Jaarboek 2011 / 2012 Chemische Wetenschappen Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Jaarboek 2011 / 2012 Chemische Wetenschappen Den Haag, september 2012 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen 2 Chemische Wetenschappen 3 Chemische Wetenschappen Chemie maakt toekomst mogelijk 4 Chemische Wetenschappen 5 Chemische Wetenschappen Inhoud 1 Kansen, zorgen en een geweldige showcase - Interview met Ben Feringa en Han de Winde Interview met Marcel Wubbolts – 24 – 11 2 Jaaroverzicht 2010/2011: Chemie maakt toekomst mogelijk – 29 2.1 Drijvende kracht achter goed onderzoek 2.2 Sectorplan Natuur- en Scheikunde 2.3 Makelaar voor wetenschap en industrie 2.4 Belangenbehartiger van het chemisch veld in Nederland 2.5 Internationale bruggenbouwer – 36 – 44 Interview met Bert Jan Lommerts – 48 3 CW in vogelvlucht – 50 Interview met Bert Meijer – 35 – 62 Biomoleculaire chemie – 64 4.1 Analytische scheikunde 4.2 – 39 – 58 4 Wetenschappelijk jaaroverzicht – 27 – 61 – 65 – 65 4.3 Homogene katalyse en coördinatiechemie 4.4 Chemie van de vaste stof en materiaalkunde 4.5 Kristal- en structuuronderzoek – 67 – 68 Interview met Bert Weckhuysen 4.6 Eiwitten – 70 – 71 4.7 Farmacochemie 4.8 Katalyse (Nederlands Instituut voor Onderzoek in de Katalyse) 4.9 Lipiden en biomembranen 4.10 Macromoleculen – 73 – 74 Interview met Anne Meinema, Bert Poolman en Liesbeth Veenhoff – 78 4.11 Nucleïnezuren 4.12 Ontwerp en synthese 4.13 Procestechnologie 4.14 4.15 4.16 – 76 – 79 – 80 Structuur en reactiviteit – 81 Spectroscopie en theorie – 83 Vloeistoffen en grensvlakken – 84 – 72 5 Subsidies, cijfers, mensen – 88 5.1 Toekenningen 5.2 Financieel overzicht – 87 – 108 5.3 Samenstelling Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen 5.4 Samenstelling Bureau Chemische Wetenschappen 5.5 Leden commissies en besturen – 112 – 111 – 110 6 Chemische Wetenschappen Voorwoord Excellent wetenschappelijk onderzoek en publiek-private samenwerking 7 Chemische Wetenschappen 8 Chemische Wetenschappen Voorwoord Excellent weten­schappelijk onderzoek en publiekprivate samenwerking 2011 stond in het teken van het internationaal Jaar van de Chemie. Ook in Nederland werd de chemie extra onder de aandacht gebracht. De feestelijke afsluiting van het internationale jaar van de Chemie vormde CHAINS. NWO Chemische Wetenschappen (NWO-CW) organiseerde dit grootste chemiecongres in Nederland in De Fabrique in Maarssen, waar meer dan 1.400 chemici bijeen kwamen voor drie dagen vol met inspirerende wetenschappelijke lezingen, postersessies, workshops en levendige netwerkmomenten. CHAINS demonstreerde dat CHemistry As INnovating Science nauwe banden heeft met vele aanpalende vak­ gebieden en daar als ‘creating science’ vernieuwing kan brengen. Bovendien is chemie van groot belang voor de innovatie die nodig is om economische en maatschappelijke vragen te beantwoorden. De chemie is immers een van de topsectoren van Nederland. Het topsectorenbeleid betekent voor de chemie bij NWO dat er aandacht is voor zowel mogelijkheden voor excellent wetenschappelijk onderzoek als voor publiek-private samenwerkingsprogramma’s. Deze twee elementen van de kennis- en innovatieketen gedijen uitstekend in elkaars nabijheid. Het Innovatiecontract voor de Topsector Chemie geeft aan dat via hoogwaardig grensverleggend wetenschappelijk onderzoek nieuwe gebieden van wetenschap en innovatie worden geëxploreerd. Binnen NWO kennen we deze combinatie al gedurende langere tijd voor de chemie via NWO-CW en ACTS. Om de afstemming en kruisbestuiving te bevorderen zijn deze begin dit jaar samengegaan in een bestuur dat zich hard maakt voor zowel wetenschap als inno­ vatie. De Topsector Chemie ziet een zogenaamde kraamkamer voor Nieuwe Chemische Innovaties als goede mogelijkheid om kleine, flexibele publiek-private samenwerkings (PPS)-programma’s te laten kiemen en ontwikkelen op belangrijke innovatiethema’s als procestechnologie, slimme materialen en biobased economy, maar ook nieuwe innovatiethema’s krijgen daar de kans om tot wasdom te 9 Chemische Wetenschappen komen. De ambitie van de Topsector Chemie is dat Nederland in 2050 een internationale toppositie op het gebied van groene chemie en slimme materialen inneemt en duurzame oplossingen voor societal challenges biedt. De Koers voor de chemie 2011-2015 bij NWO (Chemie maakt toekomst mogelijk) is geheel in lijn met het beleid voor de Topsector Chemie. Er is onverminderd veel aandacht voor excellent wetenschappelijk onderzoek in de chemie en daarnaast dienen extra middelen beschikbaar te komen voor PPS en maatschappelijk geïnspireerde thema’s. Voor deze beleidslijnen worden ook de mogelijkheden voor internationale samenwerking verkend, zowel in Europa als in emerging science nations, zo mogelijk leidend tot internationale samenwerkingsprogramma’s op het gebied van wetenschap en innovatie. Het moleculair onderzoek dringt in toenemende mate door in aangrenzende vakgebieden en zo ontstaat een inspirerende onderzoeksgemeenschap, waarbinnen de chemie als verbindende natuurwetenschappelijke discipline een cruciale rol inneemt. Dit jaarboek laat zien tot welke prachtige resultaten de chemische community in staat is, als zij daarvoor de middelen en mogelijkheden krijgt. De chemie bij NWO faciliteert en stimuleert al meer dan 55 jaar het chemisch onderzoek in Nederland en spant zich in om hiervoor continu mogelijkheden en nieuwe initiatieven te creëren. We wensen u veel leesplezier. NWO Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen, Dr. Louis Vertegaal Dr. Tanja Kulkens Directeur Adjunct directeur Chemie 10 Chemische Wetenschappen 11 Chemische Wetenschappen 1 Interview met Ben Feringa en Han de Winde Kansen, zorgen en een geweldige showcase 12 Chemische Wetenschappen “We moeten ons gelukkig prijzen dat de chemie een topsector is. Dat onderstreept het belang van de chemie voor de Nederlandse economie.” 13 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde Kansen, zorgen en een geweldige showcase De topsectoren, de samenvoeging van CW en ACTS, de Zwaartepunten uit het Sectorplan Natuur- en Scheikunde, internationale samenwerking en natuurlijk het Jaar van de Chemie. Genoeg om over te praten met Ben Feringa en Han de Winde, respectievelijk voorzitter en vice voorzitter van het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen. Het is zeker niet allemaal rozengeur en maneschijn in chemisch Nederland, maar bij het NWO-gebied Chemische Wetenschappen (CW) overheerst een positieve houding, zoveel is meteen duidelijk. Ben Feringa draait er niet omheen: “We moeten ons gelukkig prijzen dat de chemie een topsector is. Dat onderstreept het belang van de chemie voor de Nederlandse economie. Willen we onze industrie en de economie op peil houden dan kunnen we niet om de chemie heen. Maar ook voor onze welvaart en ons welzijn in bredere zin is chemie onontbeerlijk.” Nieuwsgierigheid Chemie als topsector is een opsteker voor het veld. Tegelijkertijd leven daar gemengde gevoelens, erkent Feringa. “Er is veel geld voor onderzoek weggevallen, denk aan de FES-middelen. Dat is een zware klap, want we praten hier over honderden miljoenen. Daarbij komt de versterkte nadruk vanuit de overheid op toegepast onderzoek en publiekprivate samenwerking. De conclusie in het veld is dat NWO en, in iets mindere mate, de KNAW hiervoor opdraaien.”Vanuit verschillende hoeken is gehamerd op het belang van vrij, nieuwsgierigheidgedreven onderzoek. Zeker voor de exacte en natuurwetenschappen is dit essentieel, benadrukt Han de Winde. “Deze wetenschappen zijn bij uitstek nieuwsgierigheidgedreven. Nieuwsgierigheid naar de wereld om ons 14 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde heen en een behoefte om die te begrijpen. Juist als je het hebt over bijvoorbeeld duurzaamheid moeten we eerst de wereld om ons heen begrijpen. Hoe kunnen we anders ingrijpen op essentiële processen en benodigde veranderingen doorvoeren?” Wetenschappers uit alle disciplines maken zich grote zorgen over de toekomst van het fundamentele onderzoek. Ze krijgen bijval van onderzoekers uit de industrie. Ook daar wordt gevreesd voor uitholling van de, nu nog, sterke wetenschappelijke basis. “Terechte zorgen”, zegt Feringa. “Zonder sterke fundamenten geen toegepast onderzoek.” Dat ook de industrie dit erkent werd volgens hem mooi onderstreept tijdens de uitreiking van de Akademiepenning 2012 aan Prof. dr. Emmo Meijer, corporate director R&D bij FrieslandCampina en voorheen werkzaam bij Unilever en DSM. “Zonder sterke fundamenten geen toegepast onderzoek.” “Emmo Meijer heeft deze prijs onder meer gekregen vanwege zijn betrokkenheid bij basaal onderzoek”, zegt Feringa, die tevens juryvoorzitter was. “In zijn dankwoord brak hij een lans voor de vrije wetenschap en hield een pleidooi voor het sterk houden van de basis. Anders heeft ook de industrie op de langere termijn niets om mee te werken.” Dat er donkere wolken hangen boven het vrije onderzoek betekent niet dat CW tegen publiek-private samenwerking (PPS) is. Integendeel. Feringa: “CW staat positief tegenover PPS en dat is altijd zo geweest. We zetten daarom niet de hakken in het zand, maar we zien kansen en mogelijkheden die deze ontwikkelingen bieden en we proberen die te pakken.” Ingeburgerd De positieve grondhouding wordt geïllustreerd door de samenvoeging, van het gebiedsbestuur CW en het bestuur van PPS-platform Advanced Chemical Technologies for Sustainability (ACTS). De ontwikkeling van de topsectoren is niet de concrete aanleiding, maar het heeft de fusie wel versneld, zegt De Winde, voormalig voorzitter van ACTS. “In de loop van 2010 was al duidelijk dat men het concept van de kleinere PPS programma’s binnen ACTS wilde vasthouden. Een tweede fase werd gewenst. Tegelijkertijd was toen ook al duidelijk dat de middelen terugliepen. We moesten dus een modus vinden om het succes van ACTS voort te zetten. Terwijl wij werkten aan dit vervolg kwam vanuit de overheid de topsectorlijn op met meer nadruk op PPS. Het is voor ons, 15 Chemische Wetenschappen 16 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde en daarmee bedoel ik zowel CW als ACTS, altijd helder geweest dat de combinatie van nieuwsgierigheidgedreven en toepassingsgeoriënteerd onderzoek van groot belang is. Tegen deze achtergrond hebben we toen besloten om de besturen van CW en ACTS samen te voegen en een governance paraplu te creëren die de hele chemische pijplijn van basaal onderzoek naar industriële toepassing omvat. PPS is al lang ingeburgerd in de Nederlandse chemie, we lopen hiermee internationaal gezien voorop. Het veld was de facto al goed georganiseerd, waarbij vooral de Regiegroep Chemie destijds een belangrijke rol heeft gespeeld. Voor ons staat voorop dat concrete samenwerking goed is voor de gehele Nederlandse chemie, zowel academisch als industrieel.” Feringa onderschrijft dit: “De samenwerking tussen CW en ACTS was altijd goed en dit is een logische stap in het samen optrekken van de chemici binnen NWO. Het proces is zeker versneld door de komst van de topsectoren, maar het past in een natuurlijke beweging.” Om te voorkomen dat de samenvoeging een bureaucratische kolos zou opleveren is gekozen om twee vacatures in het gebiedsbestuur CW niet in te vullen, maar drie leden uit het ACTS-bestuur toe te voegen. Naast De Winde zijn dat Bert Weckhuysen (Universiteit Utrecht) en Teun Graafland (Shell). Verschil tussen de beide ‘poten’ is er niet. In de woorden van De Winde: “Iedereen besluit mee over alles.” Waar hij lachend aan toevoegt dat de vergaderingen daardoor helaas iets langer duren. De suggestie dat door de krimpende budgetten weer tijd wordt bespaard blijkt niet de praktijk. De Winde: “Nee, dat leidt alleen maar tot nog langere vergaderingen. Het kost meer tijd om een goede keuze te maken als je weinig te verdelen hebt. Wij maken ons hier grote zorgen over. Zowel het aantal aanvragen als de kwaliteit van de aanvragen in het Open Programma blijft onverminderd hoog. We hebben veel meer excellente voorstellen dan we kunnen honoreren. Competitie is goed, maar slagingspercentages van 10 tot 15 % zijn echt ontmoedigend.” Kiemen Waarmee we terug zijn bij de zorgen over de toekomst van de Nederlandse chemie. Die zorgen betreffen niet alleen de krimpende investeringen in fundamenteel onderzoek, maar ook de dreigende uitholling van de brede basis van de chemie en het gebrek aan perspectief voor, vooral de jonge, onderzoekers. Feringa: “Zoals gezegd zien wij kansen voor de chemie als het gaat om PPS en de topsectoren, maar we moeten de balans in de gaten houden. NWO staat voor de breedte van de gehele wetenschap en voor het vrije, nieuwsgierigheidgedreven 17 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde “Een onderwerp als materiaalschaarste. Dat is nu nog geen uitgewerkt thema, maar het is cruciaal voor vele gebieden en het past helemaal bij de chemie.” onderzoek. Er is méér dan wat er in de topsectoren speelt en dat moeten we niet verwaarlozen. En het is belangrijk dat we ons niet beperken tot wat we vandaag willen. Het is onze taak als NWO-CW om de langere termijn in het oog te houden en daar een visie voor te ontwikkelen. Daarbij past dat we nieuwe ideeën die in de toekomst belangrijk worden nu oppakken en beginnen te ontwikkelen. Daarom hebben we gekozen voor een zogeheten kraamkamer voor Nieuwe Chemische Innovaties (TKI NCI) binnen de Topsector Chemie.” Deze TKI NCI, waarbij TKI staat voor Topconsortium voor Kennis en Innovatie, moet gaan fungeren als een omgeving waarbinnen het veld kan aangeven welke nieuwe programma’s nodig zijn. Het gaat hier om initiatieven die op termijn kunnen uitgroeien tot grotere, volwaardige PPS programma’s. Feringa geeft een voorbeeld: “Een onderwerp als materiaalschaarste. Dat is nu nog geen uitgewerkt thema, maar het is cruciaal voor vele gebieden en het past helemaal bij de chemie.” Door via het TKI NCI invulling te geven aan het organiseren van PPS programma’s zit CW aan de ‘fundamentele’ kant van het spectrum, aldus De Winde.“ Binnen CW proberen we het vrije onderzoek zoveel mogelijk te behouden. Een groot deel van het budget 2012/2013 is bestemd voor de Vrije Competitie en de Vernieuwingsimpuls. Het budget dat bestemd is voor PPS besteden we grotendeels binnen het TKI NCI. Zo blijft NWO in de rol van aangever voor nieuwe mogelijkheden. Het TKI NCI is een omgeving om kiemen uit te zetten. Als je kansen ziet voor nieuwe onderwerpen die op termijn richting toepassingsgericht of, beter gezegd, toepassingsgeïnspireerd, onderzoek kunnen gaan dan is dit de plaats om die ideeën verder te brengen.” 18 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde De overige drie TKI’s in de Topsector Chemie – Smart Polymeric Materials, Procestechnologie en Biobased Economy – worden niet primair uit NWO-middelen gefinancierd, maar moeten middelen werven uit bestaande PPS-consortia die nu onder de vlag van de topsector gaan opereren. De looptijd van deze consortia eindigt in 2014-2015. Betekent dit dat we slechts een ‘relabeling’ van bestaande initiatieven gaan zien? “W il je deze nieuwe generatie behouden, dan moet je ze perspectief bieden.” De Winde: “Dat is een reële dreiging, want op dit moment is het nog volstrekt onduidelijk waar het geld voor deze drie TKI’s, met name vanaf 2014, vandaan moet komen. Een dergelijk gebrek aan perspectief is niet de basis om innovatie te bewerkstelligen. Het Nederlandse wetenschapsbeleid is de afgelopen vijftien jaar een opeenvolging van relabelingsoperaties geweest en je merkt dat mensen er schoon genoeg van hebben.” Wil je economische groei stimuleren dan moet je inzetten op innovatie, zegt Feringa. En dat vraagt een lange adem. “NWO hanteert een termijn van minimaal vier jaar, de duur van een promotietraject. Hoogleraren kijken op een langere termijn en zeker de jonge talenten kijken ver vooruit. Zij zien toekomstige doorbraken, maar weten dat ze minstens tien jaar nodig hebben om de benodigde expertise op te bouwen en hun idee tot een volwaardig onderwerp te laten uitgroeien. Wil je deze nieuwe generatie behouden, dan moet je ze perspectief bieden.” En op dat vlak hoeft Nederland zichzelf niet op de borst te kloppen vindt hij. “Wat wij jonge mensen kunnen bieden wijkt schrikbarend af van voorbeeldlanden als Duitsland en de Scandinavische landen. Nederland bungelt onderaan met investeringen in onderzoek en dat gaat ons parten spelen. Er worden enorm grote Europese programma’s opgetuigd waarin tientallen miljarden omgaan. Wil je in dergelijke programma’s meedraaien dan moet je een stevige basis kunnen bieden in mensen, in apparatuur en in faciliteiten. Dat kunnen wij nu niet en dan wordt het heel moeilijk om middelen uit die grote pot te werven. We kunnen ons gemakkelijk rijk rekenen door te zeggen dat Nederlandse onderzoekers het zo goed doen, maar dat blijft niet zo als we niet méér investeren. Dat inzicht leeft veel te weinig bij politici en beleidsmakers.” 19 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde Biochemie De potentiële uitholling van de chemische basis is een andere zorg die het gebiedsbestuur bezighoudt. Zowel binnen de Topsector Chemie als de Topsector Life Sciences & Health spelen de biochemie en de chemische biologie niet of nauwelijks een rol. Feringa: “Dat is opvallend, want binnen CW zien we dat ongeveer veertig procent van het onderzoek een life sciences of medisch-farmaceutische oriëntatie heeft. Dit zijn belangrijke gebieden voor de chemie, maar ook voor ons welzijn en de economische groei. Juist in de life sciences zien we heel veel nieuwe bedrijvigheid ontstaan. Wil je de economie een impuls geven en tegelijkertijd bijdragen aan belangrijke vraagstukken rond gezondheid, dan is dit hèt gebied. Zonder molecuul geen medicijn, zo simpel is het. Het gebrek aan middelen gaat hier echt opspelen.” CW heeft weinig mogelijkheden om dit gat op te vangen. De Winde: “In de TOP en ECHO programma’s is uiteraard ruimte voor biochemie, maar ook hier lopen de budgetten terug en zijn de honoreringspercentages laag. Hoe het verder moet met de biochemie? Dat is zorgelijk.” Verschuiving van middelen uit het de Vrije Competitie en de Vernieuwingsimpuls om grotere budgetten voor de biochemie en chemische biologie te creëren is geen optie. “CW is er voor de gehele breedte van de chemie en alleen excellentie telt bij het toekennen van aanvragen”, aldus Feringa. Bevoordelen van biochemici omdat hun gebied is ondervertegenwoordigd in de topsectoren is niet aan de orde. Evenmin speelt bij de beoordeling mee of een voorstel juist wel past binnen de topsectoren. De 20 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde Winde: “Nee, dat speelt geen rol. Alleen de kwaliteit van het voorstel is doorslaggevend.” Over de redenen waarom biochemie en chemische biologie tussen wal en schip zijn beland doen ze geen harde uitspraken, maar volgens Feringa heeft niet geholpen dat er weinig vertegenwoordigers van de farmaceutische industrie nauw betrokken zijn geweest bij de keuze van de onderwerpen. “De Nederlandse farmasector heeft toch klappen gehad de laatste jaren en dat kan een rol hebben gespeeld.” Onderwijsfabrieken Vanuit een andere hoek spelen zorgen over de brede basis van de chemie ook op en die raken niet alleen het onderzoek, maar ook het onderwijs. Een uitvloeisel van het Sectorplan Natuur- en Scheikunde is dat de verschillende bètafaculteiten plannen hebben gemaakt over Zwaartepunten die ze willen vormen. Focus en massa zijn de kernwoorden hier: niet proberen alle onderwerpen overal te bestuderen, maar sterk inzetten op een beperkt aantal thema’s. Een heel nuttige exercitie, vinden Feringa en De Winde. Maar het gevaar is dat bepaalde gebieden en groepen buiten de boot vallen. “Het werk van de Regiegroep Chemie, gevolgd door de discussies over het Sectorplan en de topsectoren, heeft goed geholpen bij het definiëren van de prioriteiten en het ontwikkelen van een visie op de toekomst van de Nederlandse chemie”, zegt De Winde. “Tegelijkertijd betekent keuzes maken dat sommige excellente academische groepen niet aansluiten bij een Zwaartepunt of een topsector. Wat doen we met die groepen? Die discussie wordt helaas niet gevoerd.” Het gaat hier in sommige gevallen “Het werk van de Regiegroep Chemie gevolgd door de discussies over het Sectorplan en de topsectoren heeft goed geholpen bij het definiëren van de prioriteiten en het ontwikkelen van een visie op de toekomst van de Nederlandse chemie” 21 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde “We doen niet aan internationalisering omdat het ‘moet’, maar omdat we er echt iets aan hebben.” bovendien om onderwerpen die essentieel zijn voor het chemische veld in brede zin en voor het onderwijs. Dat laatste wordt gemakkelijk over het hoofd gezien, vindt Feringa. “Je kunt je wel specialiseren in je onderzoek, maar wat betekent dat voor je scheikunde opleiding? In mijn ogen moeten in een goede scheikunde opleiding alle chemische gebieden aan bod komen. Een ander probleem is dat veel mensen niet inzien dat aan een universiteit onderzoek en onderwijs intrinsiek met elkaar zijn verbonden. Vanaf dag één moet een student ervan doordrongen raken dat er gewerkt wordt aan de grenzen van het weten. Die grenzen moet hij zien en hij moet de bagage krijgen om die grenzen te doorbreken door de juiste vragen te stellen. Academisch onderwijs gaat niet zozeer om de antwoorden, maar om de vragen. Dat is de kern. Maar dat wordt weinig ingezien. Als de universiteiten door loskoppeling van onderwijs en onderzoek verworden tot geïsoleerde onderwijsfabrieken dan is dat de dood in de pot.” Geen eiland Tijd voor een stap buiten het nationale kader. Internationalisering staat hoog op de agenda bij CW. “Ik zeg het vaak, maar Nederland is geen eiland. In de topsectordiscussie lag wat mij betreft de nadruk, zeker vanuit de ministeries, veel te veel op navelstaren”, zegt De Winde. “Elke topwetenschapper kijkt ver buiten de grenzen, maar die moet zich dan vervolgens wel conformeren naar een nationaal keurslijf met regels, fondsen en topsectoren? Natuurlijk wil de Nederlandse overheid Nederlands onderzoek financieren, maar meer oog voor de internationale aard van wetenschap zou goed zijn.” Voor CW dient internationalisering twee doelen: kansen ontwikkelen voor de Nederlandse chemie en jonge mensen de mogelijkheid bieden om ervaring op te doen in een internationale omgeving. Wetenschap is een internationaal werkveld, maar de industrie net zozeer. Beide doelen zijn goed te combineren. Inhoudelijk gedreven samenwerkingsverbanden verdiepen de Nederlandse chemie en bieden de ruimte voor studenten en onderzoekers om tijdelijk elders te werken. De Winde: “We zijn in gesprek met instituten en zusterorganisaties van NWO in verschillende landen. Met Brazilië werken we aan plannen op het gebied van biobased materialen en groene chemie, op die terreinen hebben ze veel te bieden. Met India, onder meer met het vermaarde Indian Institute of Technology, 22 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde praten we over programma’s rond materialen, materiaalschaarste en recycling. We hebben ook contacten in Zuid-Afrika. Die plannen zijn nog in een heel pril stadium, maar hier zou katalyse een goed onderwerp zijn. We zoeken naar goede instituten om mee samen te werken op gebieden die de Nederlandse en internationale chemie weer verder kunnen brengen. We doen niet aan internationalisering omdat het ‘moet’, maar omdat we er echt iets aan hebben.” Spannend Met alle discussies rond topsectoren en krimpende financiering wordt bijna vergeten dat 2011 een heel bijzonder jaar was, namelijk het Internationale Jaar van de Chemie. Ook in Nederland is dat niet onopgemerkt voorbij gegaan. Een goede kapstok om het vak breed onder de aandacht te brengen. Feringa: “Het is een mooie kans om de schoonheid van de chemie te laten zien, evenals de uitdagingen waar we voor staan. Ik denk echt dat zoiets helpt om de chemie beter op de kaart zetten.”Voor de chemici zelf was het driedaagse CHAINS-congres in november 2011 een uitgelezen mogelijkheid om het eigen vak breder te verkennen. “Dat was een geweldige showcase”, reageert Feringa enthousiast. Ook De Winde kijkt er positief op terug. “Het was een uitstekende bijeenkomst en een mooie mogelijkheid om heel chemisch Nederland bij elkaar te brengen. Wat ons betreft is CHAINS voor herhaling vatbaar, we denken nu aan een volgende editie in 2014.” Tegen die tijd is er nog meer dan genoeg interessants voor chemici om hun tanden in te zetten. Feringa: “Er zijn zoveel spannende en belangrijke dingen te doen. We zijn steeds beter in staat de moleculaire processen in een levende cel te begrijpen. Het samenkomen van chemische biologie en synthetische chemie is fascinerend. Daarnaast staan we voor grote uitdagingen. Duurzame processen. Nieuwe energiebronnen. Materialen op basis van verbindingen die niet binnenkort dreigen op te raken. We hebben hier radicaal nieuwe benaderingen voor nodig. En dat vraagt ook om een geheel nieuwe chemie. Voor chemici is het nog nooit zo’n spannende tijd geweest.” 23 Chemische Wetenschappen / Interview met Ben Feringa en Han de Winde “Voor chemici is het nog nooit zo’n spannende tijd geweest.” 24 Chemische Wetenschappen Chemie voor een groene toekomst Marcel Wubbolts is Chief Technology Officer bij life sciences- & materials sciences-bedrijf DSM. Hij is lid van het Gebiedsbestuur NWO Chemische Wetenschappen, en expert op het gebied van biobased economy. 