Nieuwe muziek in Utrecht Een onderzoek naar de programmering van nieuwe muziek op de muziekpodia van de stad Utrecht. Nora Maartense stnr: 9503358 begeleider: dr. Ph. Lelieveldt Doctoraalscriptie Muziekwetenschap Instituut Kunstgeschiedenis en Muziekwetenschap Faculteit der Letteren Universiteit Utrecht 2005 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Dit onderzoek was niet tot stand gekomen zonder het glasharde vertrouwen en de volhardendheid van mijn scriptiebegeleider Philomeen Lelieveldt. Zij heeft twee jaar lang meegedacht over diverse scriptieonderwerpen en mij uiteindelijk in de zomer van 2005 met raad en daad terzijde gestaan bij het voltooien van mijn afstudeerscriptie Muziekwetenschap. Daarnaast wil ik Hestia Brederode bedanken voor het redigeren van mijn scriptie. Uiteraard gaat mijn grote dank tevens uit naar de mensen uit het Utrechtse muziekleven die hun kostbare tijd beschikbaar hebben gesteld om mij te woord te staan. Renée Heijnen en Liesbeth van Droffelaar van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling van de Gemeente Utrecht, Michiel Heeneman van ensemblebureau De Toonbank, Roland Spekle van Huis en Festival aan de Werf, Harm Lambers van Theater Kikker, Arjon Dunnewind van Impakt, Peter Tra van Muziekcentrum Vredenburg, Günther Barten van Rumor, Marcel Kranendonk van Stichting Jazz en geïmproviseerde muziek Utrecht en Wieland Eggermont van RASA. 2 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Inhoudsopgave Inleiding ...................................................................................................... 4 Hoofdstuk 1: Nieuwe Muziek ........................................................................ 6 De term nieuwe muziek ................................................................................ 6 Gecomponeerde nieuwe muziek .................................................................. 9 Moderne jazz en geïmproviseerde muziek .................................................... 9 Vernieuwende popmuziek .........................................................................10 Nieuwe wereldmuziek ...............................................................................10 Hoofdstuk 2: Utrechtse klimaat .................................................................. 12 Cultureel klimaat.........................................................................................12 Festivals .................................................................................................12 Podia ......................................................................................................13 Culturele Zondagen ..................................................................................13 Muzikale bestel ...........................................................................................14 Utrechte muziekpodia ...............................................................................14 Podia voor nieuwe muziek .........................................................................14 Hogeschool voor de Kunsten .....................................................................15 Muzikale infrastructuur ................................................................................15 De Utrechtse Harmonie .............................................................................15 De Toonbank ...........................................................................................16 Het Utrechts Componisten Collectief ...........................................................17 Gemeentelijk cultuurbeleid ...........................................................................17 Broedplaatsenbeleid .................................................................................18 Het Muziekpaleis ......................................................................................19 Hoofdstuk 3: Podiumprogrammering in Utrecht ......................................... 20 Muziekcentrum Vredenburg ..........................................................................22 Programma .............................................................................................25 Theater Kikker ............................................................................................27 Programma .............................................................................................29 Huis aan de Werf/Festival aan de Werf ..........................................................32 Programma .............................................................................................35 SJU Jazzpodium ..........................................................................................36 Programma .............................................................................................40 Wereldculturencentrum RASA .......................................................................41 Programma .............................................................................................45 Impakt ......................................................................................................46 Programma .............................................................................................48 Rumor .......................................................................................................49 Programma .............................................................................................51 Hoofdstuk 4: Stand van zaken .................................................................... 53 Programmering ...........................................................................................54 Achtergrond ...............................................................................................56 Publiek ......................................................................................................57 Samenwerking ............................................................................................59 Financiële middelen .....................................................................................60 Muziekpaleis ...............................................................................................61 Conclusie en aanbevelingen ..........................................................................62 Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage 1: 2: 3: 4: 5: 6: Programma Programma Programma Programma Programma Programma Nieuwe Muziek Vredenburg ...........................................63 (Nieuwe) Muziek Theater Kikker ....................................64 Nieuwe Muziek Huis/Festival aan de Werf .......................65 Nieuwe Muziek SJU Jazzpodium .....................................66 Nieuwe Muziek Impakt .................................................67 Nieuwe Muziek Rumor ..................................................68 3 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Inleiding De stad Utrecht is een kleine stad met een rijk cultureel leven. Er wordt veel georganiseerd voor een breed en divers publiek. Ongeveer maandelijks is er een Culturele Zondag met een (veelal) gratis toegankelijk programma. Er zijn gedurende het jaar verschillende, duidelijk zichtbare festivals met ieder een eigen invalshoek. Daarnaast worden er een groot aantal gratis optredens en concerten georganiseerd. Bovendien zijn er naast de professionele orkesten talloze amateur-orkesten, -toneelverenigingen en -koren, al dan niet speciaal voor studenten. Het is voor de Utrechtse burger dus eenvoudig deel te nemen aan cultuur of het te bezoeken. Het is duidelijk dat het culturele leven zeer divers en goed georganiseerd is. Maar wat is de stand van zaken rond het ondergeschoven kindje van de muziekscène, de nieuwe of hedendaagse muziek? Wat is de actuele situatie van de programmering van nieuwe muziek op de Utrechtse podia? Hoewel het landelijk gezien niet slecht gaat met de animo voor de podiumkunsten, is het vooral de musical en het cabaret die zich kunnen verheugen op volle zalen.1 Het publiek blijft bij de klassieke muziek steeds vaker weg2 en het publiek dat blijft komen vergrijst. Het publiek voor de nieuwe muziek is een verhaal apart. Nieuwe muziek heeft nooit kunnen rekenen op een groot publiek. Het lijkt dan ook niet aantrekkelijk om nieuwe muziek te programmeren. Toch zou het een gemis zijn in het culturele circuit van Utrecht als de makers en liefhebbers van deze muziek geen eigen plek zouden hebben in het culturele bestel. Allereerst is het van belang kort te sluiten wat er onder nieuwe muziek verstaan wordt en wat niet. Nieuwe muziek is een zeer ruim begrip, waaronder een divers scala aan muziekvormen vallen die op het oor in het geheel geen raakvlakken lijken te hebben. Er zal daarom een poging gewaagd worden om het begrip ‘nieuwe muziek’ te definiëren. Het zal daarbij essentieel zijn de verschillende hoofdstromingen binnen de nieuwe muziek te benoemen en in een historisch kader te plaatsen. Het percentage cabaretbezoekers steeg met 3% in de periode 1995-2003. A. van den Broek (e.a.), 2005, p. 38. 2 Waar in 1995 nog 17 op de 100 inwoners per jaar minstens één klassiek concert bezocht is dit aantal in 2003 gedaald naar 14, deze daling zit vooral in het aantal incidentele bezoekers. Terwijl het aantal muziek uitvoeringen tussen 1999 en 2002 met twintig procent gestegen is. A. van den Broek (e.a.), 2005, p.50 en 39. (Het SCP maakt slechts onderscheid tussen klassieke muziek en populaire muziek.) 1 4 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Vervolgens zal het Utrechtse culturele klimaat verder onder de loep worden genomen. Er zal gekeken worden naar de plaats die de verschillende culturele organisaties in de stad Utrecht innemen; de organisaties die in het oog springen, maar ook de podia en culturele instellingen die zich schijnbaar in de marges bevinden. Onderzocht zal worden waar de muziek zich binnen het culturele veld bevindt. De gemeente speelt hier een niet onbelangrijke rol, daar de meeste organisaties zonder subsidiegelden het hoofd niet boven water zouden kunnen houden. Om deze reden zullen tevens de, voor de nieuwe muziek, belangrijke speerpunten van het gemeentelijk cultuurbeleid aan de orde komen. Zonder musici en componisten is er uiteraard geen nieuwe muziek. Programmeurs die deze muziek programmeren, zorgen ervoor dat de nieuwe muziek op de Utrechtse podia tot klinken komt. Het is dus duidelijk dat de muziekprogrammeurs van de diverse podia en festivals een zeer belangrijke rol spelen, aangezien zij bepalen wie er gehoord wordt en wat er gespeeld wordt. Wat is de visie van de verschillende Utrechtse muziekprogrammeurs op de nieuwe muziek? Welke nieuwe muziek programmeren zij op hun podium of festival en waarom? Aan de hand van gesprekken en de analyse van programmabrochures zal worden gekeken of alle stromingen van de nieuwe muziek in Utrecht aan bod kunnen komen. Daarnaast zal gekeken worden of uit de programmering blijkt dat de Utrechtse ensembles een eigen plek op de podia hebben veroverd. Wat is de stand van zaken rond de programmering van nieuwe muziek in de stad Utrecht? Worden alle stromingen binnen de nieuwe muziek op de Utrechtse muziekpodia vertegenwoordigd? Het toekomstige Muziekpaleis, een samengaan van het Muziekcentrum Vredenburg, poptempel Tivoli en het SJU Jazzpodium, zal in 2010 de deuren openen. Misschien kan het Muziekpaleis bijdragen aan een meer diverse muziekprogrammering in de stad, maar het kan ook een bedreiging vormen voor de kleinere initiatieven die Utrecht rijk is. In het laatste hoofdstuk van dit onderzoek zal nagegaan worden welke podiumsituatie er bestaat voor nieuwe muziek en wat de belangrijkste moeilijkheden en mogelijkheden zijn voor de Utrechtse nieuwe muziek programmering zijn. 5 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Hoofdstuk 1: Nieuwe Muziek De term nieuwe muziek De belangrijkste vraag is natuurlijk wat er verstaan wordt onder ‘nieuwe muziek’. In dit onderzoek wordt uitgegaan van nieuwe muziek in de breedste zin van het woord. Uit de gesprekken met Utrechtse muziekprogrammeurs blijkt dat ieder een eigen definitie hanteert van deze term. Sommigen van deze programmeurs geven zelfs de voorkeur aan andere termen als hedendaagse, avontuurlijke, actuele of moderne muziek. In dit onderzoek zal echter de term ‘nieuwe muziek’ worden gehanteerd, daar deze term de grootste reikwijdte impliceert. Letterlijk is nieuwe muziek, muziek die op dit moment gecomponeerd of geïmproviseerd wordt. Programmeurs houden zich echter niet streng aan deze omschrijving. Muziek van Stravinsky die al in het begin van de vorige eeuw werd gecomponeerd en ten gehore werd gebracht, kan heden ten dage nog steeds in de brochure worden aangeduid als nieuwe muziek. Tegenwoordig zullen er geen rellen meer uitbreken in de concertzaal als de Sacre du printemps (1912) van Stravinsky ten gehore wordt gebracht. De muziek die toentertijd baanbrekend werd gevonden, wordt nu voor lief genomen. Het is duidelijk dat de term ‘nieuwe muziek’ op een breed scala van muzieken toepasbaar is. Wat als ‘nieuwe muziek’ wordt geprogrammeerd is geheel afhankelijk van wat de programmeur hieronder verstaat. Bovendien is het afhankelijk van het soort podium waar deze muziek wordt gespeeld. Podia hebben hun eigen ontstaansgeschiedenis, wensen en verwachtingen van hun publiek en een specifiek cultureel profiel. Muziek staat, als alle kunstdisciplines, niet los van de maatschappij waarin ze ontstaat. De twintigste eeuw is een eeuw geweest waarin de industriële en technologische ontwikkelingen elkaar in een hoog tempo hebben opgevolgd. Dit heeft gezorgd voor grote sociale en maatschappelijke veranderingen. In de jaren zestig is er in Nederland sprake van een steeds grotere politieke bewustwording van de bevolking. Provo’s en Kabouters zorgden op politiek vlak voor onrust. Ook een grote groep kunstenaars komt in de roerige jaren zestig in opstand tegen de gevestigde culturele instellingen. Ze vertalen de maatschappelijke veranderingen naar het artistieke niveau.3 Zo keert 3 J.R. Zoutman, 1995, p 7. 6 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 de Aktie Tomaat zich tegen de grote en gevestigde theatergezelschappen. De Bond van Beeldende Kunstenaars bezetten door het hele land musea. Ook de muziekwereld blijft niet verstoken van acties en krijgt te maken met de actiegroep de Notenkrakers. De Notenkrakers maakten naam in 1969 door een concert van het Concertgebouworkest te verstoren. Hun eis was democratisering van het muziekleven; meer transparantie van de besluitvorming binnen het programmabeleid van de grote muziekinstellingen. Dit zou automatisch tot gevolg hebben dat er meer aandacht zou komen voor het eigentijdse repertoire.4 Tevens wordt in deze periode door de jazzmusici Han Bennink, Willem Breuker en Misha Mengelberg de Instant Composers Pool opgericht. Ze verdachten de concertorganisatoren en de commerciële platenmaatschappijen ervan door arbitraire voorkeuren de doeltreffende verspreiding van hun muziek te dwarsbomen, omdat deze de activiteiten van de Pool blijkbaar als randverschijnselen van de muziek beschouwden. Door het oprichten van de Pool wilden de musici ervoor zorgen dat geïmproviseerde muziek in de vorm van platen en concerten voor publiek beschikbaar werd en zo op een breder draagvlak kon rekenen.5 Dit tezamen markeerde een omslag in het culturele leven in Nederland. Bovendien nam de populaire cultuur vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw een steeds prominentere plaats in de gehele samenleving in. Popmuziek werd de manier van jongeren om zich te uiten en om zich mee te identificeren.6 De media radio en televisie kregen een steeds belangrijkere plaats in de samenleving. Ook de enorme ontwikkeling van geluidsdragers is niet te onderschatten; achtereenvolgens de elpee, het cassettebandje, de cd en dvd en het Internet zorgden voor een almaar snellere en gemakkelijkere manier om muziek te registreren, te dupliceren en te distribueren. Muziek is een kunstvorm die zich gemakkelijk kan aanpassen, ook aan deze maatschappelijke en technologische omslag in het culturele leven in Nederland. ‘De muziek als discipline is bij uitstek in staat om zowel het goede te behouden als nieuwe ontwikkelingen in zich op te nemen. […] Naast Bach en Beethoven, de romantische traditie en de complete conservering van de twintigste eeuw gaat de muziek ongebroken en vitaal voort met incorporeren van veranderingen als technologie, beeldcultuur, zap-generatie, massamedia, informatie samenleving, globalisering, vrijetijdsindustrie, individualisering, flexibilisering…’.7 Muziek is aan alle kanten beïnvloed en dat is ook de reden dat er heden ten dage zoveel soorten muziek naast elkaar kunnen bestaan. Zoals gezegd is nieuwe muziek strikt gezien de muziek die nu, vandaag de dag geproduceerd en uitgevoerd wordt. Maar ook muziek E. Schönberger, 1996, p 129-135. K.N. Looten, 2000, p. 8. 6 ‘Music, in short, is not just something young people like and do. It is in many ways the model for their involvement in a common culture which provides the resources to see beyond the immediate requirements and contradictions of work, family and the dole’. Willis, 1990, p. 82. 7 B. van Rosmalen, 1998, p 7-8. 4 5 7 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 die op dit moment actueel is omdat zij van bijzondere betekenis kan zijn voor de hedendaagse muziekpraktijk.8 Desalniettemin zal in dit onderzoek uitgegaan worden van een zeer brede interpretatie van de term ‘nieuwe muziek’. Het is daarom nuttig om allereerst een poging te wagen een onderscheid te maken in de verschillende soorten vormen van nieuwe muziek die er tegenwoordig bestaan. Natuurlijk zijn de scheidslijnen tussen deze vormen erg vaag en blijft het moeilijk om alle muziek in een hokje te plaatsen. Des te meer omdat het gemeengoed is geworden verschillende muzieksoorten te combineren, uitstapjes te maken naar andere muziekvormen of zelfs andere kunstdisciplines. Bureau Berenschot schetste in een onderzoek naar de podiumkunstensituatie na 2000 al twee toekomstscenario’s. Bij beide scenario’s, het hoofdstroom-tegenstromen scenario en het pluriformiteitsscenario, werd ervan uit gegaan dat door kruisbestuivingen en dwarsverbindingen tussen de verschillende disciplines binnen de podiumkunsten een nieuwe, kleinschalig aanbod zou ontstaan.9 Crossover, het mengen van verschillende stijlvormen, is tegenwoordig inderdaad steeds meer regel dan uitzondering geworden. Letterlijk betekent crossover ‘brug tussen stijlen, vormen en culturen’. In de crossover worden experimenten of nieuwe wegen gezocht en noten uit verschillende genres uitgewisseld uit vriendschap of wederzijds artistiek respect.10 ‘Alles kan en mag tegenwoordig. Het is voor kunstenaars en componisten allang niet meer nodig zich ergens tegen af te zetten of op een andere manier politiek te bedrijven. Dat beschouw ik als een enorme winst. Hoewel muziek best heel waardevol kan zijn als zij een intellectueel statement maakt, is kunst naar mijn idee pas echt relevant als zij nergens meer toe hoeft te dienen, maar gewoon kan zijn wat ze is. Dan ontstaat uiteindelijk iets wat aan de kluwen van reden, oorzaak en functionaliteit, aan onze wereld van tegenstellingen, ontstijgt. Maar totale vrijheid brengt ook het gevaar van gemakzucht met zich mee. Stijlen worden tot fijne cocktails gemixt, en dat kan soms prikkelend en verfrissend zijn, maar de verleiding tot aanklooien is groot.’ – Merlijn Twaalfhoven, componist.11 In het onderzoeksrapport naar centrum voor actuele muziek in de of actuele muziek ingedeeld in drie de geïmproviseerde muziek en muziek. de mogelijke oprichting van een stad Rotterdam12, wordt de nieuwe hoofdstromingen; de moderne jazz, de hedendaagse gecomponeerde M. Verhoeven, 2003, p 12. Walter Maas Huis, 1995, p. 7. 10 In de jaren negentig van de vorige eeuw kwam de term cross-over steeds meer in zwang. De klassieke muziek markt stond op instorten en de platenmaatschappijen gebruikten de term om hun muziek te promoten. De marketingtruc was om klassieke muziek te combineren met een populaire artiest uit de pop- of jazzwereld in de hoop hiermee een breder publiek aan te spreken. In deze hoedanigheid heeft de term een negatieve nasmaak gekregen. Toch heeft dit uitwisselen van stijlen veel goede en vernieuwende muziek opgeleverd. Zie P. Janssen, Luister, 1999. 11 M. Heinrichs, 2004, p. 51. 12 J.R. Zoutman, 1995, p. 7-9. Dit is een onderzoeksrapport in opdracht van diverse Rotterdamse podia die actuele muziek programmeren. 8 9 8 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 In het kader van dit onderzoek naar de programmering van nieuwe muziek in Utrecht zal uitgegaan worden van een soortgelijke indeling. De moderne jazz en geïmproviseerde muziek zullen echter door het grote aantal raakvlakken samengevoegd worden. Toegevoegd zal worden de vernieuwende wereldmuziek en de vernieuwende, niet mainstream, popmuziek. Deze vier hoofdstromingen completeren in hoofdzaak praktisch het gehele scala aan nieuwe muziek, dat ten gehore gebracht wordt op de Utrechte podia. Uiteraard zijn er altijd artiesten, ensembles en componisten die zich op de grensvlakken van deze hoofdstromingen begeven en lastig in te delen zijn. Gecomponeerde nieuwe muziek Binnen de gecomponeerde nieuwe muziek zal in dit onderzoek onderscheid gemaakt worden tussen oude en nieuwe gecomponeerde nieuwe muziek. Allereerst is er de ‘oude’ gecomponeerde nieuwe muziek, ontstaan in de eerste helft van de twintigste eeuw, met als voorgangers componisten als Stravinsky en Schönberg. Men ging in tegen de conventies van de klassiek-romantische traditie. De strenge regels van de klassieke tonale vormprincipes worden verlaten. Ton de Leeuw duidt dit aan als de verbrokkeling in en verzelfstandiging van de elementen of ‘parameters’, als harmoniek, klankkleur en dynamiek.13. De componisten van deze generatie hebben het startsein gegeven voor de nieuwe muziek zoals die vandaag de dag wordt gecomponeerd. Zoals Bart van Rosmalen schreef: ‘de rellen rond de Sacre en de visionaire en rebels, alle heilige huisjes omver schoppende bewegingen zijn uitgemond in een veelzijdig, van overheidswege gesubsidieerd en zakelijk gestructureerd muziekleven’.14 De Sacre is echter al bijna een hele eeuw geleden gecomponeerd en kan dus met goed fatsoen geen ‘nieuwe muziek’ meer genoemd worden. In dit onderzoek zal dan ook uitgegaan worden van de muziek vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw. Vanaf het moment dat de Notenkrakers, met in de hoofdrol onder andere de componisten Reinbert de Leeuw, Louis Andriessen, Jan van Vlijmen en Peter Schat, de orde in muziekland verstoorden en de nieuwe gecomponeerde muziek meer in de kijker zetten. Onder ‘nieuwe’ gecomponeerde nieuwe muziek wordt verstaan de muziek die op dit moment gecomponeerd wordt. Alle kunstmuziek die door levende componisten in deze tijd gemaakt wordt in zowel Nederland als de rest van de Westerse wereld.15 Moderne jazz en geïmproviseerde muziek Begin twintigste eeuw kwamen de eerste vormen van de jazzmuziek vanuit de Verenigde Staten Nederland binnen. Verschillende grote jazzorkesten uit Amerika kwamen op bezoek. Na de Tweede Wereldoorlog kwam er een revival van de traditionele jazz, maar was T. de Leeuw, 1977, p 9. B. van Rosmalen, 1998, p 6. 