2012002629 - Gemeente Krimpen aan den IJssel

advertisement
VERGADERING BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
afdeling
Datum:
Registratienummer WPW:
Agendanr.:
2012002629
Vertrouwelijk
Ja
Nee
Paraaf
Teamleider:
Routing
- B. en W.
A
op
L
Paraaf
Afdelingshoofd:
Medeparaaf
Paraaf
4-6-2012
Commissies
n.v.t.
Afdeling Financiën en Control
Afdeling Ruimte
- Informatieve Commissie. op
- Besluitvoorbereidende op
Afdeling Bestuurs en Managementondersteuning
Afdeling Samenleving
28-6-2012
Afdeling Informatievoorziening en Vastgoed
Commissie
Afdeling Publiekscentrum
V
- Raad
op
I
6-7-2012
Paraaf
B. en W.
Commissievergadering
Actieve persvoorlichting
Openbaar
Ja
Besloten
Nee
Portefeuillehouder:
A. Prins
Datum advies:
31052012
Ingekomen van:
S
B
W
W
Volgens
advies
Bespreken
Financiën en Control
Planning en Control
M.F. Vermaat
Registratienummers WPW van de ingekomen brieven:
Datum stuk:
Onderwerp:
Kadernota 2013
Beslissing:
Conform advies besloten.
W
Gevraagde collegebeslissing:
Te besluiten om:
1. In te stemmen met de kadernota 2013 en deze aan de raad aan te bieden
-3-
COLLEGEVOORSTEL
Onderwerp
Kadernota 2013
Te besluiten om
1. In te stemmen met de kadernota 2013 en deze aan de raad aan te bieden
Inleiding
In uw conferentie op 14 en 15 mei is uitgebreid stilgestaan bij de financiën van de gemeente
en het financiële toekomstperspectief. U heeft tijdens deze dagen alle relevante
onderwerpen op tafel gehad en de richting voor de kadernota 2013 bepaald. Er zijn keuzes
gemaakt en standpunten ingenomen. In de kadernota die nu wordt aangeboden zijn de
uitkomsten van de conferentie verwerkt. De kadernota is op dit moment de best mogelijke
basis voor de begrotingsvoorbereiding 2013. Er is gebruik gemaakt van alle informatie die nu
voorhanden is. Zoals afgesproken tijdens de conferentie wordt niet vooruitgelopen op de
mogelijke effecten van Rijksbezuinigingen en andere ontwikkelingen die invloed kunnen
hebben op het financiële meerjarenbeeld.
Beoogd effect
Kaders voor de meerjarenbegroting 2013-2016 vast laten stellen.
Argumenten
De kadernota is de leidraad voor het opstellen van de begroting
Door de raad reeds in het voorjaar kennis te laten nemen van de beleidsvoornemens voor de
meerjarenbegroting krijgt het college meer ruimte om een evenwichtige begroting op te
stellen. De raad wordt daarom gevraagd in te stemmen met het saldo van de kadernota, de
voorstellen van het college met betrekking tot het begrotingssaldo, nieuw beleid en de reallocatie van reserves.
Kanttekeningen
Binnenkort verschijnt de juni-circulaire waarin de gevolgen van het Lente-akkoord voor de
gemeenten zichtbaar worden. De verwachting is dat deze effecten een structureel nadeel
van enige omvang betekenen. In de kadernota is hierop niet vooruitgelopen. Zodra de
circulaire is doorgerekend op de effecten voor Krimpen kan worden bepaald op welke wijze
hierover met de raad moet worden gecommuniceerd. Mogelijk volstaat een mondelinge
toelichting tijdens de commissiebehandeling. Wanneer er aanleiding toe is wordt een
raadsinformatiebrief of aanvulling op de kadernota opgesteld. Het is niet haalbaar om bij
mogelijke nadelen ook een aanpak of dekkingsrichting aan te geven. De planning voor de
communicatie met de raad over aanvullende maatregelen blijft onveranderd in september.
-4-
Financiën
Zie raadsvoorstel
Communicatie
Uitvoering
Bijlagen
Kadernota 2013
M.F. Vermaat
RaadsvoorstelEMEENTERAAD
Voorstel
Agendanummer
Datum
raadsvergadering
Registratienummer
31 mei 2012
:
M.F. Vermaat
Financiën en Control
Planning en Control
: 6-7-2012
:
Onderwerp:
Kadernota 2013
Gevraagde
beslissing:
Te besluiten om:
1. In te stemmen met de kadernota 2013
Aan de gemeenteraad
van
Krimpen aan den IJssel
Krimpen aan den IJssel, 27 juni 2012
Inleiding
Jaarlijks leggen wij u een kadernota voor, met daarin een eerste verkenning van het financiële
meerjarenbeeld dat geldt voor de komende begrotingsperiode. Meer dan andere jaren staat de
kadernota nu in het teken van onzekerheden. Op het moment van opstellen kennen we de gevolgen
van het lente-akkoord nog niet. Evenmin is er duidelijkheid over de decentralisaties en de herijking
van het gemeentefonds. Diverse lokale onderwerpen, zoals de samenwerking met Capelle en de
huisvesting van het ambtelijk apparaat gaan de komende jaren gevolgen hebben die nu nog moeilijk
in te schatten zijn. Ondanks al deze onzekerheden menen wij u toch een kadernota te moeten
voorleggen. Deze kadernota dient tevens als financiële onderlegger voor de voorzieningendiscussie
waarmee u tegelijkertijd een start maakt. Wij realiseren ons dat de huidige onzekerheden tussen nu
en de begrotingsbehandeling in het najaar zeer waarschijnlijk bijstelling van de kaders nodig maken.
Wanneer zich een beeld gaat aftekenen van de gevolgen voor Krimpen komen wij bij u terug met een
vertaling in cijfers en indien nodig met aangepaste kaders en bezuinigingsvoorstellen.
Beoogd effect
Kaders vaststellen voor de begroting 2013-2016
Argumenten
1.1 Kaderstelling in het voorjaar biedt de raad ruimte om te sturen
Door in het voorjaar de kaders voor de begroting vast te stellen krijgt de raad de gelegenheid om aan
de voorkant van het begrotingsproces te sturen en de uitkomsten te beïnlvoeden.
1.2 Afstemming tussen raad en college
Het college mag zich na het vaststellen van de kadernota verzekerd weten van de instemming van de
raad met de hoofdlijn van de begroting. Deze kaders dragen bij aan het opstellen van een afgewogen
begroting.
6
1.3 Re-allocatie reserves
De effecten van het Meerjarenperspectief Grondexploitaties treffen vooral de reservepositie van de
gemeente. Wij stellen u voor om via een re-allocatie van reservemiddelen het weerstandsvermogen
meer op orde te brengen.
Kanttekeningen
In de inleiding geven wij al aan dat er veel financiële onzekerheden zijn. Dat neemt niet weg dat met
de huidige kennis kaders gesteld kunnen worden die een goed vertrekpunt vormen. Dat geeft niet
alleen een basis bij het opstellen van de begroting, maar ook bij het zoeken naar oplossingen voor
eventuele nieuwe financiële problematiek.
