Consequenties voor partners bij overplaatsing HDPO/OA/Partners en Kinderen Augustus 2011 Pagina 1 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing | Inhoudsopgave Voorwoord ......5 1 1.1 1.2 1.3 Algemene informatie Dienst Buitenlandse Zaken Voorzieningenstelsel 2007 (DBZV 2007) Zorgverzekerings- en Volksverzekeringswet Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer .....6 .....6 .....7 ......8 2 2.1 2.2 2.3 Niet werken op de standplaats Studie voor partners Fiscale consequenties Werkloosheidsuitkering 3 3.1 3.2 3.3 Werken op de standplaats Fiscale consequenties Zorgverzekeringen en volksverzekeringen DBZV 2007 vergoedingen / tegemoetkomingen 4 Werken als lokale werknemer bij een Nederlands vertegenwoordiging in het buitenland Lokale rechtspositie Fiscale consequenties Sociale verzekeringen en zorgverzekering DBZV 2007 4.1 4.2 4.3 4.4 ...... 11 ...... 11 ..... 11 .......8 ....... 12 ..... 12 ..... 12 .... 14 ..... 12 ..... 15 ..... 15 .... 16 ..... 17 Pagina 3 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing | Voorwoord Bij de overplaatsing naar het buitenland wordt de ambtenaar geïnformeerd over de hoogte van de buitenland vergoeding. Maar ook voor de partner en gezinsleden die de ambtenaar vergezellen naar het buitenland zijn er bepaalde voorzieningen. Gebleken is dat deze voorzieningen bij de partner niet altijd even bekend zijn. Daarnaast is de partner veelal onbekend met de financiële consequenties wanneer hij/ zij besluit lokaal te gaan werken. In de voorliggende brochure treft u daarom een overzicht aan van de relevante financiële, fiscale en sociale veranderingen voor de partner die de ambtenaar vergezelt bij plaatsing in het buitenland. Voor alle vergoedingen geldt dat deze in de regel niet aan de partner, maar aan de ambtenaar worden uitbetaald. Voor vragen over het partnerbeleid of werkgelegenheid voor partners in het algemeen, kunt u contact opnemen met het Bureau Partners en Kinderen (PK) van Hoofd Directie Personeel en Organisatie (HDPO). Bureau Partners en Kinderen: HDPO/OA/PK E-mail adres: [email protected]. U kunt ook de website van PK bezoeken: www.minbuza.nl/pk (bzposten BZzaken10) (wachtwoord dient vertrouwelijk te worden behandeld) De brochure beoogt geen volledigheid en er kunnen zich omstandigheden voordoen waarmee geen rekening werd gehouden. Van uw correcties en aanvullingen zal in een herziene uitgave dankbaar gebruik worden gemaakt. Bedenk ook dat adressen en telefoonnummers die in deze brochure zijn aangegeven kunnen veranderen. Indien u dit merkt wordt u vriendelijk verzocht dit aan het bureau partners en kinderen door te geven. Aan de inhoud van deze brochure kunnen geen rechten worden ontleend. Pagina 5 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing 1 Algemene informatie 1.1 Dienst Buitenlandse Zaken Voorzieningenstelsel 2007 (DBZV 2007) In het DBZV 2007 worden de voorzieningen genoemd die de ambtenaar ontvangt tijdens zijn plaatsing bij een post in het buitenland en bij terugkeer naar Nederland. In de volgende hoofdstukken komen alleen die voorzieningen aan de orde die de ambtenaar ontvangt voor de partner. Algemene voorzieningen die voor de partner van belang zijn om te weten (bijv. huisvesting) komen hierna ook aan de orde. Voorzieningen voor afhankelijke kinderen en algemene voorzieningen die elke uitgezonden ambtenaar krijgt, en waarvan de hoogte onafhankelijk is van het al dan niet vergezeld zijn van de partner, komen hier niet aan de orde. Daarvoor is het handig het DBZV 2007 te raadplegen. Deze vindt u in het Handboek Bedrijfsvoering (HBBZ) op het Rijksportaal. Standplaatstoelage Uitgezonden medewerkers krijgen naast hun salaris een standplaatstoelage om kosten die het gevolg zijn van de overplaatsing en de standplaats te bestrijden. De ambtenaar ontvangt ten behoeve van zijn meereizende partner ook een standplaatstoelage. Deze wordt berekend aan de hand van het basisbedrag van de ambtenaar