - Departments of Chemistry and
Chemical Biology and of Physics (US),
Een ChemThem-initiatief bevat een
24 maanden
chemisch/moleculaire wetenschappe-
Kwantummagnetisme bij kamertempera-
lijke vraagstelling, die via uitdagende
tuur
en innovatieve onderzoeksbenaderingen wordt aangepakt. Het programma
Dr. R. Gramage-Doria (m), Université de
adresseert nieuwe onderzoeksterrei-
Strasbourg (FR) -> UvA - HIMS (NL),
nen met baanbrekend onderzoek.
24 maanden
Door het opzoeken van de grenzen
Bio-inspired supramolecular architectu-
qua kennis kunnen ideeën gegene-
res for intra-cavity catalysis
reerd worden die op termijn voor de
voornaamste trend in het betreffende
MSc. G.J. van der Heden-van Noort (m),
(deel)vakgebied zullen zorgen.
UL -> Humboldt Universität zu Berlin Department of Chemistry (DE),
18 maanden
ChemThem: Chemical Biology
Diagnose op moleculair niveau
Toekenningen 2011
Dr. W.P.R. Verdurmen (m), RU -> Univer-
Dr. J.G. Roelfes (RUG) & Dr. M.G. Rots
sität Zürich - Biochemisches Institut (CH),
(UMCG)
24 maanden
Chasing ROS: New Molecular Tools for
Eiwitten de weg wijzen
the Study and Manipulation of Reactive
Oxygen Species in Living Cells
Mr. X. (Xiao) Wang (m), National University of Singapore (SG) -> UT - Faculty of
Prof. dr. ir. J.C.M. van Hest (RU) & Prof. dr.
Science & Technology (NL), 24 maanden
C.G. Figdor (UMC St Radboud) &
Nanoscale Oxide Electronics
Prof. dr. A.E. Rowan (RU)
Artificial Dendritic Cells
Prof. dr. H.S. Overkleeft (UL) & Prof. dr.
J.M.F.G. Aerts (AMC)
Chemical biology of glucosylceramide
metabolism: fundamental studies and
clinical applications for Gaucher disease
Prof. dr. D.J. Slotboom (RUG) & Dr. A.K.H.
Hirsch (RUG) & Prof. dr. B. Poolman (RUG)
Small molecule modulators of essential
transport functions in pathogenic
bacteria
102
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Prof. dr. G.C. Angenent (WUR) & Prof. dr.
Samenwerking China - Joint Scientific
H. Zuilhof (WUR)
Thematic Research Programme (JTSP)
Chemistry in bloom: elucidating the
transition to flowering in plants
Het doel van het gezamenlijke onderzoeksprogramma van China en
Nederland, het Joint Scientific
ChemThem: Out-of-equilibrium
Research Programme (JSTP), is het
self assembly
bevorderen van duurzame samenwer-
Toekenningen 2011
king tussen onderzoekers uit beide
landen door financiering van geza-
Prof. dr. E.W. Meijer (TU/e) & Dr. ir. T.F.A.
menlijke onderzoeksprojecten en
de Greef (TU/e) & Prof. dr. W.T.S. Huck
seminars.
(RU)
Controlled Reaction-Diffusion in
Self-Assembled Systems
Toekenningen 2010
Prof. dr. A. Herrmann (RUG) & Prof. dr.
Prof. dr. E.J.M. Hensen (TU/e) , Prof. dr. ir.
S.J. Marrink (RUG) & Prof. dr. B. Poolman
B.m. Weckhuysen (UU)
(RUG)
Towards a recyclable catalytic system for
Complex Functions in Colloidal Vesicle
the efficient production of platform
Systems Mediated by DNA
molecules from cellulosic biomass:
heterogenization of catalytic ensembles
Prof. dr. S. Otto (RUG) & Dr. ir. J. van der
Gucht (WUR)
Prof. dr. K. Blok (UU)
Out-of-Equilibrium Assembly of Dynamic
Biorefineries for China and Europe ?
Combinatorial Hydrogels
The Road to Sustainability
Dr. ir. J.H.B. Sprakel (WUR) & Prof. dr.
Dr. ir. R.P. de Vries (KNAW-CBS)
M.A. Cohen Stuart (WUR) & Dr. A. Kros
Reducing the stringency of chemical and
(UL)
thermal treatments of plant biomass for
Colloidal LEGO with peptides
bio-fuel production by developing more
efficient enzyme mixtures.
Prof. dr. G.J. Vancso (UT) & Prof. dr. ir. A.
van den Berg (UT)
Prof. dr. ir. M.C.M. van Loosdrecht (TUD)
Crosslinking polymer microparticles in
Sustainable biofuel production from
non-equilibrium with light: Redox-active
organic waste via polyhydroxyalkanoa-
designer hydrogels for low-cost lab-on-
tes
paper diagnostics.
103
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Samenwerking Verenigde Staten van
Astrochemie
Amerika - internationale samenwerking
in de chemie
Het Astrochemieprogramma brengt
expertise uit de astronomie en de che-
Het doel van het programma
mie samen om onderzoek te doen naar
Internationale Samenwerking in de
het ontstaan en de evolutie van mole-
Chemie is het realiseren van de strate-
culen in het heelal. Hiervoor is een
gische doelen van zowel NWO als de
coherent onderzoeksprogramma ont-
National Science Foundation (NSF)
wikkeld rondom vier onderzoeksthe-
voor het ontwikkelen van een brede,
ma’s: (1) de vorming, vernietiging en
wereldwijd betrokken, wetenschappe-
excitatie van eenvoudige moleculen in
lijke en technische beroepsgroep. De
de gasfase; (2) de rol van stof en ijs in
subsidies bieden de mogelijkheid om in
het heelal; (3) de chemische evolutie
internationaal verband nieuwsgierig-
van polycyclische aromatische koolwa-
heidsgedreven onderzoek van hoge
terstoffen; en (4) het ontstaan van de
kwaliteit uit te voeren op het gebied
chemische bouwstenen van leven. De
van de (moleculaire) chemie en chemi-
invulling van het programma is bot-
sche technologie. De synergie tussen
tom-up tot stand gekomen. Het
de Nederlandse en Amerikaanse
Astrochemieprogramma heeft een
onderzoekers en de toegevoegde
budget van drie miljoen euro, en
waarde van hun samenwerking zijn
wordt gezamenlijk gefinancierd door
hierbij essentieel.
het NWO-gebied Chemische
Wetenschappen en het NWO-gebied
Exacte Wetenschappen.