Financiën
In de kadernota worden diverse voorstellen gedaan die financiële gevolgen hebben. Deze voorstellen
hebben met name betrekking op de reserves. Tevens worden enkele voorstellen gedaan die van
invloed zijn op het geprognosticeerde begrotingssaldo. Onder de noemer nieuw beleid en
intensiveringen doen wij twee voorstellen om nieuwe middelen in te zetten.
Communicatie
n.v.t.
Uitvoering
De behandeling van deze kadernota vindt gelijktijdig en integraal plaats met de eerste politieke
discussie over het voorzieningenniveau.
Bijlagen
Kadernota 2013
In de vergadering van de besluitvoorbereidende commissie van 28 juni 2012 is dit voorstel aan de
orde geweest.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Krimpen aan den IJssel,
mr. A. Boele
secretaris
L.M. Huizer
burgemeester
Ontwerp-besluit
De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 27 juni 2012;
besluit:
1. In te stemmen met de kadernota 2013
Aldus besloten door de raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel in zijn openbare vergadering
van 6 juli 2012.
De griffier,
De voorzitter,
8
9
KADERNOTA 2013
10
1. Inleiding
De kadernota 2013, die nu voor u ligt, is tot stand gekomen in een tijd van financiële, economische en
deels ook bestuurlijke onzekerheden. Burgers, bedrijven en overheden ondervinden de directe en
indirecte gevolgen van de economische crisis. Vrijwel iedereen moet rekening houden met stijgende
uitgaven en nagenoeg gelijkblijvende of dalende inkomsten. Dat is geen gemakkelijke opgave.
Ombuigingen
Ook de gemeente Krimpen aan den IJssel ondervindt de gevolgen. De afgelopen jaren is al veel
energie gestoken in bezuinigingen en ombuigingen om te komen tot een sluitend
meerjarenperspectief. Keer op keer zijn we daarin geslaagd, met behoud van veel waardevolle
voorzieningen in onze gemeente. We zijn echter niet ontkomen aan enkele moeilijke besluiten die
(een deel van) onze burgers treffen.
De taakstellingen in de begroting 2012 liepen op van € 412.000 in 2012 tot € 1.126.000 in 2015.
Voorafgaand aan deze opgave bevatte de begroting 2011 eveneens forse bezuinigingen: van € 1,1
miljoen in 2011 tot € 2,65 in 2014. Gezamenlijk betekent dit een ombuiging van € 3,8 miljoen op de
totale begroting. Daarmee heeft Krimpen op een totale begroting van circa € 55 miljoen de schade
nog beperkt weten te houden tot circa 7%. Veel gemeenten hebben 10% of meer in hun
begrotingsomvang gesneden.
Collegeprogramma
In deze financieel turbulente jaren zijn wij er desondanks in geslaagd een groot deel van de ambities
uit ons collegeprogramma te realiseren. U wordt daarover geïnformeerd via de tussenstand van het
collegeprogramma die tegelijkertijd met deze kadernota bij uw raad in behandeling is. Het motto van
het collegeprogramma: “naar een nieuw evenwicht” heeft de afgelopen jaren invulling gekregen.
Daarvoor zijn beperkt middelen vrijgemaakt en ook ombuigingen gerealiseerd, zoals die in het
coalitieakkoord werden benoemd.
Lastendruk
Het voorgaande heeft in de afgelopen jaren niet geleid tot verhoging van de OZB. Waar veel andere
gemeenten het middel van belastingverhoging moesten inzetten om de begroting sluitend te krijgen,
heeft Krimpen sinds 2003 kunnen volstaan met een trendmatige ontwikkeling. Weliswaar heeft onze
gemeente nog steeds een relatief hoge lastendruk, maar in moeilijke jaren hebben wij de burgers
verdere stijgingen kunnen besparen.
Jaarrekening - begroting
De afgelopen jaren is gebleken dat het resultaat van de jaarrekeningen vaak positief is. Dat lijkt nogal
een contrast met de moeite die we moeten doen om de begrotingen sluitend te krijgen. Analyse van
het jaarrekeningresultaat laat zien dat incidentele baten en lasten de oorzaak zijn van de positieve
wending. Het betreft dan meevallers die onmogelijk vroegtijdig kunnen worden voorzien en die voor
het structurele financiële beeld (het materieel evenwicht) geen invloed hebben. De afgelopen jaren
hebben wij deze voordelen daarom niet ingezet om extra plannen mee te realiseren, maar zijn we
voorzichtig met deze middelen omgegaan. Door het weerstandsvermogen te versterken was de
gemeente recent in staat de benodigde maatregelen voor nadelige grondexploitaties te treffen.
Kadernota 2013
Deze kadernota 2013 vormt de start van een nieuwe planning en controlcyclus, maar staat zeker niet
los van voorafgaande en gelijktijdige gebeurtenissen. U treft in dit document geen nieuwe aanzet voor
een bezuinigingsoperatie aan en evenmin een uitgebreide lijst met nieuw beleid. De inzet voor de
meerjarenbegroting 2013-2016 is sober en ingegeven door de huidige omstandigheden en
11
onzekerheden over de (nabije) toekomst. In het vervolg van deze nota leest u hoe en waarom wij tot
deze benadering zijn gekomen en hoe wij de samenstelling van de begroting 2013 denken aan te
pakken. Alle tabellen in deze kadernota bevatten bedragen in duizendtallen, waarbij negatieve
bedragen steeds op een voordeel wijzen.
12
2. Vooruitblik
Op korte en langere termijn staan de gemeente veel ontwikkelingen te wachten. Een deel van die
ontwikkelingen zijn op ons eigen initiatief, zoals de samenwerking met Capelle en de
voorzieningendiscussie. Een ander deel “overkomt” ons, zoals decentralisaties, rijksbezuinigingen en
de economische crisis. In financiële zin betekenen deze ontwikkelingen een moeilijk voorspelbaar
meerjarenbeeld. We kunnen en willen niet stil blijven staan. We moeten voort op de ingeslagen weg,
maar houden daarbij de financiën goed in het oog. De gunstige financiële uitkomsten van recente
jaarrekeningen en de solide meerjarenbegroting 2012-2015 geven daarbij houvast. Hieronder
besteden wij eerst aandacht aan enkele Krimpense ontwikkelingen en daarna aan onderwerpen die uit
de wereld om ons heen invloed hebben op ons beleid en onze financiële positie.
Collegeprogramma
Tegelijkertijd met deze kadernota krijgt u de tussenstand van ons collegeprogramma aangeboden. In
de tweede helft van deze collegeperiode willen wij de resterende ambities zoveel mogelijk
verwezenlijken, tegen zo gering mogelijke financiële inspanningen. Voor het merendeel is de verdere
realisatie van het collegeplan al opgenomen in de meerjarige budgetten. Via nieuw beleid vragen wij u
aanvullende middelen beschikbaar te stellen voor de doorontwikkeling van het
dienstverleningsconcept. Ondanks de financiële krapte rekenen wij erop dat de komende twee jaar tot
verdere invulling van het collegeprogramma kan worden gekomen, door creatief om te gaan met
beschikbare middelen.
