Les 15: Het Griekse theater Het Griekse theater is vandaag nog steeds populair. Vele duizenden toeristen bewonderen de overblijfselen van Griekse theaters. Moderne theatergroepen spelen geregeld klassieke Griekse toneelstukken. Termen zoals theater, scène, drama, komedie, tragedie … zijn woorden die hun oorsprong vinden in de Griekse oudheid. In die periode ontstaat het toneel zoals we het nu kennen. Thema’s en figuren uit de Griekse literatuur zijn ook vandaag nog populair in theater en film. Rebus Wie weet wat de titel van de les van vandaag is? Aan het einde van deze les, kun je een antwoord formuleren op de volgende vragen: - Wat is een mondelinge traditie’? Wat zijn de voornaamste kenmerken van het Griekse theater? Waarin verschilt het van het moderne theater? Wat is het verschil tussen ‘komedie/ blijspel’ en ‘tragedie/ treurspel’? Herhaling vorige les 1 1. Ontstaan van het Griekse theater Hoe ontstond het Griekse theater? Het Griekse theater kent zijn oorsprong in de kleine toneeltjes die de mannen op straat uitvoerden. Mannen, verkleed in geitenvel, brengen religieuze verhalen voor. Verhalen die vooral gebaseerd waren op mythen. Mythen van de mondelinge tradities van archaïsche heldendichten. De verhalen gingen bijvoorbeeld over het conflict tussen de menselijke streven en het goddelijke lot. De toneeltjes werden ter ere van god Dionysos uitgevoerd tijdens de jaarlijkse wijnfeesten in 6e eeuw v. Chr. Dionysos wordt dus naast de god van wijn en vruchtbaarheid, ook de god van het theater gezien. De voorstellingen werden opgevoerd in een natuurlijke kom op een heuvel, waar er later stenen banken aangemaakt werden. Hierdoor kreeg elk Grieks stad haar theater. Het was dus geen volledig aangemaakte gebouw, maar een toevoeging van banken aan een natuurlijke heuvel om beneden het toneelstuk te kunnen zien. Opdracht 1: Waaruit is het Griekse theater ontstaan? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… 2. De spelers In eerste instantie was er 1 speler of acteur die vergezeld wordt door 50 man in het koor. De vrouwen mochten niet meedoen, en als er in het toneelstukje een vrouw in voorkwam, dan werd het gespeeld door de man (met een masker). De speler verteld het verhaal en de koor gaf daar commentaar op. Later ontstonden er ook toneelstukken met meerdere hoofdpersonen en werden er dialogen toegevoegd. Eén acteur kon ook meerdere rollen spelen. Opdracht 2: Wat droegen de spelers? - …………………………….. ……………………………. ……………………………. 2 3. Soorten toneelstukken Er zijn verschillende toneelstukken die werden gespeeld. Het Grieks toneel kent twee genres: de tragedie (treurspel) en de komedie (blijspel). A. De droevige toneelstukken noemen tragedie of treurspel. Dit zijn toneelstukken waar het meestal slecht afloopt. Men beeldt uit hoe mensen met hun gevoelens en problemen omgaan. De hoofdpersoon is een held die allerlei avonturen meemaakt, maar die ook verliefd wordt, die jaloers is, die verraden wordt en dan wraak wilt nemen. Deze verhalen bevatten meestal een boodschap of een moraal. Dus als je de dingen niet goed aanpakt, of als je een slechte karakter hebt of als je de goden niet respecteert, dan zou het slecht met je aflopen. Deze tragedies worden nog steeds gespeeld door moderne toneelgroepen. Voorbeelden van deze toneelstukken zijn Medea, Oedipus en Antigone. B. De grappige en komische toneelstukken noemen komedie of blijspel. In de komedie of blijspel werd er vaak gespot met de personen en gebeurtenissen uit het dagelijkse leven. Ook met politici wordt al eens gelachen of in een toneelstuk. Griekse komische toneelstukken worden nu weinig nagespeeld, omdat de grappen niet meer leuk of grappig zijn. Toneel toen was een mengeling van dans, muziek en dichtkunst, en valt het best te vergelijken met de opera van vandaag. De acteurs zingen en spreken, vaak in versvorm. De toneelstukken worden geschreven door bekende toneelschrijvers zoals: Aischylos, Sophocles, Euripides en Aristophanes. Opdracht 3: - Welke twee genres bestaan er in het Grieks toneel? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… - Het Griekse toneel kun je vergelijken met de hedendaagse opera. Leg uit. …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… 3 4. De delen van het Griekse theater Het Griekse theater bestond uit drie delen: 1. Het theatron, de naar boven oplopende zitbanken voor de toeschouwers. 2. In het midden de cirkelvormige orchestra of dansvloer/ speelvlak voor het koor 3. Het decor of verschuifbare panelen. 4. De skènè voor de acteurs om zich te verkleden. Zitplaatsen: Zitplaatsen voor de armen Zitplaatsen voor de rijken 4 5. Grieks theater versus modern theater Opdracht 4: Maak een vergelijking tussen het Griekse theater en het moderne theater. Bekijk de afbeeldingen aandachtig en vul het schema verder aan. MODERN THEATER GRIEKS THEATER Schouwburg / openluchttheater Schouwburg / openluchttheater Zitplaatsen / theatron Zitplaatsen / theatron THEATERGEBOUW ZITPLAATSEN 5 DELEN VAN HET THEATER 1: 1: 2: 2: 3: 3: 4: 4: 1: Theatron, zitplaatsen in een halfrond met vooraan erezetels. 2: Orchestra of cirkelvormige speelvlak, met in het midden een klein altaartje ter ere van Dionysos. 3: Verschuifbare panelen. 4: Skènè of verkleedruimte. 5: Hijskraan voor de goden in het stuk Evaluatie - Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd. Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen. 6 Les 15: schema Het Griekse theater 1. Ontstaan van het Griekse theater Ontstaan: - ontstaan uit de wijnfeesten voor de god Dionysos Twee stijlen: - Treurspel (tragedie) en blijspel (komedie) Vormgeving: - Menging van dans, muziek en dichtkunst (vgl. hedendaagse opera) 2. Grieks theater versus modern theater Theatergebouw Delen van het gebouw Grieks theater Openluchttheater Theatron Modern theater Schouwburg Zitplaatsen Orchestra of cirkelvormige Podium of speelvlak speelvlak Proskènion of podium Verschuifbare panelen Decor Opvoeringen Skènè Komedie en tragedie Acteurs Mannen spelen alle rollen Kleedruimtes Musical, drama, opera, klucht, komedie, cabaret … Zowel mannen als vrouwen, kinderen als volwassenen 7 Begrippenlijst Blijspel of komedie: Grieks toneelgenre; spot vaak met personen en gebeurtenissen uit het dagelijkse leven of met politici. Tragedie of treurspel: Grieks toneelgenre; meestal een triest verhaal dat uitbeeldt hoe mensen met hun gevoelens en problemen omgaan. Theatron: naar boven oplopende zitbanken voor de toeschouwers. Orchestra: dansvloer of speelvlak voor het koor. In het midden van het theater. Decor: verschuifbare panelen. Skènè: kleedruimtes voor de acteurs. 8