Toekenningen 2010
Prof. dr. ir. J. Huskens (UT) & Prof. P.S.
Toekenningen 2010
Weiss (University of California at Los
Gas-phase Astrochemistry
Angeles)
Single-molecule imaging, dynamics, and
Prof. dr. W.M.G. Ubachs (UvA)
electronics at multivalent host-guest
Photodissociation experiments on small
surfaces
molecules
Prof. dr. R.P. Sijbesma (TU/e) & Prof. dr.
Prof. dr. E.F. van Dishoeck (UL)
S.L. Craig (Duke University)
Photodissociation and excitation of
Mechanochemical probes of supramole-
molecules in protoplanetary disks
cular polymer networks
Prof. dr. B.L. Feringa (RUG) & Prof. dr.
D.G. Blackmond (Scripps Research Institute)
A systems chemistry approach to self
assembly and self replication
104
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Prof. dr. D.H. Parker (RU)
Dr. T.A. Schlathölter (RUG)
Photodissociation branching ratios of
The chemical evolution of PAHs driven
large molecules
by energetic ion interaction
Prof. dr. ir. G.C. Groenenboom (RU)
Prof. dr. A.G.G.M. Tielens (UL)
Theory of vibration-rotation inelastic
Astronomical implications
collisions
Prof. dr. D.H. Parker (RU)
The Prebiotic Universe
Experimental studies of vibration-rotation inelastic collisions
Prof. dr. E. Vlieg (RU)
Amino-acid formation controlled by
chiral template
The Solid Universe – Ice and Dust
Prof. dr. B.L. Feringa (RUG)
Prof. dr. L.B.F.M. Waters (UvA)
Formation of chiral meteoritic prebiotic
The physics and chemistry of metallic Fe
molecules
and FeS nano clusters
Prof. dr. P. Rudolf (RUG)
Forensic Science
Dust surface chemistry in the inner Solar
Nebula
Doel van het programma Forensic
Science is het versterken van het
Prof. dr. H.V.J. Linnartz (UL)
onderzoek op het gebied van de foren-
Shining light on ice (molecules)
sische wetenschap in Nederland, het
creëren van nieuwe kenniszwaarte-
Prof. dr. F.M. Bickelhaupt Jr (UvA)
punten en het vormen van een
Molecular complexity in the solid state:
gemeenschap van onderzoekers en
theory meets experiment
gebruikers op het gebied van forensische wetenschappen.
Prof. dr. G.J. Kroes (UL)
MD/MC simulations of photo-induced
Met het onderzoek wil het programma
reactions of H2O photofragments with
bijdragen aan de verdere ontwikkeling
CO ice
van state of the art onderzoektechnieken die in veelal multidisciplinaire context ingezet kunnen worden in het
From PAHs to chains, rings and cages
forensisch proces. Het programma richt
zich daarom op multidisciplinair onder-
Prof. dr. J. Oomens (FOM-instituut
zoek op het grensvlak tussen weten-
DIFFER)
schapsdisciplines, maar ook tussen
The photochemical evolution of PAHs
wetenschap en forensische praktijk.
www.nwo.nl/forensicscience
105
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Toekenningen 2011
Science for Arts
Prof. dr. M. Kayser (Erasmus MC)
Het programma Science4Arts is een ini-
Estimating trace deposition time using
tiatief van de NWO-gebieden Geestes­
circadian biomarkers
wetenschappen, Chemische en Exacte
Wetenschappen. Het onderzoekspro-
Dr. J.F.J. Laros (LUMC)
gramma richt zich op het onderzoeken
Metagenomic analysis of forensic
van veranderingen in kunstwerken,
biological traces
zowel wat betreft de chemische en
fysieke eigenschappen van een werk,
Prof. dr. R.W.J. Meester (UvA)
als de betekenis en inhoud van het
Familial Searching
object zelf, en de context van het
kunstwerk. Binnen de projecten wer-
Prof. dr. M.W.F. Nielen (WUR)
ken wetenschappers uit verschillende
The Molecular Basis of Chemical Hair
disciplines samen met experts uit de
Evidence
kunstwereld.
Prof. dr. M. de Rijke (UvA)
Semantic Search in E-Discovery
Toekenningen 2011
Prof. dr. ir. P.J. Schoenmakers (UvA)
Prof. dr. J. Dik (TUD) / dr. P. Noble
COMFOR: The use of comprehensive
(Mauritshuis)
two-dimensional chromatographic
Nieuw licht op Rembrandt: door de verf-
methods for chemical profiling of com-
lagen heen
plex natural materials
Prof. dr. P.D. Iedema (UvA) /
Prof. dr. M.J. Sjerps (UvA)
dr. A. van Loon (Mauritshuis)
Combining evidence in legal (forensic)
Veranderende verf en de gevolgen voor
casework
conservering, het presenteren en bewaren van Van Eyck tot Mondriaan
Dr. ir. R.N.J. Veldhuis (UT)
Forensic Face Recognition
Prof. dr. M.E.R.G.N. Jansen (UL) /
prof. dr. ir. A. Schmidt-Ott (TUD)
Dr. H.B. Verheij (RUG)
Gedeeld verleden: Mexicaans beeld-
Designing and Understanding Forensic
schrift
Bayesian Networks with Arguments and
Scenarios
Prof. dr. E.O. Postma (UvT)
REVIGO: REassessing VIncent van GOgh
Dr. ir. H.L. Schellen (TU/e) /
dhr. P.H.J.C. van Duin (Rijksmuseum)
Het ideale duurzame klimaat voor
houten panelen
106
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Prof. dr. C.J.M. Zijlmans (UL) / drs. T.H.C.
