WARMTE & ENERGIE 1) Wat is warmte?: Warmte is een energietransport van een lichaam met een hogere temperatuur naar een lichaam op een lagere temperatuur. 2) Formules om de grootte van de warmtehoeveelheden te bepalen Formule voor voorwerpen: Q = C T C : de ………………………………………………………… van een voorwerp Formule voor stoffen: Q = c m T c : de ………………………………………………………………… van een stof 3) Warmtecapaciteit toegelicht Voorbeeld 1: ijzer c = 448 J/ kg.K Betekenis: “om de temperatuur van 1 kg ijzer met één Kelvin te verhogen moet er een warmte-energie van 448 joule toegevoegd worden” Voorbeeld 2: calorimeter: C = 87 J/K Betekenis: “om de temperatuur van de calorimeter met één Kelvin te verhogen moet er een warmte-energie van 87 joule toegevoegd worden” 4) thermisch evenwicht: In eenzelfde systeem geldt dat de ………………………….. warmte gelijk is aan de …………………………………….. warmte. Opmerkingen: Qop = Qaf Dit is op basis van de wet van ………………………………….…………. . Het is dus belangrijk om het "systeem" gesloten te houden => invloeden van buiten te beperken => calorimeter. Wanneer alles eenzelfde temperatuur heeft gekregen zegt men dat het ……………………………………………………….. bereikt is. Deze temperatuur noemt de ……………………………………………………….. . Warmtecapaciteit en warmtebalans ts p 166 en 167 Pagina 1 5) Warmtecapaciteit bepalen van een calorimeter met koud en warm water: 6) De specifieke warmtecapaciteit bepalen van een metaal in een calorimeter => warmtecapaciteit calorimeter is gekend. Warmtecapaciteit en warmtebalans ts p 166 en 167 Pagina 2
