Het kweken van keukenkruiden op het terras, balkon, binnentuin

advertisement
Het kweken van keukenkruiden op het terras, balkon, binnentuin, kleine tuin of keuken.
Wie heeft niet de behoefte om zijn eigen keukenkruiden te kweken. We hebben allemaal toch ergens
de ruimte om een bloembak, hangbasket of binnentuin te beplanten.
Als we spreken over kruiden dan moeten we dit splitsen in kruiden voor geneeskunde en in
keukenkruiden. Waarom deze splitsing: kruiden voor geneeskundige toepassingen daar moeten we
een specifieke (kennis)vorming voor hebben, het zijn immers (giftige) medicinale plantendelen met
velerlei neven effecten. Keukenkruiden daar ligt het anders, een verkeerd kruid of een verkeerde
dosering dat geeft slechts een gewijzigde smaak. Verder niets aan de hand.
Keukenkruiden: eerst en vooral moet ik er aan toe voegen dat de grens tussen keukenkruiden,
groenten, kiemgroenten, specerijen en eetbare bloemen zeer dun is. Het ene moment grens je naar
de groenten en het andere moment grens je naar fruit en eetbare bloemen. Ajuin en sjalot zijn zo’n
groenten, citrus voor de schil(zeste) zijn zo’n fruit. Specerijen zitten ook in die randzone.
Kruiden groeien het liefst in de volle zon. Op deze standplaats hebben de plantendelen de meest
intense smaak. Ze groeien in de halfschaduw vooral weelderig maar de smaak is minder intens.
Voor de vulling van de plantenbakken maken we een onderscheid tussen kruiden die houden van
een drogere arme grond en kruiden die houden van een normale voedzame grond.
Kruiden voor een drogere arme grond: tijm, lavendel, rozemarijn, origano, curry, laurier(art
keukenlaurier), venkel
Kruiden voor een normale voedzame grond: basilicum, peterselie, selder, snijprei(art. oerprei),
koriander, Egyptische ajuin(art op plantaardig), anijs, knoflook, ajuin en sjalot
Wanneer we plantbakken opvullen voor ‘arme droge grond kruiden’ dan gebruiken we een potgrond
vermengd met extra 10% perliet, 10% grof rijnzand en of 10% lavagruis of gebroken argex.
Bijvoorbeeld een dakterraspotgrond(van DCM), deze potgrond heeft al deze eigenschappen. Als we
bakken mogen vullen met een normale voedzame grond dan ligt het eenvoudiger, hier nemen we
een universele potgrond van een kwalitatief goed merk. Deze potgronden zijn voor een periode van
1-2 maand bemest. Na 1-2 maand ‘mag, kun je best’ bijmesten met een groenten-, kruidenmeststof
op organische basis(het zijn voedingsgewassen) volgens de gegevens op de verpakking.
De bakken hebben een minimale diepte van 15-20cm en hebben goede drainagegaten en best nog
overdekt met een flinke laag hydrokorrels te vervanging van potscherven zodat het overvloedige
hemelwater kan wegvloeien.
Bij het planten houden we rekening met de soort plant voor de plantafstand. Vb. Peterselie: 25 x
25,Lavas: 80 x 80 , tijm: 25 x 25(volgens de verwachte plantomvang). Onmiddellijk na het planten
moeten we overvloedig begieten. In de toekomst mogen we overvloedig gieten volgens het weer,
ook bij de droge kruiden daar de potgrond is aangepast om vlot water te lozen.
Kruiden, blijven kort en bossig als we ze regelmatig oogsten(insnoeien), als we het kruid niet nodig
hebben dan is het keukenkundig beter om regelmatig de helft van een plant in te snoeien, zo blijft
de andere helft steeds oogstklaar, is het gesnoeide deel terug oogstklaar dan kunnen we het oudere
gedeelte beter ook snoeien, zo bekom je een vorm van rotatie met een grotere oogstkwaliteit tot
resultaat.