Prof. dr. R.M.A. Heeren (FOM-instituut
Visser (Stedelijk Museum Amsterdam)
AMOLF)
Foto’s voor de toekomst
Miniaturizing Mass Spectrometry, Bringing Mass Spectrometry to Daily life
TASC Comprehensive Analytical Science
Prof. dr. L.M.C. Buydens (RU)
and Technology - TA-COAST
Analysis of Large data sets By Enhanced
Robust Techniques
Het doel van het TA-COAST R&D
programma is om onderzoek, ontwik-
Dr. F.J.M. Harren (RU)
keling en innovatie in de analytische
Real time, in-vivo measurement of semi-
wetenschap te stimuleren voor de volle
volatiles in air/breath: two orders of
breedte van de toepassingsgebieden
magnitude more sensitive than the
en de wetenschap. Om het innovatie-
current Proton transfer reaction mass
en valorisatiepotentieel te maximalise-
spectrometers
ren, is het programma zo opgezet dat
het de kruisbestuiving tussen de funda-
Prof. dr. R.P.H. Bischoff (RUG)
mentele wetenschap, analytische tech-
Analysis of Biomolecules on Surfaces
nologieën en toepassingsgebieden
(BIOSURF)
bevordert en faciliteert. Het R&D programma moet leiden tot doorbraken in
Dr. G.I. Vivó-Truyols (UvA)
analytische technologieën met toepas-
Chromametrics: expanding the possibili-
singen in vele gebieden.
ties of chemometrics in the chromatographic domain
TA-COAST is een onderdeel van het
TASC-programma Technology Areas for
Prof. dr. J. van Duynhoven (WUR)
Sustainable Chemistry, een publiek-pri-
DIffusional NAnoprobes for MultI-length
vaatsamenwerkingsprogramma van
Scale material CHaracterisation (DINA-
NWO/ACTS.
MISCH)
Prof. dr. H. Irth (UvA)
Toekenningen 2011
Enhanced bioresolution and miniaturization of Surface Plasmon Resonance opti-
Prof. dr. A.P.M. Kentgens (RU)
cal sensing
Localized Spectroscopy of Polymers by
Solid-State NMR
Prof. dr. ir. P.J. Schoenmakers (UvA)
HYPERformance Liquid Chromatography
107
Chemische Wetenschappen / Toekenningen
Duurzaam waterstof -
ERA-NET Industrial Biotechnology (IB)
Valorisatiesubsidie
ERA-IB is een ERA-NET op het gebied
In de komende decennia zal ons ener-
van Industriële Biotechnologie (IB). Het
giesysteem moeten overschakelen van
is gericht op de totstandbrenging van
fossiele brandstoffen op hernieuwbare
grensoverschrijdende samenwerkings-
energiebronnen. Binnen deze visie zal
verbanden tussen industrieel en acade-
waterstof een belangrijke rol spelen
misch IB-onderzoek en het verbeteren
als ‘schone brandstof’. Het doel van
en versnellen van de overdracht van
het programma Duurzaam waterstof is
technologie.
het ontwikkelen van de kennis en de
technologische concepten die deze
overstap mogelijk maken. Toekenningen 2010
De Valorisatiesubsidie richt zich op het
ontwikkelen van vindingen die gedaan
Prof. dr. J.H. de Winde (TUD)
zijn tijdens fundamenteel onderzoek
Pseudomonas 2.0: industrial biocatalysis
op het gebied van duurzaam watersto-
using living cells
fonderzoek.
Prof. dr. V. Hessel (TU/e)
Combining efforts in enzyme and proToekenningen 2011
cess engineering to improve access to
multifunctional chiral intermediates
Prof. dr. B. Dam (TUD)
Hydrogen indicator tape
Dr. ir. A.J.A. van Maris (TUD)
Integral Engineering of Acetic Acid Tole-
Dr. P.E. de Jongh (UU)
rance in Yeast
Melt infiltration of porous matrices with
light metals, alloys or hydrides, to pre-
Prof. dr. W.J.H. van Berkel (WUR)
pare nanostructured materials for
Multi enzyme systems involved in astin
energy storage
biosynthesis and their use in heterologous astin production
108
Chemische Wetenschappen / Financieel overzicht
5.2 Financieel overzicht
LASTEN
TOP/ECHO-subsidies
TOP GO
CW-projecten en -programmasubsidies
Vrije competitie totaal
2009
2010
2011
11456
12672
11905
0
0
657
208
94
115
11664
12766
12677
BAZIS
0
0
1538
Sectorplan totaal
0
0
1538
1769
2719
481
Investeringen totaal
Veni
2330
3691
2116
Vidi
6630
6909
6112
Vici
5431
5443
6267
Athena
260
0
20
Overig
131
205
-43
14782
16248
14472
Persoonsgerichte stimulering totaal
Systeem Aarde
370
0
0
Opkomende technologieën
253
30
-92
Thema’s 2002-2006 totaal
623
30
-92
Systeembiologie
0
200
200
NWO-Nano
0
400
400
Science for Arts
0
172
297
Forensic Science
0
0
18
Astrochemie
0
200
200
500
Complexiteit
0
0
ChemThem-programma’s
0
0
0
Thema’s en themaprogramma’s 2007 - totaal
0
972
1615
159
192
206
CECAM/Lorentz Centrum
EUROCORES
0
32
79
JSTP Biomass
0
0
162
15
Samenwerking China
0
0
NSF ICC Samenwerking
0
0
0
104
43
0
ERA-NET Chemistry / CERC3
ACENET
66
66
66
ERA-IB
50
50
50
Internationalisering totaal
412
397
530
Kennisoverdracht + algemeen totaal
606
506
943
1650
2451
2316
31506
36089
34480
Bureaukosten totaal
TOTAAL LASTEN
109
Chemische Wetenschappen / Financieel overzicht
BATEN
2009
2010
2011
Reguliere bijdrage NWO
18573
18220
19939
Geoormerkte bijdrage NWO
13459
11458
13308
Geoormerkte bijdragen gebieden
Meerjarenraming NWO totaal
65
274
980
32097
29952
34228
138
Bijdragen industrie
0
0
Bijdragen internationaal
0
172
0
61
0
3000
0
0
0
61
172
3138
32158
30124
37366
-652
5965
-2884
31506
36089
34481
Bijdragen ministeries
Bijdragen EU
Bijdragen derden totaal
TOTAAL BATEN
Reserveringen
Totaal beschikbaar
Bedragen in duizend €.