Samen aan de IJssel
Medio 2011 is de bestuursopdracht verstrekt voor onderzoek naar samenwerkingsmogelijkheden
tussen Capelle en Krimpen. Inmiddels zijn in het proces diverse stappen gezet en is er zicht op
concrete onderwerpen van samenwerking. Als gevolg van die samenwerking voorzien wij een
verandering van onze ambtelijke organisatie, de wijze van werken en niet in de laatste plaats de
huisvestingsbehoefte. Deze kadernota kijkt naar de periode 2013 tot en met 2016. Wij verwachten dat
de ambtelijke organisatie er in 2016 anders uitziet dan nu het geval is. Door samenwerking ontstaan
nieuwe eenheden, verandert de huisvesting en ook de samenstelling van afdelingen. De gevolgen zijn
nog niet te overzien en onmogelijk te vertalen in een financieel beeld. In de begroting 2012 is rekening
gehouden met financieel voordeel uit de samenwerking met ingang van 2013. Dat lijkt ons bij nader
inzien te vroeg. Er zal zeker in het begin ook sprake zijn van extra (transitie)kosten en voordelen
kunnen pas later worden ingeboekt. Wij stellen voor de taakstelling op dit onderwerp een jaar uit te
stellen.
Huisvesting
De samenwerking met onze buurgemeente is ook van invloed op de huisvesting van het ambtelijk
apparaat. De huisvestingsbehoefte van de gemeentelijke organisatie is al langere tijd voortdurend
onderwerp van bespreking. Ons college doet geen voorstellen voor nieuwbouw. Wij zetten
daarentegen in op flexibiliteit en kostenbesparing door mogelijkheden voor het nieuwe werken te
benutten en bestaande huisvesting kritisch tegen het licht te houden. De komende maanden wordt
onderzoek gedaan naar de benodigde onderhoudsinvestering voor het raadhuis. Tevens wordt
onderzocht of een zodanige verbouwing mogelijk is, dat het volledige ambtelijke apparaat kan worden
gehuisvest in het raadhuis. Daarbij wordt rekening gehouden met de invoering van een nieuw
werkplekconcept. Dergelijke beslissingen hebben verstrekkende gevolgen en vereisen dat het
raadhuis voor een periode van minimaal 10 jaar nog in gebruik wordt gehouden. Voor deze
maatregelen
willen
wij
zowel
de
reserve
raadhuis
als
het
calamiteitenonderhoud inzetten. Na de zomer komen wij met een voorstel.
resterende
budget
voor
13
Voorzieningendiscussie
De kadernota 2012 bevatte de aanzet voor het voeren van een discussie over maatschappelijke
voorzieningen in de gemeente. Deze kadernota 2013 wordt gelijktijdig behandeld met de eerste
politieke discussie over het voorzieningenniveau. Daarmee zijn de financiële kaders ook meteen de
onderlegger voor die discussie. In het meerjarenbeeld is al rekening gehouden met een oplopende
taakstelling van € 172.000 in 2014 tot € 272.000 structureel in 2016. Er is gezien de actuele
uitkomsten geen aanleiding om deze taakstelling aan te passen. De uitkomsten van de
voorzieningendiscussie kunnen pas worden betrokken bij de kadernota en begroting 2014. Naar
verwachting leidt ook de voorzieningendiscussie tot veranderingen in de financiële huishouding van de
gemeente.
Grondbeleid
Met het meerjarenperspectief grondexploitaties is een nieuw instrument geïntroduceerd om de
ruimtelijke projecten ook in financiële zin goed te kunnen faciliteren. De uitkomsten van het MPG
tonen aan dat er dringend behoefte was aan deze informatie. Daarmee is niet het eindstation bereikt.
De vervolgstappen leiden in het najaar tot een bijgesteld MPG, waarin naast verwerking van de
besluitvorming bij de jaarrekening en optimalisatie van de projecten ook een inventarisatie van de
risico’s wordt opgenomen. De toekomst van grondexploitaties is ongewis en dus risicovol. Herstel van
de woningmarkt lijkt niet in aantocht en grondprijzen worden waarschijnlijk niet meer zoals ze een
paar jaar geleden waren. De gemeente houdt ondertussen wel haar taken op het gebied van
onderwijs- en volkshuisvesting, ruimtelijke ordening, economie, mobiliteit etc. Hoewel grondbeleid
strikt genomen geen gemeentelijke taak is, kunnen we moeilijk zonder dit instrument om de
beleidsdoelen en medebewindstaken op de genoemde terreinen te faciliteren. We constateren wel dat
de mogelijkheden steeds verder afnemen en dat financiële kaders voor de toekomst leidend zijn.
Lente-akkoord
De meer directe gevolgen van de crisis komen op ons af via de Rijksbezuinigingen. Bij het opstellen
van deze kadernota zijn de financiële gevolgen van het Lente-akkoord voor gemeenten nog niet
bekend. Normaliter is de meicirculaire de bron van informatie over de te verwachten uitkeringen uit het
gemeentefonds voor de komende jaren. In 2012 zal geen meicirculaire verschijnen. Het Rijk bespreekt
begin juni de (budgettaire) gevolgen van het Lente-akkoord. Daarna zal de junicirculaire verschijnen.
De verwachting is dat ook de junicirculaire 2012 geen volledige duidelijkheid zal geven over de
ontwikkelingen van de algemene uitkering voor de komende jaren.
De rechtstreekse gevolgen van het Lente-akkoord bedragen voor het gemeentefonds € 380 miljoen.
Wat dit voor Krimpen betekent weten we pas na het verschijnen van de juni-circulaire, maar een
eerste grove inschatting wijst op een nadeel van circa € 550.000.
Decentralisaties
Kort geleden werden nog alle zeilen bijgezet in de voorbereiding op de drie grote decentralisaties van
Rijkstaken naar de lokale overheid. Inmiddels is het beeld eingszins gewijzigd. Als gevolg van het
Lente-akkoord is de Wet Werken naar Vermogen van de baan. Ook de decentralisatie van de AWBZ
gaat in 2013 niet door. Mogelijk wordt in 2014 alsnog gedecentraliseerd. Jeugdzorg wordt wel per 1
januari 2013 bij gemeenten ondergebracht, tenzij dit onderwerp nog controversieel wordt verklaard.
Voor de kadernota 2013 heeft deze ontwikkeling geen gevolgen. Uitgangspunt blijft dat de baten en
lasten als gevolg van de decentralisaties budgettair neutraal worden verwerkt. Een dergelijke
taakstelling komt ons redelijk voor.