25 Chemische Wetenschappen / Interview Marcel Wubbolts, CTO DSM Marcel Wubbolts, CTO DSM: “Ik geloof sterk in het belang van een goede balans tussen nieuwsgierig heidgedreven onderzoek en toegepast onderzoek. Echt nieuwe dingen komen vaak voort uit die combinatie. Ik was bezorgd dat die balans binnen het Topsectorenbeleid wellicht te weinig aandacht zou krijgen. Daarom heb ik geen moment geaarzeld toen mij werd gevraagd daarover mee te denken in het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen. Degelijk langetermijnbeleid voor het chemieonderzoek in Nederland, dat is cruciaal voor bedrijven zoals DSM.” Biobased “Mijn interesse in biobased economy komt voort uit een persoonlijke overtuiging. Als we de belangen van zowel people, planet als profit in het oog willen houden, als bedrijf maar ook als maatschappij, dan zullen we ons veel meer moeten richten op duurzaamheid. Gebruik van biogrondstoffen kan daarin een grote rol vervullen. Je alleen richten op kortetermijnwinst, dat gaat nu echt niet meer. Je zult ook moeten investeren in kwaliteit van leven voor generaties na ons. Dat is mijn persoonlijke drive. DSM en ik passen wat dat betreft perfect bij elkaar.” Grensvlak “De uitdaging is om petrochemische grondstoffen uiteindelijk zo veel mogelijk te vervangen door bio-gebaseerde alternatieven, zowel voor brandstof als voor materialen en overige chemie. Ons onderzoek richt zich daarbij op de combinatie van life sciences en materials sciences. Er zijn niet veel bedrijven die op dat grensvlak uitblinken. Maar juist dáár zijn mooie dingen mogelijk, en kun je unieke innovaties ontwikkelen.” Alles eruit halen “NWO kan een belangrijke rol vervullen in de transitie naar een biobased economy; dat is voor mij heel helder. Want er moet nog veel onderzoek plaatsvinden om hernieuwbare restmaterialen uit de land- en bosbouw efficiënt als grondstoffen te kunnen inzetten. Op dit moment kunnen we er nog niet alles uithalen. Jazeker, een biobased economy is in mijn ogen realistisch. De eerste bioraffinaderijen zijn er al in de VS, en ik verwacht ze over vijf à tien jaar ook in Europa. De kostprijs van grondstoffen en van energie geeft uiteindelijk de doorslag, en die zal bij toenemende schaarste van aardolie alleen maar blijven stijgen. Voor NWO zie ik daarom een rol weggelegd in onder meer het ondersteunen van onderzoek naar hernieuwbare energie, en het investeren in katalyseonderzoek voor bio-gebaseerde grondstoffen. Initiatieven zoals CatchBio laten al zien dat katalyse en biogrondstoffen heel goed kunnen samengaan.” 26 Chemische Wetenschappen 27 Chemische Wetenschappen 2 2 Jaaroverzicht 2010/2011: Chemie maakt toekomst mogelijk 28 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht 2 Jaaroverzicht 2010/2011: Chemie maakt toekomst mogelijk In haar strategie voor de periode 2011-2015, Chemie maakt toekomst mogelijk, zet het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen in op investeringen in vrij onderzoek, maatschappelijk geïnspireerde thema’s en publiek-private samenwerking. In het afgelopen jaar is het fundament hiervoor gelegd. Via onder andere de implementatie van het Sectorplan Natuur- en Scheikunde, nieuwe internationale samenwerkingen en publiek-private samenwerking in zogenaamde Technology Areas geeft het bestuur invulling aan de gestelde ambities. In 2011 mocht de chemie zich bovendien verheugen een jaar lang wereldwijd in de schijnwerpers te staan. Met CHAINS, de grootste chemiebijeenkomst in Nederland ooit, werd het Jaar van de Chemie feestelijk afgesloten. Op de toekomst voorbereid Bureau Chemische Wetenschappen onderdeel van Cluster Chemische & Exacte Wetenschappen Per 1 juni 2010 zijn de bureaus van de NWO-gebieden Chemische Wetenschappen en ACTS en Exacte Wetenschappen samengevoegd tot één cluster: het Cluster Chemische & Exacte Wetenschappen. De wetenschapsvelden Astronomie, Chemie, Informatica en Wiskunde vallen binnen het bereik van dit cluster. De Executive Board van het regieorgaan ACTS (Advanced Chemical Technologies for Sustainability) en het Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen zijn bovendien per 1 januari 2012 samengevoegd tot één chemiebestuur. Het samenvoegen van de bureaus onder het motto ‘Samen meer doen’ moet uiteindelijk leiden tot efficiëntere werkprocessen. Hierdoor komt meer tijd beschikbaar voor internationale en multidisciplinaire activiteiten. Ook vergemakkelijkt de samenvoeging het zoeken naar partners buiten NWO en kan sneller worden ingespeeld op kansen voor het onderzoeksveld. 29 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Het nieuwe cluster is in staat, door de ruime ervaring met een breed wetenschappelijk veld, sneller en met nog meer expertise het onderzoek te bedienen. Door de bredere samenstelling van het cluster kunnen de medewerkers beter kansen signaleren en successen uit andere disciplines benutten. Voor projectleiders en uitvoerders binnen een van de gebieden verandert er administratief niet veel. Zij blijven per bestaande subsidie indienen bij het betreffende gebied. De samenvoeging van het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen en de Executive Board van ACTS stelt het nieuwe chemiebestuur in staat slagvaardig in te spelen op actuele en toekomstige ontwikkelingen. Het nieuwe chemiebestuur heeft alle taken en verantwoordelijkheden van beide besturen overgenomen en zet bestaande CW- en ACTS-programma’s voort. Aan gezamenlijke activiteiten wordt onder andere binnen het topsectorenbeleid invulling gegeven. 2.1 Drijvende kracht achter goed onderzoek Terwijl in de onderzoeksfinanciering steeds meer nadruk komt te liggen op maatschappelijk geïnspireerde wetenschap, moet er ook ruimte blijven om goede, originele onderzoeksideeën uit te voeren die zijn ingegeven door nieuwsgierigheid en voornamelijk worden beoordeeld op kwaliteit. NWO-CW zorgt dat de twee lijnen in balans blijven. VRIJ ONDERZOEK TOP-, ECHO- en ECHO-STIP-subsidies De subsidieprogramma’s TOP en ECHO van NWO-CW vormen gezamenlijk de Vrije Competitie. ECHO-subsidies (Excellent CHemisch Onderzoek) zijn projectsubsidies van 260.000 euro die de mogelijkheid bieden om creatieve risicovolle ideeën uit te werken. Zo kan wetenschappelijke vernieuwing tot stand komen en worden de kiemen gevormd voor de onderzoeksthema’s van de toekomst. TOP-subsidies bedragen 780.000 euro, bedoeld voor gevestigde onderzoeksgroepen met een bewezen track record. De subsidies bieden deze groepen de gelegenheid en vrijheid om excellente, uitdagende en innovatieve onderzoekslijnen te versterken en/of uit te breiden. Het totale budget voor beide subsidies wordt verdeeld binnen drie focus­ge­bieden: chemie in relatie met biologische/medische wetenschappen, chemie in relatie met fysica/materialen en chemie in relatie met technologie/duurzaamheid. 30 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Via het Sectorplan Natuur- en Scheikunde (SNS) heeft CW middelen beschikbaar gesteld om nieuwe groepen in een erkend chemisch zwaartepunt aan een vliegende start te helpen. De nieuw benoemde “SNS”-onderzoekers genieten bij CW een voorkeursbehandeling in de reguliere TOP/ECHO-rondes 2011/2012 en 2012/2013. Voor hen is de mogelijkheid gecreëerd een ECHO-STIP-subsidie (Excellent CHemisch Onderzoek – Sectorplan Tweede geldstroom Intree Project) aan te vragen. Een ECHO-STIP -subsidie wordt toegekend indien de aanvraag als subsidiabel wordt beoordeeld én in de bovenste 50% van de ingediende ECHOvoorstellen wordt gerangschikt. Gebiedsoverschrijdende TOP-subsidies In 2010 werd voor het eerst – en vooralsnog eenmalig – geëxperimenteerd met gebiedsoverschrijdende TOP-subsidies (TOP-GO), in samenwerking met de NWO-gebieden Aard- en Levenswetenschappen, Exacte Wetenschappen en met ZonMw (medisch en gezondheidsonderzoek). Er was veertien miljoen euro beschikbaar voor grensverleggende wetenschap van excellente kwaliteit. Uit de in totaal 123 ingediende onderzoeksvoorstellen ontvingen er negentien een subsidie van maximaal 750.000 euro. Het initiatief kwam voort uit de wens om het onderzoeksveld te ‘ontschotten’, zodat samenwerking op de grensvlakken tussen de disciplines wordt aangemoedigd en het allerbeste onderzoek kan worden geselecteerd, los van de discipline waarin het plaatsvindt. De vier samen­ werkende onderzoeksorganisaties verkenden zo de meerwaarde van een wetenschapsbredere competitie en ook de wijze waarop gebiedsoverschrijdende initiatieven in een dergelijke opzet het beste tot hun recht komen. De opzet bleek geslaagd: meer dan driekwart van alle aanvragen bevonden zich op het grensvlak van disciplines, en de meeste betrok­ kenen waren positief over de mogelijkheid gebiedsoverstijgend te beoor­ delen. NWO-middelgroot, NWO–groot en BAZIS Onderzoekers aan universiteiten worden soms belemmerd door verouderde infrastructuur. Door middel van de investeringsprogramma’s NWO-middelgroot en -groot wordt dit enigszins ondervangen. In februari 2012 heeft het gebiedsbestuur CW vijf NWO-middelgrootvoorstellen gehonoreerd; in 2011 waren dit er eveneens vijf. In verband met een bezuinigingsronde binnen NWO heeft het gebiedsbestuur besloten in 2012 geen NWO-middelgrootronde te houden. NWO-groot wordt eens in de twee jaar georganiseerd. In 2010 heeft er een NWO-groot ronde plaatsgevonden, in 2011 niet. 31 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Naast de reguliere investeringsprogramma’s heeft CW in 2010 en 2011 de BAZIS-subsidieronde georganiseerd. Dit subsidie-instrument was bedoeld voor de aanschaf van workhorse-apparatuur ter versterking van de chemische zwaartepunten binnen het Sectorplan Natuur- en Scheikunde. In totaal is zes miljoen euro toegekend aan zeventien verschillende zwaartepunten. PERSOONSGEBONDEN SUBSIDIES Vernieuwingsimpuls De Vernieuwingsimpuls (VI), bestaande uit Veni- Vidi- en Vicisubsidierondes, is persoonsgebonden en biedt talentvolle, creatieve onderzoekers de kans om onderzoek naar hun keuze uit te voeren. De VI beoogt verder de doorstroom van onderzoekers bij wetenschappelijke onderzoeksinstellingen te bevorderen. In de subsidieronde 2010 zijn twaalf Veni’s, negen Vidi’s en vier Vici’s door CW toegekend. In 2011 werden elf Veni’s en vier Vici’s toegekend. Vanaf de ronde 2012 is het voor alle kandidaten verplicht om een kennis­ benuttingsparagraaf in te vullen. Alle VI-aanvragen zullen naast een beoordeling op kwaliteit van de onderzoeker en de kwaliteit van het projectvoorstel, beoordeeld worden op het onderdeel kennisbenutting. Op basis van de resultaten van een interne evaluatie in 2011 heeft NWO besloten om vanaf 2012 de Veni- en Vidi-aanvragen geheel in de NWO wetenschapsgebieden te beoordelen. De aanvulling met een beoordeling in domeinen is voor de Veni- en Vidi-aanvragen afgeschaft. Daarnaast heeft NWO besloten om de Vici-aanvragen vanaf ronde 2012 niet in de aparte NWO-gebieden te beoordelen, maar een wetenschapsbrede beoordelingsprocedure op te zetten. Athena-premies voor excellente vrouwelijke onderzoekers In Nederland is het percentage vrouwen werkzaam in de bèta- en technische wetenschappen kleiner naarmate de positie hoger is. Zo zijn vrouwen ondervertegenwoordigd in de UD-, UHD- en hoogleraarrangen. NWO heeft met het programma Aspasia voor alle wetenschapsgebieden het initiatief genomen om de doorstroom van vrouwelijke Vidi- en Vici-laureaten naar UHD- en hoogleraarposities te bevorderen. NWO-CW heeft daarnaast geconstateerd dat aanvullende actie nodig is om te bewerkstelligen dat ook vrouwen uit de grote groep van postdocs met een tijdelijke aanstelling doorstromen naar een vaste wetenschappelijke positie. Begin 2007 heeft CW het Athena-programma gestart, bedoeld om 32 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht universiteiten te stimuleren Veni-laureaten in een vaste positie te benoemen. Vrouwelijke onderzoekers die een Veni-subsidie van CW hebben ontvangen én die gedurende de looptijd van het Veni-project een vaste aanstelling als universitair docent krijgen komen in aanmerking voor een Athena-premie ter waarde van 100.000 euro. Naast deze subsidie-instrumenten ondersteunt NWO-CW het netwerk van vrouwelijke onderzoekers met de organisatie van het symposium Women in Chemistry, waarvan de tweede editie Women in Chemistry The elements of success heeft plaatsgevonden op 27 mei 2011. Ook is de LinkedIn-groep ‘NWO Women in Chemistry’ opgericht, die vrouwelijke onderzoekers de mogelijkheid biedt met elkaar in contact te komen. Meer informatie hierover is terug te vinden op www.nwo.nl/cw/womeninchemistry of via [email protected] Spinozapremie 2010 naar Piet Gros De Spinozapremie is de grootste Nederlandse onderscheiding in de wetenschap. Jaarlijks reikt NWO maximaal vier prijzen uit aan onderzoekers voor voortreffelijk, baanbrekend en inspirerend wetenschappelijk werk. Elke laureaat ontvangt tweeëneenhalf miljoen euro, die hij of zij vrij mag besteden aan nieuw wetenschappelijk onderzoek naar keuze. Op 27 september 2010 ontving Piet Gros (Universiteit Utrecht) deze ‘Nederlandse Nobelprijs’ voor de bepaling van de driedimensionale structuur van het reusachtige C3-eiwit, een aantal bijbehorende eiwitcomplexen en het werkingsmechanisme. De grootte van het eiwit en zijn complexen maakte deze klus buitengewoon lastig en tijdrovend. C3 speelt een centrale rol in het complementsysteem, één van de afweermechanismen van ons lichaam. Via een kettingreactie doodt het lichaam bacteriën, virussen en aangetaste cellen. Bij ontstekingsziektes ontspoort de kettingreactie en worden onze eigen cellen aangevallen. Recent ‘bevroor’ Gros een aantal stappen van de kettingreactie, waardoor hij essentiële delen van het proces in detail in beeld kon brengen. Het gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen kende Piet Gros voor zijn werk eerder een aantal persoonsgerichte subsidies toe, waaronder de Jonge Chemici en PIONIER, die mede de basis hebben gelegd voor het nu bekroonde werk. 33 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht THEMATISCH ONDERZOEK Multidisciplinaire programma’s Forensic Science CW heeft samen met NWO Exacte Wetenschappen en het Netherlands Genomics Initiative (NGI) 3,5 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een breed en multidisciplinair onderzoeksprogramma op het gebied van de forensische wetenschappen. Het programma Forensic Science heeft tot doel het onderzoek op dit gebied in Nederland te versterken, nieuwe kenniszwaartepunten te creëren en een gemeenschap van onderzoekers en gebruikers op het gebied van forensische wetenschappen te vormen. Met het onderzoek draagt het programma bij aan de verdere ontwikkeling van state of the art onderzoektechnieken die in veelal multidisciplinaire context ingezet kunnen worden in het forensisch proces. Het programma richt zich op multidisciplinair onderzoek op het grensvlak tussen wetenschaps­ disciplines, maar ook tussen wetenschap en forensische praktijk. In 2011 werd aan negen onderzoeksteams uit de chemie, genetica, informatica en wiskunde een projectsubsidie toegekend. De onderzoeken gaan onder andere over het achterhalen van de herkomst van natuurlijke materialen, het opsporen van daders met DNA-gegevens van familieleden en over gezichtsherkenning. Science4Arts Het onderzoeksprogramma Science4Arts richt zich op veranderingen in kunst, zowel wat betreft de chemische en fysische dynamiek van het object, betekenis en inhoud, als de context. Centraal staat de samenwerking tussen de restaurator, conservator, geesteswetenschapper en de natuurwetenschapper, die gezamenlijk onderzoek doen naar een object of meerdere verwante objecten binnen een museale context. Het programma wil de uitwisseling tussen het onderzoek van de onderzoeksinstellingen en het museale veld verder ontwikkelen en versterken. NWO werkt voor dit programma onder andere samen met de Amerikaanse National Science Foundation (NSF) en met het Franse IPANEMA, de synchrotronfaciliteit voor oude objecten. NWO stelt 3,6 miljoen euro beschikbaar voor de projecten, waarvan 600.000 euro voor samenwerking met de VS. Bij ieder project zijn één of meerdere musea betrokken die het onderzoek mede financieren. Met steun van de Getty Foundation is onderzoek gesteund naar de conditie van het Lam Gods (gebr. Van Eyck, 1432) en stelt een internationale werkgroep een onderzoeksagenda op voor de conservering van paneelschilderijen. Binnen het programma Science4Arts heeft NWO in 2011 aan zes projecten financiering toegekend. Onder andere schilderijen van Van Gogh en Rembrandt, oude Mexicaanse beeldverhalen en moderne fotokunst worden onder de loep genomen. 34 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Astrochemie Het Astrochemieprogramma brengt expertise uit de astronomie en de chemie samen om onderzoek te doen naar het ontstaan en de evolutie van moleculen in het heelal. Hiervoor is een coherent onderzoeksprogramma ontwikkeld rondom vier onderzoeksthema’s: (1) de vorming, vernietiging en excitatie van eenvoudige moleculen in de gasfase; (2) de rol van stof en ijs in het heelal; (3) de chemische evolutie van polycyclische aromatische koolwaterstoffen; en (4) het ontstaan van de chemische bouwstenen van leven. De invulling van het programma is bottom-up tot stand gekomen. De kick-off meeting van het Dutch Astrochemistry Network was in september 2010. NWO heeft financiering toegekend voor de uitvoering van vijftien deelprojecten rondom de vier thematische netwerken. In april 2011 is de bijeenkomst molecular networks connecting the universe georganiseerd, waarbij de internationale astrochemie netwerken bij elkaar gebracht zijn. Naast wetenschappelijke bijeenkomsten, organiseert het Dutch Astrochemistry Network ook opleidingsactiviteiten voor PhD studenten. Het Astrochemieprogramma heeft een budget van M€ 3, en wordt gezamenlijk gefinancierd door het NWO-gebied Chemische Wetenschappen en het NWO-gebied Exacte Wetenschappen. ChemThem-initiatieven Alle CW-studiegroepen zijn in 2010 gevraagd ideeën aan te dragen voor een vernieuwend thematisch programma (ChemThem) voor grensverleggend onderzoek waaruit de kracht en schoonheid van de chemie naar voren komen. Uit de lijst met voordrachten heeft het gebiedsbestuur de meest geschikte onderwerpen gekozen. Met hulp van programma­ specifieke voorbereidingscommissies zijn vervolgens twee onderzoeks­ programma’s opgezet waarin via een open call for proposals invulling gegeven is aan de eigen specifieke ambities. Begin 2011 zijn binnen elk ChemThem-initiatief vijf projecten toegekend met een totaal budget van M€ 2,5 per programma. In beide ChemThem-initiatieven werken ten minste twee verschillende onderzoeksgroepen gezamenlijk aan de uitdagende onderzoeksvragen. Door bundeling van expertises is een duidelijke synergie en complementariteit aanwezig in de consortia. 1. Chemical Biology: Organic Chemistry in Action De focus van het programma ligt op de ontrafeling van complexe bio­ logische processen in al hun chemische details, met gebruikmaking van synthetische chemie, biochemie en celbiologie. 35 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Het hoofddoel hierbij is de bestudering, controle en rekrutering van cellulaire processen op moleculair niveau, waarbij de creatieve kracht van synthetische chemie, biochemie en celbiologie ten volle wordt benut. Nieuwe synthetische methoden en strategieën zullen worden ontwikkeld en gebruikt voor het construeren van verbindingen die vervolgens worden toegepast bij de studie van biologische verschijnselen. Het vermogen om complexe biologische processen te ontrafelen in al hun chemische details is een ‘showcase’ voor de kracht en schoonheid van de chemie. 2. Out-of-equilibrium Self-Assembly: from the (supra)molecular to the colloidal domain Dit programma draait om onderzoek naar zelfassemblage: de spontane groepering van moleculen op grond van chemische informatie die in de moleculen zit opgeslagen. Het hoofddoel van dit programma is de versterking van het onderzoek naar niet-evenwichtssystemen en processen, waarin zelfassemblage wordt gecontroleerd door moleculaire herkenning en waarin de verschillen in lengte- en tijdschalen tussen de (supra-)moleculaire en colloïdale domeinen overbrugd worden. Daarnaast heeft het programma als doel de interactie te bevorderen tussen Nederlandse onderzoeksgemeenschappen op het gebied van colloïdchemie en supramoleculaire chemie. Nanotechnologie CW neemt deel aan het onderzoeksprogramma Nanotech­nologie (NWOnano) van de technologiestichting STW samen met het NWO-gebied Aarden Levenswetenschappen en de stichtingen FOM en ZonMW. Leidend voor de invulling van het nano-programma was de Strategische Research Agenda (SRA) Nanotechnologie (2008). In de SRA is de ambitie voor nanowetenschap en -technologie in Nederland verwoord, evenals de strategie en financieringsbehoeften om deze ambitie te verwezenlijken. De vier thema’s waarop het nano-programma is toegespitst zijn NanoMedicine, NanoInsights, Nanomaterials & Engineering (inclusief design & fabricage en effectanalyse). Er is ruimte voor zowel toepassingsgericht als fundamenteel onderzoek. Van de 109 ingediende aanvragen werden er uiteindelijk 21 gehonoreerd voor een totaalbudget van tien miljoen euro. Bij de toegekende projecten is een groot aantal projecten met duidelijke raakvlakken met de chemie. 2.2 Sectorplan Natuur- en Scheikunde Een sterk fundament voor de chemie in Nederland Het Sectorplan Natuur- en Scheikunde (SNS) beoogt enerzijds een duurzame vergroting van de instroom van studenten, en anderzijds handhaving/verbe- 36 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht teringen van de internationale status van fysisch en chemisch toponderzoek in Nederland, te bewerkstelligen. Op basis van het Sectorplan zijn gerichte keuzes in zwaartepunten van onderzoek en goede afspraken hierover tussen universiteiten gemaakt. Daardoor ontstaat niet alleen meer focus en massa in het onderzoek, maar krijgen ook het bachelor- en masteronderwijs nieuwe impulsen. Onderzoekszwaartepunten en masteropleidingen worden nadrukkelijk aan elkaar gekoppeld. Vanuit het SNS is vanaf 2011 jaarlijks tien miljoen euro extra beschikbaar voor de chemie en tien miljoen euro voor de natuurkunde. Het grootste deel (jaarlijks totaal veertien miljoen euro) wordt verdeeld via de eerste geldstroom, waarvoor alle bètafaculteiten profileringsplannen hebben opgesteld. Een kleiner deel (jaarlijks totaal zes miljoen euro) loopt via de tweede geldstroom: de helft via FOM voor de natuurkunde en de andere helft via NWO-CW voor de chemie. CW verdubbelt het uit het Sectorplan voortgekomen bedrag met eigen middelen, waardoor tussen 2011 en 2016 in totaal 36 miljoen euro beschikbaar komt om binnen de chemische wetenschap de ambities uit het Sectorplan te ondersteunen. CW heeft de eerste SNS-middelen uitgezet via de BAZIS-subsidie, waarmee een inhaalslag op het gebied van workhorse-apparatuur voor chemisch onderzoek plaatsvindt. De subsidie is alleen voor onderzoeks­­­ groepen die in het SNS als ‘zwaartepunt’ in hun gebied zijn bestempeld. In de eerste en tweede BAZIS-subsidierondes werd in 2011 en 2012 zes miljoen euro toegekend aan apparatuur. De overige SNS-middelen zullen via ECHO-STIP- en TOP-punt-subsidies worden uitgezet. ECHO-STIPsubsidies zijn bedoeld om de nieuwe SNS-onderzoekers een laag­ drempelige toegangsmogelijkheid tot de tweede geldstroom te bieden. De eerste twee toekenningen hebben in het voorjaar van 2012 plaats­ gevonden. De TOP-punt zijn grote subsidies van twee miljoen euro voor (combinaties van) top-onderzoeksgroepen in de zwaartepunten. 2.3 Makelaar voor wetenschap en industrie Industrie en wetenschap bundelen krachten voor de duurzame uitdagingen van de toekomst: TASC In 2011 is het TASC-programma (Technology Areas for Sustainable Chemistry) van start gegaan als initiatief van ACTS, met financiering van NWO, het bedrijfsleven en het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I). In TASC heeft de publiek-private samenwerking in de chemie bij NWO, zoals die de afgelopen tien jaar in ACTS is vormgegeven, een vervolg gekregen. Waar het in ACTS met name grotere 37 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht consortia van industrie betrof, geeft TASC gelegenheid aan kleinere gezamenlijke activiteiten tussen industrie en wetenschap. Zodoende moet een kweekvijver ontstaan voor grootschaliger programma’s in de toekomst. De onderwerpen van TASC sluiten nauw aan bij de door de Regiegroep Chemie in zijn Businessplan geformuleerde innovatielijn ‘Katalyse en duurzame processen’: ze moeten een bijdrage leveren aan de ambities om het gebruik van fossiele grondstoffen terug te dringen en het aandeel van de chemie in de economie te vergroten. Het TASC-programma bestaat uit vier Technology Areas (TA’s) op de onderwerpen: (1) Analytische Wetenschap en Technologie (COAST), (2) Low Energy Routes naar bulkchemicalien, (3) Syngas als industriële feedstock en (4) Hybride biomassaconversie. In 2011 en begin 2012 is voor iedere TA een call gehouden; in de eerste helft van 2012 gaan de eerste projecten van start. Voor 2013 zijn volgende rondes in de TA’s beoogd. Met TASC is een budget gemoeid van 35 miljoen euro. Het Ministerie van EL&I en het Algemeen Bestuur van NWO nemen de helft van dit bedrag voor hun rekening, de andere helft wordt opgebracht door industriële en academische deelnemers. 