We moeten ook een indeling maken volgens:
Eenjarig: basilicum, postelein, dille, kervel…
Tweejarigen: peterselie, koriander, snijselder, kervel…
Overblijvend maar niet winterhard: ananassalie, verveine(citroenverbena), paprika en
cayennepeper,…
Overblijvend en winterhard: keukentijm, venkel, zuring, lavas, Franse dragon, Russische dragon,…
De eenjarige kruiden moeten elk jaar opnieuw worden gezaaid. De overblijvende soorten groeien als
een vaste plant of als een heester. De soorten behorende tot de groep van de vaste planten zijn
meestal winterhard. De groep van de heesters zijn meestal vorstgevoelig(tropische soorten) en
moeten hierdoor tegen de vorst worden beschermd.
-De eenjarigen zaaien: hiervoor vullen we eerst en vooral een zaaibakje met zaaigrond. Indien we dit
vroeg in het voorjaar willen doen moet dit in huis voor het venster gebeuren. We laten de aarde 1 tot
2 dagen opwarmen alvorens te zaaien. Doen we hetzelfde na half mei dan kan dit gebeuren in een
koude bak of buiten in open lucht. De zaaigrond licht aandrukken, de gekozen soorten dun
uitzaaien(de zaden mogen elkaar niet raken), de zaden lichtjes afdekken met grof zand of met
zaaigrond waarna we lichtjes bevochtigen met een plantenspuitje. Volgens de soort kiemt het zaad
na 1 tot 2 weken om dan kort erna boven te komen. Als de kiemplantjes mooi bijgegroeid zijn
kunnen we ze verspenen per plukje in afzonderlijke potjes gevuld met een goede licht bemeste
potgrond. Afharden voor het buiten uitplanten is een noodzaak. Een grote uitzondering op het
buitenplant tijdstip vormt basilicum en al zijn soorten, je mag ze niet buiten laten tijdens de nacht
voor einde mei!! Vanaf het moment dat de kruiden plantjes naar uw gevoel groot genoeg zijn mag je
beginnen met de oogst, spaarzaam plukken in de beginne en overvloedig oogsten tijdens de zomer.
Het kan zijn dat een tweede zaaisel in de loop van de zomer noodzakelijk is om de oogst in het najaar
te kunnen verderzetten.
-De tweejarigen zaaien: -vroeg in de lente zaaien geeft een grote oogst nog deze zomer en herfst,
overwinteren en in de volgende lente krijg je dan nog een beperkte oogst alvorens deze planten
overgaan tot zaadvorming welke het einde van het oogstseizoen inluid.
-in de zomer zaaien geeft in de herfst nog een kleine oogst, overwinteren en
in de lente krijg je dan een overvloedige oogst gevolgd door zaadvorming. Dit verschil in teelttijdstip
kan belangrijk zijn om een vorm van oogstspreiding te komen.
-De overblijvende maar niet winterharde kruiden: Verveine en citroengras zijn zo’n kruiden. Hier
gaan soms uit van zaaien maar meestal vanuit stekken en scheuren.
-stekken: hier nemen we licht verhoute delen waar we
stekken van snijden. We nemen hiervoor stengeldelen van zo’n 8 tot 10 cm lang en steken die in
potjes gevuld met zaai en stekgrond. Zeer belangrijk is het dat je de gesneden stekken niet
ondersteboven poot. De wortelvorming gebeurt immers steeds op de kant oorspronkelijk dichtst bij
de wortels. Eens gestekt dekken we af met melkwit plastiek of met vliesdoek, dagelijks broezen en
terug afdekken is in de eerste 2 weken noodzakelijk. Na enkele weken als er wortels zijn gevormd kan
de beschermende vlies achterwege worden gelaten. We moeten de plantjes in het begin nog wel in
de schaduw plaatsen en stelselmatig mogen de plantjes dan meer in de zon komen totdat ze volledig
afgehard zijn. Vanaf nu hebben we nieuwe planten en mogen we volop gaan verpotten en bemesten.