Genoemde bedragen 2011 zijn onder voorbehoud.
110
Chemische Wetenschappen / Mensen
5.3Gebiedsbestuur
Chemische
Wetenschappen 2011
Gebiedsbestuur
Chemische
Wetenschappen 2012
Prof. dr. Ben Feringa, RUG (voorzitter)
De Executive Board van ACTS en het
Prof. dr. Ineke Braakman, UU
Gebiedsbestuur Chemische
Prof. dr. Martien Cohen Stuart, WUR
Wetenschappen zijn per 1 januari 2012
Prof. dr. Jan Hoeijmakers, Erasmus MC
samengevoegd tot één chemiebestuur.
Prof. dr. Koop Lammertsma, VU
De nieuwe samenstelling is als volgt:
Prof. dr. ir. Jaap Schouten, TU/e
Prof. dr. Ben Feringa, RUG (voorzitter)
Prof. dr. Han de Winde, TUD
(vice-voorzitter)
Prof. dr. Ineke Braakman, UU
(afgetreden per 1 februari 2012)
Prof. dr. Martien Cohen Stuart, WUR
Dr. Teun Graafland, Shell
Prof. dr. Jan Hoeijmakers, EUR
Prof. dr. Koop Lammertsma, VU
Prof. dr. Titia Sixma, NKI
Prof. dr. ir. Bert Weckhuysen, UU
Dr. Marcel Wubbolts, DSM
111
Chemische Wetenschappen / Mensen
5.4 Samenstelling Bureau Chemische Wetenschappen
Directie
Programmamanagers
Dr. Louis B.J. Vertegaal
Dr. ir. Remko Achten
(directeur NWO Cluster Chemische
Dr. Irene Hamelers
en Exacte Wetenschappen)
Dr. Varsha Kapoerchan
Dr. Tanja Kulkens
Dr. Marjolein Lauwen
(adjunct directeur Chemie)
Cynthia Markus MSc.
Dr. Marieke van Santen
Stafmedewerker
Dr. Margot Snel
Wia Snijder
Dr. Maartje de Snoo
Dr. Arlette Werner
Management
Dr. Ivo Ridder
Programmamedewerkers
Mark Schmets MSc.
Charlotte Kuiper
Dr. Maarten de Zwart
Susan Licumahua
Lydia Rahman
Evelyn Wiesen
Stafafdelingen en coördinatoren
Coördinatoren
Financiën
Dr. Mark Kas
Mark Keus
Dr. Nico Kos
Janice Chittick
Dr. Christiane Klöditz
Patrice den Dopper
Communicatie
Secretariaat
Marjolein Schlarmann
Sjouke Goeree
Ursula Bihari
Sarina Ishak
Drs. Jan Grimminck
Maxim van Ooijen
Debora Klaar
Serena Pattiruhu
Laura Jansen
Pam Schouten
Graciela Martinez
Dick van der Toorn
Drs. Annemarijke Jolmers
Wouter Weyland
Drs. Sabine Zinsmeister
112
Chemische Wetenschappen / Mensen
5.5 Leden commissies en besturen
Beoordelingscommissies TOP/ECHO
Focusgebied Chemie in relatie met Fysica/
2009-2010
Materialen
Prof. dr. G. ten Brinke, RUG (voorzitter)
Focusgebied Chemie in relatie met
Prof. dr. J.J.L.M. Cornelissen, UT
Biologische/ Medische Wetenschappen 1
Prof. dr. J.H. van Esch, TUD
Prof. dr. D. Hoekstra, RUG (voorzitter)
Prof. dr. C. Gooijer, VU
Prof. dr. R. Agami, NKI
Prof. dr. F.M.F. de Groot, UU
Prof. dr. P.G. Bolhuis, UvA
Dr. R.H.H.G. van Roij, UU
Prof. dr. J.F.C. Glatz, UM
Prof. dr. P. Rudolf, RUG
Prof. dr. W.J. de Grip, RU
Prof. dr. S.E. Speller, RU
Prof. dr. J.B. Helms, UU
Dr. R.M. Wolf, Philips
Dr. M.A. Hemminga, WUR
Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris)
Dr. G.D. Siegal, UL
Dr. P.J. Verschure, UvA
Focusgebied Chemie in relatie met
Ir. E.A.P. Bouman, NWO (secretaris)
Technologie/ Duurzaamheid
Prof. dr. J.C. Hummelen, RUG (voorzitter)
Focusgebied Chemie in relatie met
Prof. dr. M.R. Egmond, UU
Biologische/ Medische Wetenschappen 2
Prof. dr. G.J.M. Gruter, Avantium
Prof. dr. J.C. Wilschut, RUG (voorzitter)
Prof. dr. ir. J.G.M. Janssen, UvA
Prof. dr. W.J.H. van Berkel, WUR
Prof. dr. M.T.M. Koper, UL
Prof. dr. E.P.J.G. Cuppen, HIOS
Prof. dr. ir. A.J. Minnaard, RUG
Prof. dr. P.J.J. Hooykaas, UL
Prof. dr. K. Seshan, UT
Dr. J.S. Lolkema, RUG
Prof. dr. H.J. Veringa, TU/e
Dr. H. Ovaa, NKI
Prof. dr. H.W. Zandbergen, TUD
Dr. M. Spaargaren, AMC
Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris)
Prof. dr. G.W. Vuiste, RU
Prof. dr. E.C. Zwarthoff, Erasmus MC
Beoordelingscommissies TOP/ECHO
Ir. E.A.P. Bouman, NWO (secretaris)
2010-2011
Focusgebied Chemie in relatie met
Focusgebied Chemie in relatie met
Biologische/ Medische Wetenschappen 3
Biologische /Medische Wetenschappen 1
Prof. dr. C.G. Kruse, Solvay/UvA (voorzitter)
Prof. dr. H.Th.M. Timmers, UMC Utrecht
Prof. dr. C.J. Elsevier, UvA
(voorzitter)
Prof. dr. M.B. Groen, VU
Prof. dr. B.W. Dijkstra, RUG
Prof. dr. Th. Hankemeier, UL
Dr. B.J.L. Eggen, UMC Groningen
Dr. A.B. Houtsmuller, Erasmus MC
Prof. dr. J.F.C. Glatz, UM
Dr. B. Kaptein, DSM
Prof. dr. W.J. de Grip, UMC St. Radboud
Prof. dr. K. Nicolay, TU/e
Dr. A.B. Houtsmuller, Erasmus MC
Prof. dr. M.W.F. Nielen, WUR
Dr. C. Logie, RU
Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm, UM
Dr. ir. G.J. Strijkers, TU/e
Ir. E.A.P. Bouman, NWO (secretaris)
Prof. dr. P.D.E.M. Verhaert, TU/e
Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris)
113
Chemische Wetenschappen / Mensen
Focusgebied Chemie in relatie met
Focusgebied Chemie in relatie met
Biologisch /Medische Wetenschappen 2
Fysica /Materialen 2
Prof. dr. D. Hoekstra, UMC Groningen
Prof. dr. G. ten Brinke, RUG (voorzitter)
(voorzitter)
Prof. dr. J.J.L.M. Cornelissen, UT
Prof. dr. P.G. Bolhuis, UvA
Prof. dr. B. Dam, TUD
Prof. dr. J.B. Helms, UU
Dr. M.H.G. Duits, UT
Prof. dr. P.J.J. Hooykaas, UL
Prof. dr. R. van Grondelle, VU
Prof. dr. R. Kanaar, Erasmus MC
Prof. dr. A.W. Kleijn, UvA
Dr. J.S. Lolkema, RUG
Prof. dr. C.R. Ronda, Philips Research
Dr. M. Spaargaren, AMC
Europe
Prof. dr. ir. S.J. Tans, AMOLF/TUD
Prof. dr. R.P. Sijbesma, TU/e
Prof. dr. S.C. de Vries, WUR
Prof. dr. S.E. Speller, RU
Dr. M.W. de Snoo, NWO (secretaris)
Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris)
Focusgebied Chemie in relatie met
Focusgebied Chemie in relatie met
Biologisch /Medische Wetenschappen 3
Technologie /Duurzaamheid
Prof. dr. D.B. Janssen, RUG (voorzitter)
Prof. dr. ir. J.A.M. Kuipers, TU/e
Dr. M.C.R. Franssen, WUR
(voorzitter)
Prof. dr. H.J.M. de Groot, UL
Prof. dr. W.J. Briels, UT
Dr. B. Kaptein, DSM
Dr. B. de Bruin, UvA
Dr. M. Merkx, TU/e
Prof. dr. G. Eggink, WUR
Prof. dr. ir. R.V.A. Orru, VU
Prof. dr. G.J.M. Gruter, Avantium
Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm em., UM
Dr. W.G. Haije, ECN
Dr. S.G.D. Rüdiger, UU
Prof. dr. K. Seshan, UT
Dr. W. Verboom, UT
Prof. dr. J.G. de Vries, RUG
Dr. M.W. de Snoo, NWO (secretaris)
Prof. dr. R. Wever, UvA
Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris)
Focusgebied Chemie in relatie met Fysica
/Materialen 1
Beoordelingscommissie TOP GO BETA
Prof. dr. ir. R.A.J. Janssen, TU/e
2010
(voorzitter)
Prof. dr. D.A. Wiersma, RUG
Prof. dr. E.P.A.M. Bakkers, TU/e/TUD
(voorzitter)
Dr. A.J. Böttger, TUD
Prof. dr. J.C.M. Baeten, TU/e
Prof. dr. H.B. Broer-Braam, RUG
(vice-voorzitter)
Dr. A. Dortmans, TNO
Prof. dr. H.P. Barendregt, RU
Prof. dr. ir. G.C. Groenenboom, RU
Prof. dr. W.N. Brouw, RUG
Prof. dr. M.H.M. Janssen, VU
Prof. dr. P.J. Groot, RU
Dr. A.J.G. Mank, Philips Research Europe
Prof. dr. S.B. Kroonenberg, TU/d
Dr. H.L. Offerhaus, UT
Prof. dr. K. Lammertsma, VU
Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris)
Prof. dr. J.W. de Leeuw, NIOZ
Prof. dr. R. Tijdeman, UL
Drs. Y. Tuin, NWO (secretaris)
114
Chemische Wetenschappen / Mensen
Beoordelingscommissie TOP GO LIFE
Prof. dr. G.J.M. Pruijn, RU