Schatkistbankieren
14
Onderdeel van het Lente-akkoord is de verplichting voor gemeenten om overtollige financiële
middelen bij het Rijk te stallen, het zogenaamde schatkistbankieren. Dit leidt tot lagere renteinkomsten
op uitstaande middelen. De gevolgen voor Krimpen zijn nog moeilijk in te schatten, maar zullen naar
verwachting beperkt zijn omdat wij weinig middelen uitzetten. Bovendien is de rentestand bijzonder
laag, zowel voor de korte als voor de langlopende leningen.
Wet Houdbare OverheidsFinanciën (HOF)
De begrotingstekorten van de EU-landen hebben vergaande en soms onverwachte invloed op de
gemeentefinanciën. Niet alleen bezuinigingen worden naar de lokale overheid doorgegeven, maar ook
nieuwe regelgeving kan behoorlijk impact krijgen. De Wet Houdbare OverheidsFinanciën (HOF) is
daar een goed voorbeeld van. Hoewel de gemeenten volgens de gemeentewet een sluitende
meerjarenbegroting moeten hebben, wil het Rijk nadere regels stellen om het Emu-tekort terug te
dringen. Tot nu toe werden de gemeenten geacht binnen een Emu-tekort van 0,38% van Bbp te
blijven. Het gaat hierbij om het saldo van inkomsten en uitgaven, op kasbasis. Gemeenten werken
echter volgens het stelsel van baten en lasten, waardoor een Emu-tekort kan ontstaan, zonder dat de
begroting wordt overschreden. Belangrijk is dat een aanscherping van de Emu-norm via de wet HOF
een verlammend effect op de gemeentelijke investeringen kan hebben. Het is nog niet bekend hoe het
Rijk de normen precies wil gaan aanscherpen en toepassen. Voor de gemeentelijke
investeringsvrijheid is het funest als de nullijn per gemeente wordt toegepast. Het oorspronkelijk plan
om deze wet op 1 januari 2013 in werking te laten treden is gelukkig van de baan. In de huidige
investeringsplanning houden wij daarom geen rekening met invoering van de wet HOF. Wel oriënteren
wij ons op de mogelijke gevolgen van de wet en hoe daarmee om te gaan.
BTW verhoging van 19 naar 21%
Per 1 oktober 2012 wordt het hoge BTW-tarief verhoogd van 19% naar 21%. Voor de gemeente heeft
die maatregel drie gevolgen. Ten eerste zijn er beleidsterreinen waarop de gemeente opereert als
ondernemer en BTW kan terugvragen. In dat geval verandert er niets, de volledige BTW blijft
verhaalbaar. Een tweede deel van de betaalde BTW verhaalt de gemeente via het BTW
compensatiefonds. Dit betreft jaarlijks een bedrag van circa €2,3 miljoen. Het fonds wordt gevoed door
een uitname uit het gemeentefonds. Door de verhoging van de BTW is het fonds te klein voor de te
verwachten declaraties. Het is nog onduidelijk hoe dit wordt opgelost. Indien een nieuwe uitname uit
het gemeentefonds volgt, betekent dit dus een verlaging van de algemene uitkering en een nadeel
voor de gemeente. Voor Krimpen kan dit nadeel oplopen tot € 250-300.000. Tenslotte is er een klein
deel kostenverhogende BTW, namelijk op die beleidsterreinen waarop de gemeente geen BTW kan
declareren. Dit nadeel bedraagt jaarlijks circa € 40.000.
CAO gemeenteambtenaren
Zoals bekend bevat het Lente-akkoord een nullijn voor ambtenarensalarissen. Kort voor het sluiten
van het akkoord is de CAO voor gemeenteambtenaren gereed gekomen. Het lijkt erop dat deze
ondanks de genoemde nullijn toch doorgaat. De minister heeft aangegeven de gemeenten hiervoor
niet te gaan compenseren. Wij hebben in de meerjarenbegroting 2012-2015 reeds structureel
rekening gehouden met een verhoging van 2%, zoals nu ook in de CAO is opgenomen. Voor Krimpen
heeft de nieuwe CAO dus geen gevolgen, behoudens de eenmalige uitkering in 2012.
De VNG voert op 4 juni bestuurlijk overleg met een kabinetsdelegatie. Daaruit komt naar wij hopen
meer helderheid en wellicht nog bijstelling. In diezelfde week wordt bekend welke onderwerpen door
15
de Tweede Kamer als controversieel worden aangemerkt. De juni-circulaire heeft de grootste
financiële impact en verschijnt volgens de laatste berichten op 8 juni. Een en ander zal nog van
invloed zijn op de uitkomsten en standpunten in deze kadernota. Als daar aanleiding toe is zullen wij u
aanvullend informeren.
De onderwerpen die wij hiervoor lieten passeren hebben met elkaar gemeen dat (financieel) nog veel
onzeker is. Dat uit zich onder meer in een aantal risico’s die u aan het einde van het volgende
hoofdstuk aantreft.
16
3. Financieel beeld
In het voorgaande hoofdstuk hebben wij u geïnformeerd over de grote mate van onzekerheid
aangaande het (financiële) toekomstbeeld van de gemeente. In dit hoofdstuk informeren wij u op basis
van wel beschikbare informatie over het voorlopig saldo 2013-2016. Daarvoor gebruiken wij de meest
actuele gegevens van het bestaande beleid uit de begroting 2012 en de daarop aangebrachte
wijzigingen waartoe uw raad besloten heeft. Voor het jaar 2016 is als vertrekpunt het saldo van de
jaarschijf 2015 genomen. In de berekening van het saldo is tevens rekening gehouden met de op dit
moment bekende (autonome) ontwikkelingen en een aantal wijzigingsvoorstellen van ons college, die
wij u via deze kadernota voorleggen.
Het tweede deel van dit hoofdstuk is de re-allocatie van reserves. Na de aanwending van diverse
reserves via de jaarrekening voor het MPG, zien wij aanleiding u een aantal voorstellen te doen om de
reservepositie te herschikken en te verhelderen. Hoewel er vaak samenhang is tussen de voorstellen
die effect hebben op het meerjarenbeeld en voorstellen met betrekking tot de reserves, kiezen wij er
toch voor om dit hoofdstuk in tweeën te knippen. Daardoor zijn de effecten inzichtelijker. U zult
merken dat enkele voorstellen effecten hebben op beiden onderdelen.
Tenslotte bevat dit hoofdstuk een actuele opsomming van de risico’s, waarin u diverse eerder
genoemde onderwerpen terugvindt. Het betreft, naast de normale risico’s, voornamelijk onzekere
ontwikkelingen die nog niet in het financiële meerjarenbeeld kunnen worden meegenomen.
3.1 Voorlopig saldo 2013-2016
Wij presenteren u eerst het eindbeeld van deze kadernota en vervolgens de toelichting op de
belangrijkste onderdelen uit de berekening.