1. Comprehensive Analytical Science and Technology (TA-COAST) TA-COAST is tot stand gekomen op basis van het R&D-programma van TI-COAST, een topinstituut op het gebied van Comprehensive Analytical Science and Technology (COAST). Het doel van TA-COAST is om onderzoek, ontwikkeling en innovatie te stimuleren over de volle breedte van de analytische wetenschap en haar toepassingsgebieden. Het programma is zo opgezet dat het de kruisbestuiving bevordert en faciliteert tussen baanbrekend fundamenteel onderzoek, analytische technologieën en toepassingsgebieden. In de onderzoeksprojecten werken wetenschappers van kennisinstellingen intensief samen met experts van tenminste twee private partners. Zo wordt het innovatie- en valorisatiepotentieel gemaximaliseerd. Eind 2011 zijn negen onderzoeksprojecten gehonoreerd. De onderzoeksprojecten richten zich met name op het verbeteren van oplossend vermogen en geminiaturiseerde analyseapparatuur, en op het meten aan intacte systemen. In totaal is er ruim negen miljoen euro beschikbaar voor dit baanbrekend wetenschappelijk onderzoek, waarvan circa 2,4 miljoen euro vanuit het bedrijfsleven en 4,5 miljoen euro vanuit de overheid wordt gefinancierd; de rest is matching door de kennisinstellingen zelf. In totaal participeren zeventien universitaire groepen en 24 private partners, waarvan ruim 40% midden- en kleinbedrijf, in de projecten. 38 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht 2. TA-Low Energy Routes to Bulk Chemicals (TA-Low Energy) Het programma Low Energy Routes to Bulk Chemicals is één van de publiek-private samenwerkingsprogramma’s die ACTS geïnitieerd heeft in het kader van TASC. Het programma richt zich op het ontwikkelen van nieuwe, energiezuinige technologieën om bulkchemicaliën te produceren. In 2011 werd een oproep uitgebracht voor onderzoeksvoorstellen binnen de drie thema’s selectieve oxidatie, stikstofactivering en alkaanactivering/(stoom)kraken. In totaal is er drie miljoen euro beschikbaar voor deze ronde. Peer review en toekenning van de ingediende onderzoeksprojecten vindt plaats in 2012. 3. Syngas, a Switch to Flexible New Feedstock for the Chemical Industry (TA-Syngas) TA-Syngas, a Switch to Flexible New Feedstock for the Chemical Industry, is een andere TA die ressorteert onder TASC. Inhoudelijk heeft het programma tot doel om katalytische conversie van grondstoffen, via syngas, naar voor de chemische industrie relevante tussenproducten te bewerkstelligen. Het TA-Syngas-programma kent de volgende vier thema’s: 1) Omzetting van syngas naar lagere olefinen of alcoholen middels heterogene katalyse: 2) Omzetting van syngas naar tussenproducten via nieuwe routes: 3) Geïntegreerde omzetting van biomassa naar tussenproducten via syngas: 4) Afvang en hergebruik van CO2. De eerste toekenningen binnen het TA-Syngas programma vinden plaats in 2012. 4. Eco-efficient Use of Biomass for Bulk and Fine Chemicals Production (TA-Biomass) Op dit moment wordt veel onderzoek verricht aan de omzetting van biomassa in duurzame brandstoffen, chemicaliën en energie. Ondanks de grote progressie die op het gebied van biomassavalorisatie wordt geboekt, staat de wetenschap voor nog veel uitdagingen. Hoewel bioraffinaderijen steeds meer realiteit worden, moeten er nog de nodige stappen worden gezet om tot een volledige valorisatie van biomassa-(rest) stromen te komen voor de vervaardiging van hoogwaardige producten. Hiertoe dienen sterk geïntegreerde bioraffinaderijen te worden ontwikkeld die volledig geoptimaliseerd zijn wat betreft energie-efficiëntie en grondstofgebruik. De belangrijkste technologische barrières om in de toekomst de volledige potentie van bioraffinage te kunnen benutten, liggen op het gebied van de ontwikkeling van (bio)katalysatoren, de karakterisatie van biomassastromen en conversieprocessen, en de ontsluiting en fractionering van biomassa. Het TA-Biomass draagt hieraan bij door zich te richten op moeilijk converteerbare feedstocks, N-verbindingen, furaanchemie, chirale moleculen en terpenen. Deze onderwerpen worden bestudeerd vanuit vijf geïnte- 39 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht greerde invalshoeken: (1) chemokatalyse (niet-edelmetalen), (2) biokatalyse (nieuwe enzymen), (3) analytische chemie in relatie tot katalytische biomassaconversie, (4) recovery en fractionering en (5) non-conventionele katalytische technieken (zoals elektrochemie en fotokatalyse). In 2011 werd een call opengesteld met een budget van 3 miljoen euro. Toekenningen worden najaar 2012 bekend gemaakt. Advanced Chemical Technologies for Sustainability (ACTS) Onder de koepel ACTS zijn de afgelopen tien jaar vijf publiek-private programma’s uitgevoerd waarin industrie en wetenschap samen hebben gewerkt aan fundamentele vragen die voor de industrie belangrijk zijn. ACTS is een gezamenlijk initiatief geweest van de ministeries van Economische Zaken en van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieu, het bedrijfsleven en NWO-CW. De programma’s zijn reeds afgelopen of zullen binnenkort worden afgerond. Het betrof: BioBased Sustainable Industrial Chemistry (B-Basic), afgerond eind 2010; Integration of Biosynthesis and Organic Synthesis (IBOS) en Advanced Sustainable Processes for Engaging Catalytic Technologies (ASPECT), beide af te ronden eind 2012; Duurzaam Waterstof en Process on a Chip (PoaC), afronding eind 2013. Binnen ACTS is veel ervaring opgedaan met het opzetten van samenwerkingsmodellen voor wetenschap en industrie. Deze ervaringen zijn meegenomen in de opzet van het TASC-programma. 2.4 Belangenbehartiger van het chemisch veld in Nederland Groeien met kennis (NWO-strategie 2011-2014) In juni 2010 presenteerde NWO haar strategische plannen voor de periode 2011-2014, onder de titel Groeien met kennis, NWO-strategie 2011-2014. In de plannen ligt de nadruk op blijvend investeren in excellent onderzoek van topwetenschappers en in talentvolle jonge onderzoekers, die juist nu, in tijden van krapte, de ruimte moeten krijgen om hun vernieuwende ideeën te onderzoeken. Een tweede accent ligt op een extra impuls voor onderzoek dat zich richt op urgente maatschappelijke vraagstukken. NWO wil daarbij samenwerken met relevante partners en inzetten op thematisch onderzoek dat goed aansluit bij het topsectorenbeleid van het kabinet-Rutte. Het thema met de duidelijkste chemische insteek is Materialen: oplossingen voor schaarste. Andere voor de chemie relevante thema’s richten zich op Duurzame Energie, Water & Klimaat en High Tech Systems & Materialen. NWO-breed komt er, mede ingegeven door het topsectorenbeleid, meer 40 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht aandacht voor kennisbenutting. Internationale samenwerking - vooral met emerging science nations China, India en Brazilië - en meer aandacht voor grootschalige onderzoeksinfrastructuur zijn de andere speerpunten van de huidige NWO-strategie. Chemie maakt toekomst mogelijk (CW-koers 2011-2015) In september 2011 presenteerden CW en ACTS Chemie maakt toekomst mogelijk, de koers voor de chemie bij NWO voor de periode 2011-2015. De chemie bij NWO zet zich de komende jaren in voor publiek-private ‘kraamkamers’ voor nieuwe innovaties in de chemie, voor investeringen in vrij onderzoek, en voor financiering van het beste onderzoek op gebied van slimme materialen en groene chemie. De koers bouwt voort op eerdere successen en is de invulling van de chemie bij NWO aan de NWOstrategie Groeien met Kennis, en aan de actieagenda New Earth, New Chemistry van de Topsector Chemie. In de koers zijn twee hoofdlijnen uitgezet en twee ondersteunende beleidslijnen. Hoofdlijn 1: Investeren in vrij onderzoek CW zet in op vrij onderzoek én op multidisciplinair onderzoek. De chemie is immers nauw verbonden met de natuurwetenschappen, de levenswetenschappen en de ontwerp- en construerende wetenschappen. Altijd gaat het om excellent, vernieuwend onderzoek met een moleculair uitdagende vraagstelling. CW maakt middelen vrij voor onderdelen van het Sectorplan Natuur- en Scheikunde: apparatuur, startende groepsleiders en steun aan topgroepen. Hoofdlijn 2: Investeren in maatschappelijk geïnspireerde thema’s en publiek-private samenwerking CW en ACTS ontwikkelen en ondersteunen maatschappelijk relevante onderzoekslijnen die tot nieuwe economische activiteiten kunnen leiden. ACTS heeft hiervoor een nieuw concept ontwikkeld voor publiek-private samenwerking: de Technology Area’s for Sustainable Chemistry (TASC). Een TASC is een klein, snel opgezet PPS-programma dat kan uitgroeien tot een groter initiatief. In 2011 en 2012 zijn de eerste vier TASCs gestart. Ook andere vormen om publiek-private samenwerking te bevorderen kunnen een plaats krijgen binnen de TKI Nieuwe Chemische Innovaties (zie volgende bladzijde). De ambities van de Topsector Chemie op het gebied van slimme materialen en groene chemie zijn voortaan leidend bij de keuze voor PPS-onderzoeksprogramma’s. Ondersteunend aan deze twee hoofdlijnen verstevigen NWO-CW en ACTS de internationale samenwerking met onderzoekers binnen en buiten Europa. Ten slotte wil de chemie bij NWO een bindend element zijn in de Nederlandse chemische gemeenschap. 41 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Topsector Chemie: economisch zwaartepunt In februari 2011 heeft het kabinet-Rutte in het kader van het nieuwe bedrijfslevenbeleid negen topsectoren aangewezen, waaronder Chemie. Het topteam voor de Chemie, gevormd door Rein Willems (voorzitter Regiegroep Chemie), Bert Weckhuysen (Universiteit Utrecht, lid Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen, Bert Jan Lommerts (LatexFalt) en Renée Bergkamp (EL&I), heeft in 2011 de Actieagenda New Earth, New Chemistry opgesteld. Belangrijke elementen in deze actieagenda zijn ambities op het gebied van groene chemie en slimme materialen en de noodzaak van hoogwaardig, grensverleggend wetenschappelijk onderzoek. De actieagenda is uitgewerkt tot een Innovatiecontract Chemie, dat speciaal aandacht vraagt voor de positie van fundamenteel wetenschappelijk onderzoek, en gaat ervan uit dat NWO zijn inspanningen op dit gebied volledig zal handhaven. Het gaat daarbij om de Vernieuw­ings­impuls, de Vrije Competitie en de inspanningen voor het Sectorplan Natuur- en Scheikunde. Daarnaast kent het Innovatiecontract Chemie vier zogenaamde Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) en een Human Capital Agenda. De onderwerpen van de TKI’s zijn Proces­technologie, Biobased Economy (een topsector­doorsnijdend onderwerp), Smart Polymeric Materials en een kraamkamer voor Nieuwe Chemische Innovaties. NWO investeert 225 miljoen euro in de topsectoraanpak in de periode 2012-2013 door een combinatie van relevant fundamenteel onderzoek en publiek-private programma’s. De NWO-bijdrage aan de Topsector Chemie over deze periode bedraagt tenminste 37 miljoen euro; ze is afkomstig van de NWO-onderdelen: CW, STW, FOM en ALW. De ambities van het innovatiecontract sluiten goed aan bij de koers voor de chemie bij NWO en bij de vraag waar het in het NWO-thema Materialen: oplossingen voor schaarste om draait: hoe zorgen we voor voldoende grondstoffen voor de producten van nu en van de toekomst? Op het gebied van publiek-private samenwerking in de chemie zal NWO in de jaren 2012 en 2013 bijdragen aan de Topsector Chemie door binnen het TKI Nieuwe Chemische Innovaties nieuwe innovatiethema’s en PPS-programma’s mogelijk te maken. TKI voor Nieuwe Chemische Innovaties Om een optimale samenwerking tussen de wetenschap en het bedrijfsleven te faciliteren is er, naast de grootschalige publiek-private samenwerkingsprogramma’s, behoefte aan kleine, slagvaardige programma’s waarin hoogstaand wetenschappelijk onderzoek wordt gedaan op onderwerpen die steeds voor één of enkele bedrijven relevant zijn. De Topsector Chemie bundelt deze programma’s in één TKI: Nieuwe Chemische Innovaties (TKI NCI). Binnen deze kraamkamer kunnen nieuwe innovatiegebieden worden ontdekt, opbloeien en eventueel uitgroeien tot een nieuw publiek-privaat samenwerkingsprogramma binnen de Topsector Chemie, of zelfs over de 42 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht huidige topsectorgrenzen heen. Het TKI NCI vormt een natuurlijke schakel tussen het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek in de Topsector Chemie en de bestaande en toekomstige TKI’s. De activiteiten in de TKI NCI omvatten onder meer een uitbreiding en aanscherping van de programma’s die eerder met succes zijn opgezet in ACTS. In 2012 zal de inrichting van het TKI NCI nader worden bepaald door het topteam van de Topsector, in nauw overleg met het Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen. Dynamiek in studiegroepen NWO-CW telt momenteel vijftien studiegroepen die elk een chemische subdiscipline vertegenwoordigen. Van oudsher vormen zij een levendig platform voor onderzoekers om ideeën uit te wisselen. Daarnaast spelen ze een belangrijke rol in de beoordelingsprocessen en beleidsvorming van NWO-CW. Jaarlijks komen de leden van de studiegroepen bij elkaar tijdens wetenschappelijke bijeenkomsten voor één of meerdere studiegroepen, waarvan CW vaak (mede)financier is. Omdat onderzoek vaak niet in één hokje past zijn de laatste jaren grotere bijeenkomsten georganiseerd, zodat kennis in een breder verband kan worden uitgewisseld. Deze bredere bijeenkomsten omvatten meestal plenaire lezingen door gastsprekers uit binnen- en buitenland en parallelsessies die gewijd zijn aan een voornaam wetenschappelijk thema. Een groeiend aantal onderzoekers is tevreden met de bredere bijeenkomsten en waardeert de uitgebreide netwerkvorming en kennisoverdracht. In het kader van het internationaal Jaar van de Chemie is in 2011 een wetenschappelijke bijeenkomst voor de héle chemie in Nederland georganiseerd: CHAINS. In het plenaire en parallelle programma waren alle studiegroepen vertegenwoordigd. In de komende twee seizoenen zullen weer brede bijeenkomsten worden georganiseerd zoals in het seizoen 2010-2011. Chemistry as Innovating Science (CHAINS) Op 28, 29 en 30 november 2011 werd ter ere van het internationaal Jaar van de Chemie de grootste gezamenlijke chemieconferentie ooit in Nederland georganiseerd: CHAINS. NWO-CW nam in de organisatie het voortouw, maar ook KNAW, KNCV en VNCI hebben hierin ondersteund. Het was voor het eerst dat alle disciplines van de chemie onder één dak samenkwamen. Ruim 1.400 chemici bezochten DeFabrique in Maarssen om elkaar te ontmoeten en ideeën uit te wisselen. De programmacommissie had zich ingespannen voor een uitstekende lijst gastsprekers, die in de plenaire zaal de show stalen. In kleinere zalen presenteerden jonge onderzoekers hun meest recente resultaten, op voordracht van de CW-studiegroepen. Daarnaast waren er posterpresentaties, een studentendenktank en workshops geprogrammeerd. Na afloop heeft eenderde van de bezoekers zijn mening gegeven via een evaluatieformulier. Hieruit 43 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht kan CW lessen trekken over de succesfactoren en verbeterpunten voor een volgende gezamenlijke bijeenkomst. Over het algemeen was men zeer positief over CHAINS2011. De ambitie van CW is om het vervolg, CHAINS2014, nog breder in te zetten waarbij de herkenbaarheid voor de verschillende chemische disciplines in Nederland uiteraard wordt gewaarborgd. Communicatie en kennisoverdracht NWO-CW wil onderzoekers met elkaar in contact brengen. Dit doet zij onder andere door het organiseren van congressen en workshops. Tijdens deze congressen verzorgen beleidsmedewerkers van CW geregeld workshops over de subsidies en werkwijze van NWO. In 2011 zijn tientallen congressen en workshops georganiseerd met als hoogtepunt het congres CHAINS. NWO-CW informeert haar achterban via de website, de nieuwsbrief en tijdens de studiegroep- en programmabijeenkomsten. Daarnaast streeft NWO-CW ernaar om het werk van onderzoekers onder de aandacht te brengen bij de industrie en het bredere publiek. Regelmatig worden de media voorzien van persberichten over interessante onderzoeksresultaten en bijeenkomsten, of initieert NWO-CW interviews met onderzoekers. In 2011 kwamen NWO-onderzoekers in het nieuws onder meer op radiozender BNR (in meerdere programma’s), Radio 1 (programma Met Het Oog op Morgen en Casa Luna), in diverse dagbladen, de website Kennislink en vele andere online publicaties. Hiernaast zijn er in 2011 meerdere publiekslezingen gegeven door prominente chemische wetenschappers in de succesvolle reeks ‘Spinoza te Paard’ in Den Haag en één op het Lowlands-festival. Tot slot brengt NWO met de uitgever van magazine Quest jaarlijks het boek Experiment NL uit in een oplage van ruim tienduizend stuks, met het leukste en opvallendste onderzoek in Nederland. CW zorgt er elke editie voor dat de chemische wetenschap(pers) goed vertegenwoordigd zijn in deze publieksuitgave. Jaar van de Chemie Om de innovatiekracht van de chemie te benadrukken is 2011 door de Verenigde Naties uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Chemie. In Nederland was NWO-CW samen met KNCV, VNCI, de Stichting C3 en VAPRO de trekker hiervan. Onder de naam van het Jaar van de Chemie vonden tientallen activiteiten plaats rond het thema chemie, zoals een theatervoorstelling en tentoonstelling over het leven van Marie Curie, een Open Dag chemie, een zomertentoonstelling in wetenschapsmuseum Nemo, diverse activiteiten met musea in Nederland met als thema ’Chemie en kunst’ en het congres CHAINS. 44 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht 2.5 Internationale bruggenbouwer Nieuwe innovaties over grenzen heen In haar internationale beleid richt NWO zich onder andere op de opkomende wetenschapslanden. Chemische Wetenschappen geeft daar graag invulling aan en heeft de afgelopen jaren mogelijkheden met China en India verkend en inmiddels concrete samenwerkingsprogramma’s met deze landen opgezet. Recent zijn hier ook Brazilië en Zuid-Afrika bijgekomen. Het betreft zowel fundamenteel-wetenschappelijke samenwerking, alsook science industry cooperation: publiek-private samenwerking over de grenzen heen. China China is economisch en wetenschappelijk sterk in opkomst. Als reactie op signalen uit de wetenschap en het bedrijfsleven zoekt CW, samen met het gebied Exacte Wetenschappen (EW) en andere NWO-onderdelen, naar verdieping van de samenwerking. De wetenschappelijke samenwerking wordt versterkt door middel van het Joint Scientific Thematic Research Programme (JSTP). JSTP publiceert jaarlijks calls rond een thema dat voor beide landen hoge prioriteit heeft. In 2010 was dit ‘hybride conversie van biomassa’. In 2011 werden vier Nederlands-Chinese aanvragen rond dit thema gehonoreerd.Ook met de Research Grants Council van Hong Kong werd in 2010 een gezamenlijke call gepubliceerd. Zeven onderzoeksgroepen uit de achterban van CW en EW ontvingen reisbeurzen om projecten met collega’s in Hong Kong uit te voeren. CW en EW ontwikkelden in 2010 en 2011 met het Chinese Ministry of Science and Technology (MOST) een unieke samenwerkingsvorm waarbij vier partijen (bedrijfsleven en wetenschap, ieder uit twee verschillende landen) hun krachten bundelen. Op 12 mei 2011 organiseerden NWO en MOST in Shanghai een succesvolle workshop op de DSM R&D Campus met Nederlandse en Chinese universitaire onderzoekers en DSMonderzoekers. Een dag later werd in aanwezigheid van vertegenwoor­ digers uit de academische wereld, het bedrijfsleven (onder andere DSM, Akzo Nobel, Philips, NXP) en Chinese overheidsinstanties het 合 Platform opgericht. Het Chinese karakter 合 (Hé, spreek uit ghuh) betekent 'samenwerking'. Doel is om gezamenlijk te investeren in internationale samenwerking tussen bedrijven en wetenschap, onder andere op het gebied van duurzame nieuwe materialen. Begin 2012 is de eerste call gepubliceerd. De eerste projecten zullen in de loop van dat jaar van start gaan. 45 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht India Met India zijn in het voorjaar van 2011 de eerste contacten gelegd. Verschillende onderzoeksinstituten en bedrijven zijn bezocht in Mumbai, Pune, Bangalore en New Delhi. Ook werden zusterorganisatie Department for Science and Technology (DST) en het meer industrie-georiënteerde Council for Scientific and Industrial Research (CSIR) aangedaan. DST heeft interesse getoond om met Nederland samen te werken op het terrein van het materialenonderzoek. In de loop van 2011 is in kaart gebracht welke onderwerpen voor beide landen interessant en relevant zijn, en waarop op basis van wederzijdse sterkte zou kunnen worden samengewerkt. Vervolgens zijn afspraken gemaakt over een call “Functional Materials” voor samenwerkingsprojecten tussen gerenommeerde Indiase en Nederlandse onderzoekers en onderzoeksorganisaties op het gebied van slimme en functionele synthetische materialen. Deze call wordt medio 2012 opengesteld. Naast dit programma wordt, conform de samenwerking met China, ook met India science industry cooperation over de grens verkend. Brazilië Na China en India is Brazilië voor NWO het volgende opkomende wetenschapsland waarmee ingezet wordt op samenwerking. In november 2011 heeft het Algemeen Bestuur van NWO een Memorandum of Understanding getekend met zusterorganisatie National Council for Scientific and Technological Development (CNPq). Afgesproken is om jaarlijks een thema aan te snijden en hiervoor wederzijds middelen beschikbaar te stellen. CW zal, samen met ALW, het spits afbijten en samen met de Braziliaanse collega’s een programma op het gebied van de Biobased Economy vormgeven, een onderwerp dat ook nauw aansluit bij het gelijknamige cross-sectorale topsectorthema. Naar verwachting zal in de loop van 2012 een call worden geopend. Zuid-Afrika Ook met Zuid-Afrika worden in 2012 de mogelijkheden verkend. Met name voor science industry cooperation lijken hier goede mogelijkheden te liggen. Gesprekspartners zijn het Department of Science and Technology (DST), de National Research Foundation (NRF) en de industrie. Verenigde Staten NWO-CW werkt samen met de Amerikaanse National Science Foundation (NSF) binnen het NSF-programma International Collaborations in Chemistry (ICC). In het ICC-programma zijn, naast Nederland, ook Duitsland, GrootBrittannië, China, Japan, Frankrijk, Rusland, Polen, Luxemburg, Spanje en 46 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht Oostenrijk partners waarmee Amerika samenwerkt. Zowel NWO-CW als de NSF stelt financiële middelen beschikbaar om hun eigen nationale wetenschappers te financieren. In lijn met de NWO-strategie is bij de samenwerking tussen beide organisaties zoveel als mogelijk gewerkt volgens het zogenaamde lead agent principe. Hierbij neemt één van de twee organisaties het merendeel van de verantwoordelijkheden voor het managen van de gezamenlijke call op zich en wordt vermeden dat werkzaamheden dus dubbel uitgevoerd worden. In dit programma was de NSF die lead agent. De ICC-subsidies bieden de mogelijkheid om in internationaal verband nieuwsgierigheidgedreven onderzoek van hoge kwaliteit uit te voeren op het gebied van de (moleculaire) chemie en chemische technologie. De synergie tussen de Nederlandse en Amerikaanse onderzoekers en de toegevoegde waarde van hun samenwerking spelen een belangrijke rol bij de beoordeling. Medio juli 2011 zijn drie projecten in deze gezamenlijke call toegekend. ERA-netten In de ERA-netten zetten Europese onderzoeksfinanciers zich met steun van de Europese Unie in om subsidieprogramma’s op elkaar af te stemmen en zo voor onderzoekers de weg te effenen naar grootschalige samenwerking rond een bepaald onderwerp. ACENET, een ERA-net op het gebied van toegepaste katalyse, werd in 2011 succesvol afgerond waarbij het fundament werd gelegd voor continuering van dit programma. In datzelfde jaar werd het voorstel voor een opvolger van ACENET gehonoreerd binnen het Zevende Kaderprogramma van de Europese Commissie (FP7). Bij dit nieuwe programma, CAPITA, zijn zes Europese onderzoeksfinanciers aangesloten, waaronder NWO-CW. De deelnemers aan CAPITA zullen de komende vier jaar nieuwe partners aantrekken en een onderzoeksagenda opstellen voor het uitbrengen van nieuwe gezamenlijke calls waarin samenwerking tussen kennisinstellingen en het bedrijfsleven wederom centraal staat. In nauwe samenwerking met SusChem en andere Europese technologieplatforms zal CAPITA ook een rol nemen bij de totstandkoming van Europese onderzoeksagenda’s op het gebied van toepaste katalyse. In het ERA-net ERA-IB, dat zich focust op industriële biotechnologie, zijn najaar 2010 tien Europese samenwerkingsprojecten gehonoreerd met een gezamenlijk budget van ruim 11,1 miljoen euro. Onder de gehonoreerde projecten bevonden zich vier Nederlandse deelnemers (gezamenlijk gefinancierd door NWO-CW en het Netherlands Genomics Initiative, NGI). 