en bedraagt 70% van de standplaatstoelage voor de ambtenaar. Huisvesting Op de post: De ambtenaar op de post krijgt een dienstwoning ter beschikking. Indien nodig wordt in een tijdelijke huisvesting voorzien. In beide gevallen wordt een percentage ingehouden op het Nederlandse basissalaris, dat gelijk staat aan de minimumhuurwaarde (% CBS) in Nederland. In Nederland: Tijdelijke huisvesting wordt vergoed - voor vertrek naar het buitenland (max 21 dagen) - bij terugkomst naar Nederland (max 91 dagen). Na het betrekken van definitieve huisvesting in Nederland kan de ambtenaar aanspraak maken op een tegemoetkoming in de woonlasten gedurende maximaal zes jaar met inhouding van een eigen bijdrage (% CBS) van het netto Nederlands salaris. (art. 76 DBZV 2007) Passieve en actieve representatiekosten Een uitgezonden ambtenaar ontvangt een vergoeding passieve representatie. Deze vergoeding wordt verhoogd met 35% ten behoeve van de partner met wie de ambtenaar een gezamenlijke huishouding voert. Evenals de ambtenaar kan diens partner op de post een beroep doen op het budget voor actieve representatiekosten. Honoreren van dit beroep geschiedt door de Chef de Poste die het budget op de ambassade beheert en is afhankelijk van het doel. Voorzieningen in verband met gescheiden huishouding Partners die, wegens erkende dienstredenen (gezondheid, veiligheid of scholing) niet mee reizen naar de standplaats ontvangen: Pagina 6 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing een tegemoetkoming in de kosten van dubbele huishouding een ticket voor gezinsherenigingreis tweemaal per jaar. Partners die voor andere redenen niet op de standplaats verblijven, krijgen eens per jaar een ticket voor een gezinsherenigingreis. (art. 46 DBZV 2007) Reiskosten De ambtenaar en zijn gezinsleden ontvangen voor iedere twaalf maanden dat zij op de standplaats verblijven een ticket voor een verlofreis naar Nederland. In het jaar van overplaatsing bestaat geen aanspraak op een twaalfmaandelijkse verlofreis. Taalcursussen voor partners Taalcursussen in de taal van de post of in een lokaal gebruikelijke voertaal en in de Nederlandse taal worden door HDPO vergoed tot een maximum bedrag afhankelijk van de moeilijkheidsgraad van de taal. De hoogte van deze vergoeding varieert van € 850 tot ten hoogste € 1985. De cursussen moeten door een erkende onderwijsinstelling gegeven worden. Taalcursussen in de taal van de post of in een lokaal gebruikelijke voertaal dienen tijdens het eerste jaar op de standplaats aangevraagd te worden. (art. 40 en 73 DBZV 2007) Informatie over het Studiefonds Partners zie hieronder paragraaf 2.1 1.2 Zorgverzekerings- en Volksverzekeringswet Algemeen In Nederland wordt de vergoeding van ziektekosten geregeld in de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten). De AWBZ, AOW (Algemene Ouderdomswet), Anw (Algemene Nabestaandewet), en AKW (Algemene Kinderbijslag) zijn volksverzekeringen. Iedereen die in Nederland woont, is verplicht verzekerd voor deze volksverzekeringen en moet een zorgverzekering afsluiten. Premies voor de volkverzekeringen worden direct op het loon of de uitkering ingehouden. Wie geen inkomen heeft, betaalt geen premie voor de volksverzekeringen. Uitgezonde ambtenaren en hun gezinsleden blijven tijdens een plaatsing bij een post in het buitenland verplicht verzekerd voor de Nederlandse volksverzekeringen en zijn om die reden verplicht hun zorgverzekering in Nederland te continueren. De basiszorgverzekering kan in dat geval worden uitgebreid met een buitenlanddekking. Let op: De meereizende partner zonder inkomsten wordt als gezinslid behandeld en kan geen zelfstandige polis hebben. De volksverzekeringen AWBZ, AOW, Anw en de AKW gaan gewoon door. De meereizende buitenlandse partner, ook al heeft die niet eerder in Nederland gewoond, is ook verplicht verzekerd ingevolge de Zorgverzekeringswet en de AWBZ. Studerende kinderen van 18 jaar en ouder die in