2013
Saldo begroting na voorjaarsnota
Diverse effecten
Effect indexering
Rente ontwikkeling
Vrijval kapitaallasten
2016
317
-309
-444
-444
0
0
0
109
107
204
115
51
0
-86
0
-144
174
186
177
Onvoorzien aangepast op inwonerprognose
3
8
10
4
Algemene uitkering
1
334
368
-535
50
50
50
50
Budgetsubsidies nullijn doortrekken
0
0
-5
-5
Woonservice beëindigen
0
-25
-25
-25
50
50
50
0
-437
-439
-440
-440
229
-39
-135
-1.202
Nieuw beleid en intensiveringen
Ombuiging Capelle opschuiven
Stelpost algemene uitkering vervalt
Voorlopig saldo
2015
138
Gemeenschappelijke regelingen
Voorstellen college:
2014
Uit deze tabel blijkt dat behoudens een tekort van ruim € 200.000 in 2013 de meerjarenbegroting een
positief beeld vertoont, waarbij zelfs sprake is van een gunstige ontwikkeling van het meerjarig saldo.
17
Het relatief grote overschot in 2016 kan van groot belang zijn bij het opvangen van financiële gevolgen
uit de juni-circlulaire en andere ontwikkelingen.
Indexering
De afgelopen jaren is de indexering van de begrotingsbedragen steeds verder gedifferentieerd. De
prognoses van het CPB geven onvoldoende aanleiding tot aanpassing van de eerder gehanteerde
percentages. Ook voor het jaar 2016 trekken wij dezelfde lijn door. Per saldo heeft indexering van
2015 naar 2016 een nadelig effect van € 108.571.
Algemene inflatie (lasten)
Subsidieverstrekkingen instellingen
Budgetsubsidies
Bijdragen gemeenschappelijke regelingen
Salarissen
Belastingen, heffingen en overige baten
Tarieven gemeentelijke accommodaties
Tarieven muziekschool
2013
1,50%
1,50%
-1,25%
1,50%
0%
1,50%
3,00%
1,50%
2014
1,50%
1,50%
-1,25%
1,50%
0%
1,50%
1,50%
1,50%
2015
1,50%
1,50%
0,00%
1,50%
0%
1,50%
1,50%
1,50%
2016
1,50%
1,50%
0,00%
1,50%
0%
1,50%
1,50%
1,50%
Ontwikkelingen
Er zijn nog niet veel concrete ontwikkelingen in beeld die te kwantificeren effecten voor het
meerjarenbeeld hebben. De hogere rentekosten zijn het gevolg van extra financiering die nodig is voor
geplande investeringen. Vrijval kapitaallasten is jaarlijks het logische gevolg van activa die volledig zijn
afgeschreven. Ook in 2014 is sprake van een voordeel vanwege een gewijzigd aanvangsjaar voor de
afschrijving van nog uit te voeren investeringen.
BTW-verhoging
Eerder is al toegelicht dat het onlangs gesloten ‘Lente-akkoord’ een verhoging van het hoge BTWtarief van 19% naar 21% bevat. Het effect van deze maatregel voor Krimpen aan den IJssel is
ongeveer € 40.000 per jaar. Het college vindt dat het effect niet tot een verhoging van de kosten mag
leiden en stelt voor het effect als taakstellend te beschouwen.
Inwonerprognose en algemene uitkering
Prognoses: Woningbouw en sociale structuur
In het voorjaar 2012 zijn de nieuwe bevolkingsprognoses vastgesteld. Deze zijn gebaseerd op de
woningbouwprognoses, aangevuld met demografische gegevens en prognoses van het CBS met
betrekking tot de bevolkingssamenstelling. Tevens wordt rekening gehouden met de aangepaste
WOZ waardes. Deze lokale ontwikkelingen hebben het volgende effect op de algemene uitkering (ten
opzichte van de laatste berekening gebaseerd op de gegevens uit de decembercirculaire 2011):
2013
-1
2014
-334
2015
-368
Stelpost Herverdeeleffecten
In de begroting van Krimpen is rekening gehouden met een stelpost om de herverdeeleffecten van de
herijking van het gemeentefonds en de invoering van de decentralisaties op te vangen:
2013
437
2014
439
2015
440
18
Inmiddels is bekend dat de herijking minstens tot 2014 is uitgesteld. De invoering van de
decentralisaties is onzeker. Het handhaven van huidige stelpost is niet meer logisch, gezien de
recente ontwikkelingen.
Nieuw beleid en intensiveringen
De financiële situatie brengt ons ertoe uiterst terughoudend om te gaan met het reserveren van
financiële ruimte voor nieuw beleid en intensiveringen. Soberheid is op zijn plaats. Dit resulteert in
slechts twee onderwerpen die wij aan u voorleggen.
2013
1 Doorontwikkeling Dienstverleningsconcept
dekking uit reserve vorming & opleiding
2 Werkplein Capelle a/d IJssel
Totaal tlv begrotingssaldo
2014
2015
35
35-
35
35-
50
50
50
50
2016
50
50
50
50
1. Doorontwikkeling dienstverleningsconcept
Krimpen aan den IJssel onderschrijft de visie van het landelijke dienstverleningsconcept "De
gemeente heeft Antwoord". De gemeente streeft naar een Klant Contact Centrum dat de herkenbare
ingang is voor de burgers alle vragen over de overheid. Om dit te realiseren zijn een visie en een
realisatieplan ontwikkeld. Het realisatieplan zal de komende 2,5 jaar uitgevoerd gaan worden. Veel
van de te maken kosten liggen in de opleidingssfeer. Wij stellen daarom dekking uit de Reserve
Vorming en Opleiding voor.

Kosten doorontwikkeling dienstverlening: € 35.000 in 2013 en 2014 (incidenteel)

Dekking: Reserve Vorming en Opleiding
2. Werkplein Capelle aan den IJssel
De participatie in het werkplein Capelle aan den IJssel vraagt extra middelen ad € 50.000. Tevens is
sprake van intensivering van de arbeidsmarkt- en werkgeversbenadering en terugtrekken van het
UWV uit het Werkplein, ad € 50.000. De helft van het benodigde bedrag kan worden gevonden binnen
het participatiebudget. De overige (structurele) lasten ad € 50.000 komen met ingang van 2013 ten
laste van het begrotingssaldo.

Kosten ten laste van begrotingssaldo: € 50.000 (structureel)
Voorstellen tot aanpassing bestaand beleid
Ook het bestaande beleid hebben wij nog eens kritisch doorgenomen. Daarbij is met name gekeken
naar beleidsterreinen en activiteiten waarvoor middelen beschikbaar zijn die nog niet daadwerkelijk
worden ingezet. Op grond hiervan doen wij enkele voorstellen, die deels tot effecten voor de reserves
leiden en deels gevolgen hebben voor het meerjarig saldo.

In de periode 2011 tot en met 2014 wordt op de budgetsubsidies in totaal 5% ingeleverd. Wij
stellen voor om vanaf 2015 de budgetsubsidies niet te indexeren.

In de begroting is structureel een bedrag van € 25.000 opgenomen voor externe ondersteuning in
het kader van Woonservice (voorheen Woonzorgzonering). Vanaf 2014 wil ons college inzetten op
voortzetting van het beleid, met een beperktere gemeentelijke inzet, waardoor deze middelen niet
meer nodig zijn.