2010
Prof. dr. V. Subramaniam, UT
Prof. dr. W.J. Quax, RUG (voorzitter)
Dr. M. de Snoo, NWO (secretaris)
Prof. dr. ir. C.M.J. Pieterse, UU
(vice-voorzitter)
VICI 2010
Prof. dr. B. Berkhout, AMC
Prof. dr. B. Poolman, RUG (voorzitter)
Prof. dr. J. Ellers, VU
Prof. dr. M. Bonn, AMOLF
Dr. ir. N.J. Galjart, Erasmus MC
Dr. M.A. Hemminga , WUR
Dr. T.M. Hackeng, UM
Prof. dr. ir. G.B Marin, U Gent
Prof. dr. M.G.M. Hunink, Erasmus MC
Prof. dr. H.S. Overkleeft, UL
Prof. dr. C.M.A. Pennartz, UvA
Prof. dr. T.T.M. Palstra, RUG
Prof. dr. ir. I.M.C.M. Rietjens, WUR
Prof. dr. J.N.H. Reek, UvA
Prof. dr. B. Wieringa, UMC St Radboud
Prof. dr. C.L. Wyman, EUR
Prof. dr. S.S. Wijmenga, RU
Dr. ir. R. Achten, NWO (secretaris)
Dr. I.H.L. Hamelers, NWO (secretaris)
VENI 2011
Beoordelingscommissie
Prof. dr. W.J. Buma, UvA (voorzitter)
Vernieuwingsimpuls
Prof. dr. A.J.R. Heck , UU
Dr. ir. N.A.M. Besseling, TUD
VENI 2010
Dr. K. Blank, RU
Prof. dr. W.J. Buma,UvA (voorzitter)
Prof. dr. ir. L. Brunsveld, TU/e
Dr. F.L. van Delft, RU
Dr. ir. B. Ensing, UvA
Dr. ir. B. Ensing, UvA
Prof. dr. R.J.M. Klein Gebbink, UU
Prof. dr. ir. M.W. Fraaije , RUG
Prof. dr. ir. L. Lefferts, UT
Prof. dr. W.K. Kegel, UU
Prof. dr. L.D.A. Siebbeles, TUD
Dr. S.C.J. Meskers, TU/e
Prof. dr. M. Smit, VU
Prof. dr. G. Mul, UT
Dr. L.M. Veenhoff, UMC Groningen
Prof. dr. F.A.A. Mulder, RUG
Dr. M.M. Lauwen, NWO (secretaris)
Prof. dr. L.D.A. Siebbeles, TUD
Prof. dr. M.J. Smit, VU
VICI 2011
Dr. M.M. Lauwen, NWO (secretaris)
Prof. dr. B. Poolman, RUG (voorzitter)
Prof. dr. H. van Amerongen, WUR
VIDI 2010
Prof. dr. B. Berkhout, AMC
Prof. dr. A.P. Philipse, UU (voorzitter)
Prof. dr. ir. J. Huskens, UT
Prof. dr. S.J. Marrink , RUG
Prof. dr. F. Kapteijn, TUD
Prof. dr. D.J. Broer ,TU/e
Prof. dr. I.J. van der Klei, RUG
Prof. dr. R.G.M. Croce, RUG
Prof. dr. A. Meijerink, UU
Dr. ir. J.E. ten Elshof, UT
Prof. dr. F.P.J.T. Rutjes, RU
Prof. dr. U. Hanefeld, TUD
Dr. ir. R. Achten, NWO (secretaris)
Prof. dr. R. Leurs, VU
Prof. dr. H. Lill, VU
Dr. J.H. van Maarseveen, UvA
Prof. dr. J.J.C. Neefjes , NKI/UL
115
Chemische Wetenschappen / Mensen
Commissie Investeringen NWO-
Beoordelingscommissie ChemThem —
middelgroot en BAZIS 2010, 2011
Out-of-Equilibrium Self-Assembly 2011
(ronde 2010)
Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm em.
Prof. dr. A.M. Deelder, LUMC
(voorzitter)
(voorzitter)
Prof. H.L. Anderson,
Prof. dr. ir. R.M. Boom, WUR
University of Oxford
Prof. dr. R. Brock, UMC St. Radboud
Prof. H.-J. Butt, Max Planck Institute
Prof. dr. S. de Feyter, KU Leuven, België
for Polymer Research
Dr. R. Hage, Rahu Catalytics Limited
Prof. dr. T. Cosgrov, University of Bristol
Prof. dr. P.H.H. Hermkens, MSD Research
Prof. dr. A. Fery,
Laboratories, Oss
Universität University of Bayreuth
Dr. P.J. Kooyman, TUD
Dr. M.J Hardie, University of Leeds
Prof. dr. J. Oomens, FOM-Rijnhuizen
Dr. I Huc, European Institute of
Prof. dr. W.L. de Laat, Hubrecht instituut
Chemistry and Biology Institut
Dr. A. Perrakis, NKI
Européen de Chimie et Biologie
Prof. em. dr. ir. W.S. Veeman, Universität
Prof. dr. C.A. Hunter,
Duisburg
University of Sheffield
Dr. M.A. van Santen, NWO (secretaris)
Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris)
Beoordelingscommissie NWO-
Beoordelingscommissie ChemThem —
middelgroot en BAZIS 2011, 2012
Chemical Biology 2011
(ronde 2011)
Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm em.