Nederland of in het buitenland studeren zijn ook verplicht verzekerd ingevolge de Zorgverzekeringswet en de AWBZ. Als zij langer dan een jaar in het buitenland studeren dan zijn zij niet meer verzekerd voor de AOW en de Anw. Wanneer de meereizende partner gaat werken, verandert zijn/haar situatie (zie daarvoor paragraaf 3.2). Pagina 7 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing Op de standplaats De ambtenaar en zijn gezinsleden kunnen zowel vóór plaatsing op een post als bij terugkeer in Nederland een medische keuring ondergaan bij Achmea Vitale. De nodige vaccinaties worden daar ook gegeven. Kosten daarvoor zijn voor rekening van het rijk. Daarnaast is het mogelijk om, bij medische klachten, tussentijds gekeurd te worden (bijv. tijdens verlof). Arbo op de standplaats Achter in de brochure 'Arbo op de post', bevindt zich een afsprakenformulier. Met behulp van dit afsprakenformulier kan via Achmea Vitale voor de ambtenaar en zijn gezinsleden een afspraak worden gemaakt met een specialist in Nederland. Voorwaarde is wel dat die afspraak tijdig wordt aangevraagd. 1.3 Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer Nederlandse partners en kinderen van uitgezonden Rijksambtenaren die met de ambtenaar reizen en op de post verblijven, kunnen in Nederland voor vertrek een diplomatiek paspoort aanvragen. Buitenlandse partners hebben geen recht op een diplomatiek reisdocument van Nederland. Partners van uitgezonden Rijksambtenaren vallen onder het Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer (1961) mits zij door de ontvangende staat als inwonend gezinslid van de uitgezonden diplomaat worden beschouwd en zij niet de nationaliteit van de ontvangende staat hebben. Zij krijgen dan een diplomatieke status in het land van verblijf ongeacht of ze de Nederlandse nationaliteit en/of een diplomatiek paspoort hebben. Geregistreerde partnerschappen, samenlevingscontracten en same-sex huwelijken worden niet door alle landen erkend. Wanneer een partner die diplomatieke immuniteit geniet gaat werken, vervalt op grond van het Verdrag van Wenen inzake diplomatiek verkeer, automatisch de administratiefrechtelijke en privaatrechtelijke immuniteit. Daarnaast vervallen bijvoorbeeld ook diens privileges op het gebied van belastingen en sociale zekerheid. Zo moet de werkende partner gewoon belasting afdragen over het salaris en de premies voor sociale zekerheid aan het land van tewerkstelling (tenzij er een verdrag met Nederland is afgesloten). De partner kan mogelijk wel aanspraak behouden op eventuele voorrechten zoals het belastingsvrij inkopen van goederen. De strafrechtelijke immuniteit vervalt echter niet automatisch. Verdrag van Wenen inzake consulaire betrekkingen Voor de partners van uitgezonden Rijksambtenaren die onder het Verdrag van Wenen inzake consulaire betrekkingen (1963) vallen, gelden in beginsel vergelijkbare regels. 1.4 Werkloosheidsuitkering Bij vertrek naar het buitenland is de partner niet meer beschikbaar voor de Nederlandse arbeidsmarkt en verliest hierdoor in principe zijn/haar recht op een uitkering. Wel is interessant te benoemen dat de Uitvoeringsinstantie UWV ervan uitgaat dat ontslag nemen wegens het volgen van de uitgezonden levenspartner geen vrijwillig ontslag is. Pagina 8 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing Het Ministerie van Buitenlandse Zaken staat volledig buiten de werkeloosheidsuitkering. U dient zelf contact op te nemen met de uitvoerende instanties voor aanvragen en advies. Overplaatsing binnen Nederland Indien een partner werkloos wordt als gevolg van het feit dat het personeelslid door de werkgever wordt overgeplaatst, heeft deze in principe recht op een WWuitkering, volgens de voorwaarden vastgelegd bij de wet (beschikbaar stellen voor de Nederlandse arbeidsmarkt, feitelijk de sollicitatieplicht ). Het uitvoeringsorgaan UWV gaat er van uit dat hier sprake is van onvrijwillige werkloosheid omdat de