Met ingang van 2013 is in verband met de samenwerking met Capelle aan den IJssel een
bezuinigingsstelpost opgenomen. Gezien de voortgang en de te verwachte effecten stellen wij
19
voor deze één jaar op te schuiven. Het effect op de jaren 2013 tot en met 2015 is € 50.000
negatief.
Ombuigingen
Via
de
voorjaarsnota
hebben
wij
u
reeds
geïnformeerd
over
de
openstaande
ombuigingstaakstellingen. Bij het opmaken van deze kadernota gaan wij er onverminderd van uit dat
alle taakstellingen worden gerealiseerd. De invulling van de taakstelling die verbonden is aan de
samenwerking met Capelle wordt zoals eerder aangegeven een jaar opgeschoven.
Conclusie
Met de genoemde voorstellen komen we tot een acceptabel meerjarig beeld. Daarbij vertoont het
eerste jaar weliswaar een tekort, maar het perspectief is gunstig. Dat is van belang, mede gezien de
onzekere financiële boodschappen die we nog verwachten.
3.2 Reservepositie
De reservepositie van Krimpen is jarenlang ruim voldoende geweest. Een stabiele basis om
verwachte en onverwachte incidentele uitgaven mee op te vangen. In 2012 wordt gewerkt aan beleid
voor Weerstandsvermogen en Risicomanagement, waarmee de onderbouwing van benodigde
reserves verbeterd kan worden. Tevens wordt de inventarisatie van het risicoprofiel en het opzetten
van beheersmaatregelen voor risico’s opgepakt. Na de zomer mag een beleidsdocument hieromtrent
worden verwacht.
Op dit moment is de stand van de reserves en voorzieningen opgemaakt. Door de effecten van het
MeerjarenPerspectief Grondexploitaties (MPG) op de reserves is het weerstandsvermogen van de
gemeente fors gedaald. Weliswaar staat daar het afboeken van aanzienlijke boekwaardes en het
vormen van diverse nieuwe voorzieningen tegenover en is het geld van deze voorzieningen daarmee
uiteraard (nog) niet uitgegeven, maar het is niet meer vrij te besteden. Voorzieningen behoren
namelijk tot het vreemd vermogen. Ten opzichte van ongeveer een half jaar geleden is het berekende
weerstandvermogen gemiddeld zo’n € 3 miljoen lager en wanneer geen nadere besluiten genomen
worden zal dit alleen nog maar verslechteren. Om de reservepositie meer in balans te brengen en
waar nodig reserves te versterken doen wij een aantal voorstellen.
Reserves
Het vrij aanwendbare deel van de algemene reserves is belangrijk voor de berekening van het
weerstandsvermogen en juist daar zijn ingrepen nodig. Naast de vrij besteedbare reserves zijn er
uiteraard ook nog de bestemmings- en egalisatiereserves. Zonder nadere besluitvorming van uw raad
zijn deze echter niet vrij te besteden. Om tot een versterking van de reservepositie te komen worden
hiervoor besluiten gevraagd.
Om geen onnodige (bezuinigings)maatregelen te hoeven nemen is allereerst nog eens kritisch naar
het huidig nieuw beleid en intensivering van bestaand beleid gekeken. Bij nader inzien kunnen een
aantal zaken alsnog geschrapt worden, kan volstaan worden met een lager bedrag of is een
alternatieve dekking mogelijk.
Hieronder volgt een overzicht met de eindsaldi per 1 januari 2017 van alle reserves op basis van de
voorgestelde wijzigingen. Daarna zal op deze voorstellen nader worden ingegaan.
1-1-2012
mutaties
1-1-2017
Algemene reserve
Algemene Dienst
4.754
302
5.056
20
Bouwgrondexploitatie
Vrije reserve (vml Nieuw Beleid)
Subtotaal algemene reserves
339
1.497
1.836
969
-742
227
6.062
1.057
7.119
899
Bestemmingsreserves
BTW-compensatiefonds
Dekking tijdelijke tekorten op structurele lasten
Vorming en opleiding
Tijdelijke kosten personeel
909
-10
1.119
-1.119
0
258
-226
33
451
-269
182
2.197
-1.741
456
Afschrijvingen
270
-227
43
Raadhuis
Onderwijshuisvestingsvoorzieningen
969
-44
925
Bijzondere Doeleinden
0
0
0
Erfpachtsgronden
0
0
0
Centrum
0
0
0
1.000
95
1.095
7.175
-3.542
3.633
Reiniging
3.668
-2.438
1.229
Riolering
305
-297
8
0
Hoofdinfrastructuur
Subtotaal bestemmingsreserves
Egalisatiereserves
RO-projecten
Bouwleges
Subtotaal egalisatiereserves
TOTAAL
0
0
773
-773
0
4.746
-3.509
1.237
17.982
-5.993
11.989
Deze totalen zijn weliswaar nog wel lager dan bij de begroting 2012 was voorzien, maar het is al wel
bijna € 1 miljoen gunstiger dan wanneer geen wijzigingen worden voorgesteld. De volgende
wijzigingen worden uw raad voorgelegd en leiden tot bovenstaand overzicht:
Algemene reserve
Rondom de besluitvorming van het MPG was in eerste instantie gebruik gemaakt van de reserve
tijdelijke tekorten structurele lasten (€ 1,1 miljoen). Vanwege de bestemming van die reserve was dit
echter niet toegestaan en is uiteindelijk een tekort ontstaan in de rekening 2011. Dit nadeel bedroeg
uiteindelijk zo’n € 675.000 en is ten laste van de algemene reserve gegaan. Om de oorspronkelijke
besluitvorming rondom het MPG weer te herstellen wordt voorgesteld de reserve Dekking tijdelijke
tekorten op structurele posten op te heffen en het saldo toe te voegen aan de Algemene Reserve.
Daarnaast wordt voorgesteld om het saldo van de reserve riolering per 1 januari 2012 (± € 305.000)
vrij te laten vallen ten gunste van de Algemene Reserve. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze
reserve op te heffen, maar op basis van huidige inzichten is vrijval van het saldo mogelijk.
Door deze besluiten is het (conform het huidige reservebeleid) mogelijk om het bedrag dat eind 2012
boven de € 5 miljoen vrij te laten vallen ten gunste van de reserve nieuw beleid. Het gaat dan om een
bedrag van bijna € 412.000.
Reserve nieuw beleid (= “Vrije reserve”)
Allereerst wordt voorgesteld deze reserve een andere naam te geven en meer aan te laten sluiten op
de huidige omstandigheden en ontwikkelingen. Het voorstel is de reserve in het vervolg “vrije reserve”
21
te noemen om daarmee het open karakter ervan aan te geven. Overigens blijven de gestelde regels
met betrekking tot de voeding van de vrije reserve dezelfde als bij de reserve nieuw beleid.