Prof. dr. J.F. van der Veen, Paul Scherrer
(voorzitter)
Institute (voorzitter)
Prof. dr. T. Carrell, University of Munich
Prof. dr. R. Brock, UMC Radboud
Prof. dr. B.G. Davis,
Prof. dr. A.M. Deelder, LUMC
University of Oxford
Dr. R. Hage, Catexel BV
Prof. dr. R. Gerardy-Schah,
Prof. dr. W.R. Hagen, TUD
Medizinische Hochschule Hannover
Prof. dr. A. Hermann, RUG
Medical School
Prof. dr. P.A.J. Hilbers, TUD
Prof. dr. A. Marx,
Prof. dr. S.R.A. Kersten, UT
Universität University of Konstanz
Dr. P.J. Kooyman, TU/d
Prof. dr. C. Schultz, European
Prof. B.J. Ravoo, Westfälische Wilhelms
Molecular Biology Laboratory
Universität Münster
EMBL Heidelberg
Prof. J. Steyaert, Vrije Universiteit Brussel
Prof. dr. R. Tampé, Johann Wolfgang
Prof. dr. G.J. Vansco, UT
Goethe Universität University of
C. M. Markus MSc., NWO (secretaris)
Frankfurt
Prof. dr. H. Vogel, EPFL Lausanne
Prof. dr. L.A. Wessjohann, Leibniz
Institute
Dr. A.J. Wilson, University of Leeds
Dr. A.B. Werner, NWO (secretaris)
116
Chemische Wetenschappen / Mensen
Beoordelingscommissie Samenwerking
Drs M. van Duin, NWO (secretaris)
Verenigde Staten van Amerika -
Drs. R. Teeuwen, NWO (secretaris)
Internationale Samenwerking in de
Dr. A.B. Werner, NWO (secretaris)
Chemie (ICC) 2011
Prof. dr. J. Reedijk em. UL (voorzitter)
Beoordelingscommissie Forensic
Prof. dr. F.M.F. de Groot, UU
Science 2011
Prof. dr. J.C. Hummelen, RUG
Mr. G.C. Haverkate, Openbaar
Prof. dr. A.E. Rowan, RU
Ministerie (voorzitter)
Prof. dr. A. Schmidt-Ott, TUD
Prof. C.G.G. Aitken,- University of
Dr. R.J. de Vries, WUR
Edinburgh
Dr. A.B. Werner, NWO
Mr. E.E. van der Bijl,
Openbaar Ministerie
Samenwerking China, Joint Scientific
Dr. G. de Boeck, Nationaal Instituut
Thematic Research Programme, Joint
voor Criminalistiek en Criminologie
Research Projects (JSTP) beoordelingscom-
Prof. R. Cucchiara, Universita degli Studi
missie 2010
di Modena e Reggio Emilia
Prof. Y. Li, CAS Institute of
Prof. dr. K.Y. Franke, Gjøvik University
Microbiology (voorzitter, CHN)
College
Prof. dr. A.J.M. Schoot Uiterkamp, RUG
Prof. S.J. Haswell, University of Hull
(voorzitter, NL)
Dr. M. Pütz, Bundeskriminalamt
Dr. ir. J.W. Gosselink, Shell Global Solutions
Prof. dr. P.M. Schneider,
Prof. dr. ir. H.J. Heeres, RUG
Universität zu Köln
Prof. D. Shi, CASS Institute of
Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris)
Industrial Economics
Drs. M.L. van Duin, NWO (secretaris)
Prof. dr. ir. R.H. Wijffels, WUR
Prof. X. Zhao, Qingdao Institute of
International Assessment Committee
Bioenergy and Bioprocess Technology
Science4Arts 2011
Dr. M. de Zwart, NWO (secretaris)
Dr. M. Leona , The Metropolitan
Museum of Art Members (voorzitter)
Beoordelingscommissie Astrochemisty
Prof. dr. J. A. Smith
2010
Prof. dr. D. Hess Norris,
Prof. Dr. T. de Jong, UvA (voorzitter)
University of Delaware
Dr. C. Joblin, CESR, Toulouse, FR
Prof. dr. C. Hirschmugl,
Prof. dr. T. Millar,
University of Wisconsin
Queen’s University, Belfast, UK
Dr. B. Knight, British Library
Prof. dr. S. Schlemmer,
Dr. R. Sablatnig, Vienna
Universität zu Köln, DE
University of Technology
Prof. Dr. G. Vidali,
Prof. dr. K. van der Stighelen,
Syracuse University, USA
Katholieke Universiteit Leuven
Prof. Dr. A. Lazcano, Universidad Nacional
Dr. J. Wouters, Independent
Autónoma de México,
Conservation Scientist, Consultant
México City, MX
Belgium
Prof. Dr. M. McCoustra, Heriot-Watt
C. M. Markus MSc., NWO (secretaris)
University, Edinburgh, UK
Drs. M. Berendsen, NWO (secretaris)
117
Chemische Wetenschappen / Mensen
ERA-IB beoordelingscommissie 2010
TA-COAST R&D Review Committee
2011
Dr. I. Fotheringham, Ingenza
Prof. dr. C. Gooijer, VU (voorzitter)
(voorzitter, UK)
Prof. dr. E. Adams, Katholieke
Dr. E. Aittomäki, Neste Jacobs (FI)
Universiteit Leuven
Dr. B. Ferreira, Biotrend (PT)
Dr. F. van Damm, Dow Benelux BV
Prof. F. Gòdia, Autonomous
Prof. dr. D.E. Demco em.,
University of Barcelona (ES)
RWTH Aachen University
Dr. ir. C.D. de Gooijer,
Prof. P. van Espen,
Stichting Food & Nutrition Delta (NL)
Universiteit Antwerpen
Prof. P. Kafarski, Wrocław University
Prof. dr. B. Goderis, Katholieke
of Technology (PO)
Universiteit Leuven
Dr. E. Kiljunen, Orion Pharma (FI)
Prof. dr. ir. C.J. Groenenboom
Dr. P. Nossin, DSM en
Prof. dr. J. Haverkamp em.
Dutch Polymer Institute (NL)
Dr. M. Honing, DSM Resolve
Prof. P.F. Monsan, National Institute
Dr. R. Kostiainen, University of Helsinki
of Applied Sciences (FR)
Prof. dr. M. Mascini,
Dr. D. Ramón, Biópolis (ES)
University of Florence
Dr. G. Wich, Wacker Chemie (DE)
Dr. P. de Peinder, VibSpec-Training
Prof. dr. V.F. Wendisch, University
Prof. dr. P. Sandra, Research
of Bielefeld (DE)
Institute for Chromatography
Prof. dr. C. Schmidt,
Programmacommissie CHAINS2011
University of Paderborn
Prof. dr. R.J.M. Nolte, RU (voorzitter)
Prof. dr. R.M. Smit,
Prof. dr. W.J.H. van Berkel, WUR
Loughborough University
Prof. dr. H.Th.M. Timmers, UMCU
Prof. dr. ir. B.G.M. Vandeginste,
Prof. dr. P. Rudolf, RUG
VICIM B.V.
Prof. dr. R. Boelens, UU
Prof. dr. P.C. Zalm em.