partner de eigen baan moet opzeggen en geen andere keuze heeft dan het personeelslid te volgen (volgplicht). NB: Ontslag voorafgaande aan de verhuizing wordt niet erkend, dit is een vrijwillige beslissing. Werkloos in de zin van de wet is men niet eerder dan vanaf de dag van verhuizing. Overplaatsing naar het buitenland Bij vertrek naar het buitenland echter, is sprake van een zogenaamde uitsluitingsgrond omdat de werkloze niet beschikbaar is voor de Nederlandse arbeidsmarkt. Hierdoor bestaat er in principe geen recht op een uitkering. Uitzondering van deze regel geldt indien u van Nederland naar een EU/EER of Verdragsland of uit een EU/EER of Verdragsland naar Nederland verhuist. Overplaatsing naar een EU/EER of Verdragsland In het volgende geval ontstaat er een uitzonderingssituatie en kan men een Nederlandse uitkering of recht op een uitkering mee nemen naar een EU/EER of Verdragsland: Een partner wordt werkloos als gevolg van het feit dat het personeelslid door de werkgever wordt overgeplaatst naar het buitenland. Betrokkene dient diens ontslag in onder expliciete vermelding van onvrijwillige werkloosheid in verband met volgen partner. Voor vertrek uit Nederland is het raadzaam om een E301 formulier aan te vragen bij de uitvoeringsinstantie. Met dit formulier kan betrokkene bewijzen dat hij/zij eerder verzekerd was tegen werkloosheid in Nederland. In geval van werkloosheid in een EU of Verdragsland wordt de werkperiode in Nederland bijgeteld wat invloed kan hebben op de toekenning en de lengte van een uitkering. Het is aan de uitvoeringsinstantie om de aanvraag te beoordelen. Overplaatsing vanuit een EU/EER of Verdragsland naar Nederland In het volgende geval ontstaat er ook een uitzonderingssituatie en kan men een werkloosheidsuitkering of recht op een uitkering mee nemen naar Nederland: Een partner is enkele jaren werkzaam geweest bij een werkgever in een EU/EER of verdragsland en wordt vervolgens werkloos als gevolg van het feit dat het personeelslid door de werkgever wordt overgeplaatst naar Nederland. Betrokkene dient diens ontslag in onder expliciete vermelding van onvrijwillige werkloosheid in verband met volgen partner. Het is raadzaam om een E301 formulier aan te vragen en naar Nederland mee te nemen. Met dit formulier kan bewezen worden dat betrokkene verzekerd is tegen werkloosheid. Vervolgens zoekt betrokkene bij terugkeer in Nederland werk. In principe kan het recht op een uitkering nog drie maanden behouden blijven en dus aangevraagd worden mits men voldeed aan alle voorwaarden voor een werkloosheidsuitkering in het land van plaatsing. Pagina 9 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing De bijzondere situatie van partners van expat-werknemers wordt niet structureel bij de wet geregeld. Het is aan de uitvoeringsinstantie om de aanvraag te beoordelen en te adviseren op welke wijze het recht kan worden overgedragen. (De uitkeringsinstanties van EU/EER en Verdragslanden beschikken over nodige Europese formulieren). Pagina 10 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing 2 Niet werken op de standplaats 2.1 Studie voor partners Meereizende partners kunnen, door hun verblijf in het buitenland en het soms moeizaam vinden van een gepaste baan, een achterstand op hun vakgebied in hun ontwikkeling oplopen. HDPO steunt daarom partners die graag willen studeren om terugkeer op de arbeidsmarkt te bevorderen. Studiefonds partners Er is een studiefonds in het leven geroepen, dat beheerd wordt door het bureau Partners en Kinderen van HDPO. Gedurende vier jaar kan een partner een tegemoetkoming krijgen voor cursussen, trainingen, her- of bijscholing en/of vaklitteratuur. Bij terugkeer in Nederland, als het vinden van een baan maar niet lukt, is het mogelijk om de begeleiding van een loopbaanadviseur te krijgen. Promovendi kunnen een gedeelte van hun onderzoekkosten vergoed krijgen. Er is een maximaal bedrag van € 2000.