47 Chemische Wetenschappen / Jaaroverzicht In 2011 werd ERA-IB succesvol verlengd voor een periode van vier jaar tot 2016. Het consortium werd uitgebreid met onderzoeksfinanciers uit Turkije, Rusland, Groot-Brittannië, Noorwegen, Vlaanderen en Israël. De komende vier jaar zullen vier gezamenlijke calls worden georganiseerd. Het gebiedsbestuur CW heeft de Nederlandse deelname aan deze calls in overweging. Daarnaast is CW toegetreden tot M-era.net, een groot ERA-net van 37 partners uit 25 landen op het gebied van materialenonderzoek en engineering. Het voornaamste doel voor CW met deze deelname is de verdere uitbreiding van het Europese netwerk op dit terrein, dat ten dele aansluit bij het NWOthema Materialen: oplossingen voor schaarste. Het consortium is in februari 2012 officieel van start gegaan. De eerste gezamenlijke call kent vijf onderwerpen: (1) Computational materials modelling, (2) Secondary raw materials (critical, secondary, by-products and valorisation), (3) Design of new interfaces, (4) surfaces and coatings en (5) Hybrid composites en Materials for energy systems. Om budgettaire redenen kan CW niet aan deze eerste call deelnemen. INNOVA BIOCHEM Op initiatief van het Europese Technologie Platform SusChem is CW partner in het project INNOVA BIOCHEM, dat deel uitmaakt van het Zevende Kaderprogramma van de Europese Commissie. Het project is op 1 februari 2010 van start gegaan en heeft een budget van drie miljoen euro. BIOCHEM heeft als doel jonge, innovatieve bedrijven in het veld van biobased chemicals en biobased products bij te staan in de opstartfase. Hiervoor hebben de verschillende partners inmiddels een aantal instrumenten ontwikkeld, zoals een leidraad voor het opstellen van bedrijfsplannen, een partnering database, een bedrijfsplancompetitie en online masterclasses. Op deze manier assisteert INNOVA BIOCHEM startende bedrijfjes met het vermarkten van hun product. Al deze facetten komen samen in zogeheten Accelerator Fora: symposia waar ondernemers, onderzoekers en investeerders met elkaar in contact kunnen komen. CW heeft een voortrekkersrol bij de organisatie van de Accelerator Fora, waarvan op 4 tot en met 6 oktober 2011 de eerste editie plaatsvond te Milaan. 48 Chemische Wetenschappen De kracht van kleine innoveerders Bert Jan Lommerts Bert Jan Lommerts is algemeen directeur van Latexfalt, een Nederlands bedrijf dat innovatieve vloer- en coatingsystemen ontwikkelt en op de markt brengt. Namens het MKB heeft hij zitting in het Topteam Chemie. 49 Chemische Wetenschappen / Interview Bert jan Lommerts Bert Jan Lommerts: “Fundamenteel en toegepast onderzoek zijn in Nederland van oudsher sterk gepolariseerd geweest. In mijn ogen zijn Nederlandse universiteiten er vooralsnog onvoldoende in geslaagd de waarde van hun onderzoek te laten groeien. Als het goed is, gaat het Topsectorenbeleid daar verandering in brengen. De Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) zijn specifiek opgezet om zowel kennis als toegevoegde waarde te ontwikkelen, en daarmee de BV Nederland sterker op de kaart te zetten. Dat lijkt me een heel veelbelovende ontwikkeling.” MKB “Het midden- en kleinbedrijf (MKB) kan hierin een grote rol spelen. Het kan innovaties relatief snel naar de markt brengen. Grote bedrijven hebben de neiging alleen achter de grootste ontwikkelingen aan te lopen, maar daardoor laten zij de kleine ‘krentjes in de pap’ onbenut. Juist die kunnen Nederland op de kaart zetten. Met elkaar hebben kleinere bedrijven daarom een enorm potentieel voor innovatie in de chemie. Bovendien zijn zij ook gemakkelijker vooruit te helpen via het Topsectorenbeleid. Met slechts een relatief kleine investering per project kunnen zij heel specifieke innovaties voortbrengen, en heel leuke, creatieve ontwikkelingen in gang zetten. Daarvoor is het wel belangrijk dat de kleine bedrijven de krachten bundelen. Dat gebeurt bijvoorbeeld al op de campus van Chemelot, de gemeenschap van kleine en grotere chemiebedrijven in Geleen.” Draagvlak “Veel mensen hebben nog altijd koudwatervrees bij het woord ‘valorisatie’. Maar in mijn ogen kan toepassingsgericht onderzoek het fundamentele onderzoek juist versterken. En wetenschappers willen hun onderzoek dolgraag in de praktijk toegepast zien. Dat vooruitzicht kan heel motiverend werken. NWO is traditioneel sterk in het vormgeven van fundamenteel onderzoek, maar samenwerking met de kleine en grote industrie is essentieel om het effect daarvan op te krikken. NWO als initiator, het MKB als valorisator: zo zie ik het. Samen moeten ze gemeenschappelijk draagvlak en gemeenschappelijke doelstellingen formuleren.” Motor “Nu wordt er nog veel geredeneerd vanuit individuele disciplines, maar de samenwerking groeit al wel. Die cultuurverandering, daarin kan het Topsectorenbeleid een verschil maken. Kleine en middelgrote chemiebedrijven kunnen daarbij een steeds grotere rol gaan spelen als motor van innovatie, ook ter ondersteuning van andere Topsectoren, zoals Water en Biobased Economy. Ja, ik ben daar heel enthousiast over. Als deze ontwikkeling doorzet, gaat het MKB Nederland echt vooruit helpen.” 50 3 Chemische Wetenschappen 51 Chemische Wetenschappen CW in vogelvlucht 52 Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht 3CW in vogelvlucht Nieuwe chemici bij de KNAW In 2011 werden twee chemische weten- TU/e) en Bert Weckhuysen (anorganische Team Van Wezel wint Academische Jaarprijs 2011 chemie en katalyse, UU). Het team van Gilles van Wezel (UL) schappers gekozen tot KNAW-lid. Deze eer viel te beurt aan René Janssen (moleculaire materialen en nanosystemen, ontving eind oktober 2011 de AcademiIn 2010 traden vijf biochemici toe als lid sche Jaarprijs 2011 voor hun project van de KNAW: Ton Bisseling (hoogleraar ‘Antibiotica gezocht!’. De bijbehorende moleculaire biologie, WUR), Dirk Jan 100.000 euro zal het team inzetten voor Broer (hoogleraar polymeertechnologie, de realisatie van een permanente TU/e), Piet Gros (hoogleraar scheikunde, opstelling in de microZoo van Artis, een UU), Mike Jetten (hoogleraar ecologische expositie in museum Boerhaave en microbiologie, RU, bijzonder hoogleraar innovatief lesmateriaal voor het VWO. milieumicrobiologie TUD), Thomas Pal- Het Leidse team maakte de afgelopen stra (hoogleraar scheikunde, RUG; direc- jaren al naam met de zoektocht naar teur Zernike Institute for Advanced nieuwe antibiotica. Van Wezel doet Materials) en Ivonne Rietjens (hoogleraar met financiering van NWO - onder meer toxicologie, WUR). drie ECHO-projectsubsidies van CW - onderzoek naar celdeling en naar Tot De Jonge Akademie trad in 2010 één de toepassing ervan voor verbeterde fysisch chemicus toe: Alexander Brinkman fermentatie. (grensvlakken en gecorreleerde electronsystemen, UT). In 2012 traden twee chemici toe: Joris Dik (scheikunde/ kunstgeschiedenis, TUD) en Maaike Kroon (scheidingstechnologie, TU/e). Ontwikkeling beschikbaar budget NWO-CW 2007-2011 35.000 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 0 2007 2008 2009 2010 2011 53 Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht Nano four-wheel drive uit Groningen In november 2011 publiceerde de Groningse chemicus Ben Feringa met zijn onderzoeksgroep een artikel in Nature waarin een molecuul wordt beschreven dat eruit ziet als een autootje met vierwielaandrijving. Feringa maakt met deze publicatie een belofte waar die hij deed toen hij in 2004 de Spinoza-premie ontving. Een doel dat hij met het Spinozageld en met een latere ERC-grant wilde bereiken, was het toepassen van deze motor bij het aandrijven van een moleculair voertuig. Dat is nu gelukt. Het artikel in Nature werd breed uitgemeten in de media, van NRC Handelsblad tot zelfs CNN. Jan Hoeijmakers ontvangt Prijs Akademiehoogleraren Bot gekweekt in laboratorium Het team van hoofdonderzoeker Nico Sommerdijk (TU/e) is er voor het eerst De KNAW kent in 2011 de ‘Prijs Akademie- in geslaagd om gecontroleerd bot- hoogleraren’ toe aan geneticus, en lid van groei te laten plaatsvinden in het het Gebiedsbestuur van Chemische Weten- laboratorium en dit proces gedetail- schappen, Jan Hoeijmakers (Erasmus MC). leerd in beeld te brengen. De resul- De prijs is bedoeld als lifetime achievement taten verschenen in het weten- award voor onderzoekers die hebben aan- schappelijke tijdschrift Nature getoond dat ze tot de absolute top van Materials (2009). hun vakgebied behoren. Hoeijmakers wordt hiermee beloond voor zijn innovatieve onderzoek op het terrein van kanker en veroudering. Bij de prijs hoort een bedrag van één miljoen euro, te besteden aan wetenschappelijk werk. Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht 54 3CW in vogelvlucht Plastics maken zonder aardolie 20102011 .7 1. Via een nieuw soort katalysator is B 2.316 K 3 Int 94 0 53 B 2.451 K 6 nt 50 7 I T 39 2 97 12 66 61 VC 5 12 T .6 77 VC biomassa efficiënt om te zetten in belangrijke bouwstenen voor onder andere plastics, medicijnen en verf. De katalysator van minuscule ijzerbolletjes is ontwikkeld door schei- PS kundigen van de Universiteit I 1. .4 71 S 8 9 48 71 53 14 2. .2 I 16 PS 48 1 Utrecht, die het onderzoek februari 2012 publiceerden in het wetenschappelijke tijdschrift Science. Projectleider Krijn de Jong: “Het levert Vrije competitie totaal Sectorplan totaal precies dezelfde producten, maar 12766 Vrije competitie = 12.677 0 Uitgaven NWO-CW Investeringen totaal Persoonsgerichte stimulering totaal Thema’s en themaprogramma’s 2007 Internationalisering 397 Kennisoverdracht + algemeen Bureaukosten totaal 2451 van aardolie.” De groep van De Jong Persoonsgerichte stimulering = 14.471 972 deed deze vinding binnen het ACTS Thema's en themaprogramma's 2007 = 1.615 Sectorplan = 0 1.538 Kennisoverdracht + algemeen = 943 481 16.248 14.471 Thema's & themaprogramma's 2007 = 972 1.615 Internationalisering totaal = 397 530 Kennisoverdracht + algemeen = 506 943 Bureaukosten = 2.451 2.316 36089 Investeringen = 12.766 12.677 Internationalisering totaal = 530 2.719 TOTAAL LASTEN Persoonsgerichte stimulering = Bureaukosten = 2.316 dan gemaakt uit snoeiafval in plaats 2010 = 4812011 Investeringen Vrije competitie = 506 Sectorplan = 1.538 16248 2719 Totaal uitgaven NWO-CW 2011 = 36.089 34.480 Bedragen in duizend €. Genoemde bedragen 2011 zijn onder voorbehoud. Voor de volledige kosten en baten zie hoofdstuk 5. Aspect-programma. De publicatie kreeg grote media-aandacht. 55 Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht Welke instelling kreeg hoeveel toegekend in 2011? Organisatie Welke instelling kreeg hoeveel toegekend in 2010? Organisatie Bedrag Bedrag Rijksuniversiteit Groningen 5.113.761 Universiteit Leiden / Leids Universitair Medisch Centrum 4.748.600 Universiteit van Amsterdam 3.653.000 Radboud Universiteit Nijmegen 3.238.382 Universiteit Utrecht / Universitair Medisch Centrum Utrecht 3.095.000 Wageningen Universiteit & Researchcentrum 2.683.000 Universiteit Utrecht / Universitair Medisch Centrum Utrecht 5.493.513 Technische Universiteit Eindhoven 2.300.386 Technische Universiteit Eindhoven 4.780.000 Vrije Universiteit Amsterdam 1.887.200 Rijksuniversiteit Groningen 4.315.531 FOM-instituten (DIFFER en AMOLF) 1.709.000 Universiteit Twente 3.580.000 Technische Universiteit Delft 1.509.000 Universiteit Leiden / Leids Universitair Medisch Centrum 3.378.100 KNAW - Hubrecht Instituut voor Ontwikkelingsbiologie en Stamcelonderzoek 1.500.000 Universiteit Twente 1.323.000 Universiteit van Amsterdam / Academisch Medisch Centrum Radboud Universiteit Nijmegen / Universitair Medisch Centrum St. Radboud 3.052.000 749.000 Erasmus MC 567.000 2.645.000 Totaal toegekend in 2011 Vrije Universiteit Amsterdam / Vrije Universiteit Medisch Centrum 2.340.000 Wageningen Universiteit & Researchcentrum 2.272.200 Technische Universiteit Delft 1.060.000 Nederlands Kanker Instituut 1.004.000 KNAW - Hubrecht Instituut voor Ontwikkelingsbiologie en Stamcelonderzoek 955.000 FOM-instituut AMOLF 780.000 KNAW - Centraal Bureau voor Schimmelcultures 280.000 Erasmus MC 260.000 Totaal toegekend in 2010 Nederlands Kanker Instituut 36.195.344 34.076.329 56 Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht 3CW in vogelvlucht Internationaal jaar van de Chemie Om de innovatiekracht van de chemie te benadrukken was 2011 door de Verenigde Naties uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Chemie. Wereldwijd is het themajaar groots opgepakt. In België verrichtte premier Leterme de openingshandeling en in Frankrijk was president Sarkozy aanwezig bij de opening. In Nederland verrichtte Minister Verhagen de openingshandeling, samen met Jos Engelen (voorzitter NWO), Hans Wijers (bestuursvoorzitter AkzoNobel) en Robbert Dijkgraaf (president KNAW). NWO was samen met KNCV, VNCI, Stichting C3 en VAPRO de trekker van het Jaar Cellen afweersysteem geven hun geheimen prijs van de Chemie. Er vonden tientallen activiteiten plaats rond het thema chemie, zoals een theatervoorstelling en tentoonstelling over het leven van Marie Curie, een Open Dag chemie, een zomertentoonstelling in Wetenschappers van het Nederlands Kanker wetenschapsmuseum Nemo en diverse acti- Instituut (NKI) hebben ontdekt hoe een van viteiten met musea in Nederland met als de belangrijkste controlemechanismen van thema ‘chemie en kunst’. NWO organi- het afweersysteem werkt. Ze testten alle seerde tientallen symposia, workshops en menselijke eiwitten en vonden er driehon- lezingen met als apotheose CHAINS2011. derd die de werking van de moleculen aan de buitenkant van de immuuncellen beïnvloeden. Door hun vondst kan de komende jaren gericht worden gezocht naar geneesmiddelen waarmee het immuunsysteem is te manipuleren. Het onderzoeksteam, onder leiding van hoogleraar Jacques Neefjes, heeft de bevindingen gepubliceerd in Cell. 57 Chemische Wetenschappen / CW in vogelvlucht 58 Chemische Wetenschappen Ambities voor onderzoek en onderwijs Bert Meijer Prof. dr. Bert Meijer is hoogleraar aan de TU Eindhoven. Daarnaast is hij lid van de commissie die de ontwikkeling en uitvoering van het Sectorplan Natuur- en Scheikunde coördineert. 59 Chemische Wetenschappen / Interview Bert Meijer Bert Meijer: “Het Sectorplan Natuur- en Scheikunde dateert van 2007. Het Ministerie van OCW heeft voor de uitvoering ervan een structurele bijdrage toegezegd van twintig miljoen euro per jaar, vanaf 2011: tien miljoen voor de natuurkunde en tien miljoen voor de scheikunde. Van dat laatste bedrag gaat zeven miljoen rechtstreeks naar de universiteiten en drie miljoen naar NWO Chemische Wetenschappen. Dat geld is bedoeld om zowel het onderzoek als het onderwijs in de scheikunde te versterken, maar vooral ook de samenhang daartussen. Vandaar de titel van het Scheikundeplan: Een perfecte chemie tussen onderzoek en onderwijs.” Focus “Dat is onze drijfveer: jonge mensen zo goed mogelijk opleiden om de problemen van over 30 à 40 jaar het hoofd te kunnen bieden. Het Sectorplan richt zich op een aantal zaken: een hogere instroom van eerstejaars studenten, het verhogen van het rendement tijdens studieen promotietrajecten en de aanstelling van zowel excellente jonge stafleden als ervaren hoogleraren. Maar bovenal biedt het Sectorplan een blauwdruk: het geeft aan waar de zwaartepunten in onderzoek precies liggen bij de Nederlandse universiteiten. Dat zorgt voor een veel betere focus voor studenten, onderzoekers en financiers. Zo’n blauwdruk draagt wel een risico met zich mee: we moeten enerzijds herkenbare masteropleidingen per universiteit benoemen, maar er anderzijds voor zorgen dat de breedte van de chemie en chemische technologie gewaarborgd blijft.” Gezamenlijk “De uitvoering van het Sectorplan is tot nu toe uitstekend verlopen, zelfs veel beter dan ik had durven hopen. De rendementen gaan omhoog, er vindt onderwijsvernieuwing plaats, er worden talentvolle onderzoekers aangesteld. Het idee van een perfecte chemie tussen onderwijs en onderzoek begint steeds meer te aarden, bij alle partijen. Dat is de grootste winst. Onze uitdaging is nu om te zorgen dat het Sectorplan zijn vruchten blijft afwerpen, en om dat ook uit te dragen. Dat lukt tot nu toe aardig; het ministerie gebruikt ons Sectorplan zelfs als voorbeeld voor andere sectoren, en ook universitaire bestuurders zijn erg positief. Alle partijen zetten er gezamenlijk de schouders onder; het is een proces voor en door chemici. Er moet nog veel gebeuren, maar ik ben ervan overtuigd dat we over twee jaar de vruchten zullen plukken.” 60 Chemische Wetenschappen 61 Chemische Wetenschappen 4 Wetenschappelijk jaaroverzicht 62 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4Wetenschappelijk jaaroverzicht Studiegroepen bij NWO Chemische Wetenschappen Bij het gebied Chemische Wetenschappen van NWO zijn vijftien studiegroepen actief. Zij organiseren jaarlijks een wetenschappelijke bijeenkomst en zijn ook daarnaast een belangrijk forum voor het chemisch onderzoek in Nederland. De bestuursleden van een studiegroep zijn vaak het aanspreekpunt voor het gebiedsbestuur. Zij hebben sinds enkele jaren een actievere rol gekregen in het beleid en het beoordelingsproces van CW. Zo nemen de besturen zitting in de beoordelingscommissies voor TOP/ECHO- en Vernieuwingsimpulsrondes en dragen zij aanvullende kandidaten aan voor een pool van commissieleden die kunnen worden ingezet voor de prioritering van onderzoeksvoorstellen. Ook leveren de besturen referentensuggesties aan voor de evaluatie van onderzoeksvoorstellen, met name in de vrije competitie. Daarnaast betrekt het gebiedsbestuur CW de besturen bij de ontwikkeling van de strategie en het beleid van CW en hebben de besturen een belangrijke rol bij de organisatie van een gezamenlijke (eventueel geclusterde) jaarlijkse wetenschappelijke bijeenkomst. Dit hoofdstuk geeft per studiegroep een overzicht van de ontwikkelingen en hoogtepunten van het afgelopen jaar. 4.1 Analytische scheikunde Metabolomics en 'organen op een chip' brengen personalized medicine dichterbij Het Netherlands Metabolomics Centre (NMC) bestudeert de rol van de stofwisseling in gezondheid en ziektes. Als onderdeel van de metabolomics pipeline is een laboratorium voor grootschalige metabolomics studies opgezet, waar onder andere een groot aantal klinische en preklinische studies gemeten wordt. Dit lab heeft biomarkers gevonden die bijvoorbeeld voorspellen of een patiënt baat heeft bij het toedienen van aspirine ter voorkoming van cardiovasculaire ziektes. Deze bio­ markers helpen niet alleen om voor patiënten de juiste therapie te bepalen, maar vormen ook de basis voor verder onderzoek naar betere cardiovasculaire medicijnen. 63 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht Een tweede belangrijke doelstelling van het NMC is om in patiënten het effect van een geneesmiddel op de stofwisseling te meten. Doet een geneesmiddel precies wat je zou verwachten en wat zijn de neven­ effecten? Hiervoor zijn methoden ontwikkeld om, met behulp van stabiele isotopen, de in vivo synthese van lipiden en metabolieten in een groot aantal stofwisselingsprocessen tegelijk te meten. Zo begrijpen we nu bijvoorbeeld de werking van een aantal geneesmiddelen op de ­cholesterolstofwisseling beter. Naast het bestuderen van lichaamsvloeistoffen werken we aan minuscule orgaanmodellen om metabolisme in vitro te kunnen onderzoeken. Recent is binnen het NMC grote vooruitgang geboekt door met behulp van zogenaamde phase guides extreem kleine hoeveelheden vloeistoffen op een chip te transporteren. De vloeistoffen stromen door kanaaltjes die als ’bloedvaten’ voor micro-organen fungeren. Op de chip groeien verschillende cellen in laagjes naast elkaar waardoor een weefsel of orgaan tot in detail kan worden nagebootst. Doordat de weefsels zo klein zijn, kunnen er honderden van op een screeningsplaat worden gezet. Deze screeningsplaten worden gebruikt voor het voorspellen van de toxiciteit of werkzaamheid van geneesmiddelen. Daardoor kan de ontwikkeling van medicijnen efficiënter worden gemaakt en kan voor individuele patiënten de meest geschikte mix van medicijnen worden bepaald. Het bedrijf MIMETAS is opgericht om deze technologie naar de markt te brengen. Andere hoogtepunten uit 2011 In 2011 zijn weer een aantal projecten en initiatieven gestart waar analytische chemie een cruciale rol speelt: binnen het TA-Coast onderzoeksprogramma zijn een aantal projecten gestart om nieuwe analytische technieken te ontwikkelen of verbeteren. Daarnaast hebben twee grootschalige onderzoeksfaciliteiten forse subsidie gekregen: een ultra-hoge veld NMR-faciliteit en een grootschalige proteomics faciliteit. Een aantal publiek-private initiatieven in de life sciences heeft hun krachten gebundeld in het Dutch TechCentre for Life Sciences. De studiegroep Analytische scheikunde houdt zich bezig met het ontwikkelen en verbeteren van analytische methoden en technieken en met de toepassing ervan op talloze gebieden binnen onderzoek, industrie en maatschappij. Binnen de studiegroep is veel activiteit op het gebied van scheidingsmethoden en massaspectrometrie. Deze technieken worden vaak in combinatie toegepast. 64 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.2 Biomoleculaire chemie De biomoleculaire chemie bestrijkt de studie naar biomoleculen in de volle breedte. De ontwikkeling en de studie van biomoleculaire architecturen en gerelateerde complexe modellen is van groot belang. Het moleculaire begrip van biomoleculen en deze vertaald in een toepassing in bijvoorbeeld de biokatalyse en medicijnontwikkeling staat centraal. Fotoenzymatische C-H Hydroxylering met zuurstof Samen met de groep van Martin Hofrichter (Universiteit van Zittau, Duitsland), is de groep van Isabel Arends en Frank Hollmann (Technische Universiteit Delft) erin geslaagd om een snelle en selectieve oxidatie uit te voeren van een niet geactiveerde C-H binding. Met deze vinding kan een alkaan worden omgezet in een alcohol in één stap. Voor deze reactie werd een stabiel enzym ingezet, een zogenaamd heem/thiolaat peroxidase van de schimmel Agrocybe aegerita. Normaal gesproken heeft dit enzym waterstofperoxide nodig voor de oxidatie, maar in dit geval werd luchtzuurstof gebruikt in combinatie met daglicht en flavine als cokatalysator (zie figuur). Op deze manier werden hoge turnovers gehaald (voor bijvoorbeeld de oxidatie van cyclohexaan naar cyclohexa- Arends, Hollmann, Churukova nol werd een turnover van 17.900 gehaald). Dit is zeker twee ordes groter dan de turnover die met het conventionele enzym chloroperoxidase van Caldioromyces fumago kan worden bereikt. Daarnaast kan de stereoselectieve hydroxylering van ethylbenzeen worden uitgevoerd met > 97% ee voor (R)-1-fenylethanol. Naast hydroxylering is dit enzym ook actief in epoxidatie. Deze resultaten betekenen een belangrijke stap voorwaarts in de grootschalige toepassing van gebruiksvriendelijke enzymen voor selectieve oxidaties. ν⁄ Specific Photobiocatalytic Oxyfunctionalization Reactions, E. Churakova, M. Kluge, R. Ullrich, I. Arends, M. Hofrichter, and F. Hollmann, Angew. Chem. 2011, 123, 10904-10907. 65 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.3 Homogene katalyse en coördinatiechemie Activiteiten van de studiegroep Homogene katalyse en coördinatie­ chemie zijn gericht op de synthese, structuur, eigenschappen, reactiviteit en toepassingen van de moleculaire complexen van metalen en metaalionen. Dit omvat alle aspecten van coördinatiechemie en organometaal­chemie, de twee richtingen die het hart van de homogene katalyse en bioanorganische chemie vormen. Radicalen temmen aan de UvA In de groep van Bas de Bruin (Universiteit van Amsterdam) hebben wetenschappers ontdekt dat de vorming van reactieve carbeen- en nitreen-liganden aan kobalt(II)-porfyrine complexen gepaard gaat met onverwachte elektron-overdacht van het metaal naar deze hypovalente substraten. Hierbij ontstaan koolstof-gecentreerde ‘carbeenradicalen’ en stikstof-gecentreerde ‘nitreenradicalen’. Deze radicaal-type substraten blijven als ligand gebonden aan het metaal. Dergelijke ‘ligand radicalen’ vertonen een opmerkelijk gecontroleerde radicaaltype reactiviteit. Dit speelt een belangrijke rol in kobalt-gekatalyseerde cyclopropanering en aziridinering van alkenen, en in katalytische C-H functionalisering met carbeen- of nitreen-precursors. Deze reacties verlopen met een onverwacht hoge (enantio)selectiviteit, ondanks het radicaal-type reactie-pad. Op basis van de bovengenoemde onderzoeksresultaten heeft Bas de Bruin recent een NWO-VICI onderzoeksvoorstel ingediend, met als onderwerp: ‘gecontroleerde katalytische radicaal-type reacties’. Het betreffende onderzoeksvoorstel is zeer goed ontvangen door de referenten en de VICI-commissie, met als resultaat dat het onderzoeksteam van Bas binnenkort wordt uitgebreid met vijf aio’s en een postdoc. Bas hoopt zo binnenkort nog veel meer radicalen te temmen. 