1-1-2014 Handtherapeutisch behandelrichtlijn voor patiënten met stijve gewrichten van de vinger UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM GRONINGEN Verwijzers: Conservatief: actieve en passieve bewegingsoefeningen + spalktherapie Titel Soort document Auteurs/beoordelaars Autorisatie Doelgroep Plaats Datum aangemaakt Geldigheid Status Versie nr Handtherapie bij patiënten met stijve gewrichten van de vinger Behandelrichtlijn Hermen Hagen, handtherapeut Prof. Dr. C.K. van der Sluis, Dr.T.R. Middelberg Verwijzers/ handtherapeuten i.o. CvR/ziekenhuisrevalidatie/handtherapie 1-1-2014 1-12-2016 Ter plaatsing aanbieden 1 Inleiding Binnen de behandeling van handpatiënten besteden we veel tijd aan het voorkomen dan wel verbeteren van stijve gewrichten van de vingers. Gewrichtsstijfheid kent verschillende oorzaken en wordt onderscheiden door middel van de betrokken structuren, te weten: 1. Tendomyogene beperking. (spieren, pezen); kenmerkt zich door een verend eindgevoel over meerdere gewrichten. 2. Capsulogeen/ligamentair (kapsels, ligamenten); kenmerkt zich door een stug eindgevoel 3. Artrogeen (gewrichtsvlakken: arthrose, arthritis, fracturen); kenmerkt zich door een hard eindgevoel Er gelden algemene principes hoe je de bovenstaande structuren in de acute en chronische fase het beste kunt nabehandelen. De nabehandeling van stijve gewrichten in de acute en chronische fase is uiteraard volledig afhankelijk van de aard van het letsel en/of aandoening en de daarvoor geldende richtlijnen. Onderstaand behandeladvies richt zich uitsluitend op capsulogene/ligamentaire gewrichtsstijfheid. Indien een bewegingsbeperking arthrogeen van aard is doordat de congruentie van het gewrichtsvlak is aangedaan tgv een fractuur of ten gevolge van destructie door arthrose/arthritis dan valt dat nauwelijks te beïnvloeden door handtherapie. Wel gelden dan uiteraard algemene oefenprincipes als; bewegen tot eindgrens en (mild) functioneel inzetten van de hand om zoveel mogelijk functie te behouden. In een aantal gevallen kunnen tracties/translaties uitkomst bieden in het herwinnen van mobiliteit. Wanneer door tendomyogene problemen bewegingsbeperkingen ontstaan dan is dit primair niet te zien als gewrichtsstijfheid. Secundair kan wel gewrichtsstijfheid ontstaan door langdurig bestaande vermindering van de bewegingsuitslag. 1 1-1-2014 Capsulogene cq. ligamentaire gewrichtsstijfheid van de vingers: Acute fase (tot 6 weken) Oedeemreductie Zie oedeemprotocol. Wondzorg/ Zie wondzorgprotocol/littekenprotocol. littekenbehandeling Spalktherapie Indien geïndiceerd: • Intrinsic plus spalk: MCP’s 600, IP’s 00 (close-packed position); • Strekspalkjes IP’s (close-packed position) Oefentherapie Passieve en actieve oefentherapie indien geen contra-indicatie: • Kort, intermitterend en zeer regelmatig oefenen (eens per uur/acht keer per dag) • Ontspannen en rustig bewegen richting eindstanden. Chronische fase Oedeemreductie Littekenbehandeling Spalktherapie Oefentherapie Zie oedeemprotocol. Zie littekenprotocol. Vanaf deze fase geldt; zeer milde en langdurige rek op de verkorte structuren; het liefst langer dan 6 uur rek per dag. • Coban; • Neopreen; • Statisch (gips, aquaplast, ezeform); • Statisch verstelbaar; • Dynamisch. • Tracties/translaties; • Angulair bewegen; • Functionele therapie. Klinimetrie Range-of-Motion: goniometrie, 1x per 2 weken AROM/PROM Literatuur Colditz JC. Therapist's management of the stiff hand. In Hunter J.M. ed. Rehabilitation of the hand and upper extremity, pp 1021-47. 2002. De Morree J.J. Dynamiek van het menselijk bindweefsel. Functie, beschadiging en herstel. ISBN 9031351970. 2