- per studiejaar gedurende 4 jaar. 2.2 Fiscale consequenties Heffingskortingen Heffingskortingen zijn kortingen op de te betalen belasting. Alle heffingskortingen kennen een belastingdeel en een deel premie volksverzekeringen. De hoogte van de heffingskortingen is afhankelijk van de persoonlijke situatie. De heffingskortingen zijn in de plaats gekomen van de belastingvrije sommen die waren gekoppeld aan de tariefgroepindeling. Wanneer een partner niet heeft gewerkt of stopt met werken in Nederland om de ambtenaar te volgen naar diens nieuwe post, kunnen heffingskortingen aangevraagd worden bij de fiscus. Als hoofdregel geldt namelijk dat, wanneer er inkomsten zijn, er tot een bepaald bedrag aan te betalen belasting over die inkomsten geen belasting betaald hoeft te worden. Heeft de partner zelf geen of weinig inkomsten, dan kan dit bedrag rechtstreeks worden teruggevraagd bij de Belastingdienst. Met ingang van 1 januari 2010 bedraagt de algemene heffingskorting € 1.987,- voor belastingplichtigen tot 65 jaar (en € 925, voor ouderen (www.belastingdienst.nl) De partner moet hiervoor zelf contact opnemen met de Belastingdienst Buitenland: Belastingsdienst Limburg / kantoor Buitenland, p/a Postbus 2865, 6401 DJ te Heerlen. Algemeen nummer van de Belastingdienst Buitenland: +31-555385385, bereikbaar van maandag tot en met donderdag van 8.00u tot 20.00u en op vrijdag van 8.00 tot 17.00u. Website: www.belastingdienst.nl Pagina 11 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing 3 Werken op de standplaats 3.1 Fiscale consequenties Lokaal belasting betalen Indien u in het buitenland op de lokale arbeidsmarkt gaat werken (anders dan als lokale kracht bij een Nederlandse vertegenwoordiging) of ter plaatse zelfstandig een onderneming uitoefent, dan dient u over uw inkomen (lokale loon) belasting af te dragen. Dit regelt u met uw lokale werkgever, de lokale belastingdienst en/of de Nederlandse Belastingdienst. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken staat hier verder buiten. Heffingskortingen De partner van de uitgezonden ambtenaar kan in beginsel aanspraak maken bij de Belastingdienst Limburg/kantoor Buitenland te Heerlen op de zogenaamde algemene heffingskorting met verwijzing naar de fictieve binnenlandse belastingplicht voor de inkomstenbelasting; (€ 1.987,-- per jaar voor 2010, ingevolge art. 2.2, derde lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001), Het Ministerie van Buitenlandse Zaken staat ook hier geheel buiten. Geen fiscale consequenties voor salaris ambtenaar De werkzaamheden van de partner hebben verder geen fiscale consequenties voor het salaris dat de ambtenaar ontvangt. Met het nieuwe belastingstelsel zijn de tariefgroepen afgeschaft en zijn er heffingskortingen voor in de plaats gekomen. 3.2 Zorgverzekeringen en volksverzekeringen Een partner van een uitgezonden ambtenaar die in het buitenland werkt dient rekening te houden met het feit dat hij/zij in de volgende gevallen níet meer verzekerd is ingevolge de volksverzekeringen. Indien de partner in een EU/EER-land werkt en inkomen geniet, wordt de partner op dat moment uitgesloten van de volksverzekeringen, AWBZ, AOW/Anw en AKW (Kinderbijslag) op grond van de EU-Verordening betreffende sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen. Partners werkzaam in een verdragsland zijn uitgesloten van de volksverzekeringen indien dat in het betreffende verdrag is bepaald. Partners werkzaam in een niet-EU/EER- of verdragsland worden uitgesloten van deze volksverzekeringen vanaf het moment dat zij per jaar meer dan € 4 542 bruto verdienen. (art 2 van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen) Deze regel geldt al vanaf 1999. Het hoofdbeginsel is namelijk dat men verzekerd is in het land waar men werkzaam is. In genoemde besluit zijn op verzoek van het Ministerie van Buitenlandse Zaken uitzonderingen gemaakt voor de partners van uitgezonden ambtenaren als zij geen of slechts weinig