15 Een aantal componisten die in de jaren zestig en zeventig van de twintigste eeuw furore maakten, zijn tegenwoordig nog steeds actief. Dit bemoeilijkt de categorisering van hun werk. 13 14 9 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 ook de opkomst van de bebop. Het Nederlandse jazzcircuit keek vooral naar wat er in de Verenigde Staten gebeurde en pikte deze ontwikkelingen op. In de loop van de jaren zestig raakten zowel de Europese als Amerikaanse musici enigszins uitgekeken op de bop en gingen op zoek naar iets nieuws. Dit werd gevonden in de free jazz, waarin men alle conventionele regels liet varen. De enige regel was dat alle regels, als tonaliteit, puls en vorm, verboden waren. De muziek van de Instant Composers Pool bouwde voort op deze ontwikkelingen, maar week hier tegelijkertijd vanaf door een bredere keuze van materiaal in hun improvisatie. Ze lieten zich beïnvloeden vanuit diverse hoeken, als de volksmuziek, de fanfare, de klassieke muziek en de niet-westerse muziek. Kenmerkend was dat de materialen als radicaal verschillende elementen bijeen werden gebracht of tegenover elkaar werden gezet.16 Dit markeerde de opkomst van een eigentijdse Nederlandse geïmproviseerde muziekpraktijk. De jazz kreeg hierbij als het ware een nieuw soort rol in de het culturele bestel. De jazz was niet langer de amusementsmuziek van de samenleving, maar werd kunst. Vernieuwende popmuziek Vernieuwende popmuziek is zeer moeilijk te definiëren. Onder vernieuwende popmuziek kan het beste popmuziek verstaan worden die zich ver buiten de geijkte paden van de mainstream pop begeven. Tegenwoordig is er echter geen echte mainstream meer aan te wijzen. Binnen het enorme populaire aanbod bestaat er een veelheid aan stromingen. Bovendien is de popmuziek niet vreemd van samenwerking en cross-over tussen deze verschillende stromingen. Een duidelijk vroeg voorbeeld van samenwerking tussen de verschillende stromingen in de popmuziek is de gezamenlijke hit van leden van de rockband Aerosmith en hiphopformatie Run-D.M.C. in 1986.17 Hoewel dit als vernieuwend gezien wordt, valt dit echter niet onder de ‘vernieuwende popmuziek’. Vernieuwende popmuziek kan ontstaan als musici uit de popmuziek het experiment aangaan door bijvoorbeeld het ontwikkelen van een nieuw vocabulaire of een nieuw instrumentarium. Frank Zappa kan gezien worden als één van de eerste artiesten in de popmuziek die het experiment aanging. ‘Round 1966 Zappa began to receive notice as a rock musician, who knew something about ‘serious music’.18 De technologische ontwikkelingen hebben hiervoor een veelheid aan mogelijkheden geschapen. Nieuwe wereldmuziek Kunstmuziek waarin volksmuziek uit andere culturen wordt geïntegreerd, wordt al decennia lang gecomponeerd. De wereldtentoonstelling in Parijs van 1889 is eigenlijk het begin geweest van de westerse interesse in de oosterse culturen. In de kunstmuziek is K.N. Looten, 2000, p.14-15. Een duidelijk vroeg voorbeeld van samenwerking in de popmuziek tussen de verschillende stromingen is de gezamenlijke hit van rockband Aerosmith en hiphopformatie Run DMC. 18 J.W. Bernard, 2004, p. 277. 16 17 10 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bartok een goed voorbeeld van een componist die in het begin van de twintigste eeuw ritmische en melodische elementen uit de folklore in zijn composities assimileerde. Uiterlijk lijkt zijn muziek echter in het geheel niet op volksmuziek; het gebruik van deze elementen kunnen slechts gezien worden als uitbreidingen van het romantische expressiegebied. 19 In de jaren dertig van de twintigste eeuw werd de muziek uit het Oosten beter bekend door opnames en verslagen van etnologen.20 In Amerika ging de componist John Cage zich verdiepen in de oosterse filosofie en integreerde dit in zijn werk. Olivier Messiaen nam in Frankrijk de muzikale ideeën uit het oosten over. Ton de Leeuw was de eerste Nederlandse componist in wiens oeuvre ‘de consequenties van een confrontatie met oosterse culturen meer was dan een ‘oosters’ sausje’.21 Na zijn lessen van etnomusicoloog Jaap Kunst en zijn eerste studiereis naar India in 1961, begrijpt Ton de Leeuw dat de filosofie achter de oosterse muziek een andere is dan bij de westerse cultuur. In zijn composities poogt hij beide op zijn manier te combineren.22 Ook de populaire muziek is in de jaren zestig van de vorige eeuw in de ban van de oosterse muziek. De Indiase sitarspeler Ravi Shankar drukt zijn stempel op de muziek van de flower-power en de underground muziekstromingen. Waarschijnlijk hebben onder andere deze ontwikkelingen de interesse in niet-westerse culturen verder aangewakkerd. Bovendien is de wereld gedurende de twintigste eeuw steeds kleiner geworden, waardoor het makkelijker is voor muziek én musici om over de hele wereld te reizen. Musici van over de hele wereld kunnen elkaar ontmoeten om stijlen, ervaringen en expertise uit te wisselen. Ook het instrumentarium van buiten Europese culturen biedt een scala aan nieuwe mogelijkheden. Tegenwoordig worden er concerten gegeven door gelegenheidsensembles, die een combinatie vormen van ensembles uit verschillende culturen. Onder nieuwe wereldmuziek wordt derhalve zowel nieuwe muziekstromingen uit niet-westerse culturen verstaan als de nieuwe combinaties van muziek uit verschillende culturen. 19 20 21 22 T. de Leeuw, 1977, p. 18. P. Griffiths, 1978, p 93-105. L. Samama, 1986, p. 230. Een van de opvallendste werken van De Leeuw is ‘Gending’ voor gamelanensemble uit 1975. 11 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Hoofdstuk 2: Utrechtse klimaat Cultureel klimaat Festivals Utrecht is een studentenstad bij uitstek. De eeuwenlange aanwezigheid van de universiteit heeft zijn sporen achtergelaten in de stad Utrecht. Nog steeds is een groot deel, namelijk tien procent, van de Utrechtse bevolking student. Sinds de jaren zestig van de twintigste eeuw heeft Utrecht zich echter ontwikkeld van een enigszins gezapige studentenstad tot een stad met een bloeiend stedelijk en cultureel klimaat. Nieuwbouw in het stadscentrum luidde een belangrijke periode van stedelijke verandering en stedelijke vernieuwing in.23 Het aantal winkels, galeries en horecagelegenheden werd sterk uitgebreid. De explosieve groei van het totale terrasoppervlakte in Utrecht vanaf 1970 is opzienbarend. De stad Utrecht ging steeds meer aandacht besteden aan vrijetijdsvoorzieningen en het aantrekkelijk maken van de stad. Vanaf de jaren tachtig is Utrecht zich gaan profileren als festivalstad met landelijke uitstraling, als ‘Ciudad de las Fiestas’.24 Festivals trekken bezoekers van binnen en buiten de stad en bieden werkgelegenheid. Bovendien hebben evenementen, zoals festivals, een gunstige invloed op het bedrijfsleven. De positieve effecten van de aanwezigheid van festivals deden de gemeente Utrecht besluiten deze structureel te stimuleren en te subsidiëren. Anno 2005 is Utrecht talloze festivals rijk. Op het gebied van film biedt Utrecht onder andere het Nederlands Film Festival en het Holland Animation Film Festival. Springdance/festival verzorgt tweejaarlijks een groot internationaal dansfestival. Voor de liefhebber van audiovisuele kunst is er het Impakt Festival. Daarnaast is er het multidisciplinaire Festival aan de Werf, Tweetakt voor de jongere kunstminnaars, de Nacht van de Poëzie en doet het reizende theaterfestival De Parade ieder jaar Utrecht aan. Het grootste muziekfestival is het internationaal bekende Holland Festival Oude Muziek. Daarnaast is er op muziekvlak nog onder andere de Bluesroute, het SJU Jazzfestival, de Nederlandse Muziekdagen en Rumor. En dit is bij lange na nog niet het volledige aanbod aan festivals en evenementen op het gebied van de kunsten in Utrecht. 23 24 Gemeente Utrecht, Investeren in makers en publiek, 2000, p. 17. M. Slieker, 2002, p 16. 12 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Podia Terwijl de talloze festivals de grote blikvangers in Utrechts zijn, zijn deze echter steeds tijdelijk aanwezig in de stad. De drie grote culturele peilers van de stad die het gehele jaar zichtbaar zijn en Utrecht structureel van cultureel aanbod voorzien, zijn de Stadsschouwburg Utrecht, het Muziekcentrum Vredenburg en het Centraal Museum. Het grootste deel van het kunst- en cultuurbudget gaat naar deze drie gemeentelijke ‘cultuurdiensten’.25 Tevens neemt poptempel Tivoli een opvallende plaats in, met een brede en internationale programmering. Deze vier hebben een landelijke uitstraling en trekken publiek van binnen en buiten de stadsgrenzen. Naast deze grote vier zijn er diverse middelgrote en kleinere podia en kunstinstellingen in de stad Utrecht. De meeste bevinden zich in de oude binnenstad. Tot slot zijn er door de hele stad talloze horecagelegenheden die - al dan niet incidenteel kunst tonen of als muziekpodium fungeren. Culturele Zondagen Bij het aantreden van het College van Burgermeester en Wethouders in 2000 was het één van de tien Collegebeloften voor het de periode 2001-2006 dat Utrecht Culturele Zondagen zou krijgen. De Culturele Zondagen moeten een bijdrage leveren aan het verlevendigen van de stad Utrecht en mensen in contact brengen met voor hen nieuwe kunst en cultuur. ‘Culturele Zondag staat voor een hoogwaardig cultureel aanbod voor een brede doelgroep verzorgd door een samenwerking van instellingen’.26 In 2001 werden bij wijze van experiment door de gemeente elf zondagen georganiseerd. Sinds 2002 is de organisatie geheel in handen van de Stadsschouwburg en Muziekcentrum Vredenburg. Ongeveer één keer per maand worden er een zondag lang, veelal gratis toegankelijke, culturele en recreatieve activiteiten rond een bepaald thema georganiseerd. Alle mogelijke kunstdisciplines komen aan bod; muziek, theater, film, literatuur en beeldende kunst in al hun verschijningsvormen. Aan de zondagen in 2004 deden ongeveer 95 Utrechtse culturele instellingen mee. De Culturele Zondagen zijn steeds populairder geworden en trekken een steeds groter en divers publiek aan. 27 Door de mensen cultuur te laten beleven, probeert men hen dichter bij de kunst te brengen, wat uiteindelijk een positief effect kan hebben op de bezoekersaantallen bij de diverse culturele instellingen in de stad. Een aantal van deze zondagen heeft een programma met nieuwe muziek. Zo wordt er in september 2005 ‘Muziek in de Oudegracht’ georganiseerd; dit is een combinatie van geïmproviseerde muziek en audiovisuele media. Ook is er tijdens de Nederlandse Muziekdagen in de maand december een ‘Dag muziek (NL)’ met voornamelijk Nederlandse hedendaagse muziek. 25 26 27 Gemeente Utrecht, Cultuurbeeld 2003, 2003, p. 23. Gemeente Utrecht, Afdeling Bestuursinformatie, 2003, p. 26. De dertien Culturele Zondagen in 2004 hebben in het totaal 120.500 bezoekers getrokken. 13 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Muzikale bestel Utrechte muziekpodia Op muzikaal gebied nemen Muziekcentrum Vredenburg en poppodium Tivoli vanzelfsprekend een vooraanstaande plaats in. Naast Tivoli zijn er enkele kleinere podia voor populaire muziek; De Helling (een dependance van Tivoli), EKKO voor de minder grote namen in de alternatieve popmuziek en gelegaliseerd kraakbolwerk en politiek cultureel centrum ACU. Ook oefenstudiocomplex dB’s en muziekcafé ’t Oude Pothuys geven ruimte aan, vaak Utrechtse, bandjes. Voor de jazz en geïmproviseerde muziek is er het SJU Jazzpodium en het particuliere initiatief Cees place. Vlakkevloer theaters Kikker en Huis aan de Werf hebben een multidisciplinair karakter en programmeren allerlei vormen van experimentele nieuwe muziek. Wereldculturencentrum RASA biedt een divers aanbod van niet-westerse en wereldmuziek. Naast de bekende podia zijn er een aantal café’s in Utrecht waar muziek een kans krijgt zich te laten horen. Dit is nog afgezien van de talloze horecagelegenheden die zich in de uitgaansmarkt willen onderscheiden met het verzorgen van de muziek door een (gast)DJ. Grote blikvanger op festivalgebied is natuurlijk het Holland Festival Oude Muziek, dat een internationale uitstraling heeft. Ook de Nederlandse Muziekdagen, het internationale Franz Liszt Pianoconcours en het SJU Jazzfestival vinden in het Vredenburg in Utrecht plaats. Città della Musica, een vereniging van twaalf organisaties, organiseert het gehele jaar door concerten in de binnenstadskerken. Daarnaast wordt er jaarlijks de Bluesroute georganiseerd met diverse binnen- en buitenpodia door de hele binnenstad heen. Podia voor nieuwe muziek Ondanks het grote aanbod aan podia, is voor de makers van nieuwe muziek de gelegenheid zich te laten horen klein. De meeste speelplekken in Utrecht richten zich uit winstoogmerk primair op de diverse stromingen in de populaire muziek. Er is een beperkt aantal organisaties waar nieuwe muziek wordt geprogrammeerd. De grootste aanbieders van nieuwe en vernieuwende muziek zijn de gemeentedienst Vredenburg en het gesubsidieerde Theater Kikker. Ook het SJU Jazzpodium biedt in haar muziekprogramma vernieuwende geïmproviseerde muziek. De Utrechtse ensembles voor nieuwe muziek zullen voornamelijk bij deze drie organisaties de mogelijkheid krijgen op te treden. Daarnaast is er bij Huis aan de Werf, RASA en EKKO een plaats in de programmering voor vernieuwende initiatieven. Verder worden er sinds 1995 gedurende het jaar door Rumor de Rumorfestivalavonden met vernieuwende muziek georganiseerd. Deze avonden hebben een festivalkarakter; de bezoeker kan met één entreebewijs drie verschillende podia in de stad bezoeken waar na elkaar een concert gegeven wordt. Tenslotte brengt ook het Impakt 14 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 festival, dat zich in hoofdzaak richt op de audiovisuele kunst, een programma met nieuwe muziek. Hogeschool voor de Kunsten Een andere belangrijke peiler in de muzieksector in Utrecht is de aanwezigheid van een vakopleiding; de faculteit muziek van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU), in de volksmond het Conservatorium geheten. De aanwezigheid van het Conservatorium genereert ieder jaar weer een stroom jong muzikaal talent naar de stad. Studenten krijgen tijdens hun studie kansen zich op de Utrechtse podia te laten horen. Zowel Muziekcentrum Vredenburg, Theater Kikker, het SJU Jazzpodium en café Hofman geven de studenten geregeld de ruimte. Vredenburg heeft de serie ‘Conservatoriumconcerten’ en zowel Kikker als Vredenburg hebben gratis lunchconcerten van studenten in hun programma. De richting lichte muziek van het Conservatorium kan terecht bij het SJU Jazzpodium en café Hofman. Bovendien beschikt het Conservatorium over twee eigen concertzalen, de grote Fentener van Vlissingenzaal en een kleine zaal in het Kunsten & Wetenschappen gebouw aan de Mariaplaats. Hier zijn geregeld (eindexamen)concerten die gratis toegankelijk zijn voor publiek. In het advies van de Commissie Cultuurnota 2005-2008 van de Gemeente en Provincie Utrecht wordt echter wel aangegeven dat ‘er kansen blijven liggen waar het gaat om de zichtbaarheid van het Conservatorium in de stad en de samenwerking tussen het Conservatorium en Utrechte muziekorganisaties en –initiatieven’.28 Ook de faculteit Kunst, Media en Technologie (KMT) van de HKU, weliswaar gevestigd in Hilversum, is van belang. De opleiding Muziek en Technologie, richt zich op elektronische en computergestuurde muziek en het gebruik van nieuwe media. Studenten van deze opleiding presenteren zich jaarlijks in de Nicolaïkerk in Utrecht en zijn vaker te horen op de Proeflokaalavonden in Theater Kikker. Bovendien zijn er contacten tussen de faculteit KMT en enkele ensembles in Utrecht als het Rosa Ensemble, Ensemble Gending en Insomnio. Muzikale infrastructuur De Utrechtse Harmonie Samenwerking is erg belangrijk voor organisaties in de culturele wereld. Afstemming van de programmering kan ertoe leiden dat er enerzijds niet dubbel geprogrammeerd wordt en er anderzijds geen hiaten ontstaan in het complete programma in de stad. Het zorgt voor een duidelijk artistiek profiel naar de buitenwereld toe. Daarnaast kan het leiden tot nieuwe samenwerkingsverbanden tussen de verschillende 28 Gemeente en Provincie Utrecht, 2004, p. 18. 15 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 organisaties en het ontwikkelen van een gezamenlijke visie naar de politiek toe. Een vergelijkbaar samenwerkingsverband, het Utrechts Model, bestaat al geruime tijd voor de Utrechtse theatersector. Ook in de muzieksector is een overlegorgaan in het leven geroepen, de Utrechtse Harmonie. Bij dit platform zijn alle grotere Utrechtse muziekpodia aangesloten. De Utrechtse Harmonie omvat twee overleggen; een programmeursoverleg en een overleg voor de directeuren van de muziekinstellingen. Het programmeursoverleg is inhoudelijke gericht, terwijl het directeurenoverleg zich bezighoudt op meer beleidsmatig niveau. Sinds kort maken ook het ensemblebureau de Toonbank en een aantal ensembles deel uit van het platform. De doelstelling en missie van de Utrechtse Harmonie is innovatie, infrastructuur en inhoud. Innovatie in de zin van het verleggen van grenzen en het opzetten van nieuwe initiatieven. Bij infrastructuur gaat het om exploitatie. Inhoud houdt in dat men in de programmering aansluiting zoekt bij de ontwikkelingen in de muziek. Ook wordt er nagedacht over een Utrecht-brede invulling van grotere en kleinere projecten als de Vrede van Utrecht en Utrecht Culturele Hoofdstad van Europa of ‘Het jaar van …’. De functie van het Utrechtse Harmonie is enerzijds om te fungeren als netwerkorganisatie waarin de deelnemers onderling kunnen profiteren van elkaars kennis. Anderzijds kan de Utrechtse Harmonie gezien worden als lobbygroep ten behoeve van het beïnvloeden van de politiek.29 De Toonbank In 2001 is het Ensemblebureau de Toonbank opgericht op initiatief van de gemeente, het Conservatorium en een aantal Utrechtse ensembles. De noodzaak van de oprichting was het te versnipperde muzikale veld in Utrecht. De Toonbank is een tijdelijk service- en promotiebureau voor een groot aantal ensembles van diverse pluimage. Doel van het bureau is tweeledig. Enerzijds wil het ensembles steunen op weg naar verdere professionalisering in het kader van het cultureel ondernemerschap.30 Anderzijds beoogt het een betere zichtbaarheid van de ensembles en bundeling van informatie en expertise, waardoor lobby en promotiedoeleinden makkelijker te verwezenlijken zijn. Bijna vijftig ensembles zijn bij het bureau aangesloten. De Toonbank heeft een inventarisatie gemaakt van de meest voorkomende problemen waar de ensembles mee kampen. Ondanks hun hoogstaande artistieke kwaliteit hebben de ensembles moeilijkheden met de zakelijke kant van hun bestaan. Zij hebben behoefte aan kantoorruimte, projectgeld, meer speelmogelijkheden in Utrecht en uitbreiding op zakelijk en organisatorisch gebied.31 Vanuit deze inventarisatie hebben vier ensembleorganisaties uit de nieuwe muziek het idee opgevat om een Muziekhuis op te richten. Het Muziekhuis is een initiatief van Insomnio, Rosa Ensemble, Global Village Orchestra en Vereniging Baixim. Het plan Utrechtse Harmonie, Verslag van de werkconferentie van 29 november 2004. Mede hierdoor is er een grote aanwas te zien aan nieuwe subsidieaanvragen door ensembles voor de cultuurnotaperiode 2005-2008. 31 Bijlage Utrecht Muziekstad, 2002, p. 14. 29 30 16 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 is gevormd naar het voorbeeld van de jeugdtheater werkplaats en kantoorgebouw De Berenkuil. Het Muziekhuis zou een plek moeten zijn waar de ensembles kantoor kunnen houden om hun zakelijke organisatie te verstevigen. Tevens zal het pand een werkplaatsfunctie hebben met repetitieruimtes en een try-out zaal. Daarnaast kan het Muziekhuis fungeren als ontmoetingscentrum, wat mogelijkheden biedt voor artistieke uitwisseling en samenwerking. De Toonbank heeft voor de cultuurnotaperiode 2005-2008 voor het Muziekhuis subsidie aangevraagd bij de Gemeente en Provincie. Helaas is de aanvraag niet gehonoreerd. Weliswaar was de commissie cultuurnota van mening dat er budgettaire ruimte voor de ontwikkeling van het initiatief vrijgehouden moet worden, maar vindt de aanvraag te mager uitgewerkt en te weinig concreet ingevuld. Met een beter uitgewerkt plan én nader overleg tussen de initiatiefnemers en overheid kan het Muziekhuis echter in de toekomst nog wel kans maken. Het Utrechts Componisten Collectief Ook ongeveer zestig Utrechtse componisten hebben zich sinds 1997 verenigd in het Utrechts Componisten Collectief (UCC). Doel van het UCC is de onderlinge communicatie te bevorderen en een ‘open podium’ te creëren. Zij ambiëren meer samenwerking met de Utrechtse musici en ensembles en meer uitvoeringen van hun muziek op de muziekpodia van Utrecht en daarbuiten. Jaarlijks organiseren de componisten enkele concerten in Theater Kikker. Gemeentelijk cultuurbeleid Utrecht wil een stad zijn met een rijk cultureel leven. De aanwezigheid van de festivals heeft gezorgd voor een veelheid aan nieuwe artistieke ontwikkelingen en bijgedragen aan een uitbreiding en verbreding van het Utrechtse productieklimaat. Het is echter belangrijk dat er het gehele jaar door de mogelijkheid is kunst te maken en te beleven. Dit is essentieel voor de continuïteit en levendigheid van het stedelijke kunstklimaat en de ontwikkeling van een eigen identiteit. De gemeente Utrecht heeft zich voor de cultuurnotaperiode 2001-2004 ten doel gesteld de positie van Utrecht als stad van makers te versterken. In de periode 2005-2008 wordt deze doelstelling gehandhaafd. Voor een goed productieklimaat is het van belang dat makers beschikken over ‘prettige werk- en repetitiefaciliteiten, behoorlijke projectsubsidies, voldoende ontmoetingsplekken en een ruime mogelijkheid om zich in de stad aan het publiek te presenteren’.32 Een professionele culturele infrastructuur is hiervoor onmisbaar. Het kunstaanbod moet kwaliteit hebben en diverse, in samenstelling en grootte uiteenlopende, publieksgroepen weten aan te spreken. Utrecht wil zich hiermee niet 32 Gemeente Utrecht, Cultuurbeeld 2003, 2003, p. 17. 17 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 alleen landelijk als cultuurstad profileren, maar ook internationaal op de kaart plaatsen. Zeker wanneer Utrecht in 2018 Culturele Hoofdstad van Europa ambieert te worden, is het voeren van een broedplaatsenbeleid van belang. In 2013 wordt bovendien gevierd dat driehonderd jaar geleden de Vrede van Utrecht werd getekend. In het kader hiervan worden vanaf 2005 culturele en cultuurhistorische activiteiten georganiseerd. Hiervoor wordt door de gemeente en provincie Utrecht extra geïnvesteerd in cultuur en cultureel erfgoed. In januari 2003 is er door de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling van de Gemeente Utrecht een Actieprogramma Professionele Muziek voor de periode 2003-2008 opgesteld. Hierin wordt de actuele situatie van de professionele muziekpraktijk nader bekeken, waarbij zowel de succesverhalen als de minder tevredenstellende ontwikkelingen aan bod komen. Dit programma vormt het vertrekpunt voor het door de gemeente te voeren beleid. Speerpunten in het muziekbeleid zijn ten eerste de verdere professionalisering van de muziekpodia; een goede infrastructuur van podia is noodzakelijk voor een bloeiend muziekleven. Veel podia hebben ruimere exploitatiesubsidies nodig om een goed personeelsbeleid te voeren. Daarnaast moet er meerjarige ondersteuning zijn voor de muziekensembles, zodat er een goed productieklimaat kan heersen in de stad. Het is dan lucratief voor Utrechtse musici en componisten in de stad actief te zijn, bovendien kan het een stimulans zijn voor makers van buiten om zich in Utrecht te vestigen. Een aantal ensembles, waaronder het Rosa Ensemble, heeft inderdaad voor de periode 2005-2008 gemeentesubsidie gekregen. Daarnaast wil Utrecht zich in het verlengde van het goede jeugdtheaterklimaat de jeugdopera een extra impuls geven en zijn er plannen voor een jeugdoperawerkplaats.33 In het kader van publieksbereik is een aansprekend educatiebeleid voor alle muziekpodia van groot belang, waarbij uiteenlopende publieksgroepen worden aangesproken. Het meest ingrijpende speerpunt voor de muziek in Utrecht is de ontwikkeling van het Muziekpaleis. (waarover op pagina 18 meer) Broedplaatsenbeleid Op een meer ondersteunend niveau wordt door de gemeente tevens een zogenaamd ‘broedplaatsenbeleid’ gevoerd. Een broedplaats is ‘een complex met geschikte werk- en oefenruimten met de juiste facilitaire voorzieningen, waar individuele kunstenaars en groepen daadwerkelijk, en in een redelijke omvang, kunst maken’.34 Het gaat hierbij uiteindelijk om een menging van functies, mensen en ideeën. Een dergelijke broedplaats is al aanwezig in Utrecht. De Bonte Koe, opgericht in 1997, is gevestigd in een pand aan de Loevenhoutsedijk en is een In Utrecht vindt tweejaarlijks een internationaal jeugdoperafestival plaats georganiseerd door Stichting Yo!. 34 C. Wijn, 2002, p. 7. 