Tijdvak 10 Instaptoets Toets 1 Zet de juiste naam van de periode achter de namen van de tijdvakken. A. Tijd van Steden en Staten B. Tijd van Grieken en Romeinen C. Tijd van Ontdekkers en Hervormers D. Tijd van Televisie en Computer E. Tijd van Jagers en Boeren 2 1. Prehistorie 2. Moderne Tijd 3. Middeleeuwen 4. Vroegmoderne Tijd 5. Oudheid Welke tijdvakken ken je al? Plaats ze in de juiste volgorde. 1. Tijd van Ontdekkers en Hervormers 2. Tijd van Burgers en Stoommachines 3. Tijd van Grieken en Romeinen 4. Tijd van Regenten en Vorsten 5. Tijd van de Wereldoorlogen 6. Tijd van Jagers en Boeren 7. Tijd van Televisie en Computer 8. Tijd van Steden en Staten 9. Tijd van Monniken en Ridders 10. Tijd van Pruiken en Revoluties 3 Zet de naam van het juiste tijdvak achter de eeuw. A. derde eeuw voor Chr. B. negende eeuw C. dertiende eeuw D. zestiende eeuw E. negentiende eeuw F. twintigste eeuw (tweede helft) 4 1. Tijd van Ontdekkers en Hervormers 2. Tijd van Televisie en Computer 3. Tijd van Grieken en Romeinen 4. Tijd van Monniken en Ridders 5. Tijd van Steden en Staten 6. Tijd van Burgers en Stoommachines Met welk kenmerk hangt de naam van het tijdvak (Tijd van Televisie en Computer) in het bijzonder samen? A. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van wapenwedloop en atoomdreiging. B. De dekolonisatie die een eind maakt aan de westerse hegemonie in de wereld. C. De eenwording van Europa. D. Toenemende westerse welvaart vanaf de jaren zestig en ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. E. De pluriforme en multiculturele samenleving. 5 a Het tijdvak dat we nu gaan behandelen heet de Tijd van Televisie en Computer. Bij dit tijdvak horen vijf kenmerken en vijf personen. Zet bij ieder kenmerk de juiste naam van de persoon. A. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van wapenwedloop en atoomdreiging. B. De dekolonisatie die een eind maakt aan de westerse hegemonie in de wereld. Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo 1. Ho Chi Minh 2. Bob Dylan © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008 Tijdvak 10 Instaptoets C. De eenwording van Europa. D. Toenemende westerse welvaart vanaf de jaren zestig en ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. E. De pluriforme en multiculturele samenleving. 5 b 3. John F. Kennedy 4. Ali B 5. Jean Monnet Het tijdvak dat we nu gaan behandelen heet de Tijd van Televisie en Computer. Bij dit tijdvak horen vijf kenmerken en vijf geografische namen. Zet bij ieder kenmerk de juiste geografische naam. A. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van wapenwedloop en atoomdreiging. B. De dekolonisatie die een eind maakt aan de westerse hegemonie in de wereld. C. De eenwording van Europa. D. Toenemende westerse welvaart vanaf de jaren zestig en ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. E. De pluriforme en multiculturele samenleving. 6 1. Jakarta 2. Hilversum 3. Berlijn 4. Bijlmer 5. Brussel Zet de juiste kernbegrippen achter definities. A. Wijziging in de manier waarop de samenleving is opgebouwd en de wijze waarop de mensen daar binnen met elkaar omgaan. B. Maatschappij waarin groepen mensen wonen met een diversiteit aan achtergronden. C. Gewapende strijd met inzet van nucleaire wapens. D. Overwicht of heerschappij van de ene staat over de andere. E. Strijd tussen staten om zoveel mogelijk technologisch geavanceerde machtsmiddelen te bezitten. F. Maatschappij die is opgebouwd uit een veelheid van groepen. G. Machtiger zijn dan iets of iemand anders, zodat de persoon of groep in kwestie naar de achtergrond wordt gedrukt. H. Proces waarin moederlanden afstand moesten doen van hun koloniën, ingezet na de Tweede Wereldoorlog. Afstand ging meestal met geweld gepaard. I. Soort van bondgenootschap, historische voorbeelden: communistisch Oost-Europa en kapitalistisch West-Europa of Arabische Liga versus de westerse wereld. Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo 1. dekolonisatie 2. hegemonie 3. wapenwedloop 4. sociaal-culturele verandering 5. overheersing 6. atoomoorlog 7. blokvorming 8. multiculturele samenleving 9. pluriforme samenleving © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008 Tijdvak 10 7 a Instaptoets Het tijdvak dat we nu gaan behandelen heet de Tijd van Televisie en Computer. Bij dit tijdvak horen vijf kenmerken. Bij ieder kenmerk hoort een uitvinding, gebeurtenis of ontwikkeling. Maak de juiste combinaties. A. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van wapenwedloop en atoomdreiging. B. De dekolonisatie die een eind maakt aan de westerse hegemonie in de wereld. C. De eenwording van Europa. D. Toenemende westerse welvaart vanaf de jaren zestig en ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. E. De pluriforme en multiculturele samenleving. 7 b 1. Vanaf een jaar voor de onafhankelijkheid hebben zich ongeveer 30.000Surinamers in Nederland gevestigd. 2. Het ontstaan van India en Pakistan. 3. De ontwikkeling van de atoombom 4. De provobeweging zet Amsterdam op zijn kop. 5. De invoering van de euro. Het tijdvak dat we nu gaan behandelen heet de Tijd van Televisie en Computer. Bij dit tijdvak horen vijf kenmerken. Je hebt net gezien dat bij ieder kenmerk een uitvinding, gebeurtenis of ontwikkeling hoort. Bij deze horen jaartallen. Maak de juiste combinaties. A. De ontwikkeling van de atoombom. B. Het ontstaan van India en Pakistan. C. De invoering van de euro. D. De provobeweging zet Amsterdam op zijn kop. E. Vanaf een jaar voor de onafhankelijkheid hebben zich ongeveer 300.000 Surinamers in Nederland gevestigd. 8 1. 1974heden 2. 1965/1967 3. 1945 4. 1947 5. 2002 Gedurende een groot gedeelte van de Tijd van Televisie en Computer was er sprake van een Koude Oorlog. Hierbij stonden twee machtsblokken op een onverzoenlijke manier tegenover elkaar: het Oostblok en het Westblok. Verdeel de onderstaande begrippen, gebeurtenissen, personen of geografische namen in Westblok of Oostblok. Communistisch Washington Kapitalistisch Moskou Warschaupact Oost-Europa NAVO West-Europa Marshallplan Hongaarse Opstand 9 Bij het ontstaan van de Koude oorlog spelen veel zaken een rol van betekenis. Hieronder volgen vijf zinnen. Waren deze zinnen van invloed op het op het ontstaan van de Koude Oorlog? Verdeel in ‘ja’ en ‘nee’. A Zowel de Verenigde Staten, Groot-Brittannië als Rusland behoorden tot de overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog. Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008 Tijdvak 10 Instaptoets B Veel uit Duitsland gevluchte joden hadden een veilig heenkomen gevonden in de Verenigde Staten. C In de Sovjet-Unie was men hevig teleurgesteld in de ‘bondgenoten’ van de Tweede Wereldoorlog (de Verenigde Staten en Groot-Brittannië). D Tussen beide machtsblokken stonden grote verschillen van inzicht over de rol en invloed van de overheid in de economie. E In de Verenigde Staten werd het begrip ‘vrijheid’ anders gedefinieerd dan in de Sovjet-Unie. 10 In de Tijd van Televisie en Computer zijn in veel gebieden conflicten geweest die met de Koude Oorlog te maken hebben. Hieronder volgt een opsomming van acht gebieden. In welke gebieden vond een met de Koude Oorlog samenhangend conflict plaats? A. Berlijn B. Cuba C. Spanje D. Korea E. Argentinië F. Vietnam G. Nieuw Zeeland H. Congo 11 In de Tijd van Televisie en Computer zijn veel kolonies zelfstandig geworden. Welke landen uit onderstaand rijtje kregen in de Tijd van Televisie en Computer politieke onafhankelijkheid? A. Indonesië B. Peru C. Algerije D. Irak E. India F. Taiwan G. Indonesië H. Angola I. Japan