arbeidsinkomsten genieten voor die landen waar de EU-Verordening niet geldt. Er is een drempel (normbedrag) opgenomen om de partner in staat te stellen in beperkte mate werkzaamheden te verrichten zonder onmiddellijk uitgesloten te worden van deze verzekeringen. Om het bedrag en de overschrijding van de drempel vast te stellen, wordt de situatie steeds op jaarbasis (januari-december) beoordeeld. Pagina 12 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing Zorgverzekering Per 1 januari 2006 geldt dat indien de partner niet meer verplicht verzekerd is onder de AWBZ, hij/zij ook niet meer een verzekering kan afsluiten bij een Nederlandse zorgverzekering: een Nederlandse zorgverzekering kan in principe alleen worden afgesloten indien men onder de Zvw en de AWBZ valt. Bij verzekeraars VGZ (waaronder de Sticol) en AON wordt evenwel een zogenaamde “niet-AWBZ”-polis voor het buitenland aangeboden, die de partner kan afsluiten in de periode dat hij/zij een baan heeft en dus niet onder de AWBZ valt. Beide verzekeraars hebben verklaard bereid te zijn om betrokkenen snel en zonder medische keuring van AWBZ-polis naar niet-AWBZ-polis en omgekeerd te laten overgaan. De werkende partners kunnen zich echter ook lokaal verzekeren bij een verzekeraar in het gastland als zij niet al sociaal verzekerd zijn voor het ziekenfonds van het gastland. Partners werkzaam bij internationale organisaties worden vaak door die organisaties verzekerd en/of tegemoetgekomen in hun ziektekosten. Meldingsplicht De partner is zelf verantwoordelijk om aan de Sociale Verzekeringsbank en vervolgens aan de verzekeraar door te geven (in verband met omzetting van de polis) wanneer hij/zij niet meer verzekerd is op het moment dat hij inkomen geniet (EU-land) of boven het drempelbedrag is gekomen (niet-EU-land). Op het moment dat het werk eindigt, is de partner wel weer verzekerd en dient hij/zij dit ook door te geven aan de SVB en de verzekeraar. Om contact op te nemen met de Sociale Verzekeringsbank kunt u mailen met [email protected] of [email protected] . U kunt via dit adres informatie krijgen en vragen stellen en tevens doorgeven over welke tijdvakken u verzekerd bent voor de AWBZ. U dient steeds aan te geven dat u een partner bent van een uitgezonden BZ-ambtenaar en dat u de wijziging doorgeeft vanwege artikel 2 van het Besluit uitbreiding en beperking kring verzekerden volksverzekeringen 1999. (KB746). Voor algemene informatie over de SVB en over vrijwillige bijverzekering voor de AOW/Anw kunt u ook kijken op www.svb.nl (de Sociale Verzekeringsbank, Kantoor Verzekeringen, Postbus 357, 1180 AJ Amstelveen). AOW vrijwillig Partners die wegens het verrichten van lokale werkzaamheden uitgesloten zijn van de volksverzekeringen, kunnen een eventuele korting op hun AOW-pensioen voorkomen door vrijwillig verzekerd te blijven. Een verzoek tot vrijwillige verzekering kan worden ingediend tot uiterlijk één jaar nadat de verplichte verzekering is beëindigd. De hoogte van de premie is inkomstenafhankelijk. De minimum jaarlijkse premie bedraagt in 2010 € 479,70. Er is een mogelijkheid voor buitenlandse partners die voor het eerst naar Nederland komen, zich in te kopen voor de ontbrekende AOW-jaren. Het gaat om de jaren tussen het vijftiende levensjaar en de leeftijd op het moment dat de partner in Nederland komt wonen. De partner die zich vrijwillig wil verzekeren voor de AOW, dient zich te realiseren dat er wordt betaald voor mensen die nu met de AOW zijn en niet, zoals zo vaak gedacht wordt, een spaarpotje wordt gecreëerd voor de persoon zelf. Het kan dus zo zijn dat u nu bijdraagt in de AOW wat u in de toekomst niet zult ontvangen. Pagina 13 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing Het is van belang om na te denken over een andere manier om voor het gat in de pensioen opbouw te zorgen: gedacht kan worden aan een levensverzekering of een persoonlijke aanvullende pensioen opbouw. Vragen over dit