(het witwassen van) illegale verworven

advertisement
WITWASSEN EN ONTNEMING ILLEGALE VERMOGENSVOORDELEN
HET FENOMEEN WITWASSEN
Het is algemeen geweten dat geldelijk gewin nagenoeg altijd de belangrijkste drijfveer is om misdrijven te
plegen.
De meeste van de prioritaire criminaliteitsfenomenen in het Nationaal Veiligheidsplan – waaronder drugs, mensen- en wapenhandel, fraude, georganiseerde diefstallen – gaan gepaard met enorme
opbrengsten.
De uiteindelijke bedoeling is meestal om een deel van dit vermogen ongestoord te gebruiken in de legale
economie. Daarvoor moet het buiten het zicht van de opsporingsinstanties gehouden worden en de
daders zullen dan ook zoveel mogelijk proberen de illegale oorsprong te verhullen.
Het is wanneer iemand de criminele herkomst van een uit een misdrijf verkregen vermogen probeert te
verbergen, m.a.w. te doen uitschijnen alsof het een legaal verkregen vermogen betreft, dat hij/zij zich
schuldig maakt aan witwassen.
Het voorwerp van het witwasmisdrijf zijn de vermogensvoordelen verkregen uit het basismisdrijf. Door het
witwassen kunnen de daders deze criminele gelden ongestoord in de legale economie gebruiken, kunnen
andere criminele activiteiten gefinancierd en machtsposities verworven worden. Witwassen houdt m.a.w.
criminaliteit in stand. Het brengt bovendien allerlei witwasgerelateerde misdrijven met zich mee
(concurrentievervalsing, corruptie, fraude, misbruik van vennootschappen), het brengt de integriteit van
het financiële stelsel in gevaar. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) schat dat de totale omvang van
witgewassen gelden zo’n 2 tot 5 % van het mondiale BBP uitmaakt.
DE BESTRIJDING VAN WITWASSEN
De bestrijding van het witwassen van geld omvat een preventief en een repressief luik, die zijn
aangenomen in het kader van tal van internationale verplichtingen.
Het preventieve luik
De wet van 11 januari 1993 legt verschillende actoren uit de economische en financiële wereld een
aantal verplichtingen op om witwasmisdrijven zo veel mogelijk te voorkomen. Het is van belang dat de
kanalen waarlangs het witwasproces zich kan voltrekken worden beschermd tegen misbruik voor
criminele doeleinden. Zo moeten banken, wisselkantoren, levensverzekeringsondernemingen,
notarissen, vastgoedmakelaars, casino’s, bedrijfsrevisoren, boekhouders,... voortdurend waakzaam zijn
voor verrichtingen of feiten van hun cliënten die verband zouden kunnen houden met het witwassen van
gelden (of de financiering van terrorisme).
Bij dergelijke vermoedens moeten zij dit onverwijld melden aan de Cel voor Financiële
Informatieverwerking (CFI). Ze dienen ook informatie bij te houden aangaande hun cliënten en hun
1
verrichtingen (Know Your Customer, Customer Due Diligence), te voorzien in een passende organisatie
en interne controleprocedures, hun personeel te vormen inzake verdachte verrichtingen, een
witwasverantwoordelijke aan te stellen, …
De CFI gaat na of de verdachte transacties al dan niet verantwoord zijn en onderzoekt of er een verband
met een onderliggend misdrijf bestaat. In geval er ernstige aanwijzingen van witwassen bestaan beslist
zij door te melden aan het parket. Een deel van de output van dit preventieve systeem komt op die
manier in het repressieve luik terecht en dient met de inzet van politiecapaciteit aangepakt te worden. De
CFI vormt de belangrijkste bron van witwasdossiers voor de parketten.
Hiernaast zijn er verschillende instanties belast met het toezicht op de naleving van de witwaswetgeving
door de meldingsplichtige actoren (de Nationale Bank, de FOD Economie, de FSMA). Zij kunnen
administratieve boetes opleggen wanneer de meldingsplichtigen niet zorgvuldig genoeg zijn geweest.
Een andere maatregel om witwassen te bestrijden is de beperking op cashbetalingen, waarvan het
toezicht door de FOD Economie wordt verzekerd. Bijvoorbeeld, het is een particulier verboden € 3.000 of
meer in contanten te betalen op de prijs van de verkoop door handelaars en dienstverleners. Ook de
aankoop van edelmetalen door handelaars is hieraan onderworpen. Uiteindelijk geldt op de verkoop van
onroerende goederen eveneens sinds 1 januari 2014 een totaalverbod op cashbetalingen.
Voor het grensoverschrijdend vervoer geldt een aangifteplicht van liquide middelen. Iedereen die het
grondgebied van de Europese Unie binnenkomt of verlaat en die liquide middelen ter waarde van €
10.000 of meer bij zich heeft is verplicht dit aan te geven (in België bij de Douane). Wat het overschrijden
van de landsgrenzen binnen Europa betreft geldt dit enkel wanneer dit bij een controle gevraagd wordt.
Het repressieve luik
Het repressieve luik omvat de strafbaarstelling van witwassen (art. 505, eerste lid, 2° tot 4° Sw.), m aar
ook de instrumenten om de criminele winsten af te pakken. Om criminaliteit effectief te bestrijden is het
immers noodzakelijk dat ook de criminele winsten die ermee gepaard gaan, ontnomen worden.
De strafrechtelijke definitie van witwassen is heel ruim. Elk misdrijf dat geldelijk gewin oplevert, ongeacht
de aard ervan (misdaad, wanbedrijf, overtreding), kan in aanmerking komen om als basismisdrijf voor
witwassen te fungeren. Witwassen is bovendien een autonoom misdrijf, wat betekent dat enkel en alleen
het feit dat er getracht wordt de illegale oorsprong van het criminele vermogen legaal te doen lijken, een
misdrijf uitmaakt. Witwassen is ook een voortdurend misdrijf. Telkens er met dit criminele geld verdere
investeringen, transacties, … gedaan worden, wordt het misdrijf verder gezet.
De politionele aanpak van witwassen gebeurt in principe door de Federale gerechtelijke politie (Col
2/2002). Dit zijn in de eerste plaats de FGP’s in de arrondissementen, doch op centraal niveau worden
ook witwasonderzoeken gevoerd door de Centrale Dienst voor de bestrijding van de Georganiseerde
Economische en Financiële Delinquentie (DJSOC/CDGEFID). De anderen actoren die gebeuren in dit
repressieve luik zijn : de procureur of onderzoeksrechter die beslissen de vervolging voor witwassen in
beslag te nemen; de rechter die de verbeurdverklaringen uitspreekt. En uiteindelijk, het Centraal Orgaan
2
voor de Inbeslagname en de Verbeurdverklaring (COIV) dat instaat voor het beheer van de in beslag
genomen en verbeurdverklaarde gelden en goederen.
Het moge dus duidelijk zijn dat de strijd tegen het witwassen een verhaal is van meerdere actoren. Een
geïntegreerde en integrale aanpak is dan ook noodzakelijk voor een effectieve bestrijding van het
witwassen.
Het witwassen van geld is bovendien een misdaadfenomeen dat erg vaak een internationaal karakter
heeft en waarvan de bestrijding bijgevolg sterk afhangt van de internationale samenwerking.
NUTTIGE LINKS
http://www.ctif-cfi.be
http://www.fatf-gafi.org
http://ec.europa.eu/internal_market/company/financial-crime/index_en.htm
http://ec.europa.eu/taxation_customs/customs/customs_controls/cash_controls/index_en.htm
www.coe.int/moneyval
3
Download