J. Mexico Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008 Tijdvak 10 12 Instaptoets Voor veel van de voormalige koloniën was de politieke dekolonisatie de eerste stap op weg naar echter onafhankelijkheid. Veel jonge staten waren opgezadeld met een gevarieerde erfenis. Of beter gezegd met vijf erfenissen: een territoriale, etnische, politieke, economische en sociale erfenis. Hieronder volgen vijf problemen waarmee veel jonge staten te maken kregen. Plaats de juiste soort erfenis bij het probleem. A. De vroeger koloniën bezaten weinig industrie en waren vaak ingesteld op het leveren van grondstoffen en landbouwproducten aan de rijke industrielanden. B. De vaak willekeurig getrokken koloniale grenzen werden staatsgrenzen. C. Veel voormalige koloniën kampten met problemen van armoede, analfabetisme, ziekten en een snelle bevolkingsgroei. D. In veel koloniën ontwikkelde zich al spoedig een eenpartijstelsel, waarbij gezaghebbende nationale leiders of revolutionaire volksmenners als sterke man of dictator optraden. E. Volkeren of stammen met verschillende taal, cultuur of godsdienst moesten soms in één staat samen leven. 13 1. territoriale erfenis 2. sociale erfenis 3. politieke erfenis 4. etnische erfenis 5. economische erfenis De Europese Unie is geleidelijk gegroeid. In 1957 begon de ‘eenwording’ met zes lidstaten. Stap voor stap groeide dit tot 27 in 2007. Van deze groep zijn hieronder zeven landen opgesomd die ieder op een verschillend tijdstip toetraden. Zet deze in de goede chronologische volgorde. 1. Litouwen 2. Roemenië 3. Verenigd Koninkrijk 4. België 5. Oostenrijk 6. Spanje 7. Griekenland 14 De Europese eenwording verloopt langzaam en moeizaam. Hieronder volgen 5 uitspraken. Welke van deze uitspraken zal een voorstander van de Europese eenwording gebruiken om anderen te overtuigen van de voordelen en noodzaak voor samenwerking? A. De internationale verhoudingen moeten bepaald worden door de absolute soevereiniteit van de staat. B. Door de invoering van de euro zijn veel prijzen de helft hoger geworden. C. Vrede is niet iets definitiefs, maar een proces waaraan je voortdurend moet blijven werken. D. Het nationalisme is de oorzaak van veel conflicten. E. Door samenwerking is het handels- en betalingsverkeer in Europa sterk vereenvoudigd. 15 Hieronder volgen twee uitspraken: I Door de toegenomen welvaart vanaf werd Nederland in de Tijd van Televisie en Computer een moderne consumptiemaatschappij. II Door het aannemen van allerlei sociale wetten werd Nederland in de Tijd van Televisie en Computer een verzorgingsstaat. Wat is waar? A. Uitspraak I en II zijn onjuist. B. Uitspraak I is juist en II is onjuist. Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008 Tijdvak 10 Instaptoets C. Uitspraak I is onjuist en II is juist. D. Uitspraak I en II zijn juist. 16 Bekijk de cijfers in de bron. Bij de Tijd van Televisie en Computer horen vijf kenmerken. Van welk van deze kenmerken is de bron een illustratie? FEN_TFV_IT_10_vrg16 A. De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van wapenwedloop en atoomdreiging. B. De pluriforme en multiculturele samenleving. C. De dekolonisatie die een eind maakt aan de westerse hegemonie in de wereld. D. De eenwording van Europa. E. Toenemende westerse welvaart vanaf de jaren zestig en ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. 