4.4 Chemie van de vaste stof en materiaalkunde De studiegroep Chemie van de vaste stof en materiaalkunde richt zich op het begrip en toepassing van vaste-stof-materialen. Het onderzoek omvat nanomaterialen, dunne films, materialen voor duurzame energie, nieuwe elektronische eigenschappen en kristalgroei/morfologieverschijnselen. Naast materiaalsynthese is het onderzoek gericht op karakterisering met onder andere geavanceerde microscopen, verstrooiing (neutronen, X-ray, en synchrotron), scanning probe technieken. Ook is het onderzoek gericht op de theoretische verklaring van 66 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht nieuwe materiaaleigenschappen. De focus van de groep heeft een sterke overlap met onderwerpen in de moderne vaste-stof fysica en kristallografisch onderzoek. Hybride materialen voor multifunctionele eigenschappen Organische-anorganische hybride verbindingen zijn interessant omdat hun eigenschappen aangepast kunnen worden door het afzonderlijke ontwerp van de organische en anorganische bouwstenen. Onderzoekers Thom Palstra, Beatriz Noheda, Graeme Blake en Rob de Groot (Rijksuniversiteit Groningen) hebben nieuwe vormen van elektrische functionaliteit in dergelijke hybriden bestudeerd. De structuren bieden mogelijkheden om bijvoorbeeld elektrische geleiding of magnetische ordening te koppelen aan elektrische polarisatie. De Groningers hebben hybriden bestudeerd bestaande uit alternerende lagen CuCl6-octahedra en organische lagen eindigend met de polaire NH3-groep van fenylethylamine (zie figuur). Deze hybride vormt een nieuwe klasse multiferroica door de gecombineerde ferromagnetische orde van Cu2+ en de ferro-elektrische orde van NH3. De ferromagnetische orde onder 10K wordt veroorzaakt door de orbitaal-ordening van Cu2+ die optreedt onder 420K. De ferro-elektrische orde komt voort uit de waterstofbinding tussen de geknikte NH3-groep en de anorganische laag. De magneto-elektrische koppeling kan groot zijn doordat het magnetische en het ferro-elektrisch moment gekoppeld zijn door de rotatie van de CuCl6-octahedra. Deze tweedimensionale hybriden zijn analoog aan de grensvlakken van SrTiO3 / LaAlO3. Echter, de synthese bij lage temperatuur vanuit de vloeistof of via de Langmuir-Blodgett-techniek levert een geringer aantal defecten op. 67 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht Multiferroics zijn zeldzaam omdat ferromagnetisme normaliter gepaard gaat met gedeeltelijk gevulde d-orbitalen, terwijl ferro-elektrische verbindingen vooral afkomstig zijn van lege d-orbitalen zoals Ti4+ of Nb5+. Gecombineerde magnetische en elektrische orde biedt ruimte voor nieuwe toepassingen zoals het schakelen van de magnetizatie door het toedienen van een elektrische spanning in plaats van een magnetische veld. Bovendien is aangetoond dat het omdraaien van de polarisatie van een ferro-elektrische tunnelbarrière de spin-gepolariseerde tunnelstroom door deze barrière moduleert. De huidige onderzoekslijn van de Groningse onderzoekers richt zich onder andere op de detectie van het spin-Seebeck effect in hybride materialen. Dit effect is analoog aan het conventionele Seebeck effect (thermospanning), echter nu wordt een spin-stroom gecreëerd middels een temperatuurgradiënt, zonder ladingstransport. Coexisting Ferromagnetic and Ferroelectric Order in a CuCl 4 –based Organic − Inorganic Hybrid, A. O. Polyakov, A.H. Arkenbout, J. Baas, G.R. Blake, A. Meetsma, A. Caretta, P. H.M. van Loosdrecht, and T.T.M. Palstra, Chemistry of Materials, 24,133-139, 2012 4.5 Kristal- en structuuronderzoek Kristallografisch onderzoek aan molecuulstructuren is van groot fundamenteel en praktisch belang voor vele materialen, variërend van anorganische en organische verbindingen tot aan grote farmacologisch interessante moleculen. Grootschalige onderzoeksfaciliteiten, zoals de Vlaams-Nederlandse bundellijn DUBBLE (ESRF, Grenoble) die door NWO en het Vlaamse FWO wordt gefinancierd, zijn hiervoor van essentieel belang. De studiegroepen Kristal- en structuuronderzoek en Chemie van de vaste stof en materiaalkunde hebben begin 2011 het voornemen uitgesproken om voortaan samen te gaan tot één studiegroep. De nieuwe naam en bestuurssamenstelling is nog niet vastgesteld. 68 Chemische Wetenschappen Keuzes in krappe tijden Bert Weckhuysen Prof. dr. ir. Bert Weckhuysen is hoogleraar Anorganische Chemie en Katalyse aan de Universiteit Utrecht. Daarnaast is hij lid van het gebiedsbestuur NWO Chemische Wetenschappen en van het Topteam Chemie. 69 Chemische Wetenschappen / Interview Bert Weckhuysen Bert Weckhuysen: “Het belangrijkste doel van het Topsectorenbeleid is het beter op elkaar afstemmen van wetenschap, innovatie en economische bedrijvigheid. Dat is een prima idee, zolang er voldoende aandacht blijft voor fundamentele wetenschap. Maar in de praktijk blijkt dat een hele uitdaging, zeker in deze krappe tijden. Helaas komt geld voor nieuwe initiatieven dan vaak uit bestaande potjes voor fundamenteel onderzoek, ook bij NWO. Dat is een spijtige ontwikkeling. Gelukkig is er binnen de Topsector Chemie extra aandacht voor wetenschappelijk onderzoek. Er zijn vier Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s) gevormd, en een daarvan is de zogeheten ‘TKI voor Nieuwe Chemische Innovaties’. Daarbinnen kunnen nieuwe, fundamentele ideeën langzaam kiemen tot concepten waarop nieuwe bedrijvigheid kan stoelen. Ook de andere TKI’s zullen overigens voldoende ruimte bieden aan wetenschap.” Keuzes maken “Binnen de Topsector Chemie zijn er in de afgelopen tijd prachtige ambities geformuleerd. De realiteit ziet er echter helaas minder rooskleurig uit. In krappe tijden kun je niet alle plannen realiseren. Overal is minder geld voor beschikbaar dan gehoopt. Daar moet je realistisch in zijn. Je moet keuzes maken. Wat in elk geval al succes heeft opgeleverd, is het initiatief om aan goede studenten een beurs toe te kennen voor een chemiestudie. Dat is ook één van de pijlers van de Topsector Chemie: de instroom van studenten bevorderen.” Kwaliteit “NWO heeft een sterke traditie in het selecteren van excellent wetenschappelijk onderzoek op basis van peer review. Daarom kan NWO een belangrijke rol spelen in het Topsectorenbeleid. NWO is bij uitstek in de positie om te bewaken dat het geld goed terechtkomt, namelijk bij hoogstaand, creatief wetenschappelijk onderzoek. De eis dat er afstemming is met het bedrijfsleven en met maatschappelijke vragen, hoeft zeker niet te leiden tot compromissen wat betreft de kwaliteit van het voorgestelde onderzoek.” Kansen “Veel mensen denken dat onderzoek dat is geïnspireerd vanuit een maatschappelijke of economische vraag, niet wetenschappelijk uitdagend en excellent kan zijn. Maar het één sluit het ander niet uit. De kunst is dat je weliswaar naar praktische problemen kijkt, maar altijd met een fundamentele blik. Dan kan die benadering wel degelijk meerwaarde hebben. Daar liggen unieke kansen voor Nederland: het is een klein land, met relatief korte communicatielijnen tussen wetenschap en bedrijfsleven. Dat biedt een enorm potentieel voor innovatie. Er gebeurt al heel veel – de uitdaging is nu om die initiatieven nog beter te verankeren en verder te brengen.” 70 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.6 Eiwitten In de studiegroep Eiwitten staat het begrip van de functie en structuur van eiwitten centraal. Dit is van cruciaal belang om inzicht in fundamentele biochemische processen te krijgen. Hoera, een peroxisoom geboren! De ontwikkeling en verwerving van interne membraanomhulde compartimenten (beter bekend als organellen) in de cel is één van de belangrijkste overgangen in de evolutie van het leven. Het grote voordeel dat de cel haalt uit deze verhoogde complexiteit is de mogelijkheid om een groter aantal biochemische processen te ontwikkelen en afzonderlijk van elkaar te beheersen. Zoals met de meeste dingen in het leven heeft het hebben van zulke subcompartimenten ook een prijs. Om zijn specifieke bedrijfsvoering te kunnen handhaven moet elk compartiment een karakteristieke combinatie van eiwitten krijgen. Maar hoe komen deze op hun juiste plek terecht? Voor het transport van eiwitten heeft de cel een netwerk van zeer specifieke membraantrajecten (de secretieroute) ontwikkeld, gericht op het sorteren van eiwitten naar hun juiste cellulaire compartiment. Adabella van der Zand, Jürgen Gent, Ineke Braakman en Henk Tabak (Universiteit Utrecht) hebben nu ontdekt dat het zogenaamde peroxisoomcompartiment op een veel ingewikkelder manier tot stand komt dan voorheen werd gedacht. Tot ieders verrassing gaan peroxisomale membraaneiwitten niet direct naar de peroxisomen. Zij koloniseren eerst een ander compartiment: het endoplasmatisch reticulum (ER), het startcompartiment in de secretieroute. Maar hoe vinden zij de weg naar huis? Peroxisomale membraaneiwitten worden via twee trajecten in verschillende membraanblaasjes uit het ER afgesnoerd. Na samensmelting van dergelijke blaasjes wordt uiteindelijk een nieuw peroxisoom geboren dat al het “gereedschap” reeds aan boord heeft om zijn metabole functies te kunnen uitoefenen. Wat is het nut van die verschillende trajecten om uiteindelijk toch maar één nieuw organel te vormen? De sleutel tot het antwoord ligt in het feit dat veel eiwitten pas actief worden op het moment dat zij in complexen geassembleerd worden. Zo ook de peroxisomale membraaneiwitten. Door die aparte trajecten blijven componenten van die eiwitcomplexen gescheiden en dus inactief. Dat is nu precies wat de cel wilt bereiken: eiwitten mogen alleen actief zijn in het compartiment waar ze thuishoren. De bevindingen van de Utrechtse onderzoekers tonen een opmerkelijk mechanisme aan waarmee de biochemische identiteit van organellen kan worden gehandhaafd binnen de cel. 71 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht Ander hoogtepunt Er is momenteel een sterke ontwikkeling in het eiwitonderzoek zowel op innovatief technologisch vlak als in de breedte van chemische vraagstellingen. Door de voortdurende groei van deze studiegroep wordt een steeds groter scala aan complexe biologische en biomedische problemen op moleculair niveau bestudeerd. Eiwitonderzoek wordt in Nederland ondersteund door belangrijke faciliteiten. Dit jaar is het nederlands elektronen-microscopie centrum NeCEN gestart en zijn Roadmap-fondsen beschikbaar gesteld voor de massaspectrometrie en NMR. Dergelijke investeringen maken het mogelijk het eiwitonderzoek op topniveau voort te zetten en uit te bouwen. 4.7 Farmacochemie Farmacochemie is een op de chemie gebaseerde discipline met aspecten van de biologische, medische en farmaceutische wetenschappen. Leden uit deze studiegroep houden zich bezig met het ontdekken, ontwerpen, identificeren en bereiden van biologisch actieve verbindingen, de interpretatie van interacties op moleculair niveau, de bepaling van relaties tussen structuur en activiteit en tussen structuur en eigenschap en de studie van hun metabolieten. Stevige impuls voor drug design in Groningen, opleving van een academisch farmacochemie bastion. Bij de basiseenheid Drug Design van de Rijksuniversiteit Groningen, afdeling farmacie, is recentelijk Alexander Dömling aangesteld. Hij bekleedde eerder posities aan de Universiteit van Pittsburgh en de Technische Universiteit München en hij heeft verschillende biotechnologiebedrijven opgericht. In zijn onderzoek richt Alexander Dömling zich op het rationele ontwerp van antagonisten van eiwit-eiwit interacties met een klein moleculair gewicht, gebruikmakend van multicomponent reacties (MCR), kristalstructuuranalyse en een farmacofoor-softwarepakket, ANCHOR.QUERY, dat hij mede heeft ontwikkeld. In tegenstelling tot veel andere farmacofoor-software, linkt ANCHOR.QUERY de biofysische vraagstelling aan een geschikte en efficiënte chemische route, wat leidt tot nieuwe en synthetisch efficiënt toegankelijke stoffen. Als resultaat hiervan kan elk van de voorgestelde moleculen direct gesynthetiseerd en getest worden voor farmacologische activiteit. Recentelijk was Dömling erg succesvol in het ontdekken van krachtige en selectieve anti-kanker p53-MDM2- en MDM4-antagonisten waarvan een aantal momenteel preklinisch verder Onderzoeksgroep Drug Design 72 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht wordt ontwikkeld bij zowel het National Institute of Health als bij een biotechnologisch bedrijf. Daarnaast doet hij onderzoek naar nieuwe en stereoselectieve MCRs voor biofarmaceutische toepassingen. Alexander Dömling’s beoogt de farmacochemie in Groningen uit te bouwen tot een vooraanstaand centrum voor geneesmiddellenontwikkeling. Andere ontwikkelingen Ondanks de goede reputatie van farmacochemisch onderzoek in Nederland hebben de wereldwijde reorganisaties in de farmaceutische industrie geleid tot sluiting van de grote research laboratoria in Weesp en Oss. Deze ontwikkelingen passen in het beeld dat veel grote bedrijven het risicovolle preklinische werk overlaten aan kleinere biotech en Clinical Research Organization (CRO) bedrijven. Vanuit de oude Solvayen Organon-locaties worden tal van nieuwe initiatieven gestart, waarmee een gedeelte van de kennis en arbeidsplaatsen voor Nederland behouden kan worden. 4.8 Katalyse (Nederlands Instituut voor Onderzoek in de Katalyse) De belangen van de studiegroep Katalyse worden behartigd door het bestuur van het Nederlands Instituut voor Onderzoek in de Katalyse (NIOK). Binnen NIOK werken onderzoekers van acht Nederlandse universiteiten samen op het gebied van homogene, heterogene en biokatalyse. NIOK zet zich in voor de versterking van het Nederlands katalyseonderzoek en -onderwijs, via samenwerking tussen de academische wereld, het bedrijfsleven en de overheid. Where the tiger roars – Synergie in mesoporeuse materialen In een samenwerkingsproject tussen de TU Delft en de Universiteit Utrecht hebben de groepen van Weckhuysen en Hanefeld een synergieeffect tussen Al en Zr ontdekt. Met het beproefde TUD-1 als mesoporeus materiaal en basisstructuur is het gelukt de twee metalen te combineren. Terwijl Al Brønsted- en Lewis-aciditeit induceert, leidt de inbouw van Zr alleen tot inductie van Lewis-aciditeit. De combinatie van Selvedin Telalovic 73 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht deze beide types aciditeit heeft in de Prins-cyclisering van citronellal tot isopulegol tot een duidelijke synergie geleid. TUD-1 met Al en Zr katalyseerden de reactie beter dan TUD-1 met of Al of Zr. Deze intramoleculaire Prins-reactie is van groot belang voor de industriële productie van menthol. Traditioneel word deze reactie met een homogene katalysator gedaan die na de reactie niet hergebruikt wordt. On the Synergistic Catalytic Properties of Bimetallic Mesoporous Materials Containing Aluminium and Zirconium: The Prins Cyclisation of Citronellal, S. Telalovic et al., Chem. Eur. J., 2011, 17, 2077 – 2088 4.9 Lipiden en biomembranen Het onderzoek binnen de studiegroep Lipiden en biomembranen richt zich op de biogenese, organisatie, regulatie en functie van biologische membranen. Het onderzoek is veelal multidisciplinair van aard en bevindt zich op het grensvlak van chemie, (bio)fysica, biomedische wetenschappen, farmaceutische wetenschappen, celbiologie en informatica. Recente technologische ontwikkelingen in lipidomics, biomoleculaire microscopie, bio-informatica en modellering geven dit dynamische vakgebied enorme nieuwe mogelijkheden. Peroxisomen: deling en vorming uit een ander organel Peroxisomen zijn celorganellen die een belangrijke rol spelen in het waterstofperoxide- en vetzuurmetabolisme. Verstoring van hun functie leidt tot ernstige ziekten en draagt bij aan veroudering. Er zijn twee vermeerderingsmechanismen van peroxisomen bekend: door deling van een al aanwezig peroxisoom of vorming van nieuwe peroxisomen door afsnoering vanaf een ander celmembraan (de novo-synthese), namelijk het endoplasmatisch reticulum (ER). Lukasz Opalinski en collega's (EMBO J, 2011) onderzochten het peroxisomale membraaneiwit Pex11. Dit eiwit is cruciaal voor deling van peroxisomen. Wanneer het gen dat codeert voor dit eiwit wordt uitgeschakeld, neemt het aantal peroxisomen fors af. Dit bevestigt dat deling in belangrijke mate bijdraagt aan het aantal peroxisomen per cel. Aan de aminoterminus van Pex11 bevindt zich een amfipatische alfa-helix. Lukasz Opalinski liet zien dat door insertie van deze helix in de lipide bilaag van het peroxisomale membraan, dit membraan vervormt waardoor er een uitstulping wordt gevormd. Deze uitstulping wordt later met behulp van andere eiwitten afgesplitst van het peroxisoom en vormt zo een nieuw organel. 74 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht In een publicatie in The Journal of Cell Biology (Saraya et al., 2011) beschrijven de Groningse onderzoekers voor het eerst een eiwit (Pex25) dat essentieel is voor de vorming van peroxisomen uit het ER. Hierdoor kon ook dit proces worden uitgeschakeld. Verrassenderwijs bleek dat dit nauwelijks effect had op het aantal in de cel aanwezige peroxisomen. In cellen waarin zowel deling als de novo-synthese werden uitgeschakeld waren peroxisomen en peroxisomale membranen geheel afwezig. Eén van beide processen is dus minimaal nodig voor de aanwezigheid van peroxisomen in een cel. Uit deze studies blijkt dat peroxisomen zelfstandige celorganellen zijn die zich kunnen vermeerderen door deling, net als andere belangrijke celorganellen zoals mitochondriën dat doen. Als een cel om welke Lukasz Opalinski reden dan ook geen peroxisomen meer heeft, kan er een nieuwe vanuit het ER worden gemaakt. ssNMR In de groep van Marc Baldus (Universiteit Utrecht) worden magnetische resonantiemethoden in de vaste stof (ssNMR) ontwikkeld. Deze methoden worden toegepast in onderzoek naar structuur-functie-relaties van eiwitten. Een belangrijke doorbraak in het afgelopen jaar was de analyse van de vouwing van een membraan eiwit van 790 aminozuren. Dit onderzoek is een prachtig voorbeeld van de potentie van ssNMR om structuurinformatie van membraaneiwitten te verkrijgen. 4.10Macromoleculen De studiegroep Macromoleculen verenigt onderzoekers met een interesse in macromoleculaire systemen in de breedste zin van het woord. Het onderzoek strekt zich uit van de organische synthese via karakterisering en modellering tot verwerking en toepassing. Toepassingsgebieden zijn mechanische en thermische eigenschappen van polymeren, (nano)composieten en vezels, maar ook biomedische materialen, displays, zonnecellen en geleidende polymeren. Supramoleculaire Nanoraketten De gecontroleerde beweging van objecten van nanometer-afmetingen heeft wetenschappers al decennia lang gebiologeerd. Als inspiratiebron wordt vaak de natuur gebruikt, waar een veelvoud aan roterende en bewegende motoren te vinden is. In de afgelopen jaren zijn chemici erin geslaagd om fascinerende nieuwe structuren te maken die als motoren functioneren. Soms is echter de synthese gecompliceerd, of 75 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht wordt er gebruik gemaakt van voorwerpen van micrometer-afmetingen om de beweging efficiënt te kunnen volgen. Onderzoekers Daniela Wilson, Roeland Nolte en Jan van Hest (Radboud Universiteit Nijmegen) zijn erin geslaagd om met eenvoudige moleculaire bouwstenen en slimme assemblageprocedures voorwerpen te maken van nanometerafmetingen die zich als raketten voortbewegen. De bouwstenen zijn amfifiele blokcopolymeren van polystyreen en poly(ethyleen)glycol. Als bij een oplossing van deze polymeren in een organisch oplosmiddel water wordt toegedruppeld, worden spontaan vesiculaire structuren gevormd. Wanneer nu het organische oplosmidddel via dialyse wordt verwijderd, deuken de bolvormige vesicles in als gevolg van een osmotisch drukverschil: het oplosmiddel gaat sneller de vesicles uit dan dat water erin kan diffunderen. Hierdoor ontstaat een nieuwe holte, een “nano-maag” die via een nauwe opening met de omgeving in verbinding staat. Als de dialyse wordt uitgevoerd in aanwezigheid van platina nanodeeltjes, worden deze ingesloten in de holte, volgens het “ship-in-a-botttle”-principe. Nadat al het organische oplosmiddel is verwijderd, zijn de nanocapsules stabiele structuren geworden. De platina deeltjes zijn katalysatoren. Ze kunnen waterstofperoxide omzetten in water en zuurstof. Van deze functie is gebruik gemaakt door in de nanocapsules gas te laten ontwikkelen dat maar aan één kant (via de nauwe opening) de maag kan verlaten. Daardoor ontstaat er een stuwende kracht, die de nanoraketten laat bewegen met een snelheid van dertig micrometer per seconde. Vanwege de eenvoud van design en bouwstenen is dit systeem makkelijk aan te passen en verder te functionaliseren. Dit biedt vele mogelijkheden om deze nanoraketten biomedisch toe te passen. Daniela Wilson 76 Chemische Wetenschappen Onderzoek van de bovenste plank Anne Meinema, Bert Poolman, Liesbeth Veenhoff Anne Meinema, Justyna Laba en Astri Hapsari doen promotieonderzoek bij het Biochemisch Laboratorium van de Rijksuniversiteit Groningen. Samen hebben ze een nieuwe transportroute ontdekt voor membraaneiwitten naar de celkern. Hun begeleiders zijn prof. dr. Bert Poolman, hoogleraar biochemie, en dr. Liesbeth Veenhoff, universitair hoofddocent (zie foto). 77 Chemische Wetenschappen / Interview Anne Meinema, Bert Poolman en Liesbeth Veenhoff Anne Meinema, Bert Poolman en Liesbeth Veenhoff: Meinema: “Binnen in elke levende cel vindt voortdurend actief transport van eiwitten plaats. Eiwitten worden heel specifiek naar bepaalde plekken in de cel gebracht, waar ze vervolgens hun functie uitvoeren. Bijvoorbeeld bij het aflezen van DNA of het maken van nieuwe eiwitten. Wij onderzoeken het transport van eiwitten de celkern in.” Veenhoff: “Dat transport is heel selectief. De eiwitten die de celkern in moeten, worden herkend door bepaalde ‘helpereiwitten’, of transporteiwitten. Die vervoeren ze dan via poriën in het kernmembraan de celkern in. Elke porie is een ingewikkeld complex van eiwitten.” 3D-structuur Poolman: “Ons onderzoek werpt nieuw licht op hoe zo’n complex is opgebouwd en hoe het functioneert. Anne, Justyna en Astri hebben onlangs in het tijdschrift Science een nieuw transportmechanisme beschreven dat verklaart hoe bepaalde membraaneiwitten de celkern in getransporteerd worden, door dat complex heen.” Veenhoff: “Moderne technieken, bijvoorbeeld een combinatie van microscopie en kristallografie, kunnen de structuur van de kernporie in beeld brengen, maar laten niet alle details zien. Onze celbiologische analyses vormen hier een mooie aanvulling op: die laten zien dat de structuur van het kernporiecomplex op een onverwachte manier ruimte geeft aan het transport van membraaneiwitten.” Toepassing Meinema: “De membraaneiwitten die de kern in moeten, dragen een soort adreslabel dat vertelt waar het eiwit heen moet. Wij hebben ontdekt dat dit adreslabel via een soort moleculaire kabel, een ‘linker’, met het eiwit verbonden is. Het lijkt erop dat het transporteiwit die linker gebruikt om het membraaneiwit als het ware door het kernporiecomplex heen te trekken.” Veenhoff: “Waarom dit interessant is? Omdat er een heleboel eiwitten zijn waarvan we nu sterk vermoeden dat die óók op die manier de kern in worden getransporteerd. We hebben gezien dat andere membraaneiwitten die normaal nooit in de kern terechtkomen, ook door het kernporiecomplex heengetrokken worden als je er de juiste combinatie van adreslabel en linker aanhangt.” Meinema: “In de toekomst kan dit allerlei geneeskundige toepassingen hebben. Je zou specifieke membraaneiwitten de kern in kunnen sturen, om bijvoorbeeld DNAtranscriptie te beïnvloeden.” Poolman: “Een concreet geneesmiddel, dat zal nog even duren. Maar in het lab kunnen we morgen al beginnen met proof-of-principle-experimenten.” 78 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.11 Nucleïnezuren Nucleïnezuren zijn bepalend voor de opslag en expressie van genetische informatie. De gelijknamige studiegroep richt zich met name op de regulatie van genexpressie, zowel op epigenetisch niveau als op posttranscriptioneel niveau. Reacties tussen eiwit en DNA, en eiwit en RNA en kleine, niet-coderende RNA’s spelen een grote rol en zijn speerpunten van het nucleïnezuuronderzoek. mRNA-maturatie defecten gekoppeld aan spierziekte en kanker De meeste mRNAs uit zoogdieren bevatten een 3’-UTR, een niet-coderend deel van het mRNA. Dit gebied speelt een rol in de regulatie van mRNA-stabiliteit, -translatie en subcellulaire lokalisatie. MicroRNA’s (miRNA’s) en RNA-bindende eiwitten (RBP’s) zijn belangrijke regulatoren van genexpressie via de 3’UTR. miRNA’s zijn kleine, niet-coderende RNAs die eiwitcomplexen naar de 3’UTR kunnen begeleiden via sequentie-specifieke interacties. Er is voorspeld dat miRNA’s het merendeel van de menselijke genen als doelwit hebben. RBP’s binden ook vaak aan de 3’UTR maar hun sequentie-specificiteit kan sterk variëren. De 3’UTR is daarmee een zeer belangrijk platform voor negatieve en positieve regulatie. Onderzoekers in de groep van Reuven Agami (NKI) hebben recentelijk aangetoond dat de interacties tussen miRNAs, RBPs en hun doelwitten effect hebben op fenotypes variërend van respons op DNA schade en celdeling, tot kanker. Meer dan de helft van de eiwit-coderende genen in zoogdieren produceren meerdere transcripten met verschillende 3’UTRs. Eén van de mechanismes die hiertoe leiden is alternatieve polyadenylatie (APA). Polyadenylatie is een posttranscriptionele modificatie van mRNA die de precieze 3’ uiteinde van het mRNA bepaalt. Aangezien de 3’UTR een belangrijke rol speelt in genexpressie, verwachten de onderzoekers dat APA een grote invloed heeft op het gedrag van de cel en op ziektes. Een interessant gegeven is dat APA optreedt wanneer cellen gaan prolifeReuven Agami ren of differentiëren en tijdens de progressie van kanker. Het is daarom essentieel om de factoren te indentificeren die APA reguleren en ze te verbinden aan genetische aandoeningen. Door middel van functionele genetische onderzoeken hebben de onderzoekers van het NKI het gen PABPN1 geïdentificeerd als regulator van APA. Verder onderzoek heeft het mechanisme van dit proces deels opgelost en heeft deze veranderingen in APA gelinkt aan een genetische aandoening genaamd oculofaryngeale spierdystrofie (OPMD) en aan de progressie van kanker. Analyses in patiëntenmateriaal en de ont- 79 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht wikkeling van inhibitoren zullen uitwijzen of de veranderingen in APA aangrijpingspunten kunnen zijn voor kankertherapie. Next-generation-sequencing Een belangrijke ontwikkeling die ook in 2011 weer heeft doorgezet is de groei van nieuwe methoden gebaseerd op next-generation-sequencing. Zowel op het gebied van RNA als op het gebied van chromatine maken deze methodes het mogelijk zeer gedetailleerde informatie te verkrijgen op genoom-wijde schaal waardoor de impact van experimenten extreem toeneemt. Aangezien next-generation-sequencing methoden steeds betaalbaarder worden zullen deze technieken een niet meer weg te denken plaats in gaan nemen. 