Prof. dr. ir. J.A.M. Kuipers, TU/e
Dr. A.B. Werner, NWO (secretaris)
Prof. dr. J.N.H. Reek, UvA
Prof. dr. E.M.J. Verpoorte, RUG
Beoordelingscommissie Duurzaam
Mw. L. Pelleboer
waterstof, Valorisatiesubsidie 2011
Drs. J. Apotheker, RUG
Dr. A. Fischer, Yellow & Blue
Dr. M.M. Lauwen, NWO (secretaris)
Prof. dr. ir.. A.J.H. Janssen, Shell/WU
Prof. dr. H.B. Levinsky, RUG/KEMA
Dhr. J.P. van der Meer, Nedstack
Dhr. H. de Wit, Linde Gas Benelux
Dr. I.H.L. Hamelers, NWO (secretaris)
118
Chemische Wetenschappen / Mensen
Besturen CW studiegroepen eind 2011
Analytische scheikunde
Kristal- en structuuronderzoek
Prof. dr. Th. Hankemeier, UL
Dr. R. Peschar, UvA (voorzitter)
(voorzitter)
Prof. dr. L. van Meervelt, Katholieke
Prof. dr. A.P.M. Kentgens, RU
Universiteit Leuven
Dr. A.J.G. Mank, Philips Research Europe,
Drs. C.A. Reiss, PANalytical BV
Eindhoven
(secretaris)
Prof. dr. ir. P.J. Schoenmakers, UvA (secretaris)
Katalyse (NIOK)
Prof. dr. D. Vogt, TU/e (voorzitter)
Biomoleculaire chemie
Prof. dr. C.J. Elsevier, UvA
Prof. dr. ir. L. Brunsveld, TU/e
Prof. dr. U. Hanefeld, TUD
(voorzitter)
Prof. dr. E.J.M. Hensen, TU/e
Prof. dr. U. Hanefeld, TUD
Prof. dr. ir. K.P. de Jong, UU
Prof. dr. A.M.J.J. Bonvin, UU (secretaris)
Prof. dr. M.T.M. Koper, UL
Prof. dr. ir. L. Lefferts, UT
Chemie van de vaste stof
Prof. dr. S. Otto, RUG
en materiaalkunde
Prof. dr. F.P.J.T. Rutjes, RU
Prof. dr. A. Meijerink, UU (voorzitter)
Prof. dr. ir. B.M. Weckhuysen, UU
Prof. dr. B. Dam, TUD
Dr. I.H.L. Hamelers, NWO (secretaris)
Dr. W.A. Groen, TUD/TNO (secretaris)
Lipiden en biomembranen
Coördinatiechemie
Prof. dr. I.J. van der Klei, RUG
en homogene katalyse
(voorzitter)
Prof. dr. J.N.H. Reek, UvA (voorzitter)
Dr. C.A.M. de Haan, UU
Prof. dr. K. Lammertsma, VU
Dr. ir. W.K. den Otter, UT (secretaris)
Prof. dr. J.G. de Vries, DSM Innovative
Synthesis BV
Macromoleculen
Prof. dr. R.J.M. Klein Gebbink, UU (secre-
Prof. Dr. G. ten Brinke, RUG (voorzitter)
taris)
Prof. dr. T.J. Dingemans, TUD
Prof. dr. R.P. Sijbesma, TU/e (secretaris)
Eiwitten
Prof. dr. P. Gros, UU (voorzitter)
Nucleïnezuren
Prof. dr. D.J. Slotboom, RUG
Prof. dr. R.F. Ketting, Hubrecht Instituut
Dr. W.C. Boelens, RU (secretaris)
(voorzitter)
Dr. G.J.C. Veenstra, RU
Farmacochemie
Dr. F. van Leeuwen, Nederlands Kanker
Prof. dr. C.G. Kruse, Abbott Healthcare
Instituut (secretaris)
Products B.V. (voorzitter)
Prof. dr. A.S.S. Dömling, RUG
Ontwerp en synthese
Dr. I.J.P. de Esch, VU (secretaris)
Prof. dr. H.S. Overkleeft, UL (voorzitter)
Dr. B. Kaptein, DSM
Prof. dr. ir. A.J. Minnaard, RUG
Dr. W. Verboom, UT (secretaris)
119
Chemische Wetenschappen / Mensen
Procestechnologie
Prof. dr. ir. J.A.M. Kuipers, UT
(voorzitter)
Prof. dr. ir. H.E.A. van den Akker, TUD
Prof. A.B. de Haan, TU/e
Ing. G.H. Banis, UT (secretaris)
Structuur en reactiviteit
Prof. dr. ir. J. Huskens, UT (voorzitter)
Prof. dr. H. Zuilhof, WUR
Prof. dr. L.D.A. Siebbeles, TUD
(secretaris)
Spectroscopie en theorie
Prof. dr. H.B. Broer-Braam, RUG
(voorzitter)
Prof. dr. ir. G.C. Groenenboom, RU
Prof. dr. M.H.M. Janssen, VU
Prof. dr. W.L. Meerts, RU (secretaris)
Vloeistoffen en grensvlakken
Prof. dr. E. van der Linden, WUR
(voorzitter)
Prof. dr. P.G. Bolhuis, UvA
Prof. dr. W.K. Kegel, UU
Prof. dr. W.J. Briels, UT (secretaris)
120
Chemische Wetenschappen / Mensen
Colofon
Redactie
Jan Grimminck
Annemarijke Jolmers
Debora Klaar
Graciela Martinez
Mark Schmets
Interviews
Interview pagina 11-23: Esther Thole, Eindhoven
Interviews pagina 24-25, 48-49, 58-59, 68-69, 76-77:
Nienke Beintema, Vogelenzang
Fotografie
Serie: Harmen de Jong, Den Haag
pagina 9: Jarno Verhoef, Nuland
pagina 70: Universiteit Utrecht
Ontwerp
Tegenwind grafisch ontwerpburo,
Roelant Meijer, Utrecht
Druk
QuantesArtoos, Rijswijk
Uitgever
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen
www.nwo.nl/cw
Bezoekadres:
Anna van Saksenlaan 51
Den Haag
Postadres:
Postbus 93460, 2509 AL Den Haag
Telefoon 070 344 06 58
E-mail [email protected]
Den Haag, september 2012
Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen
Download