17 Bekijk nogmaals de bron. Deze groepen niet-westerse allochtonen kwamen om geheel verschillende redenen naar Nederland. Hieronder volgen vijf zinnen met redenen die voor één specifieke groep golden. Zet achter elke zin de naam van de in de bron genoemde groep niet-westerse allochtonen voor wie dit de belangrijkste reden was om zich in Nederland te vestigen. FEN_TFV_IT_10_vrg16 A. Zij kwamen naar ons land als ‘gastarbeiders’, maar bleven permanent. B. Na het onafhankelijk worden van hun moederland, voelden zij zich in het eigen land niet meer veilig en vestigden zij zich in Nederland. C. Kort voor en na het onafhankelijk worden kregen deze inwoners van de voormalige kolonie het recht om zich in Nederland te vestigen. D. Vanwege problemen in het eigen land vluchtten zij naar het buitenland en vroegen in Nederland asiel aan. E. Als inwoner van een van de gebiedsdelen van het Koninkrijk der Nederlanden hebben zij het recht om zich in Nederland te vestigen. - Antillianen Surinamers Afrikanen / Aziaten Turken / Marokkanen Indonesiërs Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008 Tijdvak 10 18 Instaptoets In de Tijd van Televisie en Computer vonden er grote sociaal-culturele veranderingen plaats. Dit ging niet zonder slag of stoot. Regelmatig vonden er botsingen plaats tussen groepen die het eens of oneens met die veranderingen waren. Tot de eerste groep behoorden vooral de jongeren en tot de tweede groep de gezagsdragers. Hieronder worden kort vijf gebeurtenissen beschreven. Geef aan of deze daadwerkelijk in Nederland hebben plaatsgevonden of niet en verdeel de zinnen in ‘ja’ of ‘nee’. A Het was tijdens een anti-Vietnamdemonstratie verboden om ‘Johnson Moordenaar’ te roepen (Johnson was op dat moment president van de Verenigde Staten). Om arrestatie te voorkomen riepen de demonstranten daarom ‘Johnson Molenaar’. B De Provobeweging lanceerde een aantal ‘witte plannen’, waarvan het Witte Wijven-plan (een oproep tot vrije seks) en het Witte Fietsen-plan (een fiets die iedereen kan gebruiken) de bekendste zijn. C Op 10 maart 1966 werden in Amsterdam tijdens de rondrit van prinses Beatrix en Claus von Amsberg (die op die dag getrouwd waren) rookbommen naar de Gouden Koets gegooid. D Demonstranten met provocerende teksten op spandoeken werden gearresteerd. Toen ze een dag later met geheel blanco spandoeken op straat verschenen, werden ze opnieuw gearresteerd. E Op 23 april 1966 werd Koos Koster in de buurt van het beeld ‘Het Lieverdje’ (bij het Spui in Amsterdam) gearresteerde vanwege het uitdelen van krenten. 19 In de Tijd van Televisie en Computer veranderde er veel in de verhouding tussen de media en de politici. Plaats onderstaande vier momentopnamen in de goede chronologische volgorde. A. Elke aankomend politicus (zowel ministers, staatssecretarissen als kamerleden) krijgt een uitvoerige mediatraining, waarbij geleerd wordt hoe met de media om te gaan. B. Een tv-verslaggever onderbrak de premier toen die een verhaal vertelde dat de journalist niet wilde horen omdat het geen antwoord op de vraag was. Collega-politici spraken er schande van, terwijl de journalist door zijn collega’s als een held werd ontvangen. C. Een gesprek met een minster begint steevast met ‘Zijne Excellentie, …’. D. De premier besloot om voortaan, na de wekelijkse kabinetsvergadering, een persconferentie te houden. Journalisten konden dan vragen stellen over de genomen besluiten. 20 In de Tijd van Televisie en Computer vonden er op allerlei gebied veel veranderingen plaats. Hieronder worden acht voorbeelden genoemd. Welke van deze gebeurtenissen of veranderingen vonden in dit tijdvak plaats? A. De uitvinding en inburgering van internet. B. Een enorme toename van het welvaartsniveau in de westerse wereld. C. Een democratisering van de verhoudingen op school en in het bedrijfsleven. D. De afschaffing van de slavernij. E. De Amerikaanse ‘way of life’ wordt steeds meer nagevolgd. F. De invoering van het algemeen mannen- én vrouwenkiesrecht. G. Een afname van de invloed van de christelijke kerken op het dagelijks leven van veel mensen. H. Voor het eerst werden massavernietigingswapens gebruikt. Feniks, geschiedenis voor de Tweede Fase, havo © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen 2008