4.12 Ontwerp en synthese Het onderzoek binnen de studiegroep Ontwerp en synthese staat centraal in de chemie en omvat het ontwerp en de synthese van complexe organische moleculen en de ontwikkeling van nieuwe synthesemethodologie. De organische synthese is een zelfstandige discipline die van groot belang is voor het onderzoek binnen andere studiegroepen, zoals Structuur en reactiviteit, Macromoleculen, Katalyse, en Farmacochemie. De synthese van een base met een Brønstedzuur en een Lewiszuur De synthese van natuurstoffen maakt steeds meer gebruik van katalysatoren. Dit kunnen katalysatoren zijn op basis van overgangsmetalen maar ook H+ is een belangrijke katalysator. Werden katalysatoren initieel veel gebruikt om bouwstenen te maken die vervolgens als uitgangsstof voor ingewikkelder moleculen dienden, de laatste jaren worden ook steeds meer katalytische sleutelstappen gerapporteerd in moleculen met meerdere functionele groepen. De synthese van het complexe alkaloide (+)-corynantheine is hiervan een sprekend voorbeeld, zo illustreren onderzoekers uit de groep van Jan van Maarseveen en Henk Hiemstra (Universiteit van Amsterdam). Een enantioselectieve PictetSpenglerreactie, gekatalyseerd met een chiraal Brønstedzuur, wordt hierbij gecombineerd met een nieuw type allylische alkylering, gekatalyseerd door een palladiumcomplex. De vraag naar complexe natuurstoffen, of analogen daarvan, vanuit de levenswetenschappen wordt steeds groter aangezien deze stoffen, om hun vaak subtiele functie in de cel uit te oefenen, steeds meer “informatie” moeten dragen. (+)-corynantheine 80 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.13 Procestechnologie Procestechnologie gaat over het op industriële schaal efficiënt omzetten van grondstoffen in gewenste producten. De studiegroep bestaat geheel uit hoogleraren van de drie TU’s, Rijksuniversiteit Groningen en Wageningen Universiteit die participeren in de Onderzoekschool Procestechnologie. De studiegroep organiseert samen met NPT (van KIVI-NIRIA en KNCV) het jaarlijkse Nederlands Procestechnologie Symposium NPS. Maximaal rekenen aan micro-werveltjes Veel chemische en fysische processen worden uitgevoerd in turbulent geroerde vaten: denk aan chemische reacties in de vloeistoffase, aan het dispergeren van een gas met het oog op een heterogene (bio)chemische reactie, aan kristallisatie, of aan precipitatie. Daarbij is, naast macro-menging op de schaal van het vat, met name de stroming en de menging op microschaal van belang. Dan gaat het bijvoorbeeld om de diffusie van reactanten binnen de kleinste werveltjes, of om de interactie van werveltjes met belletjes, deeltjes of kristallen. Aan de processen op de micro-schaal is al veel gemodelleerd – vaak in termen van de snelheid waarmee de turbulente kinetische energie dissipeert tot warmte door frictie in de kleinste werveltjes. Maar metingen aan ε stuitten op ongelooflijk veel problemen en vergen ook weer modellen. De laatste twintig jaar wordt Computational Fluid Dynamics (CFD) met toenemend succes gebruikt om de stromings- en transportverschijnselen binnen onder andere turbulent geroerde vaten uit te rekenen. In de groep van Harrie van den Akker (Technische Universiteit Delft) worden deze CFDtechnieken ontwikkeld. Het streven is de rol van modellering steeds verder te reduceren. In Directe Numerieke Simulaties wordt helemaal geen model meer gebruikt en wordt het stromingsveld geheel opgelost op basis van de Harrie van den Akker Navier-Stokes-vergelijking, tot en met de kleinste werveltjes. Daaruit kan het dynamische ruimtelijke ε-veld uitgerekend worden en daarmee kunnen dan betrouwbaardere voorspellingen gedaan worden over allerlei chemische en fysische processen. In 2011 zijn nu bij SARA in Amsterdam unieke Directe Numerieke Simulaties uitgevoerd voor een geroerd vat onder (marginaal) turbulente condities. Daartoe werd het vat verdeeld in bijna vier miljard rekencellen, met een afmeting van zo’n honderd micron. Op 128 CPU’s werd dan het stromingsveld uitgerekend met behulp van een roosterBoltzmanntechniek. Bijgaande figuur geeft een indruk van de mate van 81 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht detail die hiermee bereikt is. Een enkele roerderomwenteling vergde 15.000 tijdstappen waarvoor 30 uur rekentijd op die 128 CPU’s nodig was. Verschuivende panelen 2011 was een jaar van schuivende panelen: de gehele onderzoekgroep van Hans Kuipers verhuisde van de Universiteit Twente naar de Technische Universiteit Eindhoven, en de Technische Universiteit Delft was het toneel van een reorganisatie van het veld procestechnologie. De Regiegroep Chemie maakte zich sterk voor de procestechnologie in Nederland, terwijl het Dutch Separation Technology Institute (DSTI) zich transformeerde tot het ISPT: het Institute for Sustainable Process Technology, onder een nieuwe leiding. De OSPT en het ISPT voerden succesvolle integratiebesprekingen. 4.14 Structuur en reactiviteit De studiegroep Structuur en reactiviteit onderzoekt de factoren die chemische bindingen in en tussen moleculen bepalen. De studiegroep bestudeert interacties tussen moleculen, met als doel om grotere functionele eenheden van moleculen te creëren. De eigenschappen van geïsoleerde moleculen en van grotere eenheden van moleculen worden bestudeerd met microscopische en optische technieken. Het beste van twee werelden: halfgeleider nanokristallen voor efficiënte zonnecellen Arjan Houtepen, Laurens D. A. Siebbeles (Optoelectronic Materials Section, Department of Chemical Engineering, Delft University of Technology) Zonne-energie is de meest ruim voorradige en duurzame energiebron op aarde. Helaas is het omzetten van zonne-energie in elektriciteit of brandstof met de bestaande technologieën aan de dure kant. Er is daarom veel interesse naar nieuwe, goedkope en efficiënte manieren om zonlicht te benutten. Een zeer recent kandidaat-materiaal voor het maken van zulke “derde generatie” zonnecellen zijn halfgeleider-nanokristallen. Deze nanokristallen kunnen goedkoop worden gesynthetiseerd en absorberen (zon) licht zeer sterk. Daarnaast hangt hun bandgap af van de grootte van de nanodeeltjes waardoor deze eenvoudig kan worden geoptimaliseerd voor de absorptie van zonlicht. Tenslotte is er nog de belofte van 82 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht ladingsvermenigvuldiging: halfgeleider-nanokristallen kunnen efficiënt blauw zonlicht omzetten in meerdere elektron-gat-paren. Dit proces is in bulkmaterialen niet efficiënt, wat leidt tot de Shockley-Queisserlimiet: de maximale energie-efficiëntie van een zonnecel op basis van een bulk halfgeleider is 33%. Ladingsvermenigvuldiging kan deze limiet verhogen tot 44%. Het probleem is echter dat foto-excitatie van halfgeleidernanokristallen niet resulteert in beweeglijke elektronen en gaten, maar in excitonen die zitten opgesloten in een enkel nanokristal. De reden hiervoor is dat nanokristallen worden gesynthetiseerd met lange isolerende liganden op hun oppervlak. Onderzoekers in de groep van Laurens Siebbeles (Technische Universiteit Delft) hebben nu aangetoond dat deze beperking kan worden weggenomen door de lange liganden te vervangen door cross-linkende liganden met een lengte van slecht 0.4 nm. Deze dunne lagen van zulke nanokristallen zijn onderzocht met een combinatie van terahertz-spectroscopie, transiënte absorptiespectroscopie en microgolf-geleidingsmetingen. In een serie artikelen in Nature Nanotechnologie en Nano Letters hebben de onderzoekers laten zien dat excitonen snel en efficiënt dissociëren en beweeglijke elektronen en gaten vormen. Zelfs wanneer ladingsgeneratie leidt tot meerdere excitonen in een nanodeeltje is de excitondissociatie snel genoeg om vervalprocessen zoals Augerrecombinatie voor te zijn. Door de korte afstand tussen de nanodeeltjes blijkt elektronentransport niet meer plaats te vinden via een proces waarbij ladingsdragers van nanodeeltje naar nanodeeltje springen. In plaats daarvan delokaliseert de golffunctie van de ladingsdragers over meerdere nanokristallen waardoor ladingstransport via een bandachtig mechanisme verloopt. De elektronische eigenschappen van dit soort films van halfgeleidernaLaurens Siebbeles nodeeltjes benaderen de eigenschappen van bulkhalfgeleiders, terwijl hun optische eigenschappen nog voor een groot deel worden bepaald door de diameter van de individuele deeltjes. Deze materialen combineren het beste van twee werelden en zijn daardoor veelbelovende kandidaten voor derdegeneratiezonnecellen. 83 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.15 Spectroscopie en theorie De studiegroep Spectroscopie en theorie versterkt de onderlinge samenwerking tussen onderzoekers op dit gebied en ook de samen­ werking tussen de theoretische chemici en experimentatoren. Met vereende krachten trachten zij moleculaire systemen te begrijpen, om hierdoor uiteindelijk ook de structuur, interactie en chemie van deze moleculaire systemen te kunnen controleren. Quantumchemie: Genetische informatie wordt beschermd door samenwerkende waterstofbruggen Telomeren zijn de guanine-rijke uiteinden van chromosomen in de kern van levende cellen, waarin DNA overgaat van de bekende dubbele-helix structuur, van twee om elkaar heen draaiende strengen, naar een qua- Celia Fonseca Guerra Matthias Bickelhaupt druplexstructuur van één enkele opgevouwen DNA streng. Zo’n quadruplex bestaat uit een stapel van guaninequartetten die gestabiliseerd worden door intercallerende kationen. Kennis van structuur en stabiliteit van deze telomeerstructuren is onder meer van belang vanwege hun rol bij het proces van celveroudering waarbij tijdens elke ronde van DNA-replicatie telkens een deel van het uiteinde afslijt. Quantumchemische analyses van Célia Fonseca Guerra en Matthias Bickelhaupt van de Vrije Universiteit Amsterdam tonen aan dat de verhoogde stabiliteit van de telomeerdomeinen van DNA het directe gevolg is van het covalente karakter van de waterstofbruggen binnen een guaninequartet. Als gevolg van donor–acceptor orbitaalinteracties in de unidirectionele waterstofbruggen tussen guanines ontstaat er een ladingsscheiding waardoor de partieel positief en negatief geladen base een nog betere acceptor respectievelijk donor wordt voor wisselwerking met een volgend guanine. Hierdoor ontstaat een synergistische samenwerking tussen de verschillende waterstofbruggen die tot een verhoogde stabiliteit van de telomeerstructuur leidt. Ter vergelijking: de analoge xanthinequartetten, waarin waterstofbruggen tussen basen niet unidirectioneel zijn, vertonen deze synergistische samenwerking niet en bereiken hierdoor geen verhoogde stabiliteit. De genetische informatie van organismen wordt dus als het ware beschermd door samenwerkende waterstofbruggen. De gedetailleerde bindingsanalyses, gebaseerd op kwantitatieve mole- Frontispiece waarvoor cuul-orbitaal (MO) theorie, en het computationele structuuronderzoek het artikel door Chem. zijn gepubliceerd in Chemistry A European Journal. Eur. J. geselecteerd werd 84 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht 4.16 Vloeistoffen en grensvlakken Het onderzoeksgebied van de studiegroep Vloeistoffen en grensvlakken behoort tot dat van de fysische chemie. Onderwerpen van onderzoek zijn onder meer het mechanisme van structuurvorming in termen van de eigenschappen van de moleculen, de eigenschappen van de gevormde structuren, en het effect van de structuureigenschappen op macroscopische eigenschappen zoals ontmenggedrag en rheologie. Hoe onafscheidelijk zijn tegengestelde ladingen? Velen weten dat positieve en negatieve ladingen elkaar aantrekken. Veel minder mensen weten dat deze aantrekking op kleine schaal zorgt voor stabiliteit van de eiwitten in onze cellen en op grote schaal zelfs de allergrootste uit zand gemaakte gangenstelsels van de Californische borstelworm beschermt tegen instorten en wegspoelen. Vrijwel niemand kon tot nu toe zeggen hoe sterk de binding tussen plus en min precies is. Met behulp van een volautomatische krachtmicroscoop (ForceRobot) hebben onderzoekers in de groep van Martien Cohen Stuart (Wageningen Universiteit) de aantrekkingskracht tussen positieve en negatieve ladingen, elk op een ander polymeer, rechtstreeks gemeten. Het positief geladen polymeer is chemisch verbonden met een microscopisch kleine veer en fungeert als een hengel waarmee de onderzoekers plus-min “ionbindingen” proberen te vormen met het negatieve polymeer dat aan een vlak oppervlak vast zit. De ionbindingen vormen bij voorkeur in groepjes van vijf à tien, maar wanneer ze uit elkaar getrokken worden, blijkt dat ze in twee strikt gescheiden categoriën in te delen zijn. In polymeren die in dezelfde richting aan elkaar zijn gebonden breken de ionbindingen een voor een en meten de onderzoekers precies de kracht van een enkele ionbinding. In polymeren die in tegenovergestelde richting aan elkaar zijn gebonden moeten de ionbinden allemaal tegelijk breken en verdragen ze daarom veel hogere krachten. Bovendien is de grootte van beide krachten nauwkeurig te reguleren via het zoutgehalte van de oplossing. Enkele ionbindingen verdragen slechts kleine krachten, maar deze manier om rechtstreeks hun sterkte te meten heeft wellicht grote gevolgen. Ook motoreiwitten in onze cellen kunnen slechts kleine krachten uitoefenen op bijvoorbeeld DNA, maar moeten daarmee wel DNA-complexen kunnen ontrafelen. Het onderscheid tussen “één voor 85 Chemische Wetenschappen / Wetenschappelijk jaaroverzicht één” en “allen tegelijk” en de gevoeligheid voor zout kan dan het levensbepalende verschil maken tussen ontrafeling binnen een fractie van een seconde en urenlang vastzittende, onafscheidelijke ladingen. één voor één allen tegelijk Ander hoogtepunt Op 10 juni 2011 is de 65e verjaardag van Henk Lekkerkerker (Universiteit Utrecht) gevierd met een wetenschappelijke bijeenkomst in het Trippenhuis (KNAW). De titel van de bijeenkomst, Phase Transitions and Interfaces in Colloidal Suspensions, weerspiegelt de belangrijke bijdragen van Lekkerkerker aan de thema’s van de werkgroep. Bij zijn afscheidsrede werd Lekkerkerker bekroond met een koninklijke onderscheiding: Ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw. 86 Chemische Wetenschappen 87 Chemische Wetenschappen 5 Subsidies, cijfers, mensen 88 Chemische Wetenschappen / Toekenningen 5Subsidies, cijfers, mensen 5.1. Toekenningen worden gevormd voor de onderzoeksthema’s van de toekomst en/of kan NWO-Spinozapremie wetenschappelijke vernieuwing tot stand worden gebracht. De NWO-Spinozapremie is de hoogste Nederlandse onderscheiding in de Voor de TOP-subsidies en de ECHO- wetenschap. NWO kent de prijs toe aan projectsubsidies is een budget van Nederlandse onderzoekers die tot de circa twaalf miljoen euro per jaar absolute top van de wetenschap beho- beschikbaar. ren. De wetenschappers ontvangen de www.nwo.nl/cw/top prestigieuze premie voor hun voortref- www.nwo.nl/cw/echo felijk, baanbrekend en inspirerend onderzoek. De laureaten zijn inter­ TOP - chemie in relatie met biologische/ nationaal vermaard en weten jonge medische wetenschappen onderzoekers te inspireren. Zij krijgen Toekenningen 2010 elk een onderzoeksbudget van 2,5 miljoen euro. Een NWO-Spinozapremie is Prof. dr. B. Berkhout (AMC) een eerbewijs voor wat de winnaars in Molecular RNA switches that control hun wetenschappelijke carrière bereikt HIV-1 replication hebben. Daarnaast is de premie een stimulans voor verder onderzoek. Prof. dr. J.L. Bos (UMCU) Spatial and temporal regulation and In 2010 ging de Spinozapremie naar function of Epac1 chemicus prof. dr. P. Gros (UU). Prof. dr. ir. R.V.A. Orru (UvA) TOP- en ECHO-projectsubsidies Molecular Complexity and Diversity by Multicomponent Reaction Design TOP-subsidies zijn subsidies van 780.000 euro, bedoeld voor gevestigde top- Toekenningen 2011 onderzoeksgroepen met een bewezen track record in de (bio-)chemie of che- Prof. dr. A.P. IJzerman (UL) mische technologie. De subsidies bieden The crystal structure of the adenosine deze groepen de vrijheid om excellente, A2A receptor: the follow up uitdagende en innovatieve onderzoekslijnen te versterken en/of uit te breiden. TOP - chemie in relatie met fysica/materialen ECHO-subsidies zijn projectsubsidies Toekenningen 2010 van 260.000 euro, bedoeld voor Excellent Chemisch Onderzoek. Deze Prof. dr. H.J. Bakker subsidies bieden de mogelijkheid om (FOM-instituut AMOLF) nieuwsgierigheidsgedreven onderzoek Cool molecules: unraveling the secret van hoge kwaliteit uit te voeren. Zo of anti-freeze proteins kunnen creatieve, grensverleggende ideeën worden uitgewerkt, de kiemen Prof. dr. R.P. Sijbesma (TU/e) Mechanocatalysis 89 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Toekenningen 2011 Prof. dr. P.C.W. Hogendoorn (LUMC) Vissen naar nieuwe therapieën voor Prof. dr. G.J. Kroes (UL) Ewing’s sarcoom Towards accurate predictive calculations on reactions of molecules on metal Prof. dr. W.K. Kegel (UU) surfaces. Colloids with a valence: a new model system to study self-organization TOP - chemie in relatie met technologie/ duurzaamheid Prof. dr. P. Klint (CWI) Toekenningen 2010 Domeinspecifieke talen: een grote toekomst voor kleine programma’s Prof. dr. J.N.H. Reek (UvA) Enzyme inspired transition metal Prof. dr. M.B.M. van der Klis (UvA) catalysis Signalen van Einstein’s zwaartekracht Toekenningen 2011 Prof. dr. N.P. Landsman (RU) De logische structuur van samengestelde Prof. dr. ir. B.M. Weckhuysen (UU) kwantumsystemen In-Situ Spectroscopy of a Single Catalyst Particle: New Insights in Zeolite-based Prof. dr. R.H. Medema (UMCU) Bifunctional Catalysis Zicht op celdeling na DNA-schade Prof. dr. M.T.M. Koper (UL) Prof. dr. J.H. Meijer (LUMC) Solvent effects in the electrocatalytic Functioneren en falen van de reactions of water biologische klok TOP - gebiedsoverschrijdend Dr. A. Perrakis (NKI) Toekenningen 2010 Autotaxin, een enzym betrokken bij diverse ziektes: relatie tusssen structuur Prof. dr. ir. S.C. Borst (TU/e) en functie Stochastic behavior of wireless networks: random access and user mobility Prof. dr. B. Poolman (RUG) Synthese van membraaneiwitten Prof. dr. A.G. de Bruyn (RUG) The synthesis of signal processing and Prof. dr. H.J.A. Röttgering (UL) radio astronomical calibration and ima- Quasars en melkwegstelsels in het ging techniques vroege heelal Prof. dr. M. Dicke (WUR) Prof. dr. T.N.M. Schumacher (NKI) Plant-mediated interactions between Microscopie en modellering van two herbivores: from molecular mecha- immuunreacties in de huid nisms to community ecological consequences 90 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Prof. dr. S. Smeekens (UU) Dr. E.J. Breukink (UU) Evolutionary systems biology and mole- Casting a different light on bacterial cell cular networks linking nutrient status to wall synthesis growth Dr. A.C.O. Vertegaal (LUMC) Prof. dr. E.J. Snijder (LUMC) Cracking the SUMO Code by Mass RNA-virussen: van fouten kun je leren… Spectrometry en evolueren! Dr. F.J.M. van Kuppeveld (UMC St Prof. dr. A.G. Webb (LUMC) Radboud) Development of new dielectric materials Recognition of picornaviruses by RIG-I for improving the quality of high field like receptors (RLRs), a novel class of clinical magnetic resonance imaging cytosolic RNA sensors, in human cells Dr. J.P. de Winter (VUMC) Dr. ir. M. Kikkert (LUMC) Cohesie tussen zuster-chromatiden in Nidovirus deubiquitinating proteases: gist, muis en mens viral double edged swords Prof. dr. C.I. de Zeeuw (Erasmus MC) Prof. dr. T.K. Sixma (NKI) Cerebellaire aanvallen: van oorzaak tot The regulatory role of Ubl domains in behandeling ubiquitin specific protease function Prof. dr. E. Takano (RUG) ECHO - chemie in relatie met biologische/ Analysis of the dual functional ScbA, medische wetenschappen a small molecule synthase and regulator Toekenningen 2010 in the antibiotic producing bacterium, Streptomyces coelicolor Prof. dr. W. Bitter (VUMC) Regulation of virulence factors in Dr. ir. N.J. Galjart (Erasmus MC) Pseudomonas aeruginosa: the surface Growing microtubule ends: cellular connection catalyzers of conformational changes Dr. J.C.M. Holthuis (UU) Prof. dr. E.J.J. Groenen (UL) Characterization of a ceramide sensor Life and the Chemistry of Oxygen controlling mitochondrial apoptosis Dr. M. Merkx (TU/e) Dr. F. Reggiori (UMCU) Remote control of intracellular zinc using The role of the Atg9 reservoirs in the light-regulated protein switches autophagosome biogenesis Prof. dr. R.G.M. Croce (UvA) Dr. A.I.P.M. de Kroon (UU) PsbS makes the non-photochemical Balancing bilayer and non-bilayer lipids quenching work, but how? in yeast: mechanism and players 91 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Prof. dr. H.S. Overkleeft (UL) Dr. C.P.M. van Mierlo (WUR) Cyclitol-fused 1-H-imidazoles and Exploration of the cotranslational fol- triazoles: A new mechanism-based ding of a ribosome-bound alpha-beta class of glycosidase inhibitors parallel protein Prof. dr. H. van Amerongen (WUR) Prof. dr. G.P. van Wezel (UL) The first picoseconds of photosynthesis Positive control of cell division: from studied in vivo in individual (stressed) new concepts to molecular detail chloroplasts Prof. dr. A.M.J.J. Bonvin (UU) Dr. J.T.M. Kennis (UvA) Zooming into large assemblies: A versa- Illuminating Biophotonic Switches tile incorporation of experimental data into biomolecular docking. Toekenningen 2011 Prof. dr. S.J.L. van den Heuvel (UU) Prof. dr. D.J. Slotboom (RUG) Gene targeting tools for tissue-specific Bacterial ATP binding cassette (ABC) protein purification and analysis of the transporters for vitamin uptake with LIN-5 NuMA cell-division complex shared energizing modules Prof. dr. T.K. Sixma (NKI) Dr. D. Weijers (WUR) Initiation of DNA mismatch repair The structural basis of DNA binding specificity within a transcription factor Dr. T.B. Dansen (UMCU) family Presenting the Thiolome: proteome-wide quantification of cysteine oxidation and Dr. G.W. Somsen (UU) identification of redox-mediated pro- Telling right from left: enantioselective tein-protein interactions. characterization of biomolecules in complex mixtures Prof. dr. A.J.M. Driessen (RUG) Capture and Release of Polypeptides by Prof. dr. S. de Vries (TUD) the Bacterial Translocation Pore Cytochrome bd oxidases: From molecular mechanism to cellular function. Prof. dr. G.A. van der Marel (UL) Automated solid phase synthesis of Dr. D. ten Berge (Erasmus MC) teichoic acids Breaching the epigenetic barrier: Towards complete reprogramming of Dr. D.V. Filippov (UL) human cells by Wnt-mediated stabiliza- Synthetic methodology for well-defined tion of naïve pluripotency ADP-ribosylated biomolecules Dr. R.J. de Groot (UU) Prof. dr. T.J. Aartsma (UL) Sweet attachment: structural and biolo- Oxido-Reductases as Single Molecules gical consequences of viral adaptation to specific sialic acid receptor determinants 92 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Prof. dr. ir. L. Brunsveld (TU/e) Toekenningen 2011 Protein semi-synthesis and evaluation of post-translational modified nuclear Dr. O.V. Gritsenko (UvA) receptor domains. Novel density-matrix response functional theory to calculate molecular electro- Dr. ir. M.A. Hink (UvA) nic excitations including double, bond Enhanced photoswitchable fluorescent breaking, and charge-transfer excitati- proteins for quantitative single-molecule ons microscopy in the living cell Prof. dr. W.J. Buma (UvA) Prof. dr. ir. A.J. Minnaard (RUG) Molecular Machines at Work in the Synthesis of Crenarchaeol, the Most Gas Phase Abundant Organic Compound on Earth Prof. dr. T.T.M. Palstra (RUG) Novel Spintronic Materials ECHO - chemie in relatie met fysica/ materialen Dr. S. Woutersen (UvA) Toekenningen 2010 Slippery when wet: How water lubricates molecular machines Prof. dr. S. Otto (RUG) Self-replication driven by Prof. dr. C. Filippi (UT) self-organisation Novel tools for computational spectroscopy: The primary isomerisation in vision Prof. dr. E. Vlieg (RU) Chiral purification of racemic Prof. dr. W.K. Kegel (UU) compounds: a grinding approach Colloidal Surfactants (and beyond). Prof. dr. M.H.M. Janssen (UvA) Prof. dr. J.H. van Esch (TUD) The complete experiment: Full 3D Catalytic control over soft matter Quantum Imaging of a Photochemical Reaction Prof. dr. ir. M. Dijkstra (UU) Understanding the origin of chirality Prof. dr. G. Mul (UT) in colloidal liquid crystals Nanoalloys: the ultimate promoters for photocatalysis Dr. A.W. Ehlers (UvA) Chiral pentaorganosilicates Dr. ir. N.A.M. Besseling (TUD) Supramolecular polymers at surfaces; Dr. P.C.M. Christianen (RU) chain-inversion symmetry and surface Enantioselection of supramolecular forces chirality by external fields Dr. M.H.G. Duits (UT) Dr. B.H. Erné (UU) Influence of wall roughness and particle Water-Water Pickering Emulsions adhesion on confined flows 93 Chemische Wetenschappen / Toekenningen ECHO - chemie in relatie met Lees de projectsamenvattingen technologie/duurzaamheid op de website www.nwo.nl/cw/top Toekenningen 2010 en www.nwo.nl/cw/echo Prof. dr. J.W. Niemantsverdriet (TU/e) Mechanism of Fischer-Tropsch Synthesis Vernieuwingsimpuls on an Iron Carbide Surface Vernieuwingsimpuls Dr. G.J. Poelarends (RUG) De Vernieuwingsimpuls heeft als doel Engineering of methylaspartate ammo- vernieuwend onderzoek een extra nia lyase for synthesis of unnatural impuls te geven. Het is een persoons- amino acids gebonden subsidievorm die talentvolle, creatieve onderzoekers de kans Dr. B. de Bruin (UvA) biedt onderzoek naar hun keuze uit te Cooperative and Redox Non-innocent voeren. Daarnaast is de Vernieuwings­ Ligands in Hydrogenation, Dehydroge- impuls ingesteld om de doorstroom bij nation and Dehydrogenative Coupling wetenschappelijke onderzoeksinstel- Reactions lingen te bevorderen. Dr. W. Verboom (UT) De vernieuwingsimpuls bestaat uit drie Microreactors, containing controlled subsidies: de Veni-subsidie (tot drie amounts of supported organic and nano- jaar na promotie), de Vidi-subsidie metallic catalysts, as efficient vehicle to (voor drie tot acht jaar na promotie) en study organic reactions de Vici-subsidie (voor acht tot vijftien jaar na promotie). Zij is opgezet in Prof. dr. A.M. Brouwer (UvA) samenwerking met het ministerie van Fluorescence monitoring of OCW, de KNAW en de universiteiten. organocatalytic events www.nwo.nl/vi Toekenningen 2011 Vernieuwingsimpuls Veni Dr. ir. A.R.A. Palmans (TU/e) Catalytically active synthetic polymers in De subsidie Vernieuwingsimpuls Veni water by compartmentalization through bedraagt maximaal 250.000 euro. folding Hiermee kunnen pasgepromoveerden gedurende drie jaar hun ideeën verder Dr. F. Buda (UL) Bio-inspired molecular rectifier for artificial photosynthesis Dr. C. Müller (TU/e) Novel Functional Molecular Materials Based on Phosphorus ontwikkelen. 