onderwerp kunnen gesteld worden aan HDPO/PK (Bureau Partners en Kinderen). *AWBZ=Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten AOW =Algemene Ouderdomswet Anw =Algemene Nabestaandenwet AKW =Algemene Kinderbijslagwet 3.3 DBZV 2007 vergoedingen / tegemoetkomingen De inkomsten die een partner ontvangt als hij/zij al dan niet lokaal arbeid verricht, zijn niet van invloed op de (hoogte van) de voorzieningen uit het DBZV 2007 die ten behoeve van de partner, t.w. standplaatstoelage, passieve representatie en de daarbij behorende koopkrachtcorrecties aan de ambtenaar worden toegekend. Dat is anders als die partner van zijn/haar toekomstige werkgever naast salaris ook vergoedingen/tegemoetkomingen ontvangt die vergelijkbaar zijn met de vergoedingen/tegemoetkomingen die ingevolge het DBZV 2007 aan de ambtenaar worden toegekend (e.e.a. conform artikel 2, eerste lid, van het DBZV 2007). In dat geval heeft de ambtenaar geen aanspraak op die vergelijkbare vergoedingen/tegemoetkomingen voor zijn partner ingevolge het DBZV 2007. Pagina 14 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing 4 Werken als lokale werknemer bij een Nederlandse vertegenwoordiging in het buitenland 4.1 Lokale rechtspositie Het kan gebeuren dat de partner een baan vindt bij een Nederlandse vertegenwoordiging op de standplaats. Hij/zij wordt dan als lokale werknemer aangenomen. De rechtspositie van een lokale werknemer wijkt af van de rechtspositie van een uitgezonden ambtenaar. De rechtspositie van een lokale werknemer wordt geregeld in drie documenten: - het Reglement Dienst Buitenlandse Zaken (RDBZ), met name in hoofdstuk XVIII de artikelen 121, 122 en 123 - de Rechtspositieregeling lokaal indienstgenomen werknemers 2005 (Rrlok 2005), beschikbaar in Nederlands, Engels, Frans en Spaans - de postuitwerking (Puw) Deze drie documenten zijn aanwezig op de post en liggen meestal ter inzage bij de HBV (Hoofd bedrijfsvoering). 4.2 Fiscale consequenties Belastingplicht Wanneer de partner van de uitgezonden ambtenaar als lokale werknemer in dienst treedt bij een Nederlandse vertegenwoordiging dan is die werknemer in beginsel op basis van de wet Loonbelasting 2001 belastingplichtig in Nederland. Het vorenstaande laat overigens onverlet dat een lokale fiscus zich ook heffingsbevoegd kan verklaren hetgeen tot dubbele belastingplicht kan leiden. In dat geval betaalt BZ een brutoloon uit en draagt de in Nederland verschuldigde loonbelasting aan de Nederlandse fiscus af. De werknemer dient dan uit zijn bruto loon zelf zorg te dragen voor de lokale belastingafdracht. Het kan ook zo zijn dat er een belastingverdrag is afgesloten ter voorkoming van dubbele belastingbetaling en in dat verdrag is geregeld waar u als lokale werknemer belastingplichtig bent. Voorts kan het zijn dat er tussen Nederland en het werkland reciprociteitsafspraken zijn gemaakt of dat er sprake is van veronderstelde reciprociteit. In eerste instantie kan de HBV van uw post hier uitsluitsel over geven. Indien dit voor u niet geldt of indien u voor uw gevoel te weinig informatie ontvangt, kunt u te allen tijde contact opnemen met het cluster lokale medewerkers (HDPO/RR/LM) van het departement, toestelnummer 7201. Overigens zal voor diegene die in een ander land dan het werkland belastingplichtig is, een marktconform loon vastgesteld worden, zodat u in principe hetzelfde nettoloon ontvangt als diegenen die lokaal belastingplichtig is. (Zie ook de HDPO-belastingbrochure voor lokaal in dienstgenomen werknemers) Heffingskortingen Moet u belastingen betalen in Nederland, dan is HDPO gehouden in Nederland zorg te dragen voor de afdracht loonheffing. Bij die afdracht wordt krachtens afspraken met de Belastingdienst rekening gehouden met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting van de lokale werknemer. Pagina 15 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing Geen fiscale consequenties voor salaris ambtenaar De werkzaamheden van de partner hebben verder geen consequenties voor het salaris van de ambtenaar zelf. Met het nieuwe belastingstelsel zijn de tariefgroepen afgeschaft en zijn er individuele heffingskortingen voor in de plaats gekomen. 