Daarnaast worden de volgende aanpassingen met betrekking tot nieuw beleid c.q. intensivering van
bestaand beleid voorgesteld, die gevolgen hebben voor het saldo van deze reserve:

voor duurzaamheidsvisie en het milieubeleidsplan wordt voorgesteld, dat maximaal € 150.000
beschikbaar is, hetgeen € 50.000 minder is dan waarmee thans rekening wordt gehouden. Hierbij
dient dan tevens aangetekend te worden, dat hieronder ook de bijzondere inspecties van
stookruimtes en de verplichte energielabels (totaal € 60.000) vallen;

de pilot voor het monumentenbeleid (€ 14.600) wordt geschrapt;

voor de uitvoering van het speelruimtebeleid en het speelruimteplan blijft een bedrag beschikbaar
van € 25.000, hetgeen de helft is van waarmee thans nog rekening wordt gehouden;

het ontwikkelen van leeftijdsbewust personeelsbeleid (€ 15.000) wordt binnen bestaande
begrotingsbudgetten uitgevoerd en leidt zodoende niet langer tot een aanspraak op de reserve;

de transitiekosten voor samenwerking met de gemeente Capelle worden vooralsnog geschat op
een bedrag van € 250.000 en worden uit deze reserve gedekt.
Zoals vermeld wordt een bedrag van bijna € 412.000 toegevoegd van de Algemene Reserve als
gevolg van het bereiken van maximum van € 5 miljoen eind 2012.
Als gevolg van deze wijzigingen is het saldo van de vrije reserve eind 2016 nog ruim € 277.000, waar
in eerste instantie nog sprake was van een negatief saldo van ruim € 31.000.
Reserve tijdelijke tekorten structurele lasten
Zoals gezegd was het de bedoeling deze reserve in te zetten bij de effecten van het MPG. Vanwege
verslagleggingsregels was dit niet mogelijk, zodat begin 2012 het saldo nog ruim € 1,1 miljoen was.
Door nu te besluiten deze reserve op te heffen en het saldo toe te voegen aan de Algemene Reserve
wordt alsnog uitvoering gegeven aan de besluitvorming rondom het MPG.
Reserve onderwijshuisvestingsvoorzieningen
Momenteel wordt in de meerjarenbegroting rekening gehouden met vervangende nieuwbouw voor de
Kortlandschool en de Rudolf Steinerschool (mogelijke locatie Prinsessenhof), alsmede voor het
Krimpenerwaardcollege. De restant boekwaarden van de huidige schoolgebouwen gaan ten laste van
deze reserve.
Op dit moment wordt voor het primair onderwijs (opnieuw) onderzoek gedaan naar de behoefte van
de onderwijshuisvesting op basis van (nieuwe) leerlingenprognoses. Vooralsnog wordt uitgegaan van
de huidige meerjarenbegroting, maar voordat de meerjarenbegroting 2013-2016 wordt vastgesteld zal
het onderzoek afgerond zijn en is bekend welke behoefte aan (nieuwe) schoolgebouwen er is. Ook
andere ontwikkelingen omtrent bestaande schoolgebouwen spelen hierin een mogelijke rol.
Reserve hoofdinfrastructuur
Er wordt afgezien van de werkzaamheden van een bereikbaarheidsmakelaar. Voor de jaren 2012 en
2013 betekent dat lagere lasten van € 150.000, die niet ten laste gaan van deze reserve.
Voor diverse onderzoeken op het gebied van het verkeer resteert dan nog een bedrag van € 55.000.
Deze onderzoeken maken deel uit van het project “beter benutten”, waarvoor naar schatting zo’n € 1,5
miljoen nodig is. Zoals blijkt uit bovenstaand overzicht is dit bedrag (thans nog) niet beschikbaar in
deze reserve, maar een aanzienlijk gedeelte al wel.
22
Reserve riolering
Zoals bij de Algemene Reserve al is aangegeven wordt voorgesteld het saldo per 1 januari 2012 van
deze reserve vrij te laten vallen ten gunste van genoemde Algemene Reserve. Het gaat om een
bedrag van bijna € 305.000, dat volgens huidige inzichten niet ingezet hoeft te worden voor de
riolering. In verband met mogelijke toekomstige verschillen in de rioleringsexploitatie wordt deze
reserve niet opgeheven.
Reserve bouwleges
Op basis van de oorspronkelijke berekeningen komt het saldo van deze reserve in de loop van 2016
onder nul uit. Wij hebben besloten de organisatie een taakstelling op te leggen die ervoor moet
zorgen, dat uiterlijk 2016 sprake moet zijn van een kostendekkende “bouwleges exploitatie”. Om die
reden is dan ook het saldo van deze reserve eind 2016 op nul gezet.
Reserve vorming en opleiding
Voor de verdere doorontwikkeling van het DienstVerleningsConcept (DVC) wordt ook in 2013 en 2014
met extra lasten rekening gehouden. Het gaat daarbij om in totaal € 70.000 waarvan het belangrijkste
deel bestaat uit het opleiden van het personeel.
Om die reden stellen wij voor deze kosten te dekken uit het ten laste van de reserve vorming en
opleiding beschikbaargestelde investeringsbudget.
Met deze maatregelen neemt het weerstandsvermogen op de korte termijn in ieder geval weer wat toe
en wordt het beleid voor Weerstandsvermogen en Risicomanagement (dat zoals gezegd eind dit jaar
moet verschijnen) afgewacht, zodat bekeken wordt of verdere maatregelen rondom de reservepositie
nodig zijn.
3.3 Risico’s
Het vrij aanwendbare deel van de algemene reserves is een belangrijk onderdeel van het
weerstandsvermogen. Om de gewenste omvang van het weerstandsvermogen te bepalen is inzicht in
de risico’s nodig. In deze kadernota is al aangegeven dat door de vele onzekerheden het aantal
risico’s is opgelopen. Over een deel daarvan hopen wij snel meer duidelijkheid te krijgen. Op deze
plaats vinden wij het vooral van belang de risico’s te benoemen. Getracht is de maximale omvang van
de risico’s aan te geven, maar niet in alle gevallen is dat mogelijk. Er wordt daarom nu geen verband
gelegd tussen de risico’s en het weerstandsvermogen. De opsomming van risico’s is informatief en
illustreert de onzekere financiële situatie waarin deze kadernota tot stand is gekomen.
23
Risico’s
Maximale omvang
x € 1.000
1. Lente-akkoord: rijksbezuinigingen en algemene uitkering
De onzekerheid over de aanvullende bezuinigingen van het rijk en de onvoorspelbare effecten van
de voorgenomen herijking van het gemeentefonds blijven een risico vormen in de toekomst. De
hoogte van het risicobedrag is momenteel moeilijk te kwantificeren: de juni-circuliare is nog niet
verschenen, de herijking is uitgesteld en de invoering van decentralisaties is onzeker.
Structureel
2. BAG
De hoogte van de uitkering uit het gemeentefonds is mede afhankelijk van het aantal woningen. De
nieuwe telmethode (op basis van de BAG) kent een andere definitie van het aantal woonruimten.