94 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Toekenningen 2010 Dr. I.K. Voets (TU/e) Phase transitions in biological soft Dr. R. Gill (UT) matter (BIOMATRA) Enhancement of fluorescence by selfassembly of metal nanoparticles on Dr. M.A.S. Hass (UL) tagged biomolecules Protein Motions Revealed by Paramagnetic NMR Spectroscopy Dr. P.B. Rodríguez Pérez (UL) Elucidating the catalytic properties of Dr. A. van Houselt (UT) gold by electrochemistry A tunnel vision on heterogeneous catalysis in water Dr. A.K.H. Hirsch (RUG) Add and Mix: Bioconjugates to Solubilise Dr. M. Srinivas (UMC St Radboud) Inhibitors Targeted agents for multimodal in vivo imaging Dr. A. Stradomska (RUG) Modeling excited state dynamics in large Toekenningen 2011 molecular aggregates Dr. A.J. Boersma (RUG) Dr. E. de Wit (Hubrecht Instituut voor A novel approach to single-molecule Ontwikkelingsbiologie en Stamcelonder- chemistry using semi-synthetic protein zoek) nanopores Identifying distant functional regulatory elements in development using high- Dr. R.P. Joosten (NKI) resolution 4C PDB_REDO: procedures for rebuilding and refinement of macromolecular Dr. V.P. Nicu (UvA) models in X ray crystallography Vibrational Circular Dichroism: Towards a reliable and versatile method for Dr. ir. I.J.E. Stulemeijer (NKI) absolute configuration determination Finding readers that can decipher the epigenetic language of the chromatin Dr. M.M.G. Kamperman (WUR) core Bioinspired Dry Adhesives from Block Copolymers Dr. A.A. Bakulin (FOM-instituut AMOLF) Ultrafast spectroscopy linking molecular Dr. P.C.A. Bruijnincx (UU) and device properties of organic solar Building the Renewable Lignin Platform: cells New Heterogeneous Catalyst Technology for the Production of Chemicals and Dr. D. Millo (UvA) Fuels from Biomass In situ spectroelectrochemistry of outer membrane cytochromes embedded in living microorganisms grown on electrodes 95 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Dr. A.J. Cruz-Cabeza (UvA) Toekenningen 2010 From Molecules to Crystals: Understanding the Key Factors that Govern the Dr. ir. P.K. Knipscheer (Hubrecht Insti- Observation of Crystal Structures tuut voor Ontwikkelingsbiologie en Stamcelonderzoek) Dr. P.T.K. Chin (LUMC) The molecular basis of Fanconi anemia Multispectral nanomaterials for image pathway mediated DNA interstrand guided surgery. crosslink repair Dr. ing. T. Wennekes (WUR) Dr. ir. J. van der Gucht (WUR) Getting a grip on microbial sialic acids Tough and smart: physically cross- in the human gut linked double polymer networks Dr. I. Swart (UU) Dr. N.H. Katsonis (UT) Combining ultrasmall with ultrafast: Nanostructured super-reflectors: STM with sub-nanosecond time learning lessons from scarab beetles resolution Dr. M.A. Stöhr (RUG) Dr. E. Otten (RUG) From surface-supported supramolecu- Direct Activation of Oxygen by Early lar assemblies to covalently coupled Transition Metal Complexes: From Fun- nanostructures damental Science to Application in Oxidation Catalysis Dr. K. Kaufmann (WUR) The transcriptional regulatory code of Dr. S. Abeln (UvA) cell identity specification Understanding toxic protein oligomers through ensemble characteristics Prof. dr. J. Dik (TUD) Looking over the painter Vernieuwingsimpuls Vidi Dr. H.M. Cuppen (RU) Kinetics in Soft Molecular Layers – from De subsidie Vernieuwingsimpuls Vidi interstellar ices to polymorph control – (voor drie tot acht jaar na promotie) bedraagt maximaal 800.000 euro en is Dr. D. Dubbeldam (UvA) bedoeld om een eigen onderzoekslijn Towards a blueprint for designing effi- te ontwikkelen en een onderzoeks- cient structured mesoporous materials: groep op te bouwen. Met de subsidie Insight into adsorption and diffusion kunnen de onderzoekers vijf jaar lang onderzoek doen. Dr. S. Mohammed (UU) In-depth enabling proteomics technologies enhancing the understanding of adult stem cell differentiation 96 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Vernieuwingsimpuls Vici Prof. dr. J. Oomens (FOM-instituut DIFFER) De subsidie Vernieuwingsimpuls Vici The chemistry underlying novel peptide (voor acht tot vijftien jaar na promotie) sequencing methods bedraagt maximaal 1,5 miljoen euro en is bestemd voor zeer ervaren onder- Dr. B. de Bruin (UvA) zoekers die een vernieuwende onder- Radicals in Catalysis; Selective Metal- zoekslijn hebben ontwikkeld. De Mediated Radical-Type Transformations wetenschappers behoren tot de top van hun onderzoeksveld en hebben Dr. J.T.M. Kennis (UvA) bewezen dat ze als coach voor jonge Shedding light on the optogenetics onderzoekers kunnen optreden. Met toolbox deze subsidie kunnen de onderzoekers in vijf jaar tijd een eigen onderzoeksgroep opbouwen of uitbreiden. NWO-middelgroot De subsidie NWO-middelgroot heeft Toekenningen 2010 als doel wetenschappers financieel te ondersteunen bij de aanschaf van Prof. dr. E.P.A.M. Bakkers (TU/e) apparatuur. Hiermee wil NWO investe- Nanowire Growth ringen in onderzoeksinfrastructuur aanmoedigen en steunen. NWO Prof. dr. ir. J.C.M. van Hest (RU) betaalt maximaal 75 procent van de Kinetically controlled peptide-polymer kosten van de investeringen. De instel- artificial organelles ling waaraan het onderzoek wordt uitgevoerd, draagt minimaal 25 procent Prof. dr. M.H. Baldus (UU) bij. De bijdrage van NWO varieert van Towards in-situ structural biology: Map- 110.000 tot 1.500.000 euro. ping folding and functional landscapes of cellular machines Toekenningen 2011 (ronde 2010) Prof. dr. W.T.S. Huck (RU) Dr. A.C. Terwisscha van Scheltinga (RUG) Picoliter droplets to mimic the chemical Micro-scale protein purification and cha- environment within cells racterisation workstation for protein structural biology Toekenningen 2011 Prof. dr. B.L. Feringa (RUG) Prof. dr. R.F. Ketting (Hubrecht Instituut Rapid analysis in asymmetric catalysis, voor Ontwikkelingsbiologie en Stamcel- total synthesis and systems chemistry onderzoek) RNAi and chromatin across generations Prof. dr. R.P. Sijbesma (TU/e) Calorimetry for self-assembly of (bio) functional molecules and materials. 97 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Dr. C.P.M. van Mierlo (WUR) Sectorplan Natuur- en Scheikunde. Met Multi-mode confocal microscope for de BAZIS-subsidie vindt een inhaalslag exploring single-molecule protein op het gebied van apparatuur plaats, folding, protein complex assembly, and die binnen de chemie zeer gewenst en transcriptional dynamics noodzakelijk is. Er wordt in tegenstelling tot Investeringen NWO- Dr. J.T.M. Kennis (UvA) middelgroot geen matching van de From sunlight to fuel: a versatile all- instellingen gevraagd. timescale spectrophotometer to assess solar energy conversion in artificial De zes miljoen euro per jaar waarmee photosynthetic devices. CW uitvoering geeft aan het Sectorplan Natuur- en Scheikunde, Toekenningen 2012 (ronde 2011) worden – naast de reguliere vrije competitie (TOP, ECHO en NWO- Prof. dr. ir. M.W. Fraaije (RUG) middelgroot) – als volgt ingezet: Facility for a multi-purpose stopped-flow system to unravel enzyme kinetics In 2010-2011 en 2011-2012: BAZIS-subsidies (Basis Apparatuur Zwaar- Prof. dr. G.A. van der Marel (UL) tepunten in Scheikunde) voor ‘workhor- Automated synthesis of phosphate se’-apparatuur. containing biopolymers In 2011-2012, 2012-2013 en 2013-2014: ECHO-STIP-subsidies (Excellent CHemisch Dr. H. Ovaa (NKI) Onderzoek – Sectorplan Tweede geld- Large Scale Peptide Synthesis and stroom Intree Project). Purification 2013-2014 en 2014-2015: TOP-PUNT-subsidies voor de verdere ver- Prof. dr. P. Gros (UU) sterking van de zwaartepunten uit het Multivalent interactions studied Sectorplan. by Surface Plasmon Resonance Toekenningen 2011 Prof. dr. E.J. Boekema (RUG) Exploring soft matter and protein UT – Focusgebied: Complexe moleculaire structures by electron microscopy systemen Zwaartepunt: Bio-nano, soft matter en supramoleculaire chemie Basis Apparatuur Zwaartepunten In Kernspin in het supramoleculaire web Scheikunde (BAZIS) RUG – Focusgebied: Levens- en biomediBAZIS staat voor Basis Apparatuur sche wetenschappen Zwaartepunten In Scheikunde. De sub- Zwaartepunt: Chemische Biologie sidie is bedoeld voor het aanvragen Gewichtige metingen in een chemisch- van workhorse-apparatuur ter verster- biologisch zwaartepunt king de chemische zwaartepunten zoals die zijn gedefinieerd binnen het 98 Chemische Wetenschappen / Toekenningen VU – Focusgebied: Materiaalwetenschap- RUG - Focusgebied: Materiaalweten- pen, fysische chemie en nanotechnologie schappen, fysische chemie en nanotech- Zwaartepunt: Analytische chemie nologie Instrumentatie voor specifieke bioana- Zwaartepunt: Functionele materialen lyse van levende systemen Kristalstructuur Bepaling voor Functionele Materialen TUD – Focusgebied: Complexe moleculaire systemen TU/e – Focusgebied: Duurzame chemie en Zwaartepunt: Complexe chemische (bio)technologie moleculaire systemen Zwaartepunt: Procestechnologie Massaspectrometrie aan dynamische Geavanceerd meten in geïntensifeerde supramoleculaire systemen reactoren RUG – Focusgebied: Duurzame chemie en UvA & VU – Focusgebied: Materiaalwe- chemische (bio)technologie tenschappen, fysische chemie en nano- Zwaartepunt: Katalyse en groene chemie technologie Research apparatuur voor moleculaire Zwaartepunt: Analytische chemie chemie in het nieuwe Centrum voor Fotonen voor Chemie Levenswetenschappen van de RuG UvA – Focusgebied: Duurzame chemie en TUD – Focusgebied: Duurzame chemie en chemische (bio)technologie chemische (bio)technologie Zwaartepunt: Synthese en katalyse Zwaartepunt: (Bio)procestechnologie Moleculaire structuuropheldering Kijken met röntgenogen UU – Focusgebied: Duurzame chemie en TUD – Focusgebied: Materiaalweten- chemische (bio)technologie schappen, fysische chemie en Zwaartepunt: Katalyse nanotechnologie Basis Apps voor Biomassa Katalyse Zwaartepunt: Nanowetenschappen Oppervlakteanalyse op de nanometer- UU – Focusgebied: Complexe moleculaire schaal systemen Zwaartepunt: Colloïden Toekenningen 2012 Röntgentomografie van kunstmatige opalen RU – Focusgebied: Complexe moleculaire systemen UU – Focusgebied: Levens- en biochemi- Zwaartepunt: Supramoleculaire chemie sche wetenschappen Oog voor complexe systemen Zwaartepunt: Structuurbiologie De chemie tussen biomoleculen RUG – Focusgebied: Levens- en biomedische wetenschappen VU & UvA – Focusgebied: Materiaalwe- Zwaartepunt: Chemische biologie tenschappen, fysische chemie en nano- Biomolecule Production Pipeline technologie Zwaartepunt: Computational chemie Amsterdams virtuele chemie laboratorium 99 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Rubicon Dr. S.M. Kooistra (v) 20-02-1981, RUG -> University of Copenhagen – Biotech Rubicon biedt recent gepromoveerde Research & Innovation Centre (DK), wetenschappers de mogelijkheid erva- 24 maanden ring op te doen aan een excellent bui- Genregulatie tijdens embryonale tenlands topinstituut voor een periode ontwikkeling van maximaal twee jaar. In beperkte mate is het ook mogelijk een verblijf Dr. S.C.S. Lai (m) 20-07-1982, UL -> Uni- aan een excellent Nederlands onder- versity of Warwick (UK), 24 maanden zoeksinstituut aan te vragen. Zij ont- Het bestuderen van individuele nano- vangen de beurs wegens hun bewezen deeltjes talent voor het doen van innoverend en grensverleggend onderzoek. Drs. J.W. van de Meent (m) 01-10-1980, Rubicon-subsidies worden toegekend UL -> Columbia University – Theoretische voor een één- tot tweejarige onder- Biofysica (USA), 18 maanden zoeksperiode. Rubicon geldt als een Spieken naar moleculen goede opstap voor de Veni-subsidie. Dr. V. Saggiomo (m) 31-07-1980, Christian www.nwo.nl/rubicon Albrechts Universität Kiel (DE) -> RUG – Synthetisch Organische Chemie (NL), 24 maanden Toekenningen 2010 Eiwitoppervlakken herkennen met nanodeeltjes Dr. A.A. Bakulin (m) 24-08-1982, RUG -> University of Cambridge, Physics Depart- Drs. J van Sijl (m) 21-07-1982, VU -> Uni- ment (GB), 16 maanden versity of Bristol – Department of Earth How do electrons hop to make plastics Sciences (UK), 24 maanden conductive? Op ‘t randje D.M. Kool (v) 06-09-1982, WUR -> RU, Dr. P.J. Boersema (m) 1982, UU -> Max Microbiologie (NL), 12 maanden Planck Instituut voor Biochemie, Afdeling Het wonderlijke leven van de stikstof- Proteomics en Signaaltransductie (DE), kringloop 24 maanden Vingerafdruk van kanker Dr. M.D. Witte (m) 14-09-1981, UL -> MIT, Whitehead Institute for biomedical T.J. Boltje (m) 1983, University of Georgia research (USA), 24 maanden (VS) -> RU, Synthetisch Organische Het specifiek modificeren van eiwitten Chemie (NL), 24 maanden Bacteriële en virale infecties: een zoet- Dr. O. Fatunsin (m) 04-04-1978, University zure kwestie of Rostock (DE) -> RU – Synthetisch Organische Chemie (NL), 24 maanden Drs. M. Juriček (m) 1982, RU -> North­ Explosieve reacties voor medische western University, Mechanostereoche- toepassingen mistry (VS), 24 maanden Moleculaire harde schijven 100 Chemische Wetenschappen / Toekenningen A.A. Kocherzhenko (m) 1983, TUD -> Mr. A.M. Shultz (m) 1984, Northwestern University of California, Berkeley (VS), University, Evanston, Illinois (VS) -> UvA 24 maanden. -HIMS (NL), 24 maanden Sneller transport van lading en energie Fotokatalysatoren inpakken voor door moleculen kunstmatige fotosynthese Dr. D.J. (Daniela) Kraft (v) 1983, UU –> J. Boekhoven, MSc (m) 1984, TUD -> New York University, Center for Soft Northwestern University - The Stupp Lab. Matter Research (VS), 24 maanden (VS) , 24 maanden Verfrommelde schillen als modelsysteem Slimme microcapsules voor nieuw voor virussen hersenweefsel Dr. M. Tanenbaum (m) 1980, UMCU -> Drs. L.M.C. Janssen (v) 1983, RU -> UCSF San Francisco, Molecular and Cellu- Columbia University - Department of lar Pharmacology (VS), 24 maanden Chemistry (VS), 24 maanden Celdeling onder de loep Een heldere kijk op glas Toekenningen 2011 Drs. G. Trynka (v) 1983, RUG -> Harvard Medical School - Robert Plenge Group Dr. E. Bat (m) 1981, UT -> University of (VS), 24 maanden California, Los Angeles - Department of Identification of molecular mechanisms Chemistry & Biochemistry / California underlying association signals in com- Nanosystems Institute (VS), 24 maanden plex diseases Plastics helpen om het potentieel van stamcellen te realiseren A.J.W. te Velthuis (m) 1983, UL -> University of Oxford (UK), 24 maanden Dr. C.R. Berkers (v) 1980, UL -> Beatson Influenzavirusreplicatie per seconde Institute for Cancer Research (UK), 24 maanden Dr. A.A. Verhoeff (v) 1983, UU -> Univer- Kankercelmetabolisme onder de loep sity of Oxford - Department of Chemistry (UK), 24 maanden Dr. H.I. Ingólfsson (m) 1979, Weill Cornell Druppels en grensvlakken manipuleren Medical College, NY (VS) -> RUG - Biop- met licht hysics (NL), 24 maanden Bijwerkingen van medicijnen bezien op R.P. de Vries, MSc (m) 1983, UU -> The moleculair niveau Scripps Research Institute, San Diego California (VS), 24 maanden Drs. M.A. Langereis (m) 1979, UU -> RU Afdeling Medische Microbiologie (NL), 24 maanden Hoe worden gevaarlijke virussen herkend? Griep, een meester in het aanpassen 101 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Ir. D. Brinks (m), ICFO (ES) -> Harvard Uni- ChemThem versity - Departments of Chemistry and Chemical Biology and of Physics (US), Een ChemThem-initiatief bevat een 24 maanden chemisch/moleculaire wetenschappe- Kwantummagnetisme bij kamertempera- lijke vraagstelling, die via uitdagende tuur en innovatieve onderzoeksbenaderingen wordt aangepakt. Het programma Dr. R. Gramage-Doria (m), Université de adresseert nieuwe onderzoeksterrei- Strasbourg (FR) -> UvA - HIMS (NL), nen met baanbrekend onderzoek. 24 maanden Door het opzoeken van de grenzen Bio-inspired supramolecular architectu- qua kennis kunnen ideeën gegene- res for intra-cavity catalysis reerd worden die op termijn voor de voornaamste trend in het betreffende MSc. G.J. van der Heden-van Noort (m), (deel)vakgebied zullen zorgen. UL -> Humboldt Universität zu Berlin Department of Chemistry (DE), 18 maanden ChemThem: Chemical Biology Diagnose op moleculair niveau Toekenningen 2011 Dr. W.P.R. Verdurmen (m), RU -> Univer- Dr. J.G. Roelfes (RUG) & Dr. M.G. Rots sität Zürich - Biochemisches Institut (CH), (UMCG) 24 maanden Chasing ROS: New Molecular Tools for Eiwitten de weg wijzen the Study and Manipulation of Reactive Oxygen Species in Living Cells Mr. X. (Xiao) Wang (m), National University of Singapore (SG) -> UT - Faculty of Prof. dr. ir. J.C.M. van Hest (RU) & Prof. dr. Science & Technology (NL), 24 maanden C.G. Figdor (UMC St Radboud) & Nanoscale Oxide Electronics Prof. dr. A.E. Rowan (RU) Artificial Dendritic Cells Prof. dr. H.S. Overkleeft (UL) & Prof. dr. J.M.F.G. Aerts (AMC) Chemical biology of glucosylceramide metabolism: fundamental studies and clinical applications for Gaucher disease Prof. dr. D.J. Slotboom (RUG) & Dr. A.K.H. Hirsch (RUG) & Prof. dr. B. Poolman (RUG) Small molecule modulators of essential transport functions in pathogenic bacteria 102 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Prof. dr. G.C. Angenent (WUR) & Prof. dr. Samenwerking China - Joint Scientific H. Zuilhof (WUR) Thematic Research Programme (JTSP) Chemistry in bloom: elucidating the transition to flowering in plants Het doel van het gezamenlijke onderzoeksprogramma van China en Nederland, het Joint Scientific ChemThem: Out-of-equilibrium Research Programme (JSTP), is het self assembly bevorderen van duurzame samenwer- Toekenningen 2011 king tussen onderzoekers uit beide landen door financiering van geza- Prof. dr. E.W. Meijer (TU/e) & Dr. ir. T.F.A. menlijke onderzoeksprojecten en de Greef (TU/e) & Prof. dr. W.T.S. Huck seminars. (RU) Controlled Reaction-Diffusion in Self-Assembled Systems Toekenningen 2010 Prof. dr. A. Herrmann (RUG) & Prof. dr. Prof. dr. E.J.M. Hensen (TU/e) , Prof. dr. ir. S.J. Marrink (RUG) & Prof. dr. B. Poolman B.m. Weckhuysen (UU) (RUG) Towards a recyclable catalytic system for Complex Functions in Colloidal Vesicle the efficient production of platform Systems Mediated by DNA molecules from cellulosic biomass: heterogenization of catalytic ensembles Prof. dr. S. Otto (RUG) & Dr. ir. J. van der Gucht (WUR) Prof. dr. K. Blok (UU) Out-of-Equilibrium Assembly of Dynamic Biorefineries for China and Europe ? Combinatorial Hydrogels The Road to Sustainability Dr. ir. J.H.B. Sprakel (WUR) & Prof. dr. Dr. ir. R.P. de Vries (KNAW-CBS) M.A. Cohen Stuart (WUR) & Dr. A. Kros Reducing the stringency of chemical and (UL) thermal treatments of plant biomass for Colloidal LEGO with peptides bio-fuel production by developing more efficient enzyme mixtures. Prof. dr. G.J. Vancso (UT) & Prof. dr. ir. A. van den Berg (UT) Prof. dr. ir. M.C.M. van Loosdrecht (TUD) Crosslinking polymer microparticles in Sustainable biofuel production from non-equilibrium with light: Redox-active organic waste via polyhydroxyalkanoa- designer hydrogels for low-cost lab-on- tes paper diagnostics. 103 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Samenwerking Verenigde Staten van Astrochemie Amerika - internationale samenwerking in de chemie Het Astrochemieprogramma brengt expertise uit de astronomie en de che- Het doel van het programma mie samen om onderzoek te doen naar Internationale Samenwerking in de het ontstaan en de evolutie van mole- Chemie is het realiseren van de strate- culen in het heelal. Hiervoor is een gische doelen van zowel NWO als de coherent onderzoeksprogramma ont- National Science Foundation (NSF) wikkeld rondom vier onderzoeksthe- voor het ontwikkelen van een brede, ma’s: (1) de vorming, vernietiging en wereldwijd betrokken, wetenschappe- excitatie van eenvoudige moleculen in lijke en technische beroepsgroep. De de gasfase; (2) de rol van stof en ijs in subsidies bieden de mogelijkheid om in het heelal; (3) de chemische evolutie internationaal verband nieuwsgierig- van polycyclische aromatische koolwa- heidsgedreven onderzoek van hoge terstoffen; en (4) het ontstaan van de kwaliteit uit te voeren op het gebied chemische bouwstenen van leven. De van de (moleculaire) chemie en chemi- invulling van het programma is bot- sche technologie. De synergie tussen tom-up tot stand gekomen. Het de Nederlandse en Amerikaanse Astrochemieprogramma heeft een onderzoekers en de toegevoegde budget van drie miljoen euro, en waarde van hun samenwerking zijn wordt gezamenlijk gefinancierd door hierbij essentieel. het NWO-gebied Chemische Wetenschappen en het NWO-gebied Exacte Wetenschappen. Toekenningen 2010 Prof. dr. ir. J. Huskens (UT) & Prof. P.S. Toekenningen 2010 Weiss (University of California at Los Gas-phase Astrochemistry Angeles) Single-molecule imaging, dynamics, and Prof. dr. W.M.G. Ubachs (UvA) electronics at multivalent host-guest Photodissociation experiments on small surfaces molecules Prof. dr. R.P. Sijbesma (TU/e) & Prof. dr. Prof. dr. E.F. van Dishoeck (UL) S.L. Craig (Duke University) Photodissociation and excitation of Mechanochemical probes of supramole- molecules in protoplanetary disks cular polymer networks Prof. dr. B.L. Feringa (RUG) & Prof. dr. D.G. Blackmond (Scripps Research Institute) A systems chemistry approach to self assembly and self replication 104 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Prof. dr. D.H. Parker (RU) Dr. T.A. Schlathölter (RUG) Photodissociation branching ratios of The chemical evolution of PAHs driven large molecules by energetic ion interaction Prof. dr. ir. G.C. Groenenboom (RU) Prof. dr. A.G.G.M. Tielens (UL) Theory of vibration-rotation inelastic Astronomical implications collisions Prof. dr. D.H. Parker (RU) The Prebiotic Universe Experimental studies of vibration-rotation inelastic collisions Prof. dr. E. Vlieg (RU) Amino-acid formation controlled by chiral template The Solid Universe – Ice and Dust Prof. dr. B.L. Feringa (RUG) Prof. dr. L.B.F.M. Waters (UvA) Formation of chiral meteoritic prebiotic The physics and chemistry of metallic Fe molecules and FeS nano clusters Prof. dr. P. Rudolf (RUG) Forensic Science Dust surface chemistry in the inner Solar Nebula Doel van het programma Forensic Science is het versterken van het Prof. dr. H.V.J. Linnartz (UL) onderzoek op het gebied van de foren- Shining light on ice (molecules) sische wetenschap in Nederland, het creëren van nieuwe kenniszwaarte- Prof. dr. F.M. Bickelhaupt Jr (UvA) punten en het vormen van een Molecular complexity in the solid state: gemeenschap van onderzoekers en theory meets experiment gebruikers op het gebied van forensische wetenschappen. Prof. dr. G.J. Kroes (UL) MD/MC simulations of photo-induced Met het onderzoek wil het programma reactions of H2O photofragments with bijdragen aan de verdere ontwikkeling CO ice van state of the art onderzoektechnieken die in veelal multidisciplinaire context ingezet kunnen worden in het From PAHs to chains, rings and cages forensisch proces. Het programma richt zich daarom op multidisciplinair onder- Prof. dr. J. Oomens (FOM-instituut zoek op het grensvlak tussen weten- DIFFER) schapsdisciplines, maar ook tussen The photochemical evolution of PAHs wetenschap en forensische praktijk. www.nwo.nl/forensicscience 105 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Toekenningen 2011 Science for Arts Prof. dr. M. Kayser (Erasmus MC) Het programma Science4Arts is een ini- Estimating trace deposition time using tiatief van de NWO-gebieden Geestes­ circadian biomarkers wetenschappen, Chemische en Exacte Wetenschappen. Het onderzoekspro- Dr. J.F.J. Laros (LUMC) gramma richt zich op het onderzoeken Metagenomic analysis of forensic van veranderingen in kunstwerken, biological traces zowel wat betreft de chemische en fysieke eigenschappen van een werk, Prof. dr. R.W.J. Meester (UvA) als de betekenis en inhoud van het Familial Searching object zelf, en de context van het kunstwerk. Binnen de projecten wer- Prof. dr. M.W.F. Nielen (WUR) ken wetenschappers uit verschillende The Molecular Basis of