Theaterkrant

advertisement
RAIN
ANNE TERESA DE KEERSMAEKER / ROSAS
★★★★★ DANS
5 NOVEMBER 2016 - STADSSCHOUWBURG AMSTERDAM - SPEELLIJST
GENEREUS LANDSCHAP VAN
KLANK, KLEUR EN BEWEGING
Door Jacq. Algra gepubliceerd 7 november 2016
Ronduit een meesterwerk. In Rain, een choreografie van Anne Teresa De Keersmaeker
uit 2001, lijkt alles samen te komen wat ze de voorgaande twee decennia in haar stukken
uitzocht. Prachtige muziek van Steve Reich, een schitterend decor- en lichtontwerp van
Jan Versweyveld, oogstrelende kostuums van Dries van Noten en een geweldige nieuwe
cast creëren een meeslepende ervaring. Er is maar één ding dat het nog mooier had
kunnen maken: een live uitvoering van de compositie.
Na een aantal experimenten met acteurs en tekst, keert De Keersmaeker voor Rain terug naar haar
eerste liefde: muziek van Steve Reich, op wiens muziek ze haar debuut Fase maakte. Zoals het werk
van de componist met zijn Music for 18 Musicians een nieuwe fase in gaat, waarin het indelen van de
tijd in repetitieve eenheden verrijkt wordt met meanderende melodielijnen, zo maakt de choreograaf
hier meer ruimte voor de individuele vrijheid van haar dansers. Ofwel: slaginstrument meets blazer,
mathematisme meetsmenselijkheid, structuur meets emotie.
Tien dansers, drie mannen en zeven vrouwen, komen bij aanvang het toneel oprennen dat is omgeven
door een gordijn van glanzende draden in een spiraalvorm. Ze lopen in verschillende richtingen en op
verschillende snelheden en maken ons bewust van het patroon op de dansvloer: een combinatie van
rechte en gebogen lijnen. Van links naar rechts, van achter naar voor, van de buitenkant naar het
centrum.
Tussen alle actie doemt de mannenfrase op, die samen met een vrouwenfrase de basis vormt van al het
bewegingsmateriaal. De mannen duiken naar de vloer, hun bewegingen zijn horizontaler, een tikkeltje
urban en atletisch. De vrouwendans volgt later: die is lichter en klassieker, met meer gebogen lijnen,
rechtop en ontegenzeglijk geënt op De Keermaekers eigen beweging. In de loop van de choreografie
zullen alle dansers al het materiaal uitvoeren in oneindig veel variaties.
De structuur van de muziekcompositie, in dertien secties, vormt het grid voor de choreografie.
Overgangen worden ondersteund door flikkeringen in lichtsterkte of lichtkleur. Het lichtontwerp
begint met helwit en verloopt via zachtoranje naar roze en felmagenta weer terug naar de pasteltinten.
Een soortgelijke ontwikkeling vertonen de kostuums, die allemaal uniek zijn en toch samen een heuse
herfstcollectie vormen. Aanvankelijk zijn ze wit en huidskleurig, later dragen steeds meer dansers roze
en aan het eind is de kleur er weer uitgetrokken. Zo vormen klanken, kleuren en bewegingen samen
een genereus, voortdurend voortgolvend en transformerend landschap.
Door het onophoudelijk verschijnen en verdwijnen van dansers, het ontstaan en weer oplossen van
duetten en andere formaties, de rijkdom aan choreografische procedures – unisono, canon, spiegeling,
versnelling en vertraging – blijft de choreografie een boeiend schouwspel.
Maar het zijn vooral de uiteenlopende persoonlijkheden van de jonge dansers (tussen twintig en
zeventwintig jaar), hun vermogen zich in te voegen in het geheel en zich tegelijkertijd te onderscheiden
door subtiele verschillen in hun uitvoering, met hun onuitputtelijke danslust die Rain van begin tot
eind hartverwarmend houden. Rain eindigt zoals het begon. Het is alsof de dansers van Rosas de
ruimte maximaal innamen, maar de tijd na afloop aan ons teruggeven.
Foto: Herman Sorgeloos
Download