-scheuren, we nemen een volgroeide plant snijden het
gewas rijkelijk korter tot op ongeveer 15-20cm en trekken de plant nu in delen met nog steeds
wortels aan . Je kunt scheuren in 2, in 4 of nog meer delen. Hoe kleiner je deelt, hoe langer het duurt
om terug een oogstrijpe plant te kweken. We potten de gescheurde planten nu op in een universele
potgrond. Een afwijkende methode bestaat erin om eerst de planten dieper te planten(aanaarden)
zodat de bedekte delen wortels gaan krijgen, in dit stadium kun je nu ook de oude plant scheuren en
zo ook verder gaan verzorgen.
-Overblijvende en winterharde kruiden: salie en tijm zijn de bekendste. We kunnen deze kruiden:
zaaien, scheuren, stekken of vermeerderen door wortelstekken. Zaaien en scheuren zijn reeds
besproken, stekken door stengelstekken ook maar we kunnen hier ook vermeerderen door
kopstekken. Hier nemen we voldoende gerijpte koppen van de planten. We breken of knippen de
koppen uit op een lengte van ongeveer 10 cm en behandelen deze verder als stengelstekken. De
methode die nog niet is besproken: wortelstekken. Hiervoor graven we de planten uit en de dikke
vlezige wortels worden geknipt in stukken van ongeveer 10-15cm lang. De wortelstekken worden
gestoken in zaai en stekgrond losjes van elkaar. Na enkele weken komen hieraan nieuwe wortels en
scheuten. Deze nieuwe planten gaan we nu apart inpotten en verder kweken. We passen deze
methode toe bij planten met slapende ogen op de wortels, zoals mierikswortel en Franse dragon.
Nu volgt een groot aantal kruiden met hun behoeften aan de bodem, de vermeerderingsmethode en
hun gebruik in de keuken. Deze lijst kan niet voor iedereen volledig zijn daar kruiden en hun gebruik
verschillen volgens elk zijn gevoel en smaak.
Allium cepa: ajuin en sjalot: voedzame grond, vermeerderen uit broedbollen en zaad, kan verwerkt
worden in elk gerecht, de hoeveelheid verschilt echter per gerecht, vb. sla met gesnipperde sjalot of
gestoofde ajuin met een rund steak.
Allium cepa ‘Proliferum’: Egyptische ajuin: arme droge of voedzame grond, vermeerderen door
scheuren en broedbolletjes, kan verwerkt worden zoals gewone ajuin maar de beschikbare
hoeveelheid zal bepalen voor welk gerecht je het gebruikt vb. gesnipperd in sla
Allium fistulosum: stengelajuin, grove bieslook: voedzame grond, vermeerderen uit zaad, gebruik vb.
in soepen en in de wok.
Allium porum: prei: voedzame grond, vermeerderen uit zaad, gebruiken in soepen en vb. stoven als
groente.
Allium sativum: knoflook: voedzame grond, vermeerderen door bij een volwassen bol de teentjes los
te breken en vervolgens te planten, gebruiken volgens smaakbehoefte en volgens het gerecht vb.
skampie in de look of gerilde steak met lookboter.
Allium schoenoprasum: bieslook: arme of voedzame grond, scheuren of vermeerderen uit zaad,
wordt meestal als fijn gesneden toevoeging gebruikt aan vb. een gemengde sla of aan gebakken zalm
met een looksausje.
Allium tuberosum: Chinese bieslook: arme of voedzame grond, scheuren of vermeerderen uit zaad,
bij het gebruiken fijn snijden en lichtjes meestoven op het laatst moment bij een bereiding.
Allium ursinum: daslook: voedzame grond in de halfschaduw, vermeerderen door losse knolletjes te
planten, in de keuken te gebruiken voor aparte gerechten. Daslookpesto en glaceren van de
halfwasknollen en te gebruiken als een pittige smaaktoevoeging. Een prachtig gerechten artikel in
‘Landleven’ nr. 3 2013.
Aloysia triphylla: citroenverbena, verveine: droge of voedzame grond, vermeerderen uit stek. In de
keuken het zeer fijn gesneden blad als een citroenaroma toevoegen aan een rauw slaatje bij vis.