33 18 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 productiehuis voor een aantal kunstinitiatieven. De leden van De Bonte Koe zijn afkomstig uit diverse kunstdisciplines. Broedplaatsen kunnen echter ook in de vorm van een werkplaats bij de muziekpodia worden ondergebracht. Het SJU Jazzpodium geeft in het SJU Lab bijvoorbeeld mogelijkheid tot experimenten. Ook Huis aan de Werf profileert zich onder andere als werkplaats voor theater en muziek. Bij Theater Kikker is er maandelijks een Proeflokaal, waarin HKU studenten en professionele musici hun experimenten kunnen tonen aan publiek. Er zijn dus wel degelijk initiatieven op het gebied van broedplaatsen. Desalniettemin blijven er echter nog mogelijkheden onbenut en het is zaak deze mogelijkheden te onderzoeken. Daarbij blijft bij de musici, componisten en ensembles een behoefte bestaan aan meer permanente repetitieplekken, kantoorruimtes en ontmoetingsplekken. Het hierboven besproken plan voor een Muziekhuis kan beschouwd worden als broedplaats. Het Muziekpaleis De afgelopen jaren zijn diverse podia in Utrecht grondig verbouwd; RASA, Theater Kikker, Huis aan de Werf en de Helling35. In 2010 zal de grootste verbouwing en reorganisatie van het podiumbestel in Utrecht gerealiseerd zijn. Op de plaats waar nu nog het Muziekcentrum Vredenburg staat, zal dan het nieuwe Muziekpaleis de deuren openen. De verbouwing van het Vredenburg is onderdeel van de sanering van het stationsgebied. Het paleis zal worden geëxploiteerd door drie organisaties die nu nog hun eigen podium bezitten; Muziekcentrum Vredenburg, Tivoli en het SJU Jazzpodium. Tivoli kampt in het pand aan de Oudegracht nu nog met steeds groter wordende milieu- en logistieke problemen en Het SJU Jazzpodium heeft een huurcontract dat eind 2007 zal aflopen. Het Muziekpaleis zal meer zalen dan het huidige Vredenburg krijgen. Naast de huidige Grote Zaal zullen er vier nieuwe zalen met elk hun eigen foyer bijkomen; een kamermuziekzaal, een popzaal, een jazzzaal en een crossoverzaal. Iedere zaal zal ontworpen worden op de akoestiek en sfeer die voor de verschillende soorten muziek van belang zijn.36 Dit om ervoor te zorgen dat alle drie de partners hun eigen identiteit behouden. In de aanloop worden er gezamenlijk muziekevenementen georganiseerd onder de noemer ‘Het Muziekpaleis’. Wanneer het grootschalige Muziekpaleis er daadwerkelijk zal zijn, zal hier een zeer breed programma worden aangeboden. Dit zal naar alle waarschijnlijkheid zijn weerslag op het Utrechtse podiumbestel hebben. De Helling (voormalig De Vloer) maakt onderdeel uit van Tivoli, de verbouwing echter was in de tijd dat De Vloer het pand exploiteerde. 36 Dit worden in het architectonische plan biotopen genoemd. Elke biotoop is qua sfeer, akoestiek en indeling specifiek ontworpen op het soort muziek dat er ten gehore zal worden gebracht. Voor het gehele bouwplan zijn vier architecten werkzaam. 35 19 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Hoofdstuk 3: Podiumprogrammering in Utrecht In het volgende hoofdstuk komen de belangrijkste Utrechtse podia die nieuwe muziek programmeren aan bod. Tevens zullen twee festivals die vernieuwende muziek brengen worden behandeld. De Utrechtse poppodia, zoals Tïvoli, EKKO en ACU zullen in dit onderzoek buiten beschouwing worden gelaten. Deze podia programmeren gezamenlijk diverse stromingen binnen de populaire muziek. Een aantal concerten zal ongetwijfeld als vernieuwende popmuziek aangemerkt kunnen worden. Zij profileren zich echter niet als podia voor nieuwe muziek, eerder als podia voor niet alledaagse of alternatieve popmuziek in al haar verschijningsvormen. De podia die wel aan de orde komen zijn: Muziekcentrum Vredenburg, Theater Kikker, Huis en Festival aan de Werf, Wereldculturencentrum RASA, SJU Jazzpodium, Impakt en Rumor. Er zal allereerst gekeken worden naar de achtergrond en ontstaansgeschiedenis van de podia en festivals, die een beeld geven vanuit welke achterliggende gedachte de muziekprogrammering tot stand is gekomen. Vervolgens worden de doelstellingen van de organisaties geformuleerd. De doelstellingen zullen in sommige gevallen door de tijd ingehaald of aangepast zijn. Dit kan het gevolg zijn van interne veranderingen van de organisatie; door een ingrijpende verbouwing, een vernieuwde personeelssamenstelling of de aanstelling van een nieuwe directeur of artistiek leider. Het kan echter ook te maken hebben met externe factoren als een verandering in de culturele landkaart van Utrecht of, vaker nog, door de aanpassing aan een nieuw overheidsbeleid. Van belang voor de soort programmering zijn bovendien de faciliteiten waarover de organisaties beschikken. Veel van de podia in Utrecht hebben kortgeleden een verbouwing meegemaakt of zullen in de nabije toekomst verbouwd worden. Dit vergroot in de meeste gevallen de mogelijkheden, maar kan in sommige gevallen juist het programmeren van muziek doen verminderen. Wat wordt waar geprogrammeerd in Utrecht? Om een programmeringsanalyse te kunnen maken, is gekeken naar de frequentie waarin nieuwe muziek concerten37 binnen het gehele programma plaats vinden. Daarnaast is onderzocht welke soort nieuwe muziek geprogrammeerd wordt. Dit is uiteraard afhankelijk van de doelstelling van de organisatie en de persoonlijke visie van de Dit hoeven niet altijd concertante uitvoeringen te zijn, nieuwe muziek kan ook ten gehore worden gebracht op alternatieve wijzen. 37 20 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 programmeur of artistiek leider. Aan de hand van deze informatie kunnen de verschillende organisaties geplaatst worden in het bredere kader van de nieuwe muziekprogrammering in de stad Utrecht. Daarnaast wordt een profiel geschetst van het publiek dat afkomt op de activiteiten van de diverse organisaties, de publiciteitsmiddelen die worden aangewend en de manieren om het publiek aan zich te binden. Het ligt voor de hand dat, mede door de verdiensten van de Utrechtse Harmonie, iedere organisatie een eigen publiek heeft opgebouwd en dat de verscheidene organisaties elkaar niet in de vingers snijden met de muziekprogrammering. Tenslotte is gekeken naar de moeilijkheden en mogelijkheden van de organisaties betreffende de nieuwe muziekprogrammering. Te verwachten is dat iedere organisatie te maken zal hebben met een beperkt budget, aangezien alle besproken organisaties gesubsidieerd worden. Ook is er steeds meer concurrentie in de vrijetijdsindustrie gekomen. Hier zal op een creatieve manier mee om moeten worden gegaan. Informatie is verkregen door het bestuderen van de maandbrochures en jaaroverzichten, het bestuderen van de website en er is overige literatuur geraadpleegd. Tevens zijn er in het kader van dit onderzoek gesprekken gevoerd met de personen die verantwoordelijk zijn voor de muziekprogrammering bij de diverse instellingen. Dit kan een gesprek met de programmeur muziek zijn of, waar deze niet beschikbaar was, met de directeur of artistiek leider. Er is gevraagd naar hun artistieke visie in het algemeen en de visie op nieuwe muziek in het bijzonder, de eventuele knelpunten en de mogelijkheden omtrent het muziekprogramma. Waar van toepassing zijn de adviezen van de diverse overheidsinstellingen en adviesorganen over de betreffende podia en festivals bestudeerd. 21 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Muziekcentrum Vredenburg Van 1871 tot 1956 was het concertgebouw Tivoli aan de Kruisstraat, de voorloper van het huidige Muziekcentrum Vredenburg, het hart van het Utrechtse muziekleven en de thuishaven van het Utrechts Stedelijk Orkest. In 1956 werd dit pand afgebroken en werden de activiteiten van het concertgebouw tijdelijk voortgezet in een noodgebouw aan het Lepelenburg. Het nieuwe onderkomen, het Muziekcentrum Vredenburg werd echter pas in januari 1979 in gebruik genomen. Het Utrechts Stedelijk Orkest, dat al 23 jaar in het noodgebouw repeteerde, kreeg hiermee een eigen onderkomen. Opmerkelijk genoeg werd het orkest amper een jaar na de opening van het muziekcentrum opgeheven. Utrecht verloor hiermee een eigen symfonieorkest en Vredenburg een vaste bespeler. De naam Tivoli is vanaf 1980 verbonden aan het grootste poppodium van Utrecht, dat het leegstaande noodgebouw kraakte. Vanaf 1979 is het Muziekcentrum de grootste muziekinstelling van Utrecht en bezit twee concertzalen; de grote zaal biedt plaats aan 1700 toeschouwers, de kleine zaal aan driehonderd man publiek. Per jaar worden er om en nabij 350 eigen concerten geprogrammeerd. Naast het eigen programma verhuurt Vredenburg de zalen aan derden. Het totaal aan verhuringen bedraagt ieder jaar ongeveer honderd. Van de 350 programmaonderdelen kunnen er 35 tot 40 concerten aangemerkt worden als nieuwe muziek uitvoeringen. Ongeveer tachtig procent van de concerten maken deel uit van een serie. Tachtig procent van de kaarten die verkocht worden voor deze series, worden daadwerkelijk verkocht als serieconcert. Een aantal van deze series worden samen met andere instellingen zoals de Stadsschouwburg, Wereldculturencentrum RASA en filmtheater ’t Hoogt georganiseerd. In samenwerking met de toekomstige partners Tivoli en het SJU Jazzpodium38 en de NPS worden er een aantal concerten georganiseerd onder de naam ‘Het Muziekpaleis’ (voorheen de 3D Super concerten). De nieuwe muziek die klinkt in Vredenburg zit veelal ingebed in een serie. De series waarin nieuwe muziek te horen is zijn de series: ‘Nieuwe Avonturen’, ‘Een eeuw Nieuwe Muziek’ en de omroepserie ‘NPS: Dubbelspel’. Ook in de serie ‘Vrij Spel’ wordt vaker nieuwe muziek gesandwicht tussen de programmering. De meeste nieuwe muziek concerten worden in de grote zaal gegeven, alleen de serie ‘Een eeuw nieuwe muziek’ vindt plaats in de kleine zaal. ‘Opvallend is dat juist deze serie erg goed loopt met 213 abonnementhouders’, aldus Peter Tra, muziekprogrammeur van Muziekcentrum Vredenburg. Bovendien staan er voor het seizoen 2005-2006 een aantal nieuwe series op het Het Muziekcentrum zal verbouwd worden tot Muziekpaleis, dat onderdak zal gaan bieden aan poptempel Tivoli, het SJU Jazzpodium en het Muziekcentrum Vredenburg. 38 22 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 programma, zoals 'Nieuw Muziektheater', 'Whiskey & Wodka' en 'Nederlandse vergezichten'. In het kader van deze series zal tevens avontuurlijke muziek te horen zijn. Het Muziekcentrum Vredenburg is een gemeentedienst en moet derhalve een bepaalde neutraliteit uitstralen. Het is de bedoeling dat iedere Utrechter zich er thuis voelt; er moet eigenlijk voor iedereen iets van zijn of haar gading te horen zijn. De doelstelling die Muziekcentrum Vredenburg zichzelf stelt is daarom een zo breed mogelijke programmering samen te stellen. De gemeente is als het ware hoofdfinancier van Vredenburg. Er is geen geoormerkt subsidiegeld en er zijn geen dwingende afspraken betreffende de inhoud van het programma met de gemeente, behalve dan dat er binnen het gegeven budget gebleven moet worden. Zeker in de huidige slechte economische omstandigheden is het niet meer mogelijk over eventuele tekorten te praten met de gemeente. Op zich is de toegekende subsidie voldoende, maar omdat de betaling van muziekproducties voornamelijk op uitkoopbasis geschiedt en hierdoor de recettefactor groot is, is meer geld altijd beter. Naast de structurele subsidie worden er extra projectsubsidies aangevraagd in het kader van het Actieplan Cultuurbereik. Voor de programmering zijn vier programmeurs in dienst. Twee programmeurs zijn belast met het programmeren van de klassieke muziek inclusief de nieuwe muziek, daarnaast is er een programmeur voor de niet-klassieke muziek en één voor de americana.39 Met de opheffing van het Utrechts Stedelijk Orkest verdween de vaste bespeler van het Vredenburg van het toneel. Tegenwoordig zijn de omroeporkesten frequent te vinden op het podium; vooral het Radio Symfonie Orkest zou gezien kunnen worden als vaste bespeler. Een echte ensemble-in-residence constructie heeft Vredenburg niet.40 Wel worden het Schönberg Ensemble, het ASKO Ensemble, het Nederlands Blazers Ensemble en de Ebony Band regelmatig geprogrammeerd. Door de nationale erkenning die deze ensembles hebben is dit bijna een morele verplichting naar het publiek toe. Ook Utrechtse ensembles als het Rosa Ensemble en Insomnio kunnen zeker in aanmerking komen voor een plaats in de programmering.41 Naast deze twee ensembles onderhoudt Vredenburg veel contact met de Utrechtse ensemblecultuur. Het hoofdbestanddeel van het repertoire van bovengenoemde ensembles bestaat uit nieuwe muziek. In het muziekcentrum komen over het algemeen oudere en hoog opgeleide mensen van binnen, maar ook van buiten de stadsgrenzen. De nieuwe muziek concerten trekken gemiddeld een jonger publiek. Americana is de verzamelnaam voor Amerikaanse muziekstijlen die aan de basis van de popmuziek staan: rock ’n roll, blues, country, folk en alle muziek die is ontstaan uit fusies van deze stijlen. J. van der Plas en M. Schepers, 2003, p. 15. 40 Voor definities en een uiteenzetting over ensembles-in-residence, zie: G. Schonzeit en M. Lageweg, 2003. 41 Alleen het Rosa Ensemble was van deze twee ensembles te horen in het seizoen 2004/2005 tijdens de Nederlandse Muziek Dagen december 2004. 39 23 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Echt tevreden met de opkomst bij deze concerten is Vredenburg niet; het publiek voor nieuwe muziek is de afgelopen vijftien jaar zelfs afgenomen. Daarvoor was er veel meer interesse voor vernieuwende muzikale ontwikkelingen. Het lijkt wel of het publiek conservatiever en een beetje ‘nieuwe muziek moe’ is geworden. Dit is in de ogen van de programmeur Peter Tra deels te wijten aan een soms arrogante opstelling van de nieuwe muziek sector. Het publiek werd veelal gezien als ‘vierde muur’. Daarnaast is er meer concurrentie gekomen vanuit andere takken van de vrijetijdsindustrie. Ook de concurrentie van de grote podia elders in het land, als in Eindhoven en Apeldoorn, hebben bijgedragen aan een terugloop van de publieksaantallen. Het publiek van Vredenburg komt immers vaker van buiten de stadsgrenzen. Er wordt veel in het werk gesteld de terugloop van het publiek een halt toe te roepen. Door concerten in serievorm te verkopen hoopt Vredenburg het publiek meer aan zich te binden. Het programma wordt heel systematisch samengesteld en aan een bepaald thema gebonden, zoals bijvoorbeeld instrumentgroep, muzikaal genre of een bepaald land. Het verzorgen van inleidingen en cursussen bij de concertreeksen bindt ook meer publiek. Bovendien is er een nieuwe actie op poten gezet, waardoor het nu mogelijk is bij aanschaf van een abonnement met reductie een extra concert te bezoeken. Vaak wordt er een nieuwe muziek concert aangeboden als extra concert. Daarnaast zorgt Vredenburg dat er overal in Utrecht brochures liggen, worden er maandbrochures gedrukt en komt er extra publiciteitsmateriaal uit bij bijzondere projecten. Bovendien zijn er veel soorten kortingen op toegangsbewijzen te verkrijgen. Onderzoek van Vredenburg heeft aangetoond dat het nieuwe publiek zich vooral bevindt onder hoog opgeleide vrouwen van boven de veertig jaar, waar een latente culturele interesse aanwezig is. Uiteraard wordt hier bij de publiciteit rekening mee gehouden. Het Muziekcentrum Vredenburg is geheel gebouwd op de uitvoering van muziek; de akoestiek is daarop toegesneden en erg goed. Een gemis is echter wel een middenzaal; een kleinere zaal met een groter podium en een groter aantal stoelen dan de huidige kleine zaal. In de nabije toekomst zal deze zaal er komen, wanneer Vredenburg, Tivoli en het SJU Jazzpodium samen het Muziekpaleis zullen gaan exploiteren. ‘Deze onderlinge samenwerking biedt nieuwe perspectieven. Er zal nog breder geprogrammeerd worden voor een groter en nieuw publiek. Hierdoor kan er bijvoorbeeld meer aandacht gevestigd worden op de live muziek of de realisatie van een prominente Klassieke Muziek Week’, aldus Peter Tra.42 Vredenburg is als grootste muziekpodium uiteraard aangesloten bij de Utrechtse Harmonie. Vanaf het begin was het een streven van de Utrechtse Harmonie om een betere lobby te voeren naar de gemeente De Klassieke Muziek Week bestaat al, onder de naam ‘Liever Live’ zal deze van 4 tot en met 13 november 2005 plaatsvinden. 42 24 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 toe. Volgens Tra heeft Utrecht echter last van een zeker Calimeroeffect, terwijl dit helemaal niet nodig zou hoeven zijn. Een Utrecht brede subsidiering zou een oplossing kunnen zijn. Het initiatief hiervoor zou vanuit de Utrechtse Harmonie moeten komen naar het Fonds voor Podiumprogrammering en Marketing (FPPM) toe. Tevens zit het Calimero-effect ook in het weinige samenwerken, in Brabant gebeurt dit bijvoorbeeld veel meer.43 ‘Ideeën worden nog wel gelanceerd, maar daarna gebeurt er weinig. Vredenburg probeert hierin een voortrekkersrol te bekleden, niet in de laatste plaats omdat het een gemeentedienst is. ‘Om een klein beetje stimulerende muziek te programmeren, moet je er wel vaak heel hard aan trekken. Een actievere houding zou niet gek zijn in muziekland’, aldus Tra. Programma44 Het Muziekcentrum opende het seizoen 2004/2005 met een Culturele Zondag op 15 augustus. Eind augustus is traditiegetrouw het Holland Festival Oude Muziek te gast tot het Utrecht Uitfeest het eerste weekend van september. Met het Uitfeest wordt de daadwerkelijke aftrap gegeven voor het nieuwe culturele seizoen. De meeste concerten met nieuwe muziek werden in serievorm gegeven. De drie series waar het overgrote deel van de nieuwe muziek concerten onder vallen, zijn ‘Nieuwe Avonturen’, ‘Een Eeuw Nieuwe Muziek’ en ‘NPS: Dubbelspel’ (zie bijlage 1). De serie ‘Nieuwe Avonturen’ bestaat uit zeven concerten en telt een groot aantal premières: zeven wereldpremières en één Nederlandse première. In deze serie staat hedendaagse muziek uit Oost Europa en Nederland centraal. Opvallend is een concert met uitsluitend muziek van jonge Baltische componisten, uitgevoerd door het Nieuw Ensemble. Bij deze serie worden inleidingen gegeven door de programmeur klassieke muziek, Jessica de Heer. ‘Een Eeuw Nieuwe Muziek’ is een minder avontuurlijke concertreeks, bestaande uit vijf concerten. Hier wordt muziek ten gehore gebracht die in een bepaalde tijd en plaats veel invloed heeft gehad op het muziekleven, zoals onder andere György Kurtág in Budapest, Schönberg in Wenen, en de Groupe des Six in Parijs. Eén concert in de reeks kan echter in het kader van dit onderzoek niet als nieuwe muziek worden aangemerkt, op het programma staat muziek van de Avant-garde in New York gecomponeerd tussen 1905 en 1930.45 In het verlengde van deze reeks, wordt een cursus georganiseerd voor een ieder die zich meer wil verdiepen in de achtergronden van deze muziek. ‘NPS: Dubbelspel’ tenslotte, georganiseerd in samenwerking met de NPS en Radio 4, Voorbeeld van de samenwerkingsverbanden in Brabant is de oprichting van de Stichting Actuele Muziek Brabant (STAMB) in 1997. Deze provinciale koepelorganisaties voor professionele actuele muziek heeft als voornaamste doelstelling het bevorderen van de belangstelling voor en de productie van actuele muziek, verbreding en verdieping van muzikale activiteiten en versterking van de Brabantse podia. Verhoeven, 2003, p. 2. 44 Voor deze analyse zijn de Seizoensagenda en Abonnementenprogramma 2004/2005 bestudeerd en niet de aparte maandbrochures. In de loop van het seizoen zullen uiteindelijk extra concerten zijn ingelast. Daarnaast was in sommige gevallen de concrete invulling van de programmaonderdelen nog niet bekend. 45 Muziek van vóór 1960 wordt niet aangemerkt in dit onderzoek niet aangemerkt als nieuwe muziek. 43 25 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 bestaat uit vier concerten en bevat in het totaal acht Nederlandse premières, één Europese en twee wereldpremières. De achterliggende gedachte bij deze reeks is het samenstellen van een programma rond twee of drie levende ‘dubbelpersoonlijkheden’; componisten die tevens dirigent of musicus zijn en hun eigen én elkaars composities spelen. De combinaties zijn: Loevendie, Janssen en Van der Aa, Hamel en Tiensuu, MacMillan en Simons en Gruber, Botti en Bolcom. Deze serie is gratis toegankelijk voor abonnementhouders van de series ‘Nieuwe Avonturen’ en ‘Een Eeuw Nieuwe Muziek’. Tijdens de Nederlandse Muziekdagen, georganiseerd in samenwerking met Gaudeamus, MuziekGroep Nederland en de NPS, klinken uiteraard eveneens nieuwe composities. Van de vijf concerten die in het kader van de Muziekdagen gegeven worden, zijn er drie concerten die ook binnen een ander kader vallen: een Culturele Zondag of een concertserie46. In de andere series, die Vredenburg aanbiedt, zijn er concerten die een onderdeel nieuwe muziek bevatten; vaak gesandwicht tussen klassieke muziek, volksmuziek, jazz en populaire muziek. Daarnaast zijn er het seizoen 2004/2005 (in ieder geval) drie gratis lunchconcerten geweest waarbij nieuwe muziek is opgevoerd. Als gemeentedienst en muziekcentrum voor een breed publiek, programmeert Vredenburg voornamelijk de grote namen van de nieuwe gecomponeerde muziek. De nieuwe muziek die uitgevoerd wordt, is werk van componisten die al (enigszins) naam gemaakt hebben. Enerzijds klinkt er muziek van bekende buitenlandse componisten als Cage, Kurtág, Schönberg en Berio. Anderzijds is er werk van Nederlandse componisten te horen, als bijvoorbeeld Andriessen, Loevendie en Hamel. Ook jonge Nederlanders als Simons en Van der Aa krijgen plaats in de programmering. Op het podium bevinden zich tevens de bekendere ensembles en orkesten; als het Schönberg Ensemble, het Nieuw Ensemble en het Ives Ensemble en de radioorkesten. Hier worden een aantal, voor Nederland, meer onbekende buitenlandse ensembles aan toegevoegd, veelal in het kader van de festiviteiten rondom de Vrede van Utrecht. In het seizoensprogramma overlappen meerdere series elkaar, zodat diverse concerten binnen meerdere reeksen of kaders gerekend worden. 46 26 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Theater Kikker Kikker is in 1972 als activiteit van het Utrechts Studenten Corps opgericht. Het eerste onderkomen was een ruimte in het Gele Kasteel aan het Janskerkhof. Vrij snel namen mensen van buiten het Corps de organisatie over en werd Kikker onderhuurder. Vanaf 1980 betrok Kikker het huidige pand aan de Ganzenmarkt. Het theater werd gerund door een groot aantal vrijwilligers en een paar betaalde coördinatoren. Oorspronkelijk was de programmering erg divers; van folkmuziek en vormingstheater tot diverse cursussen. Muziek heeft hier wel altijd deel van uitgemaakt, maar de nadruk lag op theater. ‘De muziekprogrammering was heel divers en heeft alle hoeken van de kamer gezien’, aldus Harm Lambers, directeur van Theater Kikker. Vanaf 2001, na de verbouwing en de opkomst van EKKO, is Kikker minder popmuziek gaan programmeren en heeft het podium zich meer gericht op de nieuwe muziek. Van 1998 tot 2001 is theater Kikker ingrijpend verbouwd en is de professionalisering van het theater voltooid. Het huidige Kikker is het tweede podium van de stad geworden. Het aanbod is breed; vlakkevloer theater, jeugdtheater, dans en nieuwe muziek. Kikker profileert zich als faciliterend podium voor de vele theater- en muziekinitiatieven in de stad Utrecht. Daarnaast biedt Kikker ruimte aan zes grote Utrechtse festivals, waaronder Rumor, Impakt en Festival aan de Werf. Doelstelling is een breed programma met eigentijdse podiumkunst aan te bieden. ‘Kikker heeft zijn wortels in het experiment, maar bewaakt de balans tussen experiment en toegankelijkheid’.47 In theater Kikker vinden jaarlijks vierhonderd activiteiten plaats, waarvan ongeveer de helft culturele en commerciële verhuringen. Theater Kikker beschikt over twee zalen. De grote zaal heeft een tribune met 173 tot 190 zitplaatsen en de kleine zaal biedt plaats aan zeventig toeschouwers. De kleine zaal is de oude en eerste zaal van het theater. De zaal is erg klein en laag en het publiek zit dicht op het podium, waardoor er een soort huiskamersfeer hangt. ‘Er ontstaat vanzelf een medeplichtigheid van publiek met de mensen op het podium’, aldus Lambers. Hierdoor is de zaal uitermate geschikt voor experimentele podiumkunst voor een klein publiek. De Proeflokalen, waarover later meer, staan om deze reden in de kleine zaal geprogrammeerd. De akoestiek is echter niet optimaal. De akoestiek van de grote zaal daarentegen is erg goed. Ondanks de capaciteit van bijna tweehonderd is de zaal mild voor weinig publiek; de zaal lijkt snel vol. Minpunt van de zaal is dat het speeloppervlak eigenlijk iets te smal 47 Theater Kikker, De verankering van een theater, 2001, p. 1. 