De minister gaat de invoering van de BAG in het gemeentefonds koppelen aan de lopende herijking
van het gemeentefonds. Wat het effect van de BAG gegevens voor de algemene uitkering voor
Krimpen zal zijn is op dit moment niet te kwantificeren.
3. Decentralisaties
Structureel
Recente ontwikkelingen op het rijksniveau zorgen voor onzekerheid rond (het moment van) de
invoering van de drie decentralisaties. Ook is er veel onduidelijkheid over de mogelijke financiële
impact voor de gemeente.
Structureel
4. BTW
€ 300
Een van de afspraken uit het Lente-akkoord is de verhoging van het BTW-tarief. Het risico is
tweeledig: een deel van de BTW is niet-verhaalbaar en niet-compensabel en kan kostenverhogend
werken. Anderzijds is het niet ondenkbaar dat het gemeentefonds gekort zal worden om het BTWcompensatiefonds extra te voeden. Dat betekent een korting op de algemene uitkering voor
Krimpen.
5. WWB
Structureel
In de begroting wordt rekening gehouden met 10% eigen risico, die volgens de huidige regeling
voor rekening van de gemeente is. De kosten boven de 10% eigen risico zullen worden
gedeclareerd bij het rijk voor een aanvullende uitkering. Meerjarig is in de begroting een te
verwachten aanvullende uitkering van het Rijk opgenomen. Dit bestempelen wij als risico.
Het risico betreft de ontwikkeling van de (declaratie)regeling. Omdat heel veel gemeenten een
beroep zullen doen op deze extra uitkering is de verwachting dat het Rijk aanvullende voorwaarden
gaat opnemen en/of het percentage van 10% eigen risico zal verhogen.
6. Promen
Structureel
In de concept-begroting 2013 van Promen wordt uitgegaan van een forse verhoging van de
gemeentelijke bijdrage, als gevolg van de voorgenomen bezuinigingen van het Rijk. Omdat deze
bezuiniging als gevolg van de Lente-akkoord niet wordt doorgevoerd, wordt in de kadernota
meerjarig gerekend met de bijdrage voor 2013. De bijdrage vanaf 2014 is onzeker en vorm een
risico voor de gemeente.
7. Industrieweg 13
Structureel
De huidige huurder heeft aangekondigd de huur gedeeltelijk of geheel te willen opzeggen,
afhankelijk van het verkrijgen van de concessie voor het openbaar vervoer in de regio. De lasten en
baten van het vastgoed zijn opgenomen in de begroting. De huurinkomsten zijn jaarlijks hoger dan
de vaste lasten. In de loop van 2012 wordt meer duidelijkheid verwacht rond dit risico.
8. Ombuigingen
Structureel
In de begroting is een aantal bezuinigingsstelposten opgenomen, die nog uitgewerkt moeten
worden. Hoewel er vanuit wordt gegaan dat alle voorgenomen bezuinigingen haalbaar en
realistisch zijn, vormen deze stelposten een risico.
Structureel
€ 330
€ 250
€ 140
9. Bouwgrondexploitaties
In het najaar 2012 zal het MPG, inclusief risicoanalyse, worden geactualiseerd. Gezien de
econimosche situatie blijven de ontwikkelingen binnen de grondexploitaties onzeker.
10. C.G. Roosweg
Over de onderhoudstoestand van de constructie onder de C.G. Roosweg tussen het kruispunt en
de aanbrug van de Algerabrug is een rapportage verschenen. De rapportage geeft aanleiding tot
verder onderzoek en overleg met de provincie. Het overleg is inmiddels gestart.
Incidenteel
€ 10.000
Incidenteel
24
4. Van kadernota naar begroting
Onzekerheden
Deze kadernota staat bol van de onzekerheden over de financiële vooruitzichten. We hebben er
nadrukkelijk voor gekozen alleen die informatie te verwerken die zeker is en in de cijfers dus geen
rekening te houden met de mogelijke gevolgen van het Lente-akkoord en andere onzekerheden. Dat
houdt in dat we het risico lopen op korte termijn al met nieuwe nadelige ontwikkelingen te worden
geconfronteerd. Echter, ook dan blijft het meerjarenbeeld gedomineerd door onzekerheden, zoals
bijvoorbeeld de uitslag en gevolgen van de Tweede Kamer verkiezingen op 12 september.
Nieuwe informatie
De komende periode verwachten wij op een aantal vlakken meer informatie. Dat betreft in ieder geval
de juni-circulaire, die naar verwachting een fors nadelig gevolg zal hebben voor het meerjarenbeeld.
Zodra de juni-circulaire openbaar is en de gevolgen voor Krimpen zijn doorgerekend informeren wij u
daarover.
Ook enkele risico’s kunnen in de loop van de zomer beter worden beoordeeld. Tezamen met de
opbouw van de begroting volgens het bottom-up systeem zal dit een nieuw financieel beeld geven.
Aanpak sluitende begroting
In afwachting van een aantal belangrijke ontwikkelingen zoals de algemene uitkering,
rijksbezuinigingen, decentralisaties etc. worden nu geen bezuinigingen voorgesteld. De (nabije)
toekomst is daarvoor te onzeker. Wij zijn ons ervan bewust dat dit extra druk op het najaar legt,
wanneer de begroting wordt opgesteld. Wij verwachten dat extra maatregelen nodig zijn om in het
najaar een begroting met een vergelijkbaar meerjarenbeeld te presenteren. Niettemin stellen wij
onszelf ten doel u in het najaar een begroting te presenteren waarvan het financiële beeld
overeenkomt met deze kadernota. Dat wil zeggen dat wij streven naar een sluitend
meerjarenperspectief waarbij in ieder geval het laatste jaar een positief saldo vertoond. Indien nodig
komen wij in de eerste raadsvergadering na de zomer bij u terug met een tussenstand.
Voortgang
In de komende maanden wordt de begroting 2013 met de nu vastgestelde uitgangspunten opgesteld.
Tevens bereiden wij beleid voor met betrekking tot risicomanagement en weerstandsvermogen. Er
komt in het najaar een bijgesteld meerjarenperspectief grondexploitaties. Naar aanleiding daarvan zal
u worden gevraagd strategische keuzes te maken.
Ondertussen gaan wij verder met de invulling van de openstaande ombuigingstaakstellingen en het
vormgeven van de samenwerking met Capelle. Mede vanwege die laatste ontwikkeling stellen wij voor
om de voor 2013 geplande bestuurskrachtmeting niet in dat jaar uit te voeren.
Conclusie
Uit deze kadernota mag u opmaken dat nog veel onzeker is, maar dat wij desondanks op volle kracht
doorgaan met in gang gezette ontwikkelingen. Mogelijke nieuwe financiële opgaven zullen daar
onderdeel van gaan uitmaken.
Uw raad wordt uitgenodigd om met wat nu bekend is en wordt verwacht accenten aan te geven en
richting te bepalen voor de begroting en in relatie tot de voorzieningendiscussi
Download