Anethum graveolens: dille: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. In de keuken wordt het fijne
aromatische blad fijn gesneden en eventueel meegebakken met vis of rauw toegevoegd aan een
dressing. Gebruik als versiering op een bord met gebakken vis maakt het eindresultaat visueel
aantrekkelijk eventueel in kombinatie met eetbare bloemen.
Anthriscus cerefolium: kervel: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. In de keuken wordt kervel
veel gebruikt voor het maken van kervelsoep en ook als onderdeel voor het bereiden van de saus
voor paling in het groen.
Apium graveolens: selder: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. Selder kent een brede waaier
van gebruiksmogelijkheden, selderblad met de stengels als een onderdeel van soepen, knolselder
kun je gebruiken als rauw geraspte groente on ook voor het bereiden van gestoofde knolselder
blokjes in een witte saus.
Armoracia rusticana: mierikswortel: droge of voedzame grond, vermeerderen door scheuren en
wortelstek. Mierikswortel kun je rauw gebruiken in een dressing, spaarzaam gebruiken want het is
een zeer pittig smakend kruid.
Artemisia dracunculus ssp. Sativa: Franse dragon: arme droge of voedzame grond, vermeerderen uit
scheuren en stengelstekken. Franse dragon kun je in de keuken vers verwerken in bearnaisesaus en
in saus voor het bereiden van gevogelte.
Capsicum annuum: paprika, Spaanse peper en anderen: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. In
de keuken te gebruiken in velerlei gerechten of als onderdeel van klaargemaakte sausen(tabasco,
sambal).
Citrus limon: citroen: voedzame zeer zure grond, vermeerderen door te enten op een zaailing. In de
keuken wordt het geperste sap gebruikt maar ook de geraspte schil van de vruchten(zeste). Zie
artikel: citrus kweken voor zeste op een biologische manier.
Coriandrum sativum: koriander: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. In de keuken wordt
koriander gebruikt als rijp zaad, de verse bladdelen alsook de nog groene zaaddozen. Dit kruid wordt
het meest gebruikt bij het maken van curry poeder en ook bij het wokken en klaarmaken van Thaise
gerechten.
Crocus sativus: safraan: arme droge grond, vermeerderen uit zaad en knollen(scheuren). Voor het
produceren van safraan worden de stampers van de crocusbloemen geplukt en gedroogd. In de
keuken wordt het kruid gebruikt voor het bereiden van paëla.
Foeniculum vulgare: venkel: arme droge grond, vermeerderen uit zaad en scheuren. In de keuken
kunnen alle delen van deze plant gebruikt worden, ook de bloemen. Te gebruiken in de keuken om
licht verteerbare visgerechten samen te stellen. Venkel wordt ook gebruikt bij het maken van ‘Pastis,
Ricard’ en andere dranken.
Foeniculum vulgare var. azoricum: knolvenkel: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. Knolvenkel
gebruik je als groente(stoven) en eventueel met witte saus. De groene fijne bladeren kun je
gebruiken fijn gesneden idem aan venkel.
Helichcrysum italicum: kerrieplant: arme droge grond, vermeerderen uit stengelstek. De kruidig
geurende bladeren ruiken naar kerrie. Kerrie is een fijn gestampt kruidenmengsel van gedroogde
zaden. De stengels van kerrieplant kun je met een gerecht laten meekoken net zoals tijm en
rozemarijn, op die manier geeft de kerrie zijn smaken af aan het gerecht.
Juniperus communis: jeneverbes: arme droge grond, vermeerderen uit zaad. De rijpe gedroogde
vruchten worden meestal gebruikt als onderdeel van een marinade. Het marineren van wild is een
zeer veel toegepaste manier van smaaktoevoeging en malser maken van het vlees.
Levisticum officinale: lavas: arme of voedzame grond, vermeerderen uit zaad en scheuren. De groene
delen worden gebruikt als onderdeel van soepen. Lavas is voor mij een mosselkruid, mosselen kun je
volgens mij niet klaarmaken zonder: ajuin, wortel, laurierblad, witte wijn, peper en zout en een flinke
tak lavas.