27 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 is en afwijkt van de standaardmaten. Bovendien is er geen opslag of zijtoneel aanwezig. Voor het muziekprogramma is bij Theater Kikker parttime een muziekprogrammeur in dienst (0,4fte)48. De reden voor een muziekprogrammering is de diversificatie, het programmeren voor een breed publiek. Het pand is met gemeentegeld opgezet en is dus van iedere Utrechter. Bij de programmering van muziek is de doelstelling dezelfde als bij de overige programmering; het profileren als faciliterend theater voor Utrechtse initiatieven en het publiek een goed beeld te geven van de eigentijdse muziekpraktijk. Een ensemble-in-residence heeft Kikker niet, wel heeft het Rosa Ensemble een speciale plaats binnen de programmering. Het publiek van Theater Kikker is heel divers en van alle leeftijden. De dans en nieuwe muziek voorstellingen lopen in publieksaantallen echter ver achter op het theateraanbod. Om het publiek meer aan het theater te binden is er een Kikkerpas die grote korting geeft op alle voorstellingen. Dit kan de drempel om een voorstelling of concert te bezoeken verlagen, zodat mensen ook eens naar uitvoeringen gaan die hen niet direct aanspreken. Helaas zijn er maar weinig mensen die van deze mogelijkheid gebruik maken. Ook is er geprobeerd een seizoensoverzicht te maken waaruit men van te voren een keuze kon maken. Het resultaat was teleurstellend. Het Kikkerpubliek is een jong publiek dat de vrijheid wil hebben om te komen of niet, het wil zich niet voor een jaar vastleggen.49. Daarnaast is het bij muziek erg moeilijk publiciteit te maken, omdat het moeilijk uit te drukken is waarom iets de moeite waard is.50 Publiciteit is een deel van het probleem rond de teleurstellende publieksaantallen bij de nieuwe muziek concerten. Volgens Lambers werkt de mond-op-mond reclame bij muziek het beste, zoals bij de Interzone dance-avonden is gebleken. ‘Je moet gewoon goed gebruik maken van je netwerken en de Utrechtse ensembles moeten meer eigen publiek meenemen’, aldus Lambers. Theater Kikker wordt structureel gefinancierd door de Gemeente en Provincie Utrecht. Voor risicovolle programmering wordt extra subsidie verleend door het FPPM en Gaudeamus. Verder zijn er inkomsten uit de culturele en commerciële verhuringen. Bovendien is Theater Kikker aangesloten bij de Vereniging Actuele Muziekpodia (VAMP).51 Tijdens dit onderzoek was Kees Polling muziekprogrammeur bij theater Kikker. Hij stond echter op het punt om weg te gaan. Inmiddels is Martijn Buser als nieuwe programmeur aangesteld. Tijdens deze wisseling van de wacht is er door de directie nagedacht over de plaats van de muziek in de programmering en een andere opdracht die de nieuwe programmeur zal meekrijgen. 49 Dit in tegenstelling tot de successen die het Muziekcentrum Vredenburg met een ouder publiek juist boekt met de abonnementenseries. 50 Mogelijke oorzaak hiervan is dat de organisatie van Kikker voornamelijk een theaterorganisatie is en de expertise op muziekgebied hier ontbreekt. Dit zou een soortgelijke situatie kunnen zijn als bij Huis aan de Werf. (zie p. 31). 51 De VAMP is een netwerk- en belangenorganisatie voor actuele muziek, creëert samenwerkingsverbanden en bevordert een actieve uitwisseling van de producties van haar leden. 48 28 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Volgens Lambers moet er een nieuwe weg gezocht worden voor de muziekprogrammering. ‘Er moet beter gezocht worden naar waar de spannende hedendaagse muziek zich bevindt en wat de nieuwe trends zijn. Een bredere muziekprogrammering is noodzakelijk en men moet niet alleen de krenten uit de pap willen tonen. Door slimmer gebruik te maken van de kleine zaal en succesvolle formules te gebruiken, als die van de Proms-avonden52, is een goede muziekprogrammering zeker mogelijk’. Dat er in het seizoen 2005/2006 op het gebied van de muziekprogrammering het een en ander zal veranderen is duidelijk. De nieuwe programmeur, Martijn Buser, zal naar alle waarschijnlijkheid een nieuwe kijk op de nieuwe muziek hebben en met een ander soort programma komen dan men nu van Kikker gewend is. Programma Voor het analyseren van het nieuwe muziekprogramma van Theater Kikker is gekeken naar de gehele muziekprogrammering van het seizoen 2004/2005. Het seizoen wordt traditiegetrouw geopend met het Uitfeest53, waaraan de meeste podia in Utrecht meedoen. Het programma van dit eerste weekend van september is veelal gratis toegankelijk. Het programma van Kikker telde in 2004 tien onderdelen, waarvan er drie met nieuwe muziek waren. Opvallend is dat deze drie concerten gegeven werden door echte Utrechtse ensembles: Insomnio, het Koh-I-Noor Saxofoonkwartet en het Rosa Ensemble. De rest van de maand september wordt in beslag genomen door een dansfeest, Favorieten54 en het Nederlands Film Festival. Het echte seizoen voor Kikker begint pas op 1 oktober en loopt tot half juni. (In bijlage 2 staat een overzicht van de gehele muziekprogrammering van Theater Kikker, dit is inclusief dance-, pop- en kinderconcerten.) Maandelijks wordt er in de kleine zaal van Kikker een Proeflokaal gehouden. Dit zijn concerten waarbij ‘jonge musici en andere kunstenaars probeersels, uitgewerkte concepten en experimenten presenteren’.55 Proeflokalen zijn op dinsdagavond en gratis toegankelijk. Het seizoen 2004/2005 telde zeven Proeflokalen. Aan het einde van het seizoen was er een Proeflokaal Speciaal in zowel de kleine als de grote zaal. In dit Proeflokaal Speciaal werden de hoogtepunten van het seizoen en nieuw werk van bekende proeflokaalartiesten 52 In 1986 werd op initiatief van musici van het Nieuw Ensemble en het Asko Ensemble een diverse en aantrekkelijke serie voor twintigste eeuwse ensemble muziek opgezet. Het idee van Proms was structuur aan te brengen in het aanbod voor eigentijdse muziek. Dit door concerten in serieverband aan te bieden aan de grotere podia, in plaats van als losse concerten. Deze formule is zeer succesvol gebleken en sinds 1990 organiseert Proms in samenwerking met podia in het hele land concertseries met inleiding. Bij Stichting Proms zijn tegenwoordig ook het Nederlands Blazers Ensemble en het Schönberg Ensemble aangesloten, tevens worden er ‘gastensembles’ uitgenodigd. E. Schönberger, p. 139-141. Zie ook J. Hoogervorst, 1995, p. 30-32. 53 Tevens is dit één van de Culturele Zondagen. 54 Favorieten is een vijfdaags evenement, waarbij vier Utrechtse makers een programma mogen samenstellen en er tevens een dag geprogrammeerd wordt met een zestal publieksfavorieten van het afgelopen seizoen. De laatste dag is eveneens een Culturele Zondag. 55 Maandbrochure maart/april 2005. 29 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 uitgevoerd.56 Deze avonden kunnen door hun experimentele karakter met recht gerekend worden onder nieuwe muziekprogrammering. Naast de Proeflokalen wordt met ingang van het seizoen 2004/2005 de gehele muziekprogrammering voor het eerst geclusterd in drie- of vierdaagse ‘Luisteren!’-weekends. Tijdens Luisteren! staat de hele programmering in Kikker in het teken van de muziek. In 2004/2005 waren er in het totaal zeven Luisteren!-weekends. Sommige van deze weekenden hebben een bepaald thema; het Luisteren! van november stond in het teken van de concertvleugel die Kikker graag wilde aanschaffen. Het Luisteren! van april was een vierdaagse rond de componist Morton Feldman. Dit zijn echter uitzonderingen; Kikker wil deze weekenden juist zo uiteenlopend mogelijk programmeren. Bij elk Luisteren!-weekend wordt er een gratis lunchconcert gegeven door studenten van de HKU, faculteit muziek, welke niet altijd nieuwe muziek hoeven te bevatten. Ook studenten klassieke muziek krijgen de kans zich hier te presenteren.57 Donderdag- en vrijdagavond zijn zonder uitzonderingen gereserveerd voor een nieuwe muziek concert van diverse pluimage. De zaterdagavond van een Luisteren! staat echter niet altijd in het teken van de nieuwe muziek; de dansavonden Interzone, Utrecht Boft! en Utreg Massive vinden eveneens binnen het Luisteren!-kader plaats. Slechts drie van de zeven zaterdagen werden geprogrammeerd met nieuwe muziek. Van de drie Luisteren!’s die vier dagen duurden, was tweemaal de zondag gereserveerd voor een kinderconcert. Alleen de april-aflevering rond Feldman betrof een nieuwe muziekconcert op de zondag. Het leeuwendeel van de nieuwe muziek die in Theater Kikker klonk was hedendaagse gecomponeerde muziek van veelal jonge componisten. Zo waren er composities van jonge componisten uit het voormalige Joegoslavië te horen welke gespeeld werden door het Axyz Ensemble en composities van jonge Duitsers door het Koh-I-Noor Saxofoonkwartet. Kamerkoor Cluster Voices voerde composities uit van diverse, ook Nederlandse en minder jonge, componisten. Werk van Utrechtse componisten werd gespeeld door het, eveneens Utrechtse, gamelanensemble Gending. Maar ook de grotere namen, als Cage, Adams en natuurlijk Feldman kwamen aan de orde. In sommige gevallen werden de concerten begeleid met beelden, als bijvoorbeeld die van het Henneman Strijkkwartet en The Warlips. Drie keer was er een dubbelconcert te horen, waarbij twee ensembles een eigen deel van het programma vulden. Utrechtse ensembles worden bij Theater Kikker vaker geprogrammeerd dan elders op de Utrechtse podia. Het Rosa Ensemble heeft dit seizoen vier concerten gegeven bij Kikker, waaronder tweemaal een ‘Rosa Sub Rosa’. Bij deze concerten schrijven jonge componisten voor het ensemble en wordt er samen met deze componist aan de uitvoering ervan gewerkt. Daarnaast gaven zij in ‘Selling Maandbrochure mei/juni 2005. Bij het ter perse gaan van de maandbrochures is nog niet altijd bekend welke invulling de lunchconcerten krijgen. 56 57 30 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Hoovers in Mojave’ een concertante ode aan de baanbrekende popartiest Captain Beefheart. Ook ensembles als Koh-I-Noor, Insomnio, Ensemble Gending en het label Bonte Koe Records kregen plaats in het muziekprogramma. In het kader van onder andere de Proeflokalen, de lunchconcerten en Utreg Massive krijgt Utrechts (jong) muzikaal talent de kans zich te laten horen. De totale muziekprogrammering in 2004/2005 bedroeg 45 componenten, waarvan 32 onder de nieuwe muziekprogrammering vielen. Festivals als Impakt Festival, Festival aan de Werf en Rumor die gebruik maakten van de faciliteiten van Kikker, zorgden ervoor dat het aantal muzikale activiteiten in Kikker in het totaal op 57 komt.58 Omdat Kikker ruimte biedt aan zes grote festivals in Utrecht, is het pand niet het gehele seizoen voor eigen programmering beschikbaar. In september wordt het hele pand een periode verhuurd aan het Nederlands Film Festival, in oktober aan Impakt festival, in november aan het Holland Animatie Film Festival, maart aan Tweetakt, in april aan Springdance en in mei aan Festival aan de Werf. Deze jaarlijks terugkomende evenementen zorgen ervoor dat de structuur van de programmering niet het gehele seizoen in een strakke regelmaat kan worden volgehouden. Drie Rumor programmaonderdelen vonden in Theater Kikker plaats. Ook de vijf muziek muziekavonden van Impakt Festival waren in Kikker en vier muziekvoorstellingen van Festival aan de Werf. Deze concerten betroffen echter wel alle twaalf nieuwe muziek, maar worden verder besproken in de desbetreffende hoofdstukken. Deze concerten vallen in principe onder de verhuur, afgezien van de Rumor avonden, waarvoor de zaal gratis ter beschikking wordt gesteld. 58 31 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Huis aan de Werf/Festival aan de Werf In 1986 werd de eerste voorstelling op een boot in de Oudegracht gegeven. De productie maakte deel uit van het lustrumprogramma van de Universiteit Utrecht. Dit studenteninitiatief groeide uit tot een groot en opvallend festival in de stad Utrecht. De eerste editie kwam voornamelijk uit de straattheaterhoek; de opzet is echter vanaf het begin altijd multidisciplinair van karakter geweest. Een paar jaar na het eerste festival werd Festival aan de Werf gekoppeld aan het productiehuis De Utrechtse School aan de Boorstraat. Hierdoor werd het mogelijk gedurende het gehele jaar een programma neer te zetten.59 Bovendien kan het pand gebruikt worden als werkplaats en zijn er repetitieruimten aanwezig. De Utrechtse School aan de Boorstraat in de Daalsebuurt werd omgedoopt tot Huis aan de Werf en beide instellingen kregen één directeur. In het seizoen 2002/2003 is Huis aan de Werf grondig verbouwd. Het pand telt drie zalen. De theaterzaal heeft 170 stoelen, de Koepelzaal ongeveer zeventig en Studio 3 biedt plaats aan vijftig man publiek. In alle zalen zijn de tribunes inschuifbaar waardoor er meerdere mogelijkheden met de zalen zijn. In principe zijn de zalen geschikt voor het uitvoeren van muziek(producties).Huis en Festival aan de Werf (HFadW) is een multidisciplinaire organisatie met vier verschillende functies; het is een productiehuis, een werkplaats, een festivalorganisator en podium in één. Jaarlijks zijn er in Huis aan de Werf honderd activiteiten, exclusief tachtig culturele en commerciële verhuringen. Tijdens het Festival aan de Werf zijn er in totaal rond de honderd activiteiten. Per jaar worden er door HFadW zelf twee studioprojecten en twee grote producties gemaakt; deze gaan in Huis aan de Werf in première en worden vervolgens verkocht aan andere theaters. Tevens werden er in het seizoen 2003-2004 zes testcases per jaar gemaakt, waarbij jonge kunstenaars ruimte en budget krijgen om een eigen kleine productie uit te brengen. Vanaf begin 2005 heeft de Soirée des Ateliers de plaats ingenomen van de testcases. Hierbij komen twee maal per jaar vier testcases tegelijkertijd uit. Op het vlak van de nieuwe muziek wordt er ieder jaar een grote muziekproductie en een testcase/atelier muziek gemaakt. Tijdens het tiendaagse Festival aan de Werf in de laatste week van mei is er muziekprogrammering op het Neudepaviljoen60 en zijn er, naast de eigen muziekproductie twee of drie muziekbijdragen. HFadW heeft te kennen gegeven geen jaarprogrammering meer aan te bieden met ingang van 2006. Dit onder andere wegens het gebrek aan geld en het wegvallen van de I/D regeling. Utrechts Nieuwsblad, 2 juli 2005. 60 De programmering van het Neude-podium valt buiten het takenpakket van de muziekprogrammeur, Roland Spekle. Hiervoor is een aparte programmeur werkzaam, de festivals 2003 en 2004 was dit Bjorn Kreuze. Het aanbod betreft muziek die meer gerelateerd is aan de 59 32 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Muziek heeft vanaf het prille begin deel uitgemaakt van de programmering. De eerste muziekprogrammeur was Jacqueline Oskamp, zij werd in 2001 opgevolgd door Roland Spekle 61, die nog steeds de verantwoordelijkheid heeft over het muziekprogramma. Het betreft hier geen vaste aanstelling, maar een freelance overeenkomst. In de muziekprogrammering van zowel het Festival als het Huis aan de Werf, wordt de uitdaging gezocht in het creëren van ruimte voor jonge cutting edge componisten, musici en makers van multidisciplinaire voorstellingen. Door nieuwe muziek te definiëren als een mengvorm van hedendaagse gecomponeerde muziek en experimentele popmuziek, krijgt het een breder bereik.62 De muziekproducties die te zien zijn, zijn multidisciplinaire voorstellingen waarbij veelal gebruik wordt gemaakt van de nieuwe mogelijkheden van de digitale media. Door de eigentijdse muziek samen te laten gaan met theater en visuele kunst, kan een breder publiek aangesproken worden. Programmeur Roland Spekle spreekt liever van ‘avontuurlijke’ muziek, hij wil de nieuwe ontwikkelingen en vormen in de muziek voor zijn door artiesten te prikkelen iets nieuws te maken. Door over de grens te durven stappen en tegelijkertijd zichzelf te blijven, kunnen mooie producties tot stand komen. Dit kan bijvoorbeeld met het doorbreken van het ingesleten verwachtingspatroon en een andere wisselwerking tussen publiek en artiest te zoeken. HFadW maakt deel uit van de VAMP.63 In samenwerking met deze vereniging en met steun van Gaudeamus wordt een deel van het programma samengesteld. Bij HFadW heeft het overgrote deel van het personeel een theaterachtergrond. Dit heeft grote invloed op de manier waarop muziekproducties worden behandeld; de aanpak van de programmering is erg gestoeld op de aanpak in de theaterwereld. Muziek en theater lijken in eerste opzicht erg op elkaar, maar zijn wezenlijk anders. Seriebespeling bijvoorbeeld is in het theater gemeengoed, terwijl dit in de muziek (nog?) niet gebruikelijk is. Ook is het in de theaterwereld steeds meer de gewoonte om de betaling op recettebasis te laten geschieden. In de muziek is dit niet gebruikelijk; musici krijgen vaak een bepaald budget om een productie op poten te zetten of een uitkoopsom voor een concert en worden niet afgerekend op de bezoekersaantallen. Ook met de programmering probeert Spekle hier rekening mee te houden. De medewerkers en het theaterpubliek vinden muziekproducties vaak een soort ‘ver van mijn bed show’. ‘Door multidisciplinair te programmeren en niet slechts gecomponeerde hedendaagse muziek neer te zetten, kan niet alleen het publiek maar populaire muziek, omdat dit gratis programmaonderdeel van het festival het grote publiek moet aanspreken. 61 Omdat het bij lange na geen fulltime baan is, is Spekle tevens betrokken bij diverse andere organisaties voor avontuurlijke muziek en is hij werkzaam als artistiek leider van Stichting Barooni. 62 Huis en Festival aan de Werf, Cultuurnota-aanvraag herzien 2005-2008, 2004, p. 3. 63 Zowel HFadW als Theater Kikker zijn aangesloten bij de VAMP. HFadW functioneert echter niet meer als podium voor nieuwe muziek en neemt geen producties meer af, maar biedt nog wel aan. Op grond hiervan is besloten een tweede VAMP podium in Utrecht te zoeken. Dit werd Theater Kikker, dat juist geen producties aanbiedt, maar wel weer afneemt. 33 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 ook het personeel wennen aan de nieuwe muziek. Het is daarbij uiteraard wel van belang uit te gaan van de muziek zelf’, aldus Spekle. ‘De inhoudelijke artistieke motivatie van het programmeren en produceren van multidisciplinaire voorstellingen en nieuwe vormen van muziektheater is voornamelijk het aansluiten bij de nieuwe ontwikkelingen in de kunsten, waar jonge componisten en kunstenaars zich erg toe aangetrokken voelen’. Hoewel HFadW zich profileert als multidisciplinaire instelling, neemt de muziekprogrammering een steeds minder prominente rol in. In 2001 werden er nog acht concerten per jaar geprogrammeerd. Na de artistieke heroriëntatie van de vorige directeur en de verbouwing in 2002 is dit aantal gedaald naar twee tot vijf avonden per jaar. In de podiumfunctie die Huis aan de Werf heeft, worden er gedurende het jaar naast de eigen muziekproducties geen concerten meer gegeven. Doordat de verschillende kunstdisciplines steeds meer naar elkaar toe groeien, wordt het steeds moeilijker een balans te vinden tussen deze disciplines. De beschikbare geldelijke middelen blijven echter hetzelfde of worden zelfs minder. Dit betekent dat wanneer er meer muziek wordt geprogrammeerd, er automatisch minder plaats zou zijn voor de andere disciplines. HFadW wordt gesubsidieerd door het Rijk en de Gemeente en Provincie. De Raad voor Cultuur geeft in het advies echter wel specifiek aan dat ‘de eigen muziekproducties de afgelopen jaren beperkt zijn tot enkele muziektheater coproducties, wat als gevolg heeft dat de experimentele muziekprogrammering in Utrecht is verminderd’.64 De Gemeente en Provincie Utrecht heeft HFadW eveneens het predikaat subsidiabel gegeven. Doordat de subsidieaanvraag in korte tijd geschreven moest worden in verband met een directeurwissel, heeft de gemeente wel aangegeven tussentijds te evalueren. Het advies vermeldt expliciet vertrouwen te hebben in de programmering van Spekle. Het Huis aan de Werf heeft net als andere organisaties in de podiumkunsten te maken met teruglopende publieksaantallen. Dit is deels te wijten aan de ligging net aan de rand van het centrum. Het festival trekt ook minder bezoekers dan in eerdere jaren, al is de terugloop hier minder. Het publiek van HFadW is erg divers. Het grootste deel is jong, werkend en woonachtig in Utrecht65. Het publiek dat op de theatervoorstellingen af komt is echter een ander publiek dan dat voor de muziekprogrammering. De muziekproducties gedurende het jaar trekken hun eigen, jonger publiek en is niet hetzelfde publiek dat de theatervoorstellingen bezoekt. Tijdens het festival maken de muziekproducties meer deel uit van het gehele programma en staan ze minder op zichzelf. Vooral de muziekprogrammering tijdens het festival trekt een groot aantal bezoekers, dat gemiddeld jonger is dan het 64 65 Advies Cultuurnota 2005-2008. T. Kremer, 2005, p. 12. 34 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 theaterpubliek. Het festivalpubliek voor muziek is opvallend vaak een publiek dat gedurende de jaarprogrammering wegblijft. Programma In het seizoen 2004/2005 waren in de seizoensprogrammering twee muziekproducties te zien. Sample-artiest Jeroen Hofs, beter bekend als Eboman, kreeg de ruimte om een productie te maken. Dit werd de work-in-progress presentatie ‘Interface Band: Gedoe of gedaan’. Hofs ontwikkelde zelfstandig nieuwe software en instrumenten waarmee performers op het podium live en draadloos beelden geluidsfragmenten kunnen bewerken, door middel van 22 sensoren die op het lichaam bevestigd zijn. Het doel van de productie was om op basis hiervan muziektheaterproductie te maken. Daarnaast was er een testcase gemaakt door Elizabet van der Kooij, afgestudeerd Muziektechnologie en Compositie/Sound Design. ‘The night ripper died’ is een voorstelling over het surrealisme van de virtuele wereld van het internet met naast muziek ook theater en video. Tijdens Festival aan de Werf was meer muziekprogrammering. Afgezien van de Neudeprogrammering, waren er vijf onderdelen nieuwe muziek. De eigen productie van Eboman, onder een nieuwe naam ‘Verknipt’, werd verder uitgewerkt en tot muziektheatervoorstelling gemaakt. Met steun van Gaudeamus was er de dubbelvoorstelling ‘Voyager/De Dialoog’. ‘Voyager’ van Arnoud Noordegraaf is een voorstelling waar tekst, beeld en geluid wordt verweven. ‘De Dialoog’ van Edwin van der Heide is een uitvoering, waarbij vier sprekers in wisselende samenstelling teksten uitspreken die door het oor van de luisteraar getransformeerd moeten worden tot een polyfone muziekuiting. Spinvis gaf twee concerten met videobeelden van Hans Kok. Componist en regisseur Merlijn Twaalfhoven gaf de laatste dag van het festival een afsluitende voorstelling in Tivoli. Het concept van Twaalfhoven is het neerzetten van een ‘verrassende uitgaansavond waarin verschillende kunstvormen gecomponeerd worden tot één totaalervaring’.66 Het totaal wordt aangepast aan de locatie waar de avond plaats vindt. Het leeuwendeel deel van de algehele nieuwe muziekprogrammering heeft raakvakken met andere kunstdisciplines. Veelal worden beelden gebruikt of het totaal in een theatervorm gebracht. Reden hiervoor is dat HFadW, ondanks het multidisciplinaire profiel, toch grotendeels op theater geënt is. Binnen de totale programmering neemt de muziek dan ook een zeer bescheiden plaats in. Opmerkelijk is dat, op één na, alle muzikale onderdelen van het programma meerdere dagen achter elkaar geprogrammeerd stonden.67 Seriebespeling is weliswaar voor theater gemeengoed, voor muziek is dit ongebruikelijk. www.festivalaandewerf.nl Spinvis gaf tijdens het Festival aan de Werf twee concerten. Hier is echter niet echt sprake van seriebespeling; de motivatie tweemaal het concert te programmeren was de (terechte) vooronderstelling dat Spinvis tweemaal Tivoli zou kunnen vullen. 