4.3 Sociale verzekeringen en zorgverzekering Als u als lokale werknemer bij een post werkzaam bent is de hoofdregel dat u niet verzekerd bent voor de Nederlandse sociale verzekeringen. Werken in een verdragsland Dit kan anders zijn als u werkzaam bent in een verdragsland. In dat geval hebt u als lokale werknemer met de Nederlandse nationaliteit eenmalige een keuze voor verzekering ingevolge de Nederlandse sociale verzekeringswetgeving. Deze keuze moet doorgaans binnen drie maanden na aanvang van het dienstverband gemaakt worden. Kiest u niet dan bent u automatisch verzekerd ingevolge de lokale sociale verzekeringswetgeving. Over de aanmelding e.d. bij de lokale instanties kan informatie verkregen worden via de HBV op de post. Aansluiting bij de Nederlandse sociale zekerheid geschiedt door het invullen van een formulier. Het formulier dient na invulling, via de HBV van de post, aan HDPO/RR/LM gestuurd te worden. HDPO/RR/LM verzorgt de verdere aanmelding. Voor alle landen, met uitzondering van de Verenigde Staten, geldt dat indien voor de Nederlandse sociale zekerheid gekozen wordt, er een vergelijk wordt gemaakt met de kosten van de lokale sociale zekerheid en de Nederlandse sociale zekerheid. Indien de Nederlandse sociale zekerheid duurder blijkt te zijn dan zullen de meerkosten voor rekening van de werknemer komen (zie hiervoor artikel 5.5 tweede lid, van de Rrlok 2005). Lijst verdragslanden: Australië, Bosnië-Herzegovina, Canada**, Chili, Egypte, Israël, Japan, Kaapverdië, Kroatië, Macedonië, Marokko, Nieuw-Zeeland, Montenegro, Servië, Tunesië, Turkije, Uruguay, Verenigde Staten***, ZuidKorea. ** De Nederlandse lokale werknemers zijn lokaal verzekerd. *** Alleen in de Verenigde Staten is er geen sprake van een keuzerecht. De Nederlandse lokale werknemers in de Verenigde Staten zijn op basis van het verdrag verplicht verzekerd in Nederland. Echter zij kunnen schriftelijk afzien van de verzekering ingevolge de Nederlandse sociale verzekeringswetgeving. Werken in een EU-land Tot 1 mei 2010 bestond voor lokale werknemers met de Nederlandse nationaliteit in de landen van de EU de mogelijkheid om jaarlijks te kiezen voor toepassing van de Nederlandse sociale verzekeringswetgeving. Bij het uitblijven van een keuze werd de bestaande lokale sociale verzekeringswetgeving gecontinueerd. Vanaf 1 mei 2010 bestaat de mogelijkheid van keuze niet meer. Lokale werknemers die op of na 1 mei 2010 in dienst treden bij een post in een van de EU-landen zijn automatisch lokaal sociaal verzekerd. Voor werknemers die op 1 mei 2010 in Nederland sociaal verzekerd waren, kunnen die verzekering voortzetten tot uiterlijk 1 mei 2020. Daarna zijn ook zij automatisch verzekerd ingevolge de lokale sociale verzekeringswetgeving. Pagina 16 van 17 Consequenties voor partners bij overplaatsing Tegemoetkoming in de zorgverzekering Voor lokaal aangenomen werknemers bestaat recht op een (beperkte) tegemoetkoming in de ziektekosten, zoals opgenomen in de postuitwerking. Om die aan te vragen, dient u contact op te nemen met de HBV. Heeft u als lokale werknemer op de ambassade vragen over uw rechtspositie, over uw arbeidsovereenkomst etc. dan dient u in eerste instantie contact op te nemen met uw HBV. Mochten er dan nog vragen resteren dan kunt u te allen tijde contact opnemen met het cluster lokale medewerkers (HDPO/RR/LM) van het departement, toestelnummer 7201. 4.4 DBZV 2007 Ook hier geldt dat de voorzieningen uit het DBZV 2007 ten behoeve van de partner, namelijk standplaatstoelage, passieve representatie en de daarbij behorende koopkrachtcorrectiefactor (KKC) geen wijziging ondergaan als gevolg van het feit dat de partner als lokale werknemer werkzaam is. Pagina 17 van 17