Laurus nobilis: sauslaurier: arme of voedzame grond, vermeerderen uit zaad en stekken. Stekken
krijgt de voorkeur, op die manier ben je zeker van de genetica, bij zaaien heb je een breed spectrum
van mogelijke eigenschappen maar daarom niet de beste voor het gebruik in de keuken. Laurier
gebruiken bij het maken van: stoofvlees, provinciaalse saus, mosselen, …
Melissa afficinalis: citroenmelisse: arme of voedzame grond, vermeerderen uit zaad, scheuren en
stengelstekken. In de keuken te gebruiken om allerlei soorten thee te maken, fijn gesneden in
minimale hoeveelheden bij vis.
Mentha: munt: hier neem ik alle soorten munt mee onder dezelfde noemer. Arme of voedzame
grond, vermeerderen uit stengelstek en scheuren. Munt kun je gebruiken bij het bereiden van
allerhande thee, schaapgerechten, desserts, …
Nasturtium officinale: waterkers: vochtige voedzame grond, vermeerderen uit zaad en stek. Gebruik
in de keuken: als onderdeel rauw van een gemende sla, voor een aardappelstamppot, …
Ocium basilicum: basilicum: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. Ik neem ook hier alle soorten
mee onder dezelfde noemer. Gebruiken in de keuken: voor het maken van een basilicum pesto,
basilicumblad als onderdeel van een gemende sla, basilicum met mozzarella, …
Origanum: marjolein: arme of voedzame grond, vermeerderen uit zaad en scheuren. Marjolein en
origano zijn neven en nichten binnen de familie met een andere smaak en gebruik. In mijn keuken
gebruikt voor het maken van de heerlijkste pizza’s.
Perilla frutiscens ‘Atroprpurea’: rode Japanse peterselie: voedzame grond, vermeerderen uit zaad.
Vers zaad, het eerste jaar kiemkracht 100%, het tweede jaar kiemkracht 10%, dus vers zaad
gebruiken. Gebruik in de keuken: als onderdeel van een gemengde sla(kleur en smaak), schilderen op
het bord met een fenomenale kleurtoevoeging eventueel in combinatie met eetbare bloemen.
Petroselinum crispum: peterselie: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. Gebruiken in de keuken:
als smaakmaker en als visuele versiering. Peterselie kan ook worden gefrituurd als hapje kortom een
kruid met een zeer brede gebruiksmogelijkheid.
Rosmarinus officinalis: rozemarijn: arme droge grond, vermeerderen uit zaad en stek. In de keuken te
gebruiken voor: als onderdeel van marinade, klaarmaken van kip, klaarmaken van schaap, …
Rumex rugosus: zuring: voedzame grond, vermeerderen uit zaad of scheuren. In de keuken te
gebruiken voor: het maken van soepen, aardappel stamppot met zuring, paling in het groen, …
Salvia officinalis: salie: arme droge grond of voedzame grond, vermeerderen uit zaad of kopstek In de
keuken te gebruiken bij: het klaarmaken van schaap, het klaarmaken van een varkenshammetje, ..
Satureja Montana: winterhard bonekruid : arme droge of voedzame grond, vermeerderen uit zaad en
scheuren. In de keuken vooral gebruikt bij het bereiden van boontjes, …
Stevia: zoetkruid: voedzame grond, vermeerderen uit zaad. In de keuken te gebruiken: als
biologische zoetstof bij het maken van confituur voor diabetici, voor het bereiden van dranken voor
diabetici, als onderdeel van een gemengde sla, …
Thymus: tijm: arme droge grond, vermeerderen uit zaad en stek. In de keuken te gebruiken:
citroentijm is fijn gesneden te gebruiken bij visgerechten, tijm bij het bereiden van spagetie saus, …
Urtica dioica: grote brandnetel: voedzame grond, vermeerderen uit zaad en scheuren. Is dit nu een
onkruid of een kruid? In de keuken goed te gebruiken voor het bereiden van soepen, …
Citroengras: voedzame grond, vermeerderen uit zaad, scheuren en stekken. In de keuken vooral te
gebruiken bij het wokken.
En nog zovele anderen.
Download