66 67 35 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 SJU Jazzpodium Toen in de jaren zestig de jazzmuziek het predikaat kunst kreeg en niet meer louter als amusementsmuziek werd gezien, kwam er steeds meer vraag naar specifieke jazzpodia. In Utrecht werd om deze reden in 1977 de Stichting Jazz en Geïmproviseerde Muziek Utrecht (SJU) opgericht. De initiatiefnemers waren zowel jazzmusici als niet musicerende jazzliefhebbers. De doelstelling van de SJU was het oprichten van een Utrechts muziekpodium voor de jazz en geïmproviseerde muziek. Enerzijds om een speelplek te hebben voor de lokale jazzmusici, anderzijds om Utrecht een podium te geven waar jazzliefhebbers konden luisteren naar hun favoriete muziek. In 1982 kreeg de SJU een eigen ruimte in de ME garage aan het Paardenveld. Sinds 1994 exploiteert de SJU een pand aan de Varkenmarkt in het centrum van Utrecht. Eind 2007 loopt het huurcontract echter af en zal de SJU medebewoner worden van het nieuw te bouwen Muziekpaleis. Totdat het Muziekpaleis begin 2010 geopend zal worden, blijft de SJU bij het huidige SJU Jazzpodium programmeren. De tegenwoordige SJU is niet langer alleen belangenbehartiger voor het lokale jazzcircuit, maar is uitgegroeid tot cultuurpodium, waar ook musici van (ver) buiten de stadsgrenzen geprogrammeerd worden. De doelstelling van de SJU is in de breedte aangepast en kan als volgt geformuleerd worden: het bevorderen van de jazz en aanverwante muziek en het scheppen van een goed klimaat voor de hedendaagse ontwikkelingen en vernieuwingen in de jazz en geïmproviseerde muziek. Dit neemt niet weg dat de SJU een speciaal oog blijft houden voor de lokale jazzmusici en –initiatieven. Het SJU Jazzpodium is één van de vier68 gespecialiseerde jazzpodia van Nederland en verzorgt het aanbod van hedendaagse jazz en geïmproviseerde muziek voor Midden Nederland. Jaarlijks worden ongeveer 240 activiteiten georganiseerd. Naast het exploiteren van het SJU Jazzpodium, richt de SJU zich op educatie en productie. De educatieve functie uit zich in het organiseren van workshops en sessies. De productiefunctie is onder andere terug te vinden in het initiëren van projecten als het SJU Lab en de Music: World Series. Het SJU Lab is het enige laboratorium voor jazz en geïmproviseerde muziek in Nederland. De SJU wil hiermee een impuls geven aan de vernieuwing in de geïmproviseerde muziek. In 1997 ging het eerste proefproject van start en vanaf 1998 werd het eerste officiële SJU Lab georganiseerd. Per jaar wordt een bepaald budget gereserveerd voor het SJU Lab. Verschillende musici worden aangeschreven een voorstel in te dienen. De voorstellen worden daarna beoordeeld en afhankelijk van de totale kosten krijgen een aantal van deze musici de ruimte hun laboratoriumproject uit te Naast het SJU Jazzpodium zijn er het Bimhuis in Amsterdam, Paradox in Tilburg en Stichting Jazz Internationaal in Rotterdam (heeft geen eigen podium). 68 36 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 voeren. De SJU draagt daarbij zorg voor de financiële en facilitaire ondersteuning. De musici houden een logboek van het proces bij en geven op het SJU Jazzpodium een afsluitend concert. Daarnaast zijn vanaf 1998 de Music: World Series onderdeel van de SJU. In samenwerking met Stichting Four in One69 worden in dit kader ontmoetingen tussen musici uit de wereldmuziek en jazzmusici geïnitieerd. Het uitgangspunt van deze serie is het ontdekken van interessante nieuwe muzikale vormen door middel van kruisbestuivingen tussen verschillende muzikale tradities en de hedendaagse geïmproviseerde muziek. Elke eerste zaterdag van de maand vindt er een Music: World Serie plaats op het SJU Jazzpodium.70 Daarnaast is er elke derde donderdag van de maand een Music: World Sessie. Bij deze sessie-avonden treedt allereerst een wereldmuziekensemble op, waarna er een sessie is met twee sessieleiders: één uit de wereldmuziek en één uit de jazz. Zowel het SJU Lab als de Music: World Series zullen in het seizoen 2005/2006 echter anders gestructureerd worden.71 Eenmaal per jaar wordt het SJU Jazzfestival georganiseerd in samenwerking met het Muziekcentrum Vredenburg en de VPRO.72 In 2005 was de zeventiende editie van dit festival. De concerten vinden na elkaar plaats in de kleine zaal van Vredenburg. Aan het begin van de avond vinden er in het SJU Jazzpodium laboratoriumconcerten plaats.73 Na afloop van het programma zijn er op dit podium festivalsessies, waar alle musici die gespeeld hebben aan mee kunnen doen. Het SJU Jazzpodium heeft twee podia; een concertpodium en een kleiner cafépodium. Beide podia bevinden zich tegenover elkaar in de zelfde ruimte. Afhankelijk van de soort activiteit wordt één van deze twee podia gebruikt. Op last van de brandweer is de maximale capaciteit van het Jazzpodium 153. De SJU zou echter graag meer publiek kunnen ontvangen. Bovendien bevindt het Jazzpodium zich in een kelder, wat de zichtbaarheid van het podium niet erg bevordert. Vanaf de straatkant is slechts de ingang en trap naar beneden te zien. Met de aanstaande verhuizing naar het Muziekpaleis zal de SJU beschikking krijgen over een groot jazzpodium dat plaats biedt aan 225 man publiek en een eigen bar heeft. De gehele achterwand van het podium is van glas, waardoor de zaal een hele open sfeer zal uitademen. Daarnaast is er een kleiner cafépodium met eigen bar en een verdieping lager gelegen ruimte, welke geschikt is voor de Stichting Four in One is in 1990 en presenteert zich als muzikantencollectief ter bevordering van ‘grensontkennende’ muziek. 70 Deze Music: World Series vinden niet alleen in Utrecht plaats, maar ook op podia in Soest, Austerlitz en Wijk bij Duurstede. 71 In het seizoen 2005/2006 zal de serie op grotere podia buiten de regio te horen zijn. In plaats van negen keer twee concerten, zullen er vier keer vier concerten worden gegeven op de diverse podia. Bovendien wordt het steeds lastiger nieuwe goede combinaties te vinden, daar de meeste wereldmuziekensembles amateur zijn. De SJU gaat in het volgende seizoen bepaalde musici uitnodigen een plan voor een laboratoriumproject te maken en niet langer vele musici aanschrijven. 72 De VPRO wil in de nabije toekomst een aantal internetradiokanalen voor jazzmuziek opzetten en heeft de SJU gevraagd hier mede invulling aan te geven. Hierdoor gaat het mogelijk worden voor de luisteraars ook in de huiskamer de kick van de live muziek te beleven. 73 In 2005 vonden er voor de eerste keer laboratoriumconcerten plaats. 69 37 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 workshops, cursussen en het werken aan de laboratoriumprojecten. Marcel Kranendonk, directeur van het SJU Jazzpodium, ziet de toekomst in het Muziekpaleis aan de ene kant met vertrouwen tegemoet. De faciliteiten waarover de SJU gaat beschikken zullen ideaal zijn voor het uitvoeren van jazz en geïmproviseerde muziek. Bovendien zal de capaciteit bijna verdubbelen. Aan de andere kant blijft het spannend hoe het geheel zal gaan functioneren en het Muziekpaleis daadwerkelijk beleidsmatig vorm zal krijgen. Bij de SJU zijn ongeveer vijftien verschillende programmeurs werkzaam, die op vrijwillige basis invulling geven aan de verschillende onderdelen in het gehele programma. Voor de Music: World Series zijn vier programmeurs werkzaam, voor Club Djazzive drie, de sessies twee en de workshops zes. Daarnaast worden voor bepaalde activiteiten gastprogrammeurs uitgenodigd. De algehele programmering wordt gecoördineerd door Marcel Kranendonk. Het accent bij de programmering ligt, in de lijn van de doelstelling van de Stichting, bij de actualiteit van de moderne jazzsector. Musici of ensembles die niet in het reguliere aanbod passen, maar wel de moeite waard zijn, worden vaak doorgespeeld aan Rumor. Naast de programmering van de SJU is er in Utrecht ook jazzprogrammering in Muziekcentrum Vredenburg. Vredenburg concentreert zich hierbij op de meer behoudende jazzmuziek, terwijl de SJU zich primair richt op de moderne, actuele jazzvormen. ‘Vredenburg programmeert wat er vanochtend, gister en langer geleden gebeurde op jazzgebied. De SJU programmeert wat er vanmiddag, morgen en overmorgen te vinden is op jazzgebied’, aldus Kranendonk. Het is dus zeker niet zo dat Vredenburg en de SJU elkaar beconcurreren op jazzgebied; op verschillende gebieden wordt zelfs samengewerkt. Dit gebeurt niet alleen tijdens het SJU Jazzfestival en de Muziekpaleisconcerten, maar ook wordt er gezamenlijk een serie van vier concerten aangeboden rond een bepaalde jazzmusicus. In 2004/2005 was dit ‘Borstlap Centraal’ rond de pianist Michiel Borstlap en in 2005/2006 zal dit ‘Vloeimans Centraal’ een serie rond trompettist Eric Vloeimans zijn. In samenwerking met Wereldculturencentrum RASA wordt eveneens een serie van vier concerten georganiseerd; de serie ‘Wereldvreemd’ met muziek op het snijvlak van wereldmuziek en jazz. Het publiek van het SJU Jazzpodium is erg divers. Elke avond trekt zijn eigen publiek. Veel mensen komen speciaal voor een bepaalde artiest of hebben een voorkeur voor een bepaald soort jazz. De meeste jazzmusici zijn omnivoren en nemen deel aan veel verschillende projecten. Publiek dat in hoofdzaak op de artiest afkomt, zal daarom verschillende soorten jazz te horen krijgen. In het begin van het SJU Jazzpodium kwam er voornamelijk veel publiek op de gratis concerten af. Tegenwoordig is de publieksomvang sterk gegroeid en gaat men ook meer naar de betaalde concerten. Wel moet er steeds meer energie gestoken worden in het binnen halen van één persoon. De meeste mensen die voor de eerste keer het SJU bezoeken zijn vrienden of kennissen van de uitvoerende musici of worden mee genomen door 38 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 iemand. Weinig bezoekers komen voor de eerste keer op eigen gelegenheid. Dat het SJU Jazzpodium zich in een kelder bevindt en daardoor aan de buitenkant niet erg zichtbaar is, kan een belangrijke oorzaak zijn van het feit dat men niet snel op eigen initiatief binnen komt.74 Door lokale musici een belangrijke plaats in het programma te geven, wordt ook sneller het Utrechtse publiek bereikt. ‘De buren van de lokale jazzmusici zijn ons publiek’, benadrukt Kranendonk. ‘Zonder lokale achterban geen podium’. De SJU gebruikt zowel digitale als papieren publiciteitsmiddelen. Elke maand wordt er een maandbrochure gemaakt. Daarnaast worden er flyers en posters verspreid. Verder is er een website en kan het publiek per email op de hoogte gesteld worden van de programmering. De SJU is uiteraard aangesloten bij de Utrechtse Harmonie. Marcel Kranendonk neemt deel aan beide overlegstructuren; het directeursoverleg en het programmeursoverleg. Wat betreft Kranendonk, voldoet de Utrechtse Harmonie nog niet aan de verwachtingen. Er zou een betere gezamenlijke lobby gevoerd kunnen worden. Ook de samenwerking met de HKU en Universiteit zou beter kunnen. Wel krijgen combo’s van het Conservatorium één keer in de maand de kans zich op het SJU Jazzpodium te presenteren en wordt er door studenten Beeldende Kunst een kunstwerk gemaakt voor de avonden van de kortste en langste nacht.75 Kranendonk is van mening dat er meer initiatieven zouden kunnen worden genomen om de samenwerking tussen de SJU en de diverse opleidingen in Utrecht die in enig opzicht raakvlakken hebben met de podiumkunsten aan te halen. Stichting Jazz en Geïmproviseerde Muziek Utrecht krijgt structurele subsidie van het Rijk en van de Gemeente en Provincie Utrecht. De Raad voor Cultuur prijst het SJU met het educatieve programma en ‘een interessante en grensverleggende programmering’, echter vindt tevens ‘dat de programmering nog onvoldoende aansluit bij de actuele ontwikkelingen in de jazz en improvisatie muziek’.76 De Gemeente en Provincie zijn van mening dat het SJU grote artistieke betrokkenheid toont, wat zich uit in een dynamisch en avontuurlijk programma. Dit werkt ook uitnodigend voor muziekvormen buiten de geïmproviseerde muziek als wereldmuziek en elektronische muziek.77 Over het algemeen heeft de SJU hiermee voldoende middelen om de concerten en projecten mee te financieren. Organisatorisch echter speelt het gebrek aan geld wel steeds meer op. Door het verdwijnen van de I/D banen en de bezuinigingen op cultuur, is er steeds minder geld om te kunnen investeren in een goede werkorganisatie. Twee jaar geleden is de gevel van het SJU Jazzpodium aangepast, wat de zichtbaarheid zeker vergroot heeft. 75 De festivals ‘De avond van de kortste nacht’ en ‘De avond van de langste nacht’ vinden elk jaar in het SJU Jazzpodium plaats, uiteraard rond respectievelijk 21 juni en 21 december. 76 Advies Cultuurnota 2005-2008. 77 Gemeente en Provincie Utrecht, 2004, p. 73. 74 39 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Programma Bij het SJU Jazzpodium is, afgezien van de zomerperiode, elke week op een soortgelijke manier ingedeeld. Elke woensdag is er een, gratis toegankelijke, sessie. Op donderdag is er één keer per maand een Music: World Sessie, vooraf gegaan door een informeel concert, en één keer per maand een optreden van combo’s van het Conservatorium. De overige keren worden er concerten gegeven. Iedere vrijdagavond is gereserveerd voor Club Djazzive; een avond met een live band en aansluitend een DJ. Op zaterdag vindt er een concert plaats, waarvan de eerste zaterdag van de maand een Music: World Serie. Sinds begin 2005 wordt er tevens in samenwerking met de Jazzwinkel Utrecht één keer per maand een Jazzclub gehouden op (in de regel) zaterdagavond. Tevens Ook de presentatie van de SJU Lab-projecten vinden bij voorkeur op de zaterdag plaats. Zondag is het SJU Jazzpodium over het algemeen niet open. Wel zijn er af en toe workshoppresentaties of een speciaal concert. Drie tot vier keer per jaar zijn er bij het podium activiteiten in het kader van de Culturele Zondagen. Club Djazzive is een laagdrempelige avond, waar mensen kennis kunnen met de jazz. Deze avond heeft meer een uitgaansfunctie dan een concertfunctie. De muziek die op deze avonden klinkt is zeer gevarieerd; uiteenlopend van hiphop, soul, ska, funk tot blues, maar met een link naar de jazzmuziek. Een van de functies van deze avond is tevens het promoten van beginnende bandjes. De Jazzclub avonden, eveneens met band en DJ, zijn meer jazzgeoriënteerd. Het publiek is in leeftijd en smaakverschil ongeveer tien jaar ouder. De bands die op deze avonden optreden zijn bands die hun sporen al enigszins verdiend hebben. De programmering wordt in samenwerking met de Jazzwinkel opgezet. Bij zowel de Club Djazzive als de Jazzclub zal weinig echt vernieuwende muziek te horen zijn. Evenals het geval is bij de presentaties van de Conservatorium combo’s. De hierboven besproken SJU Lab en Music: World Serie activiteiten kunnen echter door hun experimentele karakter wel als vernieuwend beschouwd worden. Ook de losse concerten die de SJU programmeert, hebben in de meeste gevallen actuele waarde voor de hedendaagse geïmproviseerde jazzpraktijk waardoor deze met recht vernieuwend genoemd kunnen worden. De woensdagsessies kunnen afhankelijk van de sessieleider in meer of mindere mate vernieuwende aspecten bevatten. Door het grote aantal activiteiten dat de SJU per seizoen organiseert, is het vrijwel onmogelijk een duidelijk overzicht te geven van de precieze programmering. (In bijlage 4 is de programmering van de maand april ter illustratie bijgevoegd.) Over het algemeen kan gezegd worden dat de totale programmering van het SJU Jazzpodium vele aspecten bevat van zowel moderne jazz en vernieuwende geïmproviseerde muziek als vernieuwende wereldmuziek. 40 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Wereldculturencentrum RASA RASA is een wereldculturencentrum, dat zich als een van de weinige organisaties in Nederland specifiek richt op wereldmuziek en interculturele uitwisseling.78 RASA is ontstaan in de jaren zeventig als jongerencentrum het Kasino en was gevestigd aan het Paardenveld. Eind jaren zeventig sloot het Kasino de deuren, werd het pand opgeknapt en groeide de organisatie onder de nieuwe naam RASA79 uit tot cultuurcentrum. Op straat en in parken organiseerde RASA onder andere buitenactiviteiten die steeds meer de aandacht van gastarbeiders trok. Van cultuurcentrum werd het linksgeoriënteerde RASA een centrum voor migrantencultuur en zat meer in de welzijnshoek dan in de cultuurhoek. Eind jaren tachtig kreeg RASA de huidige vorm van centrum voor niet westerse cultuur. Het woord ‘rasa’ is afkomstig uit de klassieke Indiase kunstbeschouwing en duidt op de ‘ervaring die de toeschouwer ondergaat door de emoties die de kunstenaar suggereert’.80 RASA wil dan ook met de programmering uitwisseling tussen publiek en artiest bewerkstelligen. Het aanbod is zeer breed; naast authentieke kunstuitingen van niet-westerse culturen, worden er hedendaagse en populaire uitvoeringen gegeven. Aanvankelijk werd er slechts nietwesterse muziek geprogrammeerd, sinds de nieuwe cultuurnota echter komen ook Europese muziektradities meer aan bod. Het doel dat RASA zich stelt is het presenteren en creëren van eigenzinnige, avontuurlijke en vernieuwde niet-westerse en interculturele muziek. Daarbij richt RASA zich voornamelijk op de muziek die elders weinig ruimte krijgt. De twee hoofdfuncties van RASA zijn RASA Podium en RASA Concerttournees. In de podiumfunctie worden er per jaar ruim honderd activiteiten georganiseerd in het pand aan de Pauwstraat. Dit zijn voornamelijk concerten, maar ook theater- en dansvoorstellingen, literaire evenementen en lezingen, tevens is er twee-maandelijks een nieuwe expositie te zien. RASA Concerttournees verzorgt per jaar ongeveer zeven tournees voor buitenlandse groepen langs diverse Nederlandse en Europese podia. Het seizoen 2004/2005 werden vijf concerttournees georganiseerd die in het totaal acht podia in Nederland en België hebben aangedaan. Naast deze twee functies heeft RASA een productie- en werkplaatsfunctie. Vanuit de stichting worden, in samenwerking met instellingen in binnen- en buitenland, festivals en projecten gerealiseerd rond een bepaalde cultuur of thema. Utrechtse organisaties waarmee wordt samengewerkt, zijn onder andere het Naast RASA is er het Tropentheater in Amsterdam en Theater de Evenaar in Rotterdam. Deze podia in Amsterdam en Rotterdam richten zich echter primair op buiten Europese muziek. 79 De organisatie begon letterlijk en figuurlijk met een schone lei, vandaar de naam (Tabula) Rasa. 80 www.rasa.nl 78 41 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Muziekcentrum Vredenburg, het SJU Jazzpodium en het Holland Festival Oude Muziek Utrecht. Het pand van RASA is in 1999-2000 ingrijpend verbouwd. De meest opvallende verandering is de gevel van het gebouw. Maar ook intern is er veel gebeurd. De zaal van RASA biedt nu plaats aan ruim tweehonderd man publiek. De tribune is inklapbaar, waardoor de capaciteit voor een staand publiek vergroot kan worden tot 350 man. De zaal is gebouwd op zowel akoestische als versterkte optredens. Hierdoor is de akoestiek voor beide soort optredens misschien niet ideaal, maar wel goed te noemen en maakt het presenteren van akoestisch zeer uiteenlopende muzieksoorten mogelijk. Daarnaast is er een studio aanwezig, die tijdens de verbouwing is geïsoleerd. De studio is geschikt voor workshops, zeer kleinschalige concerten en andere kleinere activiteiten. Bij RASA zijn twee programmeurs werkzaam, Wieland Eggermont en Maarten Rovers. Samen zijn zij verantwoordelijk voor het gehele programma. Eggermont is daarbij tevens verantwoordelijk voor de gehele gang van zaken rond de programmering als ook de productie, publiciteit en techniek. Het programma van RASA is erg divers en de programmaonderdelen afkomstig uit alle delen van de wereld. De term wereldmuziek of niet-westerse muziek gebruikt Eggermont liever niet. ‘Dit is een marketingterm en geen benaming van een stijl of genre’. Bovendien is de term ‘niet westers’ te beperkend omdat RASA zich ook interesseert in de traditionele muziek, en wat daar uit voortkomt, van Europa. Over de hele wereld is er een enorm aanbod van lokale, zowel hedendaagse als traditionele, muziekstromingen. Het plaatsen van al deze stromingen in één hokje is ten eerste onjuist en ten tweede doet het geen recht aan de diversiteit van de vele muziekvormen. RASA probeert in de programmering de interessante nieuwe ontwikkelingen in de muziek van andere culturen op te pikken en in Nederland te laten horen. Het komt dan ook niet zelden voor dat artiesten die bij RASA de ruimte hebben gekregen, tegenwoordig op de grote Utrechtse muziekpodia te horen zijn, als Vredenburg en Tivoli. RASA heeft in het verleden geëxperimenteerd met het presenteren van ensembles die nieuwe muziek uitvoerden met een al dan niet directe link met niet-westerse compositietechnieken, speeltechnieken of instrumentarium. Deze optredens waren relatief duur en daarbij kwam er nauwelijks publiek op af. De nieuwe muziek die RASA bezig houdt, is niet alleen wat de westerse ensembles uitvoeren, maar zeer zeker de nieuwe muziek van niet-westerse culturen. In deze niet-westerse culturen zijn artiesten uiteraard ook bezig vernieuwende muzikale vormen te ontwikkelen. Alleen bevinden deze artiesten zich niet in de voor ons traditioneel klassiek-romantische invloedssfeer en zijn ‘overal hun eigen wiel aan het uitvinden’. Als voorbeeld noemt Eggermont de ontwikkelingen binnen de muziekscène van de Pacific Rim, de landen rond de Grote Oceaan, waar tegenwoordig veel interessante, nieuwe dingen gaande zijn. RASA ziet het als taak nieuwe ontwikkelingen in de 42 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 wereldmuziek binnen en buiten de Nederlandse grenzen op de voet te volgen. Omdat de concerten met nieuwe muziek niet altijd kunnen rekenen op volle zalen, worden ze waar mogelijk in een bredere context geïntegreerd in een breder programma. Nieuwe muziek zal dan ook niet vaak als los concert worden aangeboden en eerder in een serie worden geplaatst. Niet elke serie kan echter nieuwe muziek bevatten, omdat sommige muziekstromingen nu eenmaal moeilijker te combineren zijn met andere of nieuwe muziek. Vóór 11 september 2001 kon veel nog geregeld worden vanuit Nederland, met telefoon en email. Na de aanslagen in New York is dit een stuk moeilijker geworden. Veel zaken moeten ter plaatse geregeld worden en deze buitenlandse reizen brengen grote extra kosten met zich mee. Bovendien is het reizen in sommige gevallen zelfs gevaarlijk te noemen. Het is dan ook meer dan eens voorgevallen dat een concert wegens veiligheidsoverwegingen moest worden afgelast. Er is weinig routine te brengen in het programmeren van muziek uit de diverse culturen. Elke groep of cultuur vraagt een andere aanpak. Ook de overheidsbemoeienis vormt een knelpunt voor RASA. ‘Aan de ene kant krijg je een opdracht mee, aan de andere kant wordt je afgerekend op de publieksaantallen’, aldus Eggermont. ‘Het is niet verstandig alle vormen van mainstream af te stoten, het publiek moet wél komen’. Door op populaire avonden zoals de dansavonden Mystic Grooves reclame te maken voor concerten met raakvlakken aan de gedraaide muziek kan een nieuw publiek over de streep getrokken worden. Dit is echter een zeer lang proces. Er is geprobeerd tijdens deze DJ-avonden bandjes te laten optreden, maar dat bleek teleurstellend, men heeft toch een langer gewenningsproces nodig. Het publiek van RASA is erg divers. Het echte ‘RASA’-publiek bestaat niet, de harde kern is erg klein. Veelal komt het publiek uit nieuwsgierigheid. Natuurlijk wordt er ook publiek getrokken uit het land van herkomst van de programmering. Dit werkt echter per bevolkingsgroep anders; sommige artiesten weten veel eigen publiek mee te brengen, andere minder. ‘Zo zit op een avond met Eritrese muziek de zaal vol met Eritreërs uit heel Nederland. Aan de andere kant weet je met Chinese muziek zeker dat je alleen Nederlanders in de zaal hebt. De Chinezen organiseren hun eigen evenementen.’81 Om het publiek te blijven interesseren is het belangrijk om met een randprogrammering te werken en mensen stap voor stap te laten wennen aan de verschillende stromingen van wereldmuziek. Dit kan bijvoorbeeld door het tonen van documentaires en het geven van lezingen om de achtergrond van de muziek te verduidelijken. Maar ook door een programma thematisch in te richten en te beginnen met de meest toegankelijke vorm, één die dichter bij de belevingswereld van de bezoeker ligt. 81 A. Kamphuis, webartikel, 2005. 