onbewaakte kopie Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Infuusbehandeling 48 Toediening via veneus poortsysteem Een veneus poortsysteem is een platte injectiekamer van enkele centimeters doorsnede waaraan een katheter is bevestigd. De injectiekamer wordt operatief onder de huid ingebracht en vastgehecht aan een spier. De katheter zit in een grote ader. De injectiekamer is bedekt met een dik siliconenmembraan. Dit membraan wordt door de huid heen aangeprikt met een poortsysteemnaald. Via de naald wordt vloeistof in de ader toegediend. Er zijn meerdere termen voor een poortsysteem, zoals Volledig Implanteerbaar Toedieningssysteem (VIT), Totaal Implanteerbaar Toedieningssysteem (TIT), Port-a-Cath systeem (PAC) of simpelweg Poort. Afbeelding: patiënteninformatiefolder Academisch Medisch Centrum. Het poortsysteem wordt meestal ingebracht in het onderhuidse bindweefsel van de borststreek. Aan de zijkant van de onderhuidse injectiekamer zit een katheterkoppelstukje. Hier is de katheter gekoppeld aan de injectiekamer. De katheter is onderhuids getunneld naar een grote vene (meestal de vena subclavia of de vena jugularis) en loopt van daaruit door in de vena cava superior, tot ongeveer 2 cm boven de rechter hartkamer. Er zijn verschillende toedieningswegen: arterieel, de katheter ligt in een slagader; intrathecaal, de katheter ligt in de spinale of epidurale ruimten rond het ruggenmerg; peritoneaal, de katheter ligt bij het buikvlies; perifeer, de katheter wordt met een speciaal veneus poortsysteem (PAS-Port, Peripheral Acess System), in een ader in de onderarm ingebracht. Indicaties Een veneus poortsysteem wordt gebruikt bij cliënten die langdurig of vaak toediening nodig hebben van: medicijnen die beschadigend werken op de vaatwand, zoals cytostatica; vocht; voeding (Totale Parenterale Voeding); bloed(producten). Het gebruik van een poortsysteem heeft voordelen ten opzichte van andere veneuze toedieningen. Het operatief inbrengen van een poortsysteem is een kleine ingreep die onder lokale verdoving plaatsvindt. Een poortsysteem kan vaak aangeprikt worden, het kan jaren blijven zitten mits er geen verstopping optreedt. De cliënt voelt het aanprikken als een licht prikje in de huid. © Vilans 06-11-2013 Materiaalbeschrijving Veneuze poortsystemen: 1 (van 4) onbewaakte kopie Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Infuusbehandeling 49 Op de poortsysteemnaald kunnen verschillende infuusslangen en infuuspompen worden aangesloten. Het is mogelijk om via de poort bloedmonsters af te nemen. Via een speciaal veneus poortsysteem (power Port-a-Cath CT) is het mogelijk contrastvloeistof toe te dienen. Aanprikken veneus poortsysteem Gebruik voor het aanprikken van het poortsysteem een speciaal daarvoor ontwikkelde Huberpointnaald of een stompe naald met mandrijn (trocar). Werkwijze Prik de injectiekamer van het poortsysteem door de huid heen aan. Doe dit met een speciaal daarvoor ontwikkelde naald met verbindingsslangetje en luerlockaansluiting, de poortsysteemnaald. Om de verbindingsslang zit een klemmetje dat de verbindingsslang kan afklemmen. Gebruik een driewegkraantje of een poortsysteemnaald met bijspuitpunt wanneer er meerdere toedieningen tegelijk gedaan worden of wanneer het noodzakelijk is een extra toegangsweg te hebben. Dien de medicatie, vloeistoffen en voeding direct toe via de poortsysteemnaald of via de op de poortsysteemnaald aangesloten infuusslang en infuuspomp. Afbeelding: poortsysteem met poortsysteemnaald 1 Aandachtspunten. Gebruik de no touch-techniek 2 . Gebruik een naald van hetzelfde merk als het poortsysteem. De hoogte van de poort, de dikte van het membraan en de slijping van de punt van de naald zijn op elkaar afgestemd. Stem de dikte van de naald af op de soort vloeistof die toegediend moet worden. Stem de lengte van de naald af op de dikte van de huid. Na aanprikken dient er geen ruimte meer te zijn tussen de huid van de