SLZ9618 Verwijdering van de prostaat volgens de

advertisement
Urologie
telefoonnummer: 020 -512 5107
Verwijdering van de prostaat volgens de
Hryntschak procedure
INLEIDING
Uw arts heeft voorgesteld om een
prostaatverkleining middels een
buikoperatie uit te voeren.
Een aantal mannen krijgt op latere leeftijd
klachten met urineren zoals: vaak
urineren, een aarzelend begin, een slappe
straal en nadruppelen. Ook neemt 's
nachts het aantal keren plassen toe. De
klachten hangen vaak samen met het
groter worden van de prostaat.
DE PROSTAAT
De prostaat is een klier die vocht toevoegt
aan de zaadcellen die in de zaadballen
(testikels) worden aangemaakt. De
prostaat is normaliter zo groot als een
walnoot en ligt om de plasbuis heen op de
plaats waar deze uit de blaas komt en
overgaat in de penis.
VOORBEREIDING
U bezoekt de anesthesioloog, deze
spreekt doorgaans bloedonderzoek en,
afhankelijk van uw leeftijd en persoonlijke
situatie, een cardiogram (hartfilmpje) en
een longfoto met u af. Deze onderzoeken
worden doorgaans poliklinisch verricht en
soms ook nog op de dag voor de operatie.
Voor het verwijderen van de prostaat
wordt u ongeveer 5 tot 10 dagen in het
ziekenhuis opgenomen. Dat is mede
afhankelijk van het directe herstel na de
operatie.
MEDICIJNGEBRUIK
Met bloedverdunnende medicijnen zoals
Marcoumar, Acenocoumarol, Ascal,
Plavix, Persantin moet u voor de operatie
stoppen. Doe dit altijd in overleg met uw
behandelend arts.
DE OPERATIE
De ingreep gebeurd onder algehele
verdoving (narcose).
SLZ9618/0712
De operatie vindt plaats via een snee in
de onderbuik. De buik wordt van te voren
geschoren. Vanuit de blaas wordt de
prostaat losgemaakt van het kapsel en
verwijderd. Het kapsel blijft zitten.
NA DE OPERATIE
De uroloog laat een katheter achter in de
blaas, zodat het bloed dat uit de wond
komt kan worden weggespoeld. Een
wonddrain in de buik voert het wondvocht
af.
Voordat u naar de afdeling gaat verblijft u
nog enige tijd op de uitslaapkamer. U
krijgt een infuus voor extra vocht en
eventueel medicatie tegen de pijn.
Na ongeveer 5-7 dagen wordt de
blaaskatheter verwijderd. Na het
verwijderen van de katheter kan het
plassen gevoelig zijn en zult u ook wat
vaker moeten plassen. Ook kan er nog
wat bloed en kleine weefseldeeltjes met
de urine meekomen.
Dit kan met ‘heldere’ tussenpozen ook in
weken na de operatie nog voorkomen.
Hierover hoeft u zich geen zorgen te
maken. Wij adviseren u om in dit geval
extra te drinken. In de loop van de weken
zullen deze klachten verbeteren.
De hechtingen worden twee weken na de
operatie poliklinisch verwijderd.
MOGELIJKE COMPLICATIES
In het algemeen verloopt de operatie
zonder problemen. Toch kan het
gebeuren dat er complicaties voorkomen.
In enkele gevallen kan na de operatie via
de buikwand een wondinfectie of
nabloeding voorkomen.
Soms is er na de operatie sprake van
ongewenst urineverlies of
urineweginfectie. De zaadlozing
vermindert of verdwijnt (retrograde
ejaculatie)
NAAR HUIS
Bij ontslag krijgt u een afspraak mee voor
het verwijderen van de hechtingen, een
afspraak op de polikliniek over zes weken
en eventueel een recept voor medicijnen
en incontinentie materiaal.
Bij de controle afspraak komt u met een
goedgevulde blaas zodat er eventueel
een flowmetrie en residumeting kan
plaatsvinden.
ADVIEZEN VOOR THUIS
Wij adviseren u om de eerste zes weken
na de operatie:
Geen alcohol te drinken.
Geen zware lichamelijke arbeid te
verrichten en ook niet te fietsen.
Geen seksuele activiteiten te
ondernemen.
Zo min mogelijk te persen bij de
ontlasting. Een trage stoelgang
kunt u voorkomen door veel te
drinken en vezelrijke voeding te
eten.
Wij adviseren u om minstens twee
liter water per dag te drinken.
NEEM CONTACT OP MET HET
ZIEKENHUIS:
Als u koorts boven de 38.5 ºC
krijgt.
Al u pijn krijgt, die niet verdwijnt na
het innemen van pijnstillers
Als u meerdere dagen bloed in de
urine blijft houden, wat niet minder
wordt en waarbij de urine
donkerrood van kleur is.
Als u behalve bloed ook flinke
bloedstolsels met de urine uitplant.
Als u zoveel moeite heeft met
plassen, dat u het gevoel heeft de
blaas niet helemaal leeg te kunnen
plassen.
VRAGEN?
De informatie in deze folder is algemeen
van aard en is bedoeld als extra
informatie naast het gesprek met uw
behandelend arts.
Bijzondere omstandigheden kunnen
aanleiding geven tot wijzigingen. Uw
uroloog zal dit altijd met u bespreken.
Heeft u na het lezen van deze folder nog
vragen. Dan kunt u contact opnemen met
de polikliniek urologie 020-5125107.
Belangrijke telefoonnummers
Polikliniek urologie
Maandag t/m vrijdag
08:30 tot 16:30 uur
020 – 512 5107
Afdeling spoedeisende hulp
020 – 512 4113
Download