43 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Als service aan het publiek biedt RASA series aan.82 Mensen hebben het tegenwoordig erg druk en met het kopen van een abonnement kan men de concerten ver van te voren inplannen. Daarnaast is het mogelijk om een RASA-pas aan te schaffen, die onder andere korting geeft op de entreeprijs en toegang verschaft bij een aantal gratis optredens. Rond de driehonderd mensen maken gebruik van deze dienst. Vóór het seizoen begint, brengt RASA de brochure uit met abonnementenseries. Ook wordt er iedere maand een ladder met de maandprogrammering gemaakt. Daarnaast wordt gewerkt met posters, flyers en de digitale communicatiemiddelen internet en email om de (potentiële) klant te informeren. RASA wordt gesubsidieerd door de Gemeente en Provincie Utrecht alsmede het Rijk. De Gemeente roemt RASA om de pioniersrol die het gespeeld heeft in het onder de aandacht brengen van wereldmuziekstromingen, hoewel in het beleidsplan niet duidelijk naar voren komt ‘welke relatie met eigentijdse muziekstromingen RASA voor ogen heeft’.83 Het Rijk onderkent dat RASA in het wereldmuziekcircuit nog steeds een spilfunctie vervult, maar geen unieke positie in het veld meer inneemt, aangezien tegenwoordig meerdere organisaties zich bezighouden met kunstuitingen van niet-westerse culturen. Daarnaast wordt opgemerkt dat de podiumprogrammering kwalitatief beter kan.84 Voor afzonderlijke projecten vraagt RASA subsidie aan bij diverse fondsen en overheidsinstellingen. RASA heeft aangegeven in de subsidieaanvraag voor de periode 2005-2008 minder populaire en amusementsmuziek te gaan programmeren en zich meer op artistiek vlak te willen profileren. RASA wil zich tevens meer richten op wereldmuziek op het snijvlak van de hedendaagse gecomponeerde en geïmproviseerde muziek.85 Bovendien wil men de programmering verdiepen door een deel van de activiteiten onder te brengen in series of ze thematisch te koppelen door middel van festivals. RASA neemt deel aan het overlegplatform de Utrechtse Harmonie. Eggermont neemt deel aan het programmeursoverleg. Hij geeft aan nog geen objectieve mening te hebben over de gang van zaken, daar hij in zijn functie slechts een klein aantal vergaderingen heeft bijgewoond. Wel vindt hij dat er in Utrecht wel heel veel activiteiten en verbanden zijn waaraan meegewerkt moet worden en dat veel hiervan rond één bepaald thema zijn. Deze moeten ook nog tussen de eigen programmering geplaatst worden en dit zou nog wel eens de Achilleshiel van de Utrechtse Harmonie kunnen worden, gezien de eigenheid van de diverse podia. Voor het seizoen 2005/2006 biedt RASA voor het eerst zelf elf series aan. De eerdere series vonden in samenwerking met Vredenburg plaats afwisselend in Vredenburg en RASA. 83 Gemeente en Provincie Utrecht, 2004, p. 69. 84 Advies Cultuurnota 2005-2008. 85 Advies Cultuurnota 2005-2008. 82 44 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Programma86 Net als de meeste culturele instellingen in Utrecht, opent RASA het seizoen met een gratis programma in het kader van het Uitfeest. Maandelijks worden in RASA onder de naam Mystic Grooves, succesvolle dance-avonden gehouden, onder de zinspreuk ‘couscous grooves & basmati breakz’ met dansmuziek met Arabische en Indiase invloeden. Ook is er maandelijks een Mondiaal Junior, een voorstelling, concert of workshop voor kinderen. Zeven keer werd er in het seizoen 2004/2005 in RASA een Cubaanse jamsessie, een descarga, georganiseerd onder de naam Nueva Descarga. Deze descargas worden geleid door de Cubaanse trombonist Alberto ‘Molote’ Muňoz met prominente gasten uit voornamelijk het latin- en jazzcircuit. Daarnaast vond er een Mondiaal Open Podium voor (semi)amateurs uit de wereldmuziek en een Mondiaal Speciaal, een selectie daarvan, plaats. In het seizoen 2004/2005 werden twee driedaagse festivals gerealiseerd. In november was het Internationaal Luitfestival in samenwerking met de jubilerende Nederlandse Luitvereniging, waarbij een zeer gevarieerd programma rond de luit werd gebracht. In mei werd het Finland Festival georganiseerd in samenwerking met het Utrechtse ensemble Insomnio en De Toonzaal in Den Bosch. Tijdens dit festival was drie dagen lang ‘de actuele stand van zaken van de Finse wereldmuziek, de jazz en de hedendaags, klassieke muziek te horen’87. Tevens waren er in oktober twee weekenden rond één bepaald thema; Festival Eigen Volk Eerst met Utrechte wereldmuziek crossover en Q-Ba Musica met Cubaanse son. Uiteraard kregen ook de vijf RASA concerttournees plaats binnen de programmering. De drie series die in het programma opgenomen waren (Joodse Muziek, Tango & Chamamé en Hot Salsa & Son), kwamen tot stand in samenwerking met Vredenburg. De series bevatten vijf concerten, waarvan twee in Vredenburg en drie in RASA. De reeks Wishing for a Star is een samenwerkingsproject van RASA, Vredenburg en het SJU Jazzpodium met muziek uit Hongarije, Slovenië, Polen en Slowakije.88 Tien onderdelen van dit project vonden plaats in RASA, waaronder zeven concerten. Naast bovenstaande verbanden werden er in het seizoen 2004/2005 38 losse concerten geprogrammeerd. De nieuwe muziek is te vinden in de verschillende sessies in RASA als de Nueva Descarga’s en het Mondiaal Speciaal en Open Podium. Ook in de programma’s van de festivals zit nieuwe muziek verweven. Daarnaast zijn er een aantal losse concerten met hedendaagse aspecten. Over het algemeen kan gezegd worden dat de vernieuwende aspecten door het gehele programma verweven zijn en in meer of mindere mate in de concerten doorklinken. De Mondiaal Junior en Mystic Grooves bevatten in het programma de minste vernieuwende invloeden. Voor de muziekprogrammering van RASA is geen bijlage toegevoegd. Het muziekprogramma is te omvangrijk en ook niet volgens een vaste structuur gerangschikt. 87 RASA maandladder mei/juni 2005. 88 Vier van de tien landen die in 2005 toetraden tot de Europese Unie. 86 45 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Impakt Het eerste Impakt Festival werd gehouden in 1988. Het was een initiatief van Arjon Dunnewind en Chris Oostrom, die toentertijd werkzaam waren in het Filmhuis van EKKO89. Vijf jaar later werd Stichting Impakt opgericht. In beginsel was Impakt gericht op multidisciplinaire kunst, met de nadruk op beeldende kunst en film. In de loop van de tijd is Impakt steeds meer gaan organiseren; het programma werd breder en uitgebreider. Stichting Impakt organiseert nu ieder jaar het Impakt Festival; een festival voor film- en videokunst, beeldende kunst, nieuwe media, muziek, performance en debat. In de aanloop naar het festival worden er ongeveer maandelijks Impakt Events gehouden. De Events zijn manifestaties, waarbij rond een thema of kunstenaar een filmprogramma, concertavond of tentoonstelling wordt samengesteld. Daarnaast initieert Impakt Impakt Online, een webgallery, en Impakt Works, een werkplaats voor audiovisuele kunst. Verder wordt onder de noemer Raising Impakt een breed pakket aan educatieve programma’s voor scholieren aangeboden90. De doelstelling van Impakt is kunstenaars met elkaar in contact brengen en het initiëren van combinaties van kunstenaars. In de zogenaamde Couch.clubs wordt dit in de vorm van communicatie tussen kunstenaars onderling aan het publiek verduidelijkt. Het waardevolle aspect is dat er een discussie over werk plaats vindt en daarnaast kunst wordt vertoond. Tevens biedt Impakt drie selecties van het festivalprogramma aan: Impakt Highlights, Cultural Autopsy en Music is You.91 Deze compilaties van audiovisuele kunst worden, tegen betaling, internationaal aangeboden voor vertoning in musea en festivals. In sommige gevallen kan het programma aangevuld worden met live performances of lezingen. Dit brengt echter wel extra kosten met zich mee, daar het duurder is mensen over te vliegen dan om audiovisueel materiaal op te sturen. Impakt heeft geen eigen pand waar de activiteiten plaatsvinden. De activiteiten vinden plaats op diverse plekken in de stad; filmzalen, theaters, musea en galeries. In 2003 werd het gehele festivalprogramma op één plek getoond, te weten het Centraal Museum. Het festival van 2004 concentreerde zich vooral rond Theater Kikker en Filmtheater ’t Hoogt. Het Impakt Festival wordt niet in een bepaalde maand gehouden; het festival 2003 was in juni, het festival 2004 was eind oktober. In 2005 echter zal het festival in december plaatsvinden. Dit wordt waarschijnlijk de vaste tijd. EKKO was toen pluriformer in de programmering dan tegenwoordig; muziek, theater, film en video zaten onder één dak. Alle disciplines werkten samen. 90 Dit is de enige activiteit die Impakt nog in samenwerking met EKKO organiseert. 91 ‘Music is You’ is geen muziekprogramma, maar is een selectie van werk van (voornamelijk) Nederlandse filmmakers en artiesten waarbij de muziek en geluid een expliciete rol speelt. Zie www.impakt.nl. 89 46 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Vanaf 1990 is Roland Spekle92 als eerste aangetrokken voor de muziekprogrammering. Hij is gebleven tot 2001. Tegenwoordig wordt de muziekprogrammering verzorgd door een curator93 muziek, die op projectbasis wordt aangesteld. Tijdens het festival 2004 was dit Dave Driesmans.94 De curator bedenkt geen eigen concepten om deze vervolgens op te leggen aan de kunstenaar. Het is de bedoeling dat de curator ideeën lanceert en de kunstenaar het concept laat ontwikkelen. In sommige gevallen wordt er, met enige terughoudendheid, een context gecreëerd door de curator. Muziek is altijd onderdeel geweest van de programmering, maar dan wel muziek die relevant is binnen het multidisciplinaire kader, dus niet muziek om de muziek. De muziek die geprogrammeerd wordt door Impakt komt vooral uit de pophoek, vanuit de subcultuur waarin beeld erg belangrijk is. In de vijf dagen dat het Impakt Festival duurt, vinden ongeveer tien concerten plaats. Dit kunnen één of meerdere acts per avond zijn. De geprogrammeerde muziek is zeker avontuurlijk te noemen. Impakt Events worden thematisch georganiseerd. Op 31 maart 2005 was er bijvoorbeeld de Event ‘Cinema pour l`oreille’, met als thema de filmische kracht van geluid, waarbij de muziek een grote rol innam. Bij de Events wordt, veel meer dan bij het Festival, één op één gewerkt met een curator. Impakt besteedt veel aandacht aan publiciteit; voor het festival wordt altijd een programmaboek van hoogstaande kwaliteit gedrukt. Verder wordt er veel gewerkt met flyers en email. De kijk op de wereld van Impakt spreekt een jong publiek aan. Er zijn altijd veel studenten van de Hogeschool en de Universiteit aanwezig. Het publiek is avontuurlijk ingesteld en vaak hoog opgeleid. Toch is gebleken dat het publiek voornamelijk op de grote namen afkomt. Door de grote namen te combineren met opkomende en vernieuwende initiatieven wordt het nieuwe gesteund. Het stimulerende van Impakt Festival uit zich juist door het in contact brengen, het combineren en samenvoegen van groot en onbekend. In de toekomst zouden ze zich graag ook meer gaan richten op de productionele kant. Stichting Impakt krijgt in het kader van de beeldende kunst structurele subsidie van de Provincie en Gemeente. De subsidieaanvraag bij het Rijk is niet gehonoreerd, met als reden het geringe publieksbereik en nog niet voldoende kwaliteit van de algehele programmering. Wel is de Raad voor Cultuur tevreden met de sterk lokale inbedding van het Impakt Festival.95 Daarnaast is er structurele steun van de Mondriaan Stichting voor de beeldende kunst en video. Voor de muziek- en podiumproducties is er projectsubsidie toegekend door het Fonds voor de Podiumkunsten. ‘Deze producties zijn altijd zo Tegenwoordig is Roland Spekle onder andere muziekprogrammeur bij Huis aan de Werf. De term curator is eigenlijk vreemd in de muziekwereld en is afkomstig uit de beeldende kunst. 94 Dave Driesmans is naast labelmanager van het (K-RAA-K)3 label en concertorganisator tevens grafisch ontwerper. 95 Advies Cultuurnota 2005-2008. Opvallend is dat Impakt bij de subsidieaanvraag te kennen heeft gegeven de muziekprogrammering meer naar de achtergrond te laten verdwijnen. Dit kwam echter niet in het gesprek naar voren. 92 93 47 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 veel duurder dan audiovisuele kunstprojecten’, aldus Arjon Dunnewind, festivaldirecteur van Impakt. Volgens Arjon Dunnewind heeft Utrecht een redelijke podiumsituatie, ‘het is geen trieste toestand’. Er zou wel meer geld moeten komen voor incidentele projecten; liever geld voor flexibele initiatieven dan voor de grote podia. Impakt maakt vanzelfsprekend geen deel uit van de Utrechtse Harmonie. Wel is de stichting aangesloten bij K4, een samenwerkingsverband met Casco, de Basis voor Actuele Kunst (BAK) en het Grafisch Atelier Utrecht (GAU). ‘Het is van belang breed te denken, vooral in de multi- en interdisciplinaire kunstensector’, zegt Dunnewind. Programma Het muziekprogramma van Impakt Festival 2004 telde vijf programma-onderdelen met elf verschillende acts en vond in het geheel plaats in Theater Kikker (zie bijlage 4). Op de openingsavond waren er twee kunstenaars te gast: de Duitse Thomas Köner, die beeld en geluid met elkaar laat vermengen en Aki Onda, een van origine Japanse kunstenaar, die een collage maakte van (bewerkte) geluidsfragmenten. De tweede muziekavond stond geheel in het teken van Chinese electronische muziek. Te horen was geluidskunstenaar Dajuin Yao, pionier van de Chinese electronische muziek. Naast hem waren nog twee Chinese acts geprogrammeerd. De derde avond was (K-RAA-K)3avond, een Belgisch platenlabel dat experimentele muzikale initiatieven de ruimte geeft. Tijdens deze avond, mede georganiseerd door Theater Kikker, waren vier uiteenlopende acts te horen die door dit label uitgenodigd werden. Het Weense trio Radian verzorgde de voorlaatste avond.96 De performance bestond uit analoog en digitaal bewerkte opnames van akoestische muziek, gecombineerd met live drum ’n bass. Het muziekprogramma van het festival werd afgesloten met een concert van Ryoji Ikeda. De concerten van deze Japanse geluidskunstenaar zijn, zoals in de toelichting staat, ‘pure sensorische ervaringen die even delicaat als fysiek zijn’. Eveneens werden er in het seizoen 2004/2005 Impakt Events georganiseerd. De eerste Event in 2005 ‘Cinema pour l’oreille’ concentreerde zich rond het thema geluid en muziek in de cinema. In plaats van zich primair op het beeld te richten, werd tijdens dit Event de focus verlegd naar het muzikale perspectief van de film. Tijdens deze avond in Tivoli De Helling werden de vier programmaonderdelen afgewisseld met een driegangenmenu. (Voor programma zie Bijlage 4.) Het muziekprogramma bestond hoofdzakelijk uit electronische experimentele muziek, of eerder performances, van geluidskunstenaars. De term geluidskunstenaar impliceert de relatie met de beeldende en audiovisuele kunst. De muziek die Impakt programmeert is dan ook vaak een cross-over vorm tussen de verschillende kunstdisciplines. 96 Radian was een jaar eerder, in november 2003, te gast bij Rumor! 48 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Rumor Begin jaren negentig waren pop, jazz en klassiek nog gescheiden werelden. Ieder had zijn eigen podium en er was weinig aandacht voor de tussenvormen. Veel muziek viel hierdoor buiten de boot. Uit onvrede over de podiumsituatie kwamen in 1991 een aantal mensen uit de muzieksector bij elkaar en richtten stichting Rumor op. Rumor ijverde voor een bredere en completere programmering, waarbij ook de diverse mengvormen in de muziek een plek kregen. In 1995 organiseerden zij, in nauwe samenwerking met de diverse muziekpodia, de eerste Rumor festivalavond. Op 18 november was de eerste editie bij het SJU Jazzpodium, Theater Kikker en filmtheater ’t Hoogt. Het concept van deze avonden is om op drie verschillende podia in Utrecht achter elkaar drie nieuwe muziek concerten neer te zetten met elk een andere muzikale inslag. Het publiek wordt tijdens deze avonden langs de diverse podia en concerten geleid. Deze sandwichformule zorgt ervoor dat de verschillende publieksgroepen zowel in aanraking komen met elkaar, als met muziekvormen en podia die normaal gesproken niet snel bezocht zouden worden. Daarbij wordt altijd gezocht naar muziekvormen die eigentijds en avontuurlijk zijn. Muziek die elders nog niet geprogrammeerd wordt, niet commercieel en duidelijk vernieuwend van aard is. Anno 2005 is deze formule niet gewijzigd en zijn de Rumoravonden uitgegroeid tot succesvolle avonden met een internationaal bereik. Artiesten van over de hele wereld worden geprogrammeerd en het publiek komt vanuit het hele land, en zelfs daarbuiten, naar Utrecht om de avonden te bezoeken. Veel musici die voor het eerst geprogrammeerd werden door Rumor, zijn intussen uitgegroeid tot succesvolle artiesten die volle zalen trekken. Naast het organiseren van interessante vernieuwende concerten, biedt Rumor tevens de mogelijkheid aan beginnende artiesten zich in de kijker te spelen. Rumor-avonden hebben in de loop der tijd een etalagefunctie voor muziekprogrammeurs gekregen. Per jaar zijn er gemiddeld vier tot vijf Rumor-avonden. Het budget van Rumor is beperkt, waardoor geprogrammeerde bands en ensembles niet speciaal voor het festival kunnen worden overgevlogen. Het festival is daarnaast aangewezen op de open plekken in de planning van de diverse muziekpodia; praktisch alle podia stellen hun faciliteiten kosteloos ter beschikking.97 Rumor is dus in grote mate afhankelijk van het aanwezig zijn van de artiesten in den lande enerzijds en de beschikbaarheid van een geschikt podium anderzijds. Dit is de reden dat de avonden niet op regelmatige basis georganiseerd worden. Alleen Tivoli vraagt voor het gebruik van de zaal huur. Voor de overige podia, die geen huur vragen, is een Rumor-avond in huis halen natuurlijk een goede promotie. Bovendien genereert dit mogelijk een nieuw publiek, doordat het publiek van Rumor niet noodzakelijkerwijs bekend hoeft te zijn met het podium. 97 49 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bij Rumor is slechts één persoon werkzaam, Günther Barten, die verantwoordelijk is voor het gehele reilen en zeilen van de stichting. Voor de programmering wordt samengewerkt met diverse mensen uit de muziekwereld, veelal programmeurs. Op vrijwillige basis dragen zij artiesten aan die ‘Rumor-waardig’ zijn; artiesten die nog te klein en onbekend zijn voor de reguliere muziekpodia, maar wel de moeite waard zijn. Sinds de cultuurnotaperiode 2005-2008 is er subsidie van de Gemeente en Provincie Utrecht. De grootste kosten worden gemaakt met de uitkoopsommen voor de artiesten. Met opzet worden deze uitkoopsommen niet omgezet in uitbetaling op recette basis; Rumor wil een eerlijke houding ten opzichte van de musici aannemen en deze niet afrekenen op de publieksaantallen. De uitkoopsommen zouden kunnen worden terugverdiend met de verkoop van toegangsbewijzen, de toegangsprijs wordt echter zo schappelijk mogelijk gehouden98 om de drempel voor het publiek niet onnodig hoog te maken. Alleen door commercieel te programmeren zou de entree omhoog gegooid kunnen worden; dit is echter niet het doel van de Rumor-avonden. Als enige organisatie in Nederland met een programma-aanbod met alleen vernieuwend, verrassende, avontuurlijke en eigentijdse muziek, neemt Rumor een unieke plaats in het Nederlandse muziekleven in. Graag zou Rumor frequenter festivals organiseren en het aanbod uitbreiden naar andere steden, als Tilburg, Rotterdam en Nijmegen. In Nijmegen en Rotterdam zijn in het verleden al een aantal festivalavonden gehouden. Vanwege het feit dat subsidieaanvragen voor samenwerking met deze steden zijn afgewezen door het FPPM99, bestaat het concept tegenwoordig alleen in Utrecht en moet het publiek vanuit het gehele land naar Utrecht afreizen. Een mogelijkheid zou kunnen zijn om een meer populair programma aan te bieden. Dit is voor Rumor echter geen optie; het avontuurlijke programma en de kleinschaligheid moet behouden worden en Rumor mag geen commerciële organisatie worden. ‘Dit zou de oprechtheid van de stichting teniet doen en de toegevoegde waarde voor het muziekaanbod zou hiermee verloren gaan’, aldus Barten. Het publiek van de Rumor festivalavonden is uiteraard erg divers. Iedere band of ensemble spreekt een eigen publiek aan. Daarnaast heeft ieder podium zijn eigen reguliere publiek. De grote kracht van de Rumorformule is dat deze publieksgroepen op de festivalavonden met elkaar vermengd worden. ‘Zo is het bijvoorbeeld voor gekomen dat op een van deze avonden een groep heavy metal fans bij een free jazz concert aanwezig was’, vertelt Barten. Dit impliceert dat de free jazz liefhebbers die avond eveneens een concert meemaakten met metalinvloeden. De publieksgroepen hebben met elkaar gemeen dat ze openstaan voor een diverse en avontuurlijke programmering. De De gemiddelde entreeprijs is tien euro voor drie concerten op één avond. Vorig jaar werd de subsidieaanvraag voor samenwerking met Tilburg en Rotterdam afgewezen door het FPPM. Eerder werd ook al een aanvraag voor samenwerking met Rotterdam en Nijmegen niet gehonoreerd. 98 99 50 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 publiciteitsmiddelen die Rumor zich kan permitteren zijn beperkt. De meeste communicatie gebeurt via de (binnenkort vernieuwde) internetsite en email. Tevens worden er voor elke festivalavond flyers met een korte, maar prikkelende, uitleg van de verschillende programmaonderdelen gemaakt. Affiches worden wegens geldgebrek niet meer gedrukt. Toch kan een festivalavond altijd rekenen op een groot publiek; vooral de mond-op-mond reclame doet goed zijn werk. Günther Barten, in zijn dubbele functie van programmeur en directeur van Rumor, neemt deel aan zowel de programmeursvergadering als het directeurenoverleg van de Utrechtse Harmonie. Zijns inziens is de Utrechtse Harmonie zeker waardevol voor het muzikale landschap in Utrecht. De gezamenlijke podia in Utrecht zorgen voor een vrij compleet muzikaal aanbod en dit is voor een groot deel te danken aan de overkoepelende overlegstructuur. Volgens Barten blijft de hedendaagse gecomponeerde muziek het ondergeschoven kindje van de muziek. Deze muziek heeft nog steeds geen eigen plek in het podiumcircuit kunnen veroveren. De Rumor festivalavonden worden geroemd om hun uniciteit en verrassende muziekprogramma, bovendien kunnen de avonden rekenen op een goede publieke belangstelling. Toch is het onduidelijk of Rumor in de toekomst door zal kunnen blijven gaan met het organiseren van de festivalavonden. Ondanks de welwillende houding van de Gemeente en Provincie en de bijdrage van een aantal fondsen100, is de toegekende subsidie niet voldoende voor vier jaar programmering én de volledige loonkosten voor één persoon. Bij het aanvragen van steun bij fondsen valt Rumor vaak buiten de boot. Rumor profileert zich als festival, maar in de ogen van veel subsidieverstrekkers is door de kleinschalige opzet in tijd en aantal acts eerder sprake van een concertreeks. Ook het Rijk ziet om deze reden af van structurele subsidie.101 In het kader van de festivalregeling van het rijksfonds FPPM werd de subsidieaanvraag van Rumor niet gehonoreerd, daar de commissie er niet van overtuigd was dat het festival een aanvulling was op het podiumkunstenaanbod in Nederland. Voor subsidie op projectbasis heeft Rumor echter weer een te duurzaam karakter. Bovendien wordt er bij de diverse muziekpodia steeds verder vooruit geprogrammeerd. Afgezien van de poppodia, hebben de podia minder ruimte in hun planning voor spontane activiteiten. Rumor heeft hierdoor steeds meer moeite met het vinden van geschikte ruimte. Programma In het seizoen 2004/2005 werden door Rumor vijf festivalavonden gerealiseerd; de Rumors 36 tot en met 40.102 Afgezien van de veertigste aflevering bestonden de avonden uit drie concerten. Rumor Het Thuiskopiefonds, het VSB Fonds, het KF Heinfonds, het Elise Mathildefonds en het Fentener van Vlissingen Fonds. 