Chemical Hair disciplines samen met experts uit de Evidence kunstwereld. Prof. dr. M. de Rijke (UvA) Semantic Search in E-Discovery Toekenningen 2011 Prof. dr. ir. P.J. Schoenmakers (UvA) Prof. dr. J. Dik (TUD) / dr. P. Noble COMFOR: The use of comprehensive (Mauritshuis) two-dimensional chromatographic Nieuw licht op Rembrandt: door de verf- methods for chemical profiling of com- lagen heen plex natural materials Prof. dr. P.D. Iedema (UvA) / Prof. dr. M.J. Sjerps (UvA) dr. A. van Loon (Mauritshuis) Combining evidence in legal (forensic) Veranderende verf en de gevolgen voor casework conservering, het presenteren en bewaren van Van Eyck tot Mondriaan Dr. ir. R.N.J. Veldhuis (UT) Forensic Face Recognition Prof. dr. M.E.R.G.N. Jansen (UL) / prof. dr. ir. A. Schmidt-Ott (TUD) Dr. H.B. Verheij (RUG) Gedeeld verleden: Mexicaans beeld- Designing and Understanding Forensic schrift Bayesian Networks with Arguments and Scenarios Prof. dr. E.O. Postma (UvT) REVIGO: REassessing VIncent van GOgh Dr. ir. H.L. Schellen (TU/e) / dhr. P.H.J.C. van Duin (Rijksmuseum) Het ideale duurzame klimaat voor houten panelen 106 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Prof. dr. C.J.M. Zijlmans (UL) / drs. T.H.C. Prof. dr. R.M.A. Heeren (FOM-instituut Visser (Stedelijk Museum Amsterdam) AMOLF) Foto’s voor de toekomst Miniaturizing Mass Spectrometry, Bringing Mass Spectrometry to Daily life TASC Comprehensive Analytical Science Prof. dr. L.M.C. Buydens (RU) and Technology - TA-COAST Analysis of Large data sets By Enhanced Robust Techniques Het doel van het TA-COAST R&D programma is om onderzoek, ontwik- Dr. F.J.M. Harren (RU) keling en innovatie in de analytische Real time, in-vivo measurement of semi- wetenschap te stimuleren voor de volle volatiles in air/breath: two orders of breedte van de toepassingsgebieden magnitude more sensitive than the en de wetenschap. Om het innovatie- current Proton transfer reaction mass en valorisatiepotentieel te maximalise- spectrometers ren, is het programma zo opgezet dat het de kruisbestuiving tussen de funda- Prof. dr. R.P.H. Bischoff (RUG) mentele wetenschap, analytische tech- Analysis of Biomolecules on Surfaces nologieën en toepassingsgebieden (BIOSURF) bevordert en faciliteert. Het R&D programma moet leiden tot doorbraken in Dr. G.I. Vivó-Truyols (UvA) analytische technologieën met toepas- Chromametrics: expanding the possibili- singen in vele gebieden. ties of chemometrics in the chromatographic domain TA-COAST is een onderdeel van het TASC-programma Technology Areas for Prof. dr. J. van Duynhoven (WUR) Sustainable Chemistry, een publiek-pri- DIffusional NAnoprobes for MultI-length vaatsamenwerkingsprogramma van Scale material CHaracterisation (DINA- NWO/ACTS. MISCH) Prof. dr. H. Irth (UvA) Toekenningen 2011 Enhanced bioresolution and miniaturization of Surface Plasmon Resonance opti- Prof. dr. A.P.M. Kentgens (RU) cal sensing Localized Spectroscopy of Polymers by Solid-State NMR Prof. dr. ir. P.J. Schoenmakers (UvA) HYPERformance Liquid Chromatography 107 Chemische Wetenschappen / Toekenningen Duurzaam waterstof - ERA-NET Industrial Biotechnology (IB) Valorisatiesubsidie ERA-IB is een ERA-NET op het gebied In de komende decennia zal ons ener- van Industriële Biotechnologie (IB). Het giesysteem moeten overschakelen van is gericht op de totstandbrenging van fossiele brandstoffen op hernieuwbare grensoverschrijdende samenwerkings- energiebronnen. Binnen deze visie zal verbanden tussen industrieel en acade- waterstof een belangrijke rol spelen misch IB-onderzoek en het verbeteren als ‘schone brandstof’. Het doel van en versnellen van de overdracht van het programma Duurzaam waterstof is technologie. het ontwikkelen van de kennis en de technologische concepten die deze overstap mogelijk maken. Toekenningen 2010 De Valorisatiesubsidie richt zich op het ontwikkelen van vindingen die gedaan Prof. dr. J.H. de Winde (TUD) zijn tijdens fundamenteel onderzoek Pseudomonas 2.0: industrial biocatalysis op het gebied van duurzaam watersto- using living cells fonderzoek. Prof. dr. V. Hessel (TU/e) Combining efforts in enzyme and proToekenningen 2011 cess engineering to improve access to multifunctional chiral intermediates Prof. dr. B. Dam (TUD) Hydrogen indicator tape Dr. ir. A.J.A. van Maris (TUD) Integral Engineering of Acetic Acid Tole- Dr. P.E. de Jongh (UU) rance in Yeast Melt infiltration of porous matrices with light metals, alloys or hydrides, to pre- Prof. dr. W.J.H. van Berkel (WUR) pare nanostructured materials for Multi enzyme systems involved in astin energy storage biosynthesis and their use in heterologous astin production 108 Chemische Wetenschappen / Financieel overzicht 5.2 Financieel overzicht LASTEN TOP/ECHO-subsidies TOP GO CW-projecten en -programmasubsidies Vrije competitie totaal 2009 2010 2011 11456 12672 11905 0 0 657 208 94 115 11664 12766 12677 BAZIS 0 0 1538 Sectorplan totaal 0 0 1538 1769 2719 481 Investeringen totaal Veni 2330 3691 2116 Vidi 6630 6909 6112 Vici 5431 5443 6267 Athena 260 0 20 Overig 131 205 -43 14782 16248 14472 Persoonsgerichte stimulering totaal Systeem Aarde 370 0 0 Opkomende technologieën 253 30 -92 Thema’s 2002-2006 totaal 623 30 -92 Systeembiologie 0 200 200 NWO-Nano 0 400 400 Science for Arts 0 172 297 Forensic Science 0 0 18 Astrochemie 0 200 200 500 Complexiteit 0 0 ChemThem-programma’s 0 0 0 Thema’s en themaprogramma’s 2007 - totaal 0 972 1615 159 192 206 CECAM/Lorentz Centrum EUROCORES 0 32 79 JSTP Biomass 0 0 162 15 Samenwerking China 0 0 NSF ICC Samenwerking 0 0 0 104 43 0 ERA-NET Chemistry / CERC3 ACENET 66 66 66 ERA-IB 50 50 50 Internationalisering totaal 412 397 530 Kennisoverdracht + algemeen totaal 606 506 943 1650 2451 2316 31506 36089 34480 Bureaukosten totaal TOTAAL LASTEN 109 Chemische Wetenschappen / Financieel overzicht BATEN 2009 2010 2011 Reguliere bijdrage NWO 18573 18220 19939 Geoormerkte bijdrage NWO 13459 11458 13308 Geoormerkte bijdragen gebieden Meerjarenraming NWO totaal 65 274 980 32097 29952 34228 138 Bijdragen industrie 0 0 Bijdragen internationaal 0 172 0 61 0 3000 0 0 0 61 172 3138 32158 30124 37366 -652 5965 -2884 31506 36089 34481 Bijdragen ministeries Bijdragen EU Bijdragen derden totaal TOTAAL BATEN Reserveringen Totaal beschikbaar Bedragen in duizend €. Genoemde bedragen 2011 zijn onder voorbehoud. 110 Chemische Wetenschappen / Mensen 5.3Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen 2011 Gebiedsbestuur Chemische Wetenschappen 2012 Prof. dr. Ben Feringa, RUG (voorzitter) De Executive Board van ACTS en het Prof. dr. Ineke Braakman, UU Gebiedsbestuur Chemische Prof. dr. Martien Cohen Stuart, WUR Wetenschappen zijn per 1 januari 2012 Prof. dr. Jan Hoeijmakers, Erasmus MC samengevoegd tot één chemiebestuur. Prof. dr. Koop Lammertsma, VU De nieuwe samenstelling is als volgt: Prof. dr. ir. Jaap Schouten, TU/e Prof. dr. Ben Feringa, RUG (voorzitter) Prof. dr. Han de Winde, TUD (vice-voorzitter) Prof. dr. Ineke Braakman, UU (afgetreden per 1 februari 2012) Prof. dr. Martien Cohen Stuart, WUR Dr. Teun Graafland, Shell Prof. dr. Jan Hoeijmakers, EUR Prof. dr. Koop Lammertsma, VU Prof. dr. Titia Sixma, NKI Prof. dr. ir. Bert Weckhuysen, UU Dr. Marcel Wubbolts, DSM 111 Chemische Wetenschappen / Mensen 5.4 Samenstelling Bureau Chemische Wetenschappen Directie Programmamanagers Dr. Louis B.J. Vertegaal Dr. ir. Remko Achten (directeur NWO Cluster Chemische Dr. Irene Hamelers en Exacte Wetenschappen) Dr. Varsha Kapoerchan Dr. Tanja Kulkens Dr. Marjolein Lauwen (adjunct directeur Chemie) Cynthia Markus MSc. Dr. Marieke van Santen Stafmedewerker Dr. Margot Snel Wia Snijder Dr. Maartje de Snoo Dr. Arlette Werner Management Dr. Ivo Ridder Programmamedewerkers Mark Schmets MSc. Charlotte Kuiper Dr. Maarten de Zwart Susan Licumahua Lydia Rahman Evelyn Wiesen Stafafdelingen en coördinatoren Coördinatoren Financiën Dr. Mark Kas Mark Keus Dr. Nico Kos Janice Chittick Dr. Christiane Klöditz Patrice den Dopper Communicatie Secretariaat Marjolein Schlarmann Sjouke Goeree Ursula Bihari Sarina Ishak Drs. Jan Grimminck Maxim van Ooijen Debora Klaar Serena Pattiruhu Laura Jansen Pam Schouten Graciela Martinez Dick van der Toorn Drs. Annemarijke Jolmers Wouter Weyland Drs. Sabine Zinsmeister 112 Chemische Wetenschappen / Mensen 5.5 Leden commissies en besturen Beoordelingscommissies TOP/ECHO Focusgebied Chemie in relatie met Fysica/ 2009-2010 Materialen Prof. dr. G. ten Brinke, RUG (voorzitter) Focusgebied Chemie in relatie met Prof. dr. J.J.L.M. Cornelissen, UT Biologische/ Medische Wetenschappen 1 Prof. dr. J.H. van Esch, TUD Prof. dr. D. Hoekstra, RUG (voorzitter) Prof. dr. C. Gooijer, VU Prof. dr. R. Agami, NKI Prof. dr. F.M.F. de Groot, UU Prof. dr. P.G. Bolhuis, UvA Dr. R.H.H.G. van Roij, UU Prof. dr. J.F.C. Glatz, UM Prof. dr. P. Rudolf, RUG Prof. dr. W.J. de Grip, RU Prof. dr. S.E. Speller, RU Prof. dr. J.B. Helms, UU Dr. R.M. Wolf, Philips Dr. M.A. Hemminga, WUR Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris) Dr. G.D. Siegal, UL Dr. P.J. Verschure, UvA Focusgebied Chemie in relatie met Ir. E.A.P. Bouman, NWO (secretaris) Technologie/ Duurzaamheid Prof. dr. J.C. Hummelen, RUG (voorzitter) Focusgebied Chemie in relatie met Prof. dr. M.R. Egmond, UU Biologische/ Medische Wetenschappen 2 Prof. dr. G.J.M. Gruter, Avantium Prof. dr. J.C. Wilschut, RUG (voorzitter) Prof. dr. ir. J.G.M. Janssen, UvA Prof. dr. W.J.H. van Berkel, WUR Prof. dr. M.T.M. Koper, UL Prof. dr. E.P.J.G. Cuppen, HIOS Prof. dr. ir. A.J. Minnaard, RUG Prof. dr. P.J.J. Hooykaas, UL Prof. dr. K. Seshan, UT Dr. J.S. Lolkema, RUG Prof. dr. H.J. Veringa, TU/e Dr. H. Ovaa, NKI Prof. dr. H.W. Zandbergen, TUD Dr. M. Spaargaren, AMC Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris) Prof. dr. G.W. Vuiste, RU Prof. dr. E.C. Zwarthoff, Erasmus MC Beoordelingscommissies TOP/ECHO Ir. E.A.P. Bouman, NWO (secretaris) 2010-2011 Focusgebied Chemie in relatie met Focusgebied Chemie in relatie met Biologische/ Medische Wetenschappen 3 Biologische /Medische Wetenschappen 1 Prof. dr. C.G. Kruse, Solvay/UvA (voorzitter) Prof. dr. H.Th.M. Timmers, UMC Utrecht Prof. dr. C.J. Elsevier, UvA (voorzitter) Prof. dr. M.B. Groen, VU Prof. dr. B.W. Dijkstra, RUG Prof. dr. Th. Hankemeier, UL Dr. B.J.L. Eggen, UMC Groningen Dr. A.B. Houtsmuller, Erasmus MC Prof. dr. J.F.C. Glatz, UM Dr. B. Kaptein, DSM Prof. dr. W.J. de Grip, UMC St. Radboud Prof. dr. K. Nicolay, TU/e Dr. A.B. Houtsmuller, Erasmus MC Prof. dr. M.W.F. Nielen, WUR Dr. C. Logie, RU Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm, UM Dr. ir. G.J. Strijkers, TU/e Ir. E.A.P. Bouman, NWO (secretaris) Prof. dr. P.D.E.M. Verhaert, TU/e Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris) 113 Chemische Wetenschappen / Mensen Focusgebied Chemie in relatie met Focusgebied Chemie in relatie met Biologisch /Medische Wetenschappen 2 Fysica /Materialen 2 Prof. dr. D. Hoekstra, UMC Groningen Prof. dr. G. ten Brinke, RUG (voorzitter) (voorzitter) Prof. dr. J.J.L.M. Cornelissen, UT Prof. dr. P.G. Bolhuis, UvA Prof. dr. B. Dam, TUD Prof. dr. J.B. Helms, UU Dr. M.H.G. Duits, UT Prof. dr. P.J.J. Hooykaas, UL Prof. dr. R. van Grondelle, VU Prof. dr. R. Kanaar, Erasmus MC Prof. dr. A.W. Kleijn, UvA Dr. J.S. Lolkema, RUG Prof. dr. C.R. Ronda, Philips Research Dr. M. Spaargaren, AMC Europe Prof. dr. ir. S.J. Tans, AMOLF/TUD Prof. dr. R.P. Sijbesma, TU/e Prof. dr. S.C. de Vries, WUR Prof. dr. S.E. Speller, RU Dr. M.W. de Snoo, NWO (secretaris) Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris) Focusgebied Chemie in relatie met Focusgebied Chemie in relatie met Biologisch /Medische Wetenschappen 3 Technologie /Duurzaamheid Prof. dr. D.B. Janssen, RUG (voorzitter) Prof. dr. ir. J.A.M. Kuipers, TU/e Dr. M.C.R. Franssen, WUR (voorzitter) Prof. dr. H.J.M. de Groot, UL Prof. dr. W.J. Briels, UT Dr. B. Kaptein, DSM Dr. B. de Bruin, UvA Dr. M. Merkx, TU/e Prof. dr. G. Eggink, WUR Prof. dr. ir. R.V.A. Orru, VU Prof. dr. G.J.M. Gruter, Avantium Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm em., UM Dr. W.G. Haije, ECN Dr. S.G.D. Rüdiger, UU Prof. dr. K. Seshan, UT Dr. W. Verboom, UT Prof. dr. J.G. de Vries, RUG Dr. M.W. de Snoo, NWO (secretaris) Prof. dr. R. Wever, UvA Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris) Focusgebied Chemie in relatie met Fysica /Materialen 1 Beoordelingscommissie TOP GO BETA Prof. dr. ir. R.A.J. Janssen, TU/e 2010 (voorzitter) Prof. dr. D.A. Wiersma, RUG Prof. dr. E.P.A.M. Bakkers, TU/e/TUD (voorzitter) Dr. A.J. Böttger, TUD Prof. dr. J.C.M. Baeten, TU/e Prof. dr. H.B. Broer-Braam, RUG (vice-voorzitter) Dr. A. Dortmans, TNO Prof. dr. H.P. Barendregt, RU Prof. dr. ir. G.C. Groenenboom, RU Prof. dr. W.N. Brouw, RUG Prof. dr. M.H.M. Janssen, VU Prof. dr. P.J. Groot, RU Dr. A.J.G. Mank, Philips Research Europe Prof. dr. S.B. Kroonenberg, TU/d Dr. H.L. Offerhaus, UT Prof. dr. K. Lammertsma, VU Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris) Prof. dr. J.W. de Leeuw, NIOZ Prof. dr. R. Tijdeman, UL Drs. Y. Tuin, NWO (secretaris) 114 Chemische Wetenschappen / Mensen Beoordelingscommissie TOP GO LIFE Prof. dr. G.J.M. Pruijn, RU 2010 Prof. dr. V. Subramaniam, UT Prof. dr. W.J. Quax, RUG (voorzitter) Dr. M. de Snoo, NWO (secretaris) Prof. dr. ir. C.M.J. Pieterse, UU (vice-voorzitter) VICI 2010 Prof. dr. B. Berkhout, AMC Prof. dr. B. Poolman, RUG (voorzitter) Prof. dr. J. Ellers, VU Prof. dr. M. Bonn, AMOLF Dr. ir. N.J. Galjart, Erasmus MC Dr. M.A. Hemminga , WUR Dr. T.M. Hackeng, UM Prof. dr. ir. G.B Marin, U Gent Prof. dr. M.G.M. Hunink, Erasmus MC Prof. dr. H.S. Overkleeft, UL Prof. dr. C.M.A. Pennartz, UvA Prof. dr. T.T.M. Palstra, RUG Prof. dr. ir. I.M.C.M. Rietjens, WUR Prof. dr. J.N.H. Reek, UvA Prof. dr. B. Wieringa, UMC St Radboud Prof. dr. C.L. Wyman, EUR Prof. dr. S.S. Wijmenga, RU Dr. ir. R. Achten, NWO (secretaris) Dr. I.H.L. Hamelers, NWO (secretaris) VENI 2011 Beoordelingscommissie Prof. dr. W.J. Buma, UvA (voorzitter) Vernieuwingsimpuls Prof. dr. A.J.R. Heck , UU Dr. ir. N.A.M. Besseling, TUD VENI 2010 Dr. K. Blank, RU Prof. dr. W.J. Buma,UvA (voorzitter) Prof. dr. ir. L. Brunsveld, TU/e Dr. F.L. van Delft, RU Dr. ir. B. Ensing, UvA Dr. ir. B. Ensing, UvA Prof. dr. R.J.M. Klein Gebbink, UU Prof. dr. ir. M.W. Fraaije , RUG Prof. dr. ir. L. Lefferts, UT Prof. dr. W.K. Kegel, UU Prof. dr. L.D.A. Siebbeles, TUD Dr. S.C.J. Meskers, TU/e Prof. dr. M. Smit, VU Prof. dr. G. Mul, UT Dr. L.M. Veenhoff, UMC Groningen Prof. dr. F.A.A. Mulder, RUG Dr. M.M. Lauwen, NWO (secretaris) Prof. dr. L.D.A. Siebbeles, TUD Prof. dr. M.J. Smit, VU VICI 2011 Dr. M.M. Lauwen, NWO (secretaris) Prof. dr. B. Poolman, RUG (voorzitter) Prof. dr. H. van Amerongen, WUR VIDI 2010 Prof. dr. B. Berkhout, AMC Prof. dr. A.P. Philipse, UU (voorzitter) Prof. dr. ir. J. Huskens, UT Prof. dr. S.J. Marrink , RUG Prof. dr. F. Kapteijn, TUD Prof. dr. D.J. Broer ,TU/e Prof. dr. I.J. van der Klei, RUG Prof. dr. R.G.M. Croce, RUG Prof. dr. A. Meijerink, UU Dr. ir. J.E. ten Elshof, UT Prof. dr. F.P.J.T. Rutjes, RU Prof. dr. U. Hanefeld, TUD Dr. ir. R. Achten, NWO (secretaris) Prof. dr. R. Leurs, VU Prof. dr. H. Lill, VU Dr. J.H. van Maarseveen, UvA Prof. dr. J.J.C. Neefjes , NKI/UL 115 Chemische Wetenschappen / Mensen Commissie Investeringen NWO- Beoordelingscommissie ChemThem — middelgroot en BAZIS 2010, 2011 Out-of-Equilibrium Self-Assembly 2011 (ronde 2010) Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm em. Prof. dr. A.M. Deelder, LUMC (voorzitter) (voorzitter) Prof. H.L. Anderson, Prof. dr. ir. R.M. Boom, WUR University of Oxford Prof. dr. R. Brock, UMC St. Radboud Prof. H.-J. Butt, Max Planck Institute Prof. dr. S. de Feyter, KU Leuven, België for Polymer Research Dr. R. Hage, Rahu Catalytics Limited Prof. dr. T. Cosgrov, University of Bristol Prof. dr. P.H.H. Hermkens, MSD Research Prof. dr. A. Fery, Laboratories, Oss Universität University of Bayreuth Dr. P.J. Kooyman, TUD Dr. M.J Hardie, University of Leeds Prof. dr. J. Oomens, FOM-Rijnhuizen Dr. I Huc, European Institute of Prof. dr. W.L. de Laat, Hubrecht instituut Chemistry and Biology Institut Dr. A. Perrakis, NKI Européen de Chimie et Biologie Prof. em. dr. ir. W.S. Veeman, Universität Prof. dr. C.A. Hunter, Duisburg University of Sheffield Dr. M.A. van Santen, NWO (secretaris) Dr. V.V. Kapoerchan, NWO (secretaris) Beoordelingscommissie NWO- Beoordelingscommissie ChemThem — middelgroot en BAZIS 2011, 2012 Chemical Biology 2011 (ronde 2011) Prof. dr. H.C.J. Ottenheijm em. Prof. dr. J.F. van der Veen, Paul Scherrer (voorzitter) Institute (voorzitter) Prof. dr. T. Carrell, University of Munich Prof. dr. R. Brock, UMC Radboud Prof. dr. B.G. Davis, Prof. dr. A.M. Deelder, LUMC University of Oxford Dr. R. Hage, Catexel BV Prof. dr. R. Gerardy-Schah, Prof. dr. W.R. Hagen, TUD Medizinische Hochschule Hannover Prof. dr. A. Hermann, RUG Medical School Prof. dr. P.A.J. Hilbers, TUD Prof. dr. A. Marx, Prof. dr. S.R.A. Kersten, UT Universität University of Konstanz Dr. P.J. Kooyman, TU/d Prof. dr. C. Schultz, European Prof. B.J. Ravoo, Westfälische Wilhelms Molecular Biology Laboratory Universität Münster EMBL Heidelberg Prof. J. Steyaert, Vrije Universiteit Brussel Prof. dr. R. Tampé, Johann Wolfgang Prof. dr. G.J. Vansco, UT Goethe Universität University of C. M. Markus MSc., NWO (secretaris) Frankfurt Prof. dr. H. Vogel, EPFL Lausanne Prof. dr. L.A. Wessjohann, Leibniz Institute Dr. A.J. Wilson, University of Leeds Dr. A.B. Werner, NWO (secretaris) 116 Chemische Wetenschappen / Mensen Beoordelingscommissie Samenwerking Drs M. van Duin, NWO (secretaris) Verenigde Staten van Amerika - Drs. R. Teeuwen, NWO (secretaris) Internationale Samenwerking in de Dr. A.B. Werner, NWO (secretaris) Chemie (ICC) 2011 Prof. dr. J. Reedijk em. UL (voorzitter) Beoordelingscommissie Forensic Prof. dr. F.M.F. de Groot, UU Science 2011 Prof. dr. J.C. Hummelen, RUG Mr. G.C. Haverkate, Openbaar Prof. dr. A.E. Rowan, RU Ministerie (voorzitter) Prof. dr. A. Schmidt-Ott, TUD Prof. C.G.G. Aitken,- University of Dr. R.J. de Vries, WUR Edinburgh Dr. A.B. Werner, NWO Mr. E.E. van der Bijl, Openbaar Ministerie Samenwerking China, Joint Scientific Dr. G. de Boeck, Nationaal Instituut Thematic Research Programme, Joint voor Criminalistiek en Criminologie Research Projects (JSTP) beoordelingscom- Prof. R. Cucchiara, Universita degli Studi missie 2010 di Modena e Reggio Emilia Prof. Y. Li, CAS Institute of Prof. dr. K.Y. Franke, Gjøvik University Microbiology (voorzitter, CHN) College Prof. dr. A.J.M. Schoot Uiterkamp, RUG Prof. S.J. Haswell, University of Hull (voorzitter, NL) Dr. M. Pütz, Bundeskriminalamt Dr. ir. J.W. Gosselink, Shell Global Solutions Prof. dr. P.M. Schneider, Prof. dr. ir. H.J. Heeres, RUG Universität zu Köln Prof. D. Shi, CASS Institute of Dr. M.M.E. Snel, NWO (secretaris) Industrial Economics Drs. M.L. van Duin, NWO (secretaris) Prof. dr. ir. R.H. Wijffels, WUR Prof. X. Zhao, Qingdao Institute of International Assessment Committee Bioenergy and Bioprocess Technology Science4Arts 2011 Dr. M. de Zwart, NWO (secretaris) Dr. M. Leona , The Metropolitan Museum of Art Members (voorzitter) Beoordelingscommissie Astrochemisty Prof. dr. J. A. Smith 2010 Prof. dr. D. Hess Norris, Prof. Dr. T. de Jong, UvA (voorzitter) University of Delaware Dr. C. Joblin, CESR, Toulouse, FR Prof. dr. C. Hirschmugl, Prof. dr. T. Millar, University of Wisconsin Queen’s University, Belfast, UK Dr. B. Knight, British Library Prof. dr. S. Schlemmer, Dr. R. Sablatnig, Vienna Universität zu Köln, DE University of Technology Prof. Dr. G. Vidali, Prof. dr. K. van der Stighelen, Syracuse University, USA Katholieke Universiteit Leuven Prof. Dr. A. Lazcano, Universidad Nacional Dr. J. Wouters, Independent Autónoma de México, Conservation Scientist, Consultant México City, MX Belgium Prof. Dr. M. McCoustra, Heriot-Watt C. M. Markus MSc., NWO (secretaris) University, Edinburgh, UK Drs. M. Berendsen, NWO (secretaris) 117 Chemische Wetenschappen / Mensen ERA-IB beoordelingscommissie 2010 TA-COAST R&D Review Committee 2011 Dr. I. Fotheringham, Ingenza Prof. dr. C. Gooijer, VU (voorzitter) (voorzitter, UK) Prof. dr. E. Adams, Katholieke Dr. E. Aittomäki, Neste Jacobs (FI) Universiteit Leuven Dr. B. Ferreira, Biotrend (PT) Dr. F. van Damm, Dow Benelux BV Prof. F. Gòdia, Autonomous Prof. dr. D.E. Demco em., University of Barcelona (ES) RWTH Aachen University Dr. ir. C.D. de Gooijer, Prof. P. van Espen, Stichting Food & Nutrition Delta (NL) Universiteit Antwerpen Prof. P. Kafarski, Wrocław University Prof. dr. B. Goderis, Katholieke of Technology (PO) Universiteit Leuven Dr. E. Kiljunen, Orion Pharma (FI) Prof. dr. ir. C.J. Groenenboom Dr. P. Nossin, DSM en Prof. dr. J. Haverkamp em. Dutch Polymer Institute (NL) Dr. M. Honing, DSM Resolve Prof. P.F. Monsan, National Institute Dr. R. Kostiainen, University of Helsinki of Applied Sciences (FR) Prof. dr. M. Mascini, Dr. D. Ramón, Biópolis (ES) University of Florence Dr. G. Wich, Wacker Chemie (DE) Dr. P. de Peinder, VibSpec-Training Prof. dr. V.F. Wendisch, University Prof. dr. P. Sandra, Research of Bielefeld (DE) Institute for Chromatography Prof. dr. C. Schmidt, Programmacommissie CHAINS2011 University of Paderborn Prof. dr. R.J.M. Nolte, RU (voorzitter) Prof. dr. R.M. Smit, Prof. dr. W.J.H. van Berkel, WUR Loughborough University Prof. dr. H.Th.M. Timmers, UMCU Prof. dr. ir. B.G.M. Vandeginste, Prof. dr. P. Rudolf, RUG VICIM B.V. Prof. dr. R. Boelens, UU Prof. dr. P.C. Zalm em. Prof. dr. ir. J.A.M. Kuipers, TU/e Dr. A.B. Werner, NWO (secretaris) Prof. dr. J.N.H. Reek, UvA Prof. dr. E.M.J. Verpoorte, RUG Beoordelingscommissie Duurzaam Mw. L. Pelleboer waterstof, Valorisatiesubsidie 2011 Drs. J. Apotheker, RUG Dr. A. Fischer, Yellow & Blue Dr. M.M. Lauwen, NWO (secretaris) Prof. dr. ir.. A.J.H. Janssen, Shell/WU Prof. dr. H.B. Levinsky, RUG/KEMA Dhr. J.P. van der Meer, Nedstack Dhr. H. de Wit, Linde Gas Benelux Dr. I.H.L. Hamelers, NWO (secretaris) 118 Chemische Wetenschappen / Mensen Besturen CW studiegroepen eind 2011 Analytische scheikunde Kristal- en structuuronderzoek Prof. dr. Th. Hankemeier, UL Dr. R. Peschar, UvA (voorzitter) (voorzitter) Prof. dr. L. van Meervelt, Katholieke Prof. dr. A.P.M. Kentgens, RU Universiteit Leuven Dr. A.J.G. Mank, Philips Research Europe, Drs. C.A. Reiss, PANalytical BV Eindhoven (secretaris) Prof. dr. ir. P.J. Schoenmakers, UvA (secretaris) Katalyse (NIOK) Prof. dr. D. Vogt, TU/e (voorzitter) Biomoleculaire chemie Prof. dr. C.J. Elsevier, UvA Prof. dr. ir. L. Brunsveld, TU/e Prof. dr. U. Hanefeld, TUD (voorzitter) Prof. dr. E.J.M. Hensen, TU/e Prof. dr. U. Hanefeld, TUD Prof. dr. ir. K.P. de Jong, UU Prof. dr. A.M.J.J. Bonvin, UU (secretaris) Prof. dr. M.T.M. Koper, UL Prof. dr. ir. L. Lefferts, UT Chemie van de vaste stof Prof. dr. S. Otto, RUG en materiaalkunde Prof. dr. F.P.J.T. Rutjes, RU Prof. dr. A. Meijerink, UU (voorzitter) Prof. dr. ir. B.M. Weckhuysen, UU Prof. dr. B. Dam, TUD Dr. I.H.L. Hamelers, NWO (secretaris) Dr. W.A. Groen, TUD/TNO (secretaris) Lipiden en biomembranen Coördinatiechemie Prof. dr. I.J. van der Klei, RUG en homogene katalyse (voorzitter) Prof. dr. J.N.H. Reek, UvA (voorzitter) Dr. C.A.M. de Haan, UU Prof. dr. K. Lammertsma, VU Dr. ir. W.K. den Otter, UT (secretaris) Prof. dr. J.G. de Vries, DSM Innovative Synthesis BV Macromoleculen Prof. dr. R.J.M. Klein Gebbink, UU (secre- Prof. Dr. G. ten Brinke, RUG (voorzitter) taris) Prof. dr. T.J. Dingemans, TUD Prof. dr. R.P. Sijbesma, TU/e (secretaris) Eiwitten Prof. dr. P. Gros, UU (voorzitter) Nucleïnezuren Prof. dr. D.J. Slotboom, RUG Prof. dr. R.F. Ketting, Hubrecht Instituut Dr. W.C. Boelens, RU (secretaris) (voorzitter) Dr. G.J.C. Veenstra, RU Farmacochemie Dr. F. van Leeuwen, Nederlands Kanker Prof. dr. C.G. Kruse, Abbott Healthcare Instituut (secretaris) Products B.V. (voorzitter) Prof. dr. A.S.S. Dömling, RUG Ontwerp en synthese Dr. I.J.P. de Esch, VU (secretaris) Prof. dr. H.S. Overkleeft, UL (voorzitter) Dr. B. Kaptein, DSM Prof. dr. ir. A.J. Minnaard, RUG Dr. W. Verboom, UT (secretaris) 119 Chemische Wetenschappen / Mensen Procestechnologie Prof. dr. ir. J.A.M. Kuipers, UT (voorzitter) Prof. dr. ir. H.E.A. van den Akker, TUD Prof. A.B. de Haan, TU/e Ing. G.H. Banis, UT (secretaris) Structuur en reactiviteit Prof. dr. ir. J. Huskens, UT (voorzitter) Prof. dr. H. Zuilhof, WUR Prof. dr. L.D.A. Siebbeles, TUD (secretaris) Spectroscopie en theorie Prof. dr. H.B. Broer-Braam, RUG (voorzitter) Prof. dr. ir. G.C. Groenenboom, RU Prof. dr. M.H.M. Janssen, VU Prof. dr. W.L. Meerts, RU (secretaris) Vloeistoffen en grensvlakken Prof. dr. E. van der Linden, WUR (voorzitter) Prof. dr. P.G. Bolhuis, UvA Prof. dr. W.K. Kegel, UU Prof. dr. W.J. Briels, UT (secretaris) 120 Chemische Wetenschappen / Mensen Colofon Redactie Jan Grimminck Annemarijke Jolmers Debora Klaar Graciela Martinez Mark Schmets Interviews Interview pagina 11-23: Esther Thole, Eindhoven Interviews pagina 24-25, 48-49, 58-59, 68-69, 76-77: Nienke Beintema, Vogelenzang Fotografie Serie: Harmen de Jong, Den Haag pagina 9: Jarno Verhoef, Nuland pagina 70: Universiteit Utrecht Ontwerp Tegenwind grafisch ontwerpburo, Roelant Meijer, Utrecht Druk QuantesArtoos, Rijswijk Uitgever Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen www.nwo.nl/cw Bezoekadres: Anna van Saksenlaan 51 Den Haag Postadres: Postbus 93460, 2509 AL Den Haag Telefoon 070 344 06 58 E-mail [email protected] Den Haag, september 2012 Cluster Chemische en Exacte Wetenschappen