cliënt en het plaatje aan de basis van de naald. Gebruik iedere keer dat het poortsysteem wordt aangeprikt een nieuwe steriele naald. Zorg voor een gesloten systeem, sluit de verbindingsslang of de driewegkraan af met een naaldloze connector. Een gesloten systeem verkleint de kans op het aanzuigen van lucht en daardoor het gevaar op een luchtembolie. Bloedafname Via een poortsysteem kan bloed worden afgenomen met of zonder vacuümsysteem. Om te voorkomen dat bloeduitslagen beïnvloedt worden door de vloeistof in het reservoir en het verbindingsslangetje, dient de eerste buis (10 ml) bloed weggegooid te worden. 1 2 © Vilans 06-11-2013 Website tscbenelux (externe link). Flebitis en bloedbaaninfecties door intraveneuze infuuskatheters, Werkgroep Infectie Preventie, vastgesteld april 2010, toevoeging oktober 2010, revisie april 2015. Materiaalbeschrijving Veneuze poortsystemen: 2 (van 4) onbewaakte kopie Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Infuusbehandeling 50 Doorgankelijkheid poortsysteem Poortsystemen dienen geflusht en, na het beëindigen van een toediening, te worden afgesloten met Heparine of NaCl (dit wordt uitgelegd in de achtergrondinformatie over flushen en doorspoelen). Voor het doorgankelijk blijven van een aangeprikt poortsysteem is een minimale stroomsnelheid van de infuusvloeistof, medicatie, voeding en bloed(producten) nodig van 2-5 ml/ uur. Complicaties Complicaties die kunnen optreden na het inbrengen van een poortsysteem zijn: nabloeding; klaplong; infectie; trombose, meestal na weken tot maanden; er kan een dikke arm (trombosearm) ontstaan. Neem contact op met de arts als: pijnklachten aanhouden of verergeren; de operatiewond niet goed sluit; de wond rood en opgezet is; de cliënt koorts heeft; de arm aan de kant van de poortsysteemnaald dik wordt. Verzorging veneus poortsysteem Verzorgen aanprikplaats Plak de aanpriknaald en het verbindingsslangetje af met een doorzichtige infuuspleister. Inspecteer de huid dagelijks op: positie van de naald; pijn; roodheid; zwelling. De cliënt kan, wanneer het poortsysteem niet is aangeprikt, gewoon douchen. Bij langdurig baden of zwemmen wordt aangeraden de aanprikplaats van de poort te beschermen met een transparante huidpleister. Controle poortsysteemnaald Controleer voor elke toediening of de poortsysteemnaald goed geplaatst is door het opzuigen van bloed. Als het opzuigen van bloed niet lukt, spuit dan NaCl 0,9% in om te controleren of de poortsysteemnaald goed geplaatst is. Lukt het doorspuiten van het poortsysteem met NaCl 0,9% wel, maar het opzuigen van bloed niet, probeer dan de oorzaak op te sporen: controleer de ligging van de naald; ga na of de positie van de cliënt van invloed is: laat de cliënt iets platter in bed gaan liggen; laat de cliënt het hoofd iets draaien; laat de cliënt de positie van de armen wijzigen; laat de cliënt zuchten; overleg met de arts als bovenstaande geen resultaat heeft. Het is mogelijk dat de ligging met behulp van een röntgenfoto gecontroleerd moet worden. Ook kan de arts opdracht geven de katheter weer doorgankelijk te maken met speciaal daarvoor bedoelde vloeistoffen zoals urokinase. Om deze handeling correct uit te voeren wordt een speciaal protocol gevolgd. © Vilans 06-11-2013 Materiaalbeschrijving Veneuze poortsystemen: 3 (van 4) onbewaakte kopie Protocollen Voorbehouden, Risicovolle en Overige handelingen Infuusbehandeling 51 Vervanging poortsysteemnaald Vervang bij continue infusie via het poortsysteem de naald eens per week 1 . Verschoon dan ook de huidpleister. Bij overlijden van de cliënt hoeft het poortsysteem niet verwijderd te worden. Ook al wordt de overledene gecremeerd. Bron Poster intravasculaire katheters, Nursing, mei 2011. 1 © Vilans 06-11-2013 Reader 6.1, Port-a-Cath: Het aanprikken, bloedafnamen en verwijderen van een naald, Leids Universitair Medisch Centrum, ingezien februari 2013. Materiaalbeschrijving Veneuze poortsystemen: 4 (van 4)