101 Zie ook het Advies Cultuurnota 2005-2008. 102 Voor een volledig overzicht van de laatse tien festivalavonden zie Bijlage 6. 100 51 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 40 bevatte vier programmaonderdelen. De muziek die op de festivals te horen is, is niet onder één noemer te vangen. Als voorbeeld zal het programma van Rumor 40 beschreven worden. Het eerste concert in Theater Kikker was van Ralph van Raat op piano met werken van Louis Andriessen. Niet alleen de bekendere werken van de componist kwamen aan bod, maar ook zelden uitgevoerde en vaak onuitgegeven (jeugd)werken. Het volgende concert vond plaats in EKKO en werd gegeven door Vandal X. Dit is een duo dat, zoals de flyer vermeld, ‘noisecore’ maakt, een bedachte term voor een innovatieve mix voor ‘het beste dat de punk, hardcore en metal hebben voortgebracht’. Hierna waren in RASA Ernst Reijseger en Louis Sclavis te zien. Componist, klarinettist en saxofonist Sclavis en cellist Reijseger brachten hier spontane en spannende vrij geïmproviseerde muziek. Bij het laatste concert op het SJU Jazzpodium was het Scandinavische duo Fross te horen. Hun muziek wordt getypeerd als ‘digital soul’: een electronische mengvorm van beat, soul, jazz, electro en hiphop met invloeden van uiteenlopende andere muziekstromingen als de werken van J.S. Bach en Steve Reich. Een greep uit het aanbod van de andere Rumoravonden zijn: Japanse grunge met diverse invloeden; Noorse free jazz; en Noord- en LatijnsAmerikaanse electronische muziek. De enige overeenkomst tussen de verschillende ensembles en bands is eigenlijk dat ze door Rumor geprogrammeerd zijn. Zowel het festivaprogramma in het algemeen, als de aparte programmaonderdelen in het bijzonder zijn moeilijk eenduidig te typeren. In de programmering zijn mengvormen van een heel divers scala van muziekstijlen en –genres terug te vinden. 52 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Hoofdstuk 4: Stand van zaken Utrecht heeft alle voorwaarden voor een bloeiende culturele stad. Utrecht bevindt zich centraal in Nederland, is per trein en auto goed te bereiken en heeft een kleine en gezellige historische binnenstad met diverse uitgaansmogelijkheden. Bovendien is Utrecht een universiteitsstad én er is een grote Hogeschool aanwezig, met muziekvakopleiding. Deze factoren bevorderen de vestiging van jonge hoogopgeleide mensen in de stad. En juist studenten, andere alleenstaanden en hoogopgeleide jonge huishoudens zonder kinderen hechten belang aan een aantrekkelijk cultuuraanbod.103 Deze groepen zijn in mindere mate aan huis gebonden. Ze brengen veel tijd buitenshuis door en zijn de meest frequente bezoekers van horecagelegenheden en culturele activiteiten. Een breed en gevarieerd cultureel aanbod bevordert dus de aantrekkelijkheid van een stad. Wanneer gekeken wordt naar het culturele aanbod104 in relatie tot het inwoneraantal, valt op dat Utrecht samen met Amsterdam van de vier grote steden koploper is.105 Utrecht heeft zelfs van de vier grote steden de meeste bezoeken aan de podiumkunsten per hoofd van de bevolking. Er is dus zeker publiek aanwezig voor de podiumkunsten en zo ook voor concerten met nieuwe muziek. Toch blijkt maar een klein deel daadwerkelijk de gang naar de nieuwe muziek concerten te vinden. Een parallel met de stedenbouwkundige structuur van de stad Utrecht is dan snel gemaakt. Utrecht heeft een binnenstad met drukke pleinen, grachten en straten, maar ook verstopte kleine stille hofjes. De muziekprogrammering in Utrecht is hiermee te vergelijken. Het meest zichtbare is het grote aanbod van populaire en klassieke muziek op de grotere podia. Daarnaast wordt er op kleinere schaal nieuwe muziek geprogrammeerd, deze programmering springt echter niet direct in het oog en is verspreid over de diverse muziekpodia. ‘Pas nadat je een rondleiding hebt gehad, ben je op de hoogte van de onzichtbare schoonheid van de stad. En dit geld ook voor het Utrechtse aanbod van nieuwe muziek.’106 103 104 105 106 G.A. Marlet en I.M. Tames, 2002, p. 21. Aantal podiumkunstvoorstellingen en musea. G.A. Marlet en I.M. Tames, 2002, p 41. Uit gesprek met Renée Heijnen en Liesbeth van Droffelaar, Gemeente Utrecht. 53 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Programmering Door de diversiteit van nieuwe muziek en de veelheid aan nieuwe muzikale ontwikkelingen, is het erg lastig alle actuele muziekvormen een eigen plaats te geven in de programmering. ‘Enerzijds ligt er de noodzaak tot museale conservering van de twintigste eeuw, die eeuw willen we als cultuurgoed niet kwijtraken. Anderzijds gebeurt er in de huidige nieuwe muziek over de hele breedte van klassiek tot pop zo veel dat de muzieksector hard zal moeten lopen om het bij te benen’.107 Over het algemeen kan gezegd worden dat de Utrechtse Muziekpodia gezamenlijk een erg breed scala aan nieuwe muziek aanbieden en er weinig overlap in programmering te constateren is. Wat betreft de gecomponeerde nieuwe muziek zijn Muziekcentrum Vredenburg en Theater Kikker de grootste aanbieders. Vredenburg concentreert zich voornamelijk op het ‘ijzeren repertoire’ van de nieuwe muziek. De muziek die hier klinkt, is de nieuwe muziek van de bekendere componisten. Ook Nederlandse componisten komen aan bod. Afgezien van de premières van een aantal Nederlandse en buitenlandse componisten, is de nieuwe muziek die bij Vredenburg wordt uitgevoerd te karakteriseren als de oudere gecomponeerde nieuwe muziek.108 Ook de ensembles en orkesten die het werk ten gehore brengen, zijn ensembles met landelijke uitstraling. Lokale artiesten uit de nieuwe muziek zijn sporadisch te vinden in het programma. De concerten worden vrijwel allemaal aangeboden in serievorm. Bij het programma van Theater Kikker ligt het accent tevens bij de gecomponeerde nieuwe muziek. Binnen de programmering ligt het zwaartepunt echter bij de hedendaagse gecomponeerde nieuwe muziek. Lokale ensembles en componisten komen bij Kikker veel meer aan bod dan bij Vredenburg. Vooral het Rosa Ensemble neemt een speciale plek in. De concerten bij Kikker worden weliswaar niet in serievorm aangeboden, wel worden de concerten geconcentreerd in de Luisteren!-weekends. Daarnaast zijn er de maandelijkse Proeflokalen met een sterk experimenteel karakter. Waar Vredenburg in muziek en musici landelijk georiënteerd is, is Kikker meer gericht op de lokale muzieksector. De muziekprogrammering van HFadW is niet erg omvangrijk. Net als bij Theater Kikker ligt het zwaartepunt in het gehele programma bij het theater. Beide multidisciplinaire organisaties kiezen echter voor een ander soort muziekprogrammering. Waar Kikker voornamelijk gecomponeerde muziek brengt, kiest HFadW voor een meer multidisciplinair muzikaal aanbod. Veel van de programmaonderdelen bevat nieuwe muziek die ingebed zit in een theatrale vorm met veelvoudig gebruik van beeld. De nieuwe muziek heeft deels raakvlakken met de populaire muziek, deels met het experiment. Het muziekprogramma van HFadW is moeilijk in te delen in een van de hoofdstromingen van de nieuwe muziek, dit komt door de geringe omvang van het muzikale aanbod en de diversiteit binnen het muziekprogramma. Opmerkelijk is dat HFadW als enige besproken B. van Rosmalen, 1998, p. 8. Maar ook muziek van het begin van de twintigste eeuw wordt als nieuwe muziek geprogrammeerd in het kader van de serie ‘Een Eeuw Nieuwe Muziek’. 107 108 54 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 organisatie kiest voor seriebespeling, terwijl dit in de muzieksector ongebruikelijk is. De nieuwe muziek die op het SJU Jazzpodium de ruimte krijgt is voornamelijk vernieuwende geïmproviseerde muziek. Van de vier of vijf optredens die in het totaal per week gegeven worden, kan echter niet van alle gezegd worden dat het nieuwe muziek betreft. Het vernieuwende karakter zit voornamelijk in de Music: World Series en de SJU Lab projecten. In de programmering van de losse concerten wordt een representatie gegeven van de hedendaagse jazzpraktijk, waarbij het accent ligt bij de vernieuwende ontwikkelingen in de geïmproviseerde muziek. Lokale musici en ensembles krijgen bij het SJU Jazzpodium niet zelden de ruimte. Het was dan ook één van de redenen bij de oprichting van de SJU om de lokale jazzmusici een eigen podium te geven. De taakverdeling in de jazzprogrammering tussen Vredenburg en de SJU is helder; Vredenburg draagt zorg voor het programmeren van de meer behoudendere jazzvormen en op het SJU Jazzpodium is het actuele aanbod te horen. De vernieuwende wereldmuziek is in hoofdzaak te vinden bij Wereldculturencentrum RASA, maar ook de SJU neemt een deel voor haar rekening. RASA, gespecialiseerd in de kunstuitingen van nietwesterse culturen, neemt echter het grootste gedeelte op zich. In de programmering van nieuwe muziek legt RASA de nadruk op de verschillende vernieuwende muzikale ontwikkelen die gaande zijn in de diverse niet-westerse culturen. De SJU concentreert zich op de hedendaagse geïmproviseerde wereldmuziek en de verschillende combinaties hiervan in de Music: World Series en Sessies. Rumor bindt als het ware de losse eindjes aan elkaar in de nieuwe muziek. Waar de reguliere muziekpodia in Utrecht nog niet klaar voor zijn, wordt door Rumor juist wel geprogrammeerd. Frappant is dat juist deze concerten wel weer uitgevoerd worden op dezelfde Utrechtse muziekpodia en dat deze podia hun zaal (meestal) gratis ter beschikking stellen. Rumor zou gezien kunnen worden als vrijplaats voor de nieuwe muziek die bij de ander podia niet binnen de programmering past. De nieuwe muziek die klinkt tijdens deze Rumor avonden is zeer divers. Alle hoofdstromingen in de nieuwe muziek worden hier gerepresenteerd. In de gehele programmering zijn relatief weinig Utrechtse ensembles en musici te vinden, Rumor profileert zich dan ook als festival met landelijke uitstraling. Impakt neemt binnen de nieuwe muziek programmering van Utrecht een aparte plaats in. Impakt is in hoofdzaak een organisatie voor filmen videokunst, beeldende kunst en nieuwe media. De nieuwe muziek vormt slechts een klein onderdeel van de gehele programmering. De muziek die geprogrammeerd wordt is niet muziek om de muziek, maar muziek met een duidelijke link naar het audiovisuele. Desalniettemin is deze muziek zeker aan te merken als nieuwe muziek en is het beste onder te brengen bij de vernieuwende experimentele popmuziek, daar de muziek veel raakvlakken met de populaire cultuur heeft. Bovendien is deze muziek afkomstig uit een subcultuur waarin, net als in de populaire muziek, beeld erg belangrijk is. Dit betekent niet dat de 55 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 muziek die door Impakt geprogrammeerd wordt per definitie makkelijk in het gehoor ligt. Op de Utrechtse muziekpodia vinden we hiermee alle vier de hoofdstromingen in de nieuwe muziek terug; de gecomponeerde nieuwe muziek, de geïmproviseerde nieuwe muziek, de nieuwe wereldmuziek en de vernieuwende populaire muziek. Achtergrond De achtergronden van de diverse organisaties die nieuwe muziek programmeren verschilt. Muziekcentrum Vredenburg is de enige organisatie die kan terug kijken op een lange historie. Weliswaar onder de oude naam, Tivoli. Het was jarenlang hét muziekpodium van de stad Utrecht. Nog steeds is de gemeentedienst Vredenburg verantwoordelijk voor de overgrote deel van de Utrechtse muziekprogrammering. Deze programmering strekt zich uit van oude muziek tot americana. Nieuwe muziek vormt een klein deel van het algehele programma. Voor de overige organisaties (uitgezonderd van RASA) is in principe een tweedeling te maken in ontstaansgeschiedenis; enerzijds de organisaties ontstaan uit initiatieven vanuit de kunstenwereld, anderzijds de organisaties ontstaan uit studenteninitiatieven. Het SJU Jazzpodium en Rumor zijn primair uit muzikaal oogpunt opgericht. De SJU in 1977 om de moderne jazz en geïmproviseerde muziek een eigen plek te geven in Utrecht. Rumor in 1991 uit onvrede over het bestaande muzikale klimaat waar voor de vernieuwende muzikale vormen en de mengvormen hiervan geen plaats was. Beide initiatieven zijn gegroeid om de hiaten in het (Utrechtse) muziekleven op te vullen. De programmering van Rumor en de SJU bestaat dan ook respectievelijk geheel en voor het grootste gedeelte uit hedendaagse, vernieuwende muziek. Ook Impakt is gegroeid uit een initiatief vanuit de kunstensector. De invalshoek is echter beduidend anders, het betreft hier een organisatie die zich primair richt op de beeldende en audiovisuele kunsten, de nieuwe muziek heeft pas later een plaats in de programmering gekregen. Voor Theater Kikker en HFadW, beide ontstaan als studenteninitiatieven, is de muziekprogrammering niet de ‘core business’. Beide multidisciplinair van opzet bieden zij in hoofdzaak theater. Waarbij gezegd kan worden dat dit meer geldt voor HFadW dan voor Kikker, die naast theater ook dans en kindervoorstellingen programmeert. Muziek heeft wel vanaf het begin deel uit gemaakt van het programma, maar is niet altijd prominent aanwezig geweest. Dit zou kunnen zijn omdat deze organisaties als studentenactiviteit begonnen zijn en in het beginsel een meer vrijblijvend karakter hebben gehad. Vooral uit de geschiedenis van Kikker blijkt dat in de begintijd geen duidelijke lijn in de algehele programmering zat. Met het verkrijgen van een eigen pand en de professionalisering van beide organisaties, werd een duidelijker profilering in gang gezet. Beide organisaties zijn uitgegroeid van studenteninitiatief tot professionele 56 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 culturele instelling.109 Wat wel het gevaar is bij een multidisciplinaire organisatie waar muziek meer in de kantlijn staat, is dat de specifieke expertise op het gebied van muziekprogrammering bij het grootste deel van het personeel vaak niet of nauwelijks aanwezig is. De muziekprogrammeur kan hierdoor snel op een eilandje binnen de organisatie terechtkomen. Wereldculturencentrum RASA heeft een meer typische ontstaansgeschiedenis; van jongerencentrum naar cultuurcentrum, naar centrum voor migrantencultuur en uiteindelijk naar wereldculturencentrum. RASA is gezien de ontwikkeling meegegaan met de vraag vanuit het publiek, niet vanuit een commercieel maar vanuit een maatschappelijk oogpunt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat RASA in beginsel werd gesubsidieerd uit het welzijnsbudget. Tegenwoordig is ook RASA geprofessionaliseerd en uitgegroeid tot een van de weinige centra voor niet-westerse cultuur in Nederland. De professionalisering in de Utrechtse muzieksector heeft zich de laatste jaren niet alleen op personeel gebied voltooid. Ook is dit te zien aan de faciliteiten waar het grootste deel van de besproken organisaties tegenwoordig over beschikken. Met steun van de gemeente zijn zowel Theater Kikker, als Huis aan de Werf, RASA en het SJU Jazzpodium de afgelopen jaren grondig verbouwd. Bovendien staat de bouw van het nieuwe Muziekpaleis hoog op de culturele agenda. Publiek ‘Het probleem van programmeren is negen van de tien gevallen niet het gebrek aan fantasie van de programmeur of dirigent, het gebrek aan goede wil van orkest of het kleine deel van het publiek dat wél komt. Het probleem is die grote moot die je als basis in je zaal moet hebben om een kapitaalkrachtige organisatie overeind te houden. We moeten muziek uitvoeren waar het grootste deel van het publiek graag naar luistert. Alleen weet het publiek lang niet altijd waar het graag naar luistert, men weet vooral wat men wil: bevestigd worden in een cultureel en emotioneel kader’ – Leo Samama, artistiek coördinator Residentie Orkest.110 Het meest gehoorde probleem bij het programmeren van nieuwe muziek is het beperkte publiek dat op deze concerten afkomt. Dit is een probleem dat niet alleen in Utrecht speelt, maar voor de gehele nieuwe muziek sector geldt. Slechts één procent van de Nederlandse bevolking is in beginsel geïnteresseerd in de hedendaagse muziek.111 Er zijn diverse onderzoeken gedaan naar het publiek van nieuwe muziek. De meest recente zijn van C. Smithuijsen en J. Hoogervorst in Ook tegenwoordig zijn er veel studentenorganisaties die op een bepaalde manier bezig zijn met kunst en cultuur. Met de huidige studiedruk wordt het echter steeds moeilijker studenten zo ver te krijgen om hun kostbare tijd te stoppen in een vrijwillige bijdrage aan cultuur. 110 In: P. Janssen, Trainingskamp vol prikkeldraadmuziek, 1999, p. 54. 111 Dit is weliswaar enigszins gedateerd en komt uit een onderzoek door H. Ganzeboom uit 1990. C. Smithuijsen, ‘Hoorspel’, in: E. Schönberger, 1996, p. 166. 109 57 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 respectievelijk 1993 en 1994.112 In deze onderzoeken wordt het nieuwe muziek publiek ten opzichte van het algemene (klassieke) concertpubliek getypeerd als gemiddeld jonger en hoger opgeleid. Opvallend is ook dat 81% van het publiek ooit zelf gemusiceerd heeft, van de 54% die dit nog steeds doen, is dit voor een groot deel op professioneel niveau. Hierbij kan opgemerkt worden dat conservatoriumstudenten ‘in niet geringe mate fungeren als publiek bij concerten met hedendaagse muziek’.113 Het onderzochte publiek is voornamelijk het publiek van gecomponeerde nieuwe muziek. Daarnaast is er voor de gehele nieuwe muziek sector een steeds duidelijker tweedeling in de publiekssamenstelling waarneembaar. Enerzijds ontstaat er een nieuw jong, omnivoor, ongrijpbaar publiek, anderzijds is er het reeds bestaande, gespecialiseerde oudere publiek.114 Door Muziekcentrum Vredenburg zal voornamelijk het oudere, gespecialiseerde publiek worden aangesproken, dat afkomt op de grote namen uit de nieuwe muziek. Het publiek van Theater Kikker zal gemiddeld genomen jonger zijn dan het Vredenburg-publiek, vanwege het programma met minder bekende en nieuwere gecomponeerde muziek. Ook Impakt en HFadW zeggen met hun muziekprogrammering een jong en avontuurlijk ingesteld publiek aan te spreken, waarbij het aandeel studenten erg hoog is. Rumor, RASA en de SJU kunnen rekenen op een meer divers samengesteld publiek, mede door de diverse programmering. Waar ‘De Nieuwe Serie’ van Vredenburg in de jaren negentig nog kon rekenen op gemiddeld vijfhonderd tot zevenhonderd bezoekers115, is dit aantal de afgelopen jaren sterk verminderd. Ook Kikker en HFadW zijn niet tevreden over de publieksaantallen voor hun nieuwe muziekprogrammering. Bij het SJU Jazzpodium is het publieksbereik de afgelopen jaren weliswaar vergroot, maar er moet wel steeds harder aan getrokken worden om nieuw publiek binnen te halen. RASA geeft aan dat er weinig publiek is voor de hedendaagse programmering. Men probeert hier een nieuw publiek te winnen uit het publiek van de meer mainstream programmering; dit is echter een zeer traag proces. Rumor daarentegen loopt erg goed en kan rekenen op een trouwe schare Rumor-toehoorders. Bovendien is er altijd publiek dat specifiek op de geprogrammeerde artiesten afkomt. Voor Impakt is de muziek weliswaar geen hoofdzaak, maar blijkt deze behoorlijke bezoekersaantallen te trekken, ondanks (of dankzij?) de niet erg toegankelijke programmering. Over het algemeen kan gezegd worden dat alle besproken organisaties wel tevreden zijn met het type publiek dat bereikt wordt met de concerten. Dat het publiek over de gehele muzieksector de afgelopen jaren is afgenomen terwijl het aantal concerten is C. Smithuijsen ondervroeg in 1993 abonnementshouders van Muziekcentrum Vredenburg, waaronder de abonnementshouders van ‘De Nieuwe Serie’ met hedendaagse muziek. J. Hoogervorst enquêteerde in 1994 het publiek van de Promsconcerten. 113 C. Smithuijsen, in: E. Schönberger, 1996, p. 181-183. 114 Walter Maas Huis, 1995, p. 3. 115 J. Hoogervorst, 1995, p. 48. 112 58 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 toegenomen116, treft uiteraard tevens de organisatoren van nieuwe muziek. Het publiek voor nieuwe muziek, is een publiek dat voor het overgrote deel bestaat uit connaisseurs en mensen die beroepsmatig betrokken zijn bij de muziek. Dit maakt het nieuwe muziek publiek een zeer kwetsbaar publiek. Dat de nieuwe muziek nooit zal kunnen rekenen op een massale publieksbezetting is een feit, maar dit zou dan ook niet het meest belangrijke moeten zijn bij het programmeren van nieuwe muziek. Niet elk concert met nieuwe muziek vervult dezelfde functie; een concert met experimenteel karakter bijvoorbeeld heeft niet als primaire doel veel publiek te trekken. Bovendien liggen de publieksaantallen voor de onderzochte programmering zeker niet onder het landelijke gemiddelde. In vergelijking met andere steden kan Utrecht zich zelfs gelukkig prijzen met het publieksbereik voor de nieuwe muziek.117 De tegenvallende publieksaantallen zijn relatief. Natuurlijk is het voor de podia van budgettair belang de zaal vol te krijgen, maar de nieuwe muziek programmering zou hier niet op moeten worden afgerekend. Het gaat erom dat de gezamenlijke podia een goed beeld geven van wat er in de muzieksector gebeurt. ‘De muzieksector kan niet zonder nieuwe muziek. […] Zonder nieuwe muziek is de muzieksector na enige tijd uitgepraat!’118 Samenwerking ‘Het ‘nieuwe muziek podium’ van de toekomst wordt een bundeling van kleinschaligheid.’ Dit concludeert een discussieronde in 1995 over de nieuwe muziek sector. Het imago van de nieuwe muziek is voor verbetering vatbaar. Muziek alleen is niet genoeg om de gang naar de concertzaal te maken. Veel spelers in het nieuwe muziek veld kampen met vergelijkbare problemen. Bundeling van krachten op het gebied van o.a. fondsenwerving, publiciteit, marketing en communicatie zal de efficiency en professionaliteit van de sector ten goede komen.119 In de Utrechtse muzieksector wordt veel samengewerkt. Het bestaan van het overlegplatform de Utrechtse Harmonie is hier een voorbeeld van. Afgezien van Impakt zijn alle besproken organisaties aangesloten bij dit platform. Bij het programmeursoverleg wordt voornamelijk gesproken over gezamenlijk in te vullen activiteiten als de Culturele Zondagen of het Mozartjaar 2006. Deze activiteiten moeten in het eigen programma worden gepast, wat niet altijd even gemakkelijk is. Bovendien zijn veel van deze activiteiten gratis toegankelijk en is het de vraag of hierdoor daadwerkelijk een nieuw publiek wordt ontsloten. Wel heeft de Utrechtse Harmonie mede zorg gedragen voor een goede taakverdeling binnen het muzikale veld; het is duidelijk wie wat programmeert. Het ontbreekt echter nog wel aan een optimale gezamenlijke lobby. 116 117 118 119 A. van den Broek (e.a.), 2005, p. 39. Vergeleken met de podia in Gelderland en Overijssel. Ph. Lelieveldt, 2001. Walter Maas Huis, 1995, p. 11. Walter Maas Huis, 1995, p. 59 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Buiten de Utrechtse Harmonie wordt er ook onderling samengewerkt. RASA en Vredenburg boden in het seizoen 2004/2005 samen drie series aan. Ook de combinaties Vredenburg - SJU en SJU – RASA verzorgden gezamenlijk een serie. Daarnaast droegen bovenstaande drie organisaties zorg voor het Wishing for a Star-project. In de aanloop naar het Muziekpaleis waren er uiteraard de Muziekpaleis-concerten verzorgd door Vredenburg, Tivoli en de SJU. Een ander hoogtepunt in de onderlinge samenwerking in de nieuwe muziek zijn de Rumoravonden die deels mogelijk worden gemaakt door de belangeloze medewerking van verschillende Utrechtse muziekpodia. Door een gezamenlijke programmering hoopt men tevens het publiek van het ene podium over de drempel van het andere te trekken. Bij Kikker, Vredenburg en het SJU Jazzpodium krijgen Conservatoriumstudenten geregeld de mogelijkheid zich te presenteren. De samenwerking met het Conservatorium laat echter vaak te wensen over. Meer samenwerking zou de zichtbaarheid en het imago van het Utrechtse Conservatorium kunnen verbeteren. Bovendien zou dit van waarde kunnen zijn voor het algemene muzikale aanbod in de stad. Ook wordt er weinig tot niet samengewerkt met de studie Muziekwetenschap van de Universiteit Utrecht. En juist onder de studenten van deze studie en van het Conservatorium zit het (toekomstige) publiek voor de nieuwe muziek. Financiële middelen Alle hierboven besproken organisaties worden voor een groot deel gesubsidieerd. Het mag dus duidelijk zijn dat in deze periode waar het economisch minder gaat en er op alle vlakke bezuinigd moet worden, culturele instellingen het financieel bijzonder moeilijk hebben. De cultuur wordt vaak bij de overheidsinstellingen gezien als de sluitpost van de algemene begroting. Het is een van de eerste sectoren die de klappen moeten opvangen als het economisch minder gaat. Alle hierboven besproken organisaties hebben aangegeven in principe over onvoldoende geldelijke middelen te beschikken om daadwerkelijk het pad te bewandelen waarnaar wordt gestreefd. Met meer geld zou meer, gevarieerder en bijzonderder geprogrammeerd kunnen worden. Om deze reden is er een manifest opgesteld door de gezamenlijke Utrechtse kunstwereld, genaamd ‘Kunst maakt de stad’. Dit manifest benadrukt het belang van een bloeiend cultureel leven voor de stad Utrecht en is een oproep aan politici en politieke partijen in Utrecht zich hiervoor in te zetten voor de Collegeperiode 2006-2010. De gezamenlijke instellingen vragen hierbij om budgetverruiming voor de kunsten.120 Bovendien zou met meer financiële middelen tevens de personele bezetting versterkt kunnen worden. Bij een aantal organisaties is de huidige onderbezetting Het inwoneraantal groeit in Utrecht nog steeds, het bedrag per inwoner dat in de begroting wordt gereserveerd voor de kunsten is echter hetzelfde gebleven. Utrecht trekt jaarlijks 110 euro per inwoner uit. Dit was in 2001 116 euro, terwijl dit in datzelfde jaar in Amsterdam 173 euro, in Rotterdam 155 euro en in Den Haag 130 euro was. 120 60 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 een aanwezig probleem. Het wegvallen van de I/D regeling heeft dit probleem versterkt. De SJU en Rumor geven expliciet aan onder zeer grote druk te werken. Daarbij zijn veel organisaties aangewezen op de goodwill van vrijwilligers of de vrijwillige bijdrage van anderen. Rumor kan rekenen op steun uit het veld door het gratis beschikbaar stellen van hun zalen. Impakt Festival, Festival aan de Werf en het SJU Jazzpodium draaien voor een groot deel op vrijwilligers en (stagiaires). Kikker en RASA hebben vrijwilligers is dienst voor onder andere de horeca en techniek. Het werken met vrijwilligers heeft absoluut zijn charme, maar is niet altijd optimaal. Er moet gewaakt worden voor overspannenheid van de culturele sector in het algemeen en de muzieksector in het bijzonder. Muziekpaleis De ontwikkeling van het Muziekpaleis heeft voor onrust in het Utrechtse muziekwereld gezorgd. Het Muziekpaleis zal het eerste complex in Nederland worden waar zowel klassieke muziek, als populaire muziek, geïmproviseerde muziek en alle mengvormen hiervan onder één dak zullen komen. Het complex moet van grootstedelijke allure worden met landelijke én internationale uitstraling. De drie toekomstige samenwerkingspartners krijgen hiermee de beschikking over faciliteiten die specifiek toegesneden zijn op de uitvoering van de verschillende muzieksoorten. Hoe alles exact organisatorisch gestructureerd zal worden is nog onduidelijk. Wel is voorop gesteld dat de drie partners hun eigen karakter moeten kunnen behouden. Het grootschalige karakter van het Muziekpaleis en de nieuwe muziek sector die juist als ‘bundeling van kleinschalig aanbod’ wordt gezien, lijken elkaar in de weg te staan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de organisaties die geen deel uit gaan maken van het multiplex, hierdoor enigszins huiverig naar de toekomst van de nieuwe muziek programmering kijken. Hoe zal de kleinere SJU zich kunnen handhaven tussen de twee grote muziekaanbieders Tivoli en Vredenburg? Het is de vraag of de kleinschalige muziekstromingen zich tussen het immense populaire en klassieke repertoire in het Muziekpaleis staande zullen kunnen houden. En zal het kwetsbare nieuwe muziek aanbod bij de andere muziekpodia in de stad Utrecht niet onder de voet worden gelopen? Bovendien zal Vredenburg, de grootste aanbieder van gecomponeerde nieuwe muziek, het eind van het seizoen 2005/2006 voor tenminste drie jaar dicht gaan voor de verbouwing. De programmering zal uiteraard wel voortgezet worden, maar in mindere mate en op andere plekken. Het meest kwetsbare repertoire voor Vredenburg is het symfonische repertoire. Hiermee wordt het grootste publiek bereikt en wordt de meeste concurrentie ondervonden van concertzalen in het land. Het ligt dus in de lijn der verwachting dat Vredenburg de jaren dat het niet over eigen faciliteiten beschikt, zich voornamelijk op dit symfonische repertoire zal richten. De nieuwe 61 Nieuwe Muziek in Utrecht muziek programmering van Vredenburg zal verwachting op een lager pitje komen te staan. Nora Maartense, 2005 deze jaren naar Conclusie en aanbevelingen De gezamenlijke Utrechtse podia brengen een vrij compleet en gevarieerd nieuwe muziek programma. Helaas kampen vrijwel alle podia met dezelfde problemen; tegenvallende publieksaantallen, een gebrek aan financiële middelen en een personele onderbezetting. Dit is echter niet symptomatisch voor het Utrechtse, maar is over de gehele nieuwe muziek sector het geval. Het bundelen van krachten op het gebied van marketing, publiciteit en fondsenwerving kan een oplossing zijn voor veel van deze problemen. Maar ook de uitwisseling van kennis van goede programmeringformules zou kunnen leiden tot een betere positie van de nieuwe muziek in Utrecht. De Utrechtse Harmonie is bij uitstek de plaats om zich sterk te maken voor een betere samenwerking in de nieuwe muziek sector. De ontwikkeling van het Muziekpaleis biedt de muzieksector de kans om de nieuwe muziek prominenter in het muzikale landschap neer te zetten, dankzij onderlinge samenwerking. Ook hier is samenwerking vanzelfsprekend van groot belang. Waarbij echter wel zoveel mogelijk de eigen specificiteit en karakter van de kleinere organisaties gewaarborgd moeten blijven. Naast onderlinge samenwerking zal er ook gewerkt moeten worden aan een beter band met de Utrechtse muziekvakopleidingen en de Utrechtse ensembles, musici en componisten. Dit hoeft uiteraard niet alleen van de kant van de faciliterende organisaties te komen. De Utrechtse ensembles, musici en componisten van nieuwe muziek spelen daarin een even belangrijke rol, waarop in het tijdsbestek van dit onderzoek helaas niet verder ingegaan kon worden. Tevens moet er gezorgd worden voor meer duidelijkheid omtrent het Utrechtse nieuwe muziek programma naar het (potentiële) publiek toe. Veel blijft voor de minder initiatiefrijke muziekliefhebber nog verborgen. Een gezamenlijke (maandelijks) brochure met het nieuwe muziek aanbod in Utrecht zou een middel kunnen zijn. Hierdoor kunnen de latent geïnteresseerden over de streep worden getrokken. Al met al kan gezegd worden dat de nieuwe muziek programmering goed ingebed is in het culturele leven van Utrecht. Alle verschillende stromingen komen aan bod. Het aanbod is echter wel versnipperd over de stad en is vaak onvoldoende zichtbaar. Samenwerking op voornamelijk het gebied van publiciteit én een speciale Utrecht brede subsidie voor deze kwetsbare programmering zou ervoor kunnen zorgen dat de nieuwe muziek in Utrecht een goede toekomst tegemoet kan zien. 62 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bijlage 1: Programma Nieuwe Muziek Vredenburg Seizoen 2004/2005 Datum 26-sep 27-sep 1-okt 10-okt 22-okt 5-nov 14-nov 10-dec 10-dec 10-dec 11-dec 11-dec 12-dec 15-jan 21-jan 24-jan 25-jan 31-jan 8-feb 14-feb 20-feb 22-feb 8-mrt 17-mrt 18-mrt 19-mrt 21-mrt 31-mrt 14-apr 17-apr 29-apr 2-jun Uitvoerders Slagwerkgroep Amadinda Schönberg Ensemble Gratis lunchconcert Orkest van het Oosten Gratis lunchconcert Radio Kamerorkest Schönberg Ensemble Gratis lunchconcert Osiris Trio Radio Filharmonisch Ork. Hannigan en Marinissen Ives Ensemble Dag Muziek (NL) Main Biennale Pahud, Queyras en Braley Schönberg Kwartet Beaux Arts Trio Ensemble-Parade Mellema en Van Klaveren Asko Ensemble Radio Kamerorkest Ives Ensemble Nieuw Ensemble SJU Jazz Festival SJU Jazz Festival SJU Jazz Festival Symfonieorkest Conserv. Cross-linx: Rockpaleis Nieuw Ensemble King’s Singers Radio Kamerorkest Schönberg en Asko Ens. NA: Nieuwe Avonturen NPS: NPS: Dubbelspel EE: Een Eeuw Nieuwe Muziek NM: Nederlandse Muziekdagen VS: Vrij Spel KC: Koffieconcerten MP: Het Muziekpaleis PT: Pianotrio HD: Het Debuut CZ: Culturele Zondag CC: Conservatoriumconcerten Programma (o.a.) Ligeti, Cage Kurtág Stockhausen Penderecki Schönberg, Webern Hamel, Tiensuu Schönberg, Tarnopolski Van Vlijmen, Loevendie Torstensson Jansen, Van der Aa Cage,Janssen,Andriessen Rijnvos Simons, Keuris Van Doorn, Van Vugt Boulez, Crumb Schönberg, Zemlinsky Müller-Wieland Loevendie Keuris Eisler, Dramm Macmillan, Simons Cage, Andriessen jonge baltische comp. Diverse Diverse Diverse Werk v.e. student HKU Diverse Berio, Maderna Nieuwe Italiaanse Muziek Bolcom, Gruber Van der Aa, Andriessen Serie NA EE * NA * NPS NA NM NM/NPS NM NM/NA NM/CZ ** VS EE PT CC HD NA NPS EE NA * * * * ** ** ** CC MP EM KC NPS NA *** * * *: naast nieuwe muziek klonk hier ook andere muziek **: jazz ***: populaire muziek 63 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bijlage 2: Programma (Nieuwe) Muziek Theater Kikker Seizoen 2004/2005 datum 5-sep 5-sep 5-sep 11sep 7-okt 7-okt 8-okt 8-okt 9-okt 16-okt 26-okt 16-nov 18-nov 19-nov 19-nov 20-nov 21-nov 27-nov 9-dec 10-dec 10-dec 11-dec 12-dec 21-dec 18-jan 27-jan 28-jan 28-jan 29-jan 15-feb 24-feb 24-feb 25-feb 26-feb 22-mrt 7-apr 7-apr 8-apr 9-apr 9-apr 10-apr 26-apr 5-mei 5-mei 6-mei 7-mei 14-mei 4-jun Uitvoerders UF: Koh-I-Noor UF: Insomnio UF: Rosa Ensemble Psychedelic Circus Watt Lucas & Van Wissem Lunchconcert (HKU) Rosa Ensemble Axyz Ensemble Rumor 36 Proeflokaal #30 Proeflokaal #31 Ensemble Gending Lunchconcert (HKU) Ivo Janssen Pianomarathon Monique Copper Rumor 38 Rosa Ensemble Lunchconcert (HKU) Henneman Strijkkwartet Interzone Calefax Rietkwintet Proeflokaal #32 Proeflokaal #33 Cluster Voices Lunchconcert (HKU) Zephyr Kwarten & Hijmans Utrecht Boft! Proeflokaal #34 Lunchconcert (HKU) Rosa Ensemble Koh-I-Noor & De Watertoren Utreg Massive Proeflokaal #35 Lunchconcert (HKU) The Barton Workshop Ives Ensemble Kees Wieringa Kees Wieringa Ives Ensemble Proeflokaal #36 Lunchconcert (HKU) The Warlips Bonte Koe Records Interzone Rumor 40 Proeflokaal Speciaal titel/uitleg nieuw werk Drie hedendaagse composities voorproef: Selling Hoovers in Mojave Van theater tot techno, dansavond The Longest Mauvais Quart d'Heure geen titel n.t.b. Selling Hoovers in Mojave Whatever happend to the heroes? zaal KZ GZ GZ GZ GZ GZ GZ GZ GZ GZ KZ KZ Terus-terus GZ Werken van Debussy GZ Down with minimalism? GZ Benefiet met diverse artiesten GZ Kinderconcert GZ GZ Rosa Sub Rosa GZ Barok en Renaissance GZ dubbelconcert met Hulst/Bouwhuis GZ Dansavond GZ Kinderconcert (CZ) GZ KZ KZ Espacio GZ Romantische liederen GZ dubbelconcert met Orkest Jargon GZ Dansavond GZ KZ n.t.b. GZ Rosa Sub Rosa GZ Dubbelconcert GZ Dansavond GZ KZ Presentatie Feldman workshop GZ Vroege werken van Feldman GZ For Philip Guston-Feldman GZ Complete Pianowerken Feldman, deel 1 GZ Complete Pianowerken Feldman, deel 2 GZ String Quartet (II) GZ KZ Selectie Eindexamen-studenten GZ Loud Music,Silent Film GZ Monster Avond GZ Dansavond GZ GZ beide * ** * * ** * * * * * * * * * ** * geen nieuwe muziek, maar populair, klassiek of kinderconcert ** geen eigen programmering 64 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bijlage 3: Programma Nieuwe Muziek Huis/Festival aan de Werf Seizoen: 2004/2005 datum 7-okt 8-okt 9-okt 8-dec 9-dec 10-dec 11-dec 12-dec 19-mei 20-mei 21-mei 22-mei 23-mei 24-mei 26-mei 27-mei 28-mei Uitvoerders Eboman Eboman Eboman Elizabet v.d. Kooij Elizabet v.d. Kooij Elizabet v.d. Kooij Elizabet v.d. Kooij Elizabet v.d. Kooij Eboman Eboman Eboman Eboman Noordergraaf/v.d. Heide Noordergraaf/v.d. Heide Spinvis Spinvis Twaalfhoven Titel Interface Band Interface Band Interface Band The night ripper died The night ripper died The night ripper died The night ripper died The night ripper died Verknipt Verknipt Verknipt Verknipt Voyager/De dialoog Voyager/De dialoog Lotus Europa Lotus Europa La nuit n'est pas … HadW HadW HadW HadW HadW HadW HadW HadW/CZ FadW FadW FadW FadW FadW FadW FadW FadW FadW 65 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bijlage 4: Programma Nieuwe Muziek SJU Jazzpodium Maand april 2005 (voorbeeld) vr za Datum 1-apr Club Djazzive 2-apr Music: World Serie Uitvoerders Move Gaga en DJ Scott en Bart Bosman Carlama Orkestar wo do vr za zo 6-apr 7-apr 8-apr 9-apr 10-apr Sessie SJU Lab Club Djazzive Concert Workshoppresentatie Supersessie o.l.v. Tineke Postma Jan Schellink: Firma Beweegreden Leslie Nielsen en DJ Bounce Art af Oryx : kwintet presentatie van drie workshops wo do vr za 13-apr 14-apr 15-apr 16-apr Sessie HKU Jazznight Club Djazzive SJU Lab o.l.v. Edo v.d. Velde verschillende combo's van het Conservatorium Oxide 9 en Peejay Internationaal Kook en Kunst Instituut & gasten wo do vr 20-apr Sessie 21-apr Music: World Sessie 22-apr Club Djazzive za zo wo do vr o.l.v. Edo v.d. Velde Acacoustic en sessie o.l.v. Javier Garcia Try out special: Human Workshop, Too Young to Die, Gravy en DJ's El-Diyzz en Andre 23-apr Concert JKU Jazznight met Mdungu 24-apr Workshoppresentatie presentatie van drie workshops Marcus Miller In Tivoli (i.s.m. Tivoli) 27-apr Sessie 28-apr Jazzclub* 29-apr Club Djazzive o.l.v. Edo v.d. Velde Sensual en DJ Leroy Koninginnenacht Special: Hit 'n Run, Warp Expansion Protocol en DJ's Mama's Funky Flow *Jazzclub is in de regel op zaterdagavond, twee voorgekomen dat het een donderdagavond betrof maal is het 66 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bijlage 5: Programma Nieuwe Muziek Impakt Seizoen 2004/2005 Impakt Festival 2004 Theater Kikker Datum 27-okt 28-okt Uitvoerders Thomas Köner Aki Onda 1000 revolutions per second 29-okt (K-RAA-K)3 evening 30-okt 31-okt Radian C4I - Ryoji ikeda Dajuin Yao Wang Changcun FM3 De Portables Tuk & Kurt D''Haeseleer R.O.T. Köhn Impakt Event ‘Cinema pour l’oreille’, 31 maart 2005 Tivoli De Helling Tijd 19.30 uur 20.25 uur 21.30 uur 22.00 uur Uitvoerders Matt Hulse (UK) (i.s.m. Quay Brothers, Joost van Veen en Peter Fengler) Boca Raton (NL) Janet Cardiff (CAN) AGF (Antye Greie, D) 67 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Bijlage 6: Programma Nieuwe Muziek Rumor Seizoenen 2003/2004 en 2004/2005 Seizoen 2003/2004 Rumor 31 23-okt Duo X, Ruins, Acid Mothers Temple 27-okt Mukaiyama & Yamaguchi Melt Banana Rumor 32 29-nov Markus Stockhausen Radian dif:use / Bang-Ra Rumor 33 13-dec Kammerflimmer Kollecktief Delay Coolhaven Rumor 34 20-feb A Silver Mt. Zion We vs. Death 21-feb Queen Mab O.BA.O-2 met gasten Gustavo Lamas Rumor 35 27-mrt Arthur Sauer & Marieke van der Lippe Grimes, Murray & Drake Four tet SJU Jazzpodium Theater Kikker EKKO Nicolaïkerk SJU Jazzpodium Theater Kikker SJU Jazzpodium Theater Kikker Theater Kikker Tivoli Tivoli SJU Jazzpodium SJU Jazzpodium Theater Kikker Theater Kikker SJU Jazzpodium EKKO Seizoen 2004/2005 Rumor 36 16-okt The Electronic Hammer Electric Barbarian Chicago Underground Trio Rumor 37 5-nov Duo Koleva/ van Otterloo Pluramon feat. Juliee Cruise The Go Find Rumor 38 27-nov Blonk & Van der Putten The Necks Kopna Kopna Rumor 39 22-mrt The Thing Boris (Japan) Sunn O))) Rumor 40 14-mei Ralph van Raat speelt Andriessen Vandal X Louis Sclavis/Ernst Reijseger Forss Theater Kikker Theater Kikker SJU Jazzpodium SJU Jazzpodium RASA EKKO SJU Jazzpodium SJU Jazzpodium Theater Kikker EKKO Tivoli De Helling Tivoli De Helling Theater Kikker EKKO RASA SJU Jazzpodium 68 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Literatuurlijst Adorno, Th. W., Filosofie van de nieuwe muziek. (Frankfurt, 1949) Bernard, J.W., ‘The "modernization" of rock & roll’, in: The pleasure of modernist music. Listening, meaning, intention, ideology. A. Ashby (ed.) (Rochester, 2004) p. 277324 Broek, A van den, F. Huijsmans en J. de Haan, Cultuurminnaars en cultuurmijders. Trends in de belangstelling voor kunsten en cultureel erfgoed. Sociaal Cultureel Planbureau. (Den Haag, 2005) Gaudeamus, Beleidsnota 2005 t/m 2008. (Amsterdam, 2004) Gemeente en Provincie Utrecht, Advies commissie cultuurnota 2005-2008. (Utrecht, 2004) Gemeente Utrecht, Afdeling Bestuurszaken, Bereik, beleving & betekenis van de Culturele Zondagen in Utrecht. (Utrecht, 2003) Gemeente Utrecht, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, Investeren in makers en publiek, cultuurnota gemeente Utrecht 2001-2004. (Utrecht, 2000) Gemeente Utrecht, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, Wie is wie in de utrechtse muziek. (Utrecht, 2001) Gemeente Utrecht, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, De Utrechtse muziekpodia. (Utrecht 2001) Gemeente Utrecht, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, Utrecht muziekstad, actieprogramma professionele muziek 2003-2008. (Utrecht, 2002) Gemeente Utrecht, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, Cultuurbeeld 2003. (Utrecht, ` 2003) Griffiths, P., Moderne muziek, van Debussy tot Boulez. [vertaald uit het engels] (Londen, 1978) Grosfeld, G. ‘Werkplaats of etalage. Het muziekpodium van de toekomst’, in: Mens en Melodie, jrg 54, 1999. p. 178-181 Haan, J. de en W. Knulst, Het bereik van de Kunsten; een onderzoek naar de veranderingen in de belangstelling voor beeldende en podiumkunsten sinds de jaren 70. Sociaal Cultureel Planbureau (Den Haag, 2000) Hagen, J.W.H. en E.Gerritsen, Ensembles 2005-2008. (onderzoeksrapport in opdracht van VNME) (Utrecht, 2003) Heinrichs, M., Er is geen enkele reden om in het verleden te leven: 25 jaar Muziekcentrum Vredenburg. (Utrecht, 2004) Herruer, P., ‘Het eeuwige probleem. Het publiek en de nieuwe muziek’, in: Mens en Melodie, jrg 50, 1995. p.86-89 Hoogervorst, J., In dienst van de vooruitgang; mogelijkheden en moeilijkheden voor het verwerven van publiek voor hedendaagse serieuze muziek. (Amsterdam,1995) Huis en Festival aan de Werf, Cultuurnota-aanvraag herzien 2005-2008. (Utrecht, 2004) Huis en Festival aan de Werf, Jaarverslag 2003. (Utrecht 2004) Janssen, P., ‘Een missionaire opdracht. Muziekcentrum Vredenburg volgens Peter Smids’, in: Mens en Melodie, jrg 50, 1995. p. 74-79 Janssen, P., ‘Trainingskamp vol prikkeldraadmuziek, Programmeren in Nederland (2): de artistieke leider en de hedendaagse muziek’, in: Mens en Melodie, jrg 54, 1999. p. 52-57. Janssen, P., ‘Crossover bestaat niet. Oude wijn in nieuwe marketing zakken’, in: Luister, jrg. 47, nr 562, december 1999. p. 18-22. Janssen, P., ‘Op zoek naar de toekomst, Programmeren in Nederland (3): de festivalleider’, in: Mens en Melodie, jrg 54, 1999. p. 100-104 Jazztafel, ‘De rol van de programmeur’ (verslag bijeenkomst 7 april 2003) Jazztafel, ‘De rol van de programmeur (2)’ (verslag bijeenkomst 15 september 2003) Koopman, B., ‘Is het nu echt gedaan met de nieuwe muziek?’, in: Het Financiële Dagblad. 4 april 1996. Kremer, T., Publieksonderzoek 2005, Festival aan de Werf. (Utrecht, 2005) 69 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Leeuw, T. de, Muziek van de twintigste eeuw. (Houten, 1977) Lelieveldt, Ph. en L. Mutsaers, Muziek in het Oosten, de concertpodia in de provincies Gelderland en Overijssel. (Groningen, 2001) Looten, K.N., Instant Composers Pool, een pool van instant composers verwikkeld in een strijd voor respect. Afstudeerscriptie UU. (Utrecht, 2005) Marlet, G.A. en I.M. Tames, Muziek in de stad. (door onderzoeksbureau NYVER in opdracht van poppodium Tivoli) (Breukelen, 2002) Ministerie van OC&W, ‘Muziek en muziektheater’, in: Spiegel van de Cultuur. Advies cultuurnota 2005-2008. (Den Haag, 2004) Oskamp, J., ‘Het kleine circuit’, in: De groene Amsterdammer, 3 mei 2000. Plas, J. van der en M. Schepers, Popmuziek van A tot Z. (Utrecht, 2003) Redactie Cultuur, ‘Huis aan de Werf stopt met programmeren’, in: Utrechts Nieuwsblad, 2 juli 2005. Rosmalen, B. van, ‘Milleniumwende en de nieuwe muziek van de toekomst’, in: Entr'acte Muziekjournaal, maart 1998, jrg 10, nr 2. p 6-9. Samama, L., Zeventig jaar Nederlandse muziek, 1915-1985. (Amsterdam, 1986) Schönberger, E. (red.), Ssst! Nieuwe ensembles voor nieuwe muziek. (Amsterdam, 1996) Schonzeit, G. en M.Lageweg., Ensembles in Residence, een investering in de toekomst van de kamermuziek. Doctoraalscriptie UU. (Utrecht, 2003) Slieker, M.M., Ciudad de las fiestas, een onderzoek naar de artistieke missie en programmering van enkele Utrechtse festivals. Doctoraalscriptie UU. (Utrecht, 2002) Smithuijsen, C. Het luisterpeloton. Twee generaties concertgangers vergeleken aan de hand van onderzoek naar Utrechtse abonnementhouders in 1961 en 1993. (Amsterdam, 1997) Taruskin, R., The Oxford history of western music. Volume 5, the late twentieth century. (New York, 2005) Theater Kikker, De verankering van een theater, profiel van theater Kikker 2003-2005 een nadere uitwerking, een voorzet voor discussie. (Utrecht, 2001) Theater Kikker, Inhoudelijk jaarverslag 2002 van Theater Kikker. (Utrecht, 2003) Theater Kikker, Inhoudelijk jaarverslag 2003 van Theater Kikker. (Utrecht, 2004) Utrechtse Harmonie, Notitie werkconferentie Utrechtse Harmonie (verslag bijeenkomst 29 november 2004) Utrechtse Kunstenwereld, Kunst maakt de stad, manifest van de Utrechtse kunstenwereld voor de collegeperiode 2006-2010. (gepresenteerd op 31 mei 2005) Verhoeven, M., Actuele muziek & marketing; de aanzet tot een strategisch marketingplan voor vijf podia voor actuele muziek in Brabant. Afstudeerscriptie NHTV. (Breda, 2003) Vries, A.P. de, Evaluatie circuit hedendaagse muziek, 1994-1998. (Arnhem, 1998) Walter Maas Huis, Publiek en de nieuwe muziek, probleem of ambitie? (verslag discussieronde) (Bilthoven, 1995) Wiersma, H., ‘Bijlage 3’ uit: Concert en publiek. Een onderzoek naar het profiel van het publiek in de Nederlandse concertzaal. (Utrecht, 1993) Wijn, C., ‘Stedelijk broedplaatsenbeleid: vertrekpunten, instrumenten en perspectieven’, in: Boekmancahier 51, maart 2002, p. 7-20. Willis, P., Common Culture. Symbolic work at play in the everyday cultures of the young. (Buckingham, 1990) Zoutman, J.R., Naar een centrum voor actuele muziek in Rotterdam. (onderzoeksrapport in opdracht van de Rotterdamse podia) (Rotterdam, 1995) Zuiver, J. Inventarisatie van gegevens van kleine muziekpodia en concertorganisatoren. (Hilversum, 1999) 70 Nieuwe Muziek in Utrecht Nora Maartense, 2005 Internetbronnen: www.vredenburg.nl www.theaterkikker.nl www.huisaandewerf.nl www.sjujazz.nl www.rasa.nl www.impakt.nl www.rumor.nl www.musicworldseries.nl www.culturelezondagen.nl www.ekko.nl www.nederlandsemuziekdagen.nl Artikelen op http://3voor12lokaal.vpro.nl: Anoniem, Programmeur van het jaar van Ekko naar Tivoli. Augustus 2003 Anoniem, Nieuwe interim-programmeur Ekko aangesteld. September 2003 Berg, B. van den, Van Hasselhoff tot freejazz. Rumor: Uniek festival voor nieuwe avontuurlijke muziek. Februari 2004 Griffioen, I., De Programmeur: Rutger en Pepijn van het ACU. Maart 2005 Kamphuis, A., De Programmeur: Wieland & Maarten van RASA. Juni 2005 Nicolai, G., Impakt Festival 2004: experimentele muziek en videoclips. Oktober 2004 Raadsadiezen op www.cultuur.nl: Advies Cultuurnota 2005-2008, Huis en Festival aan de Werf. Advies Cultuurnota 2005-2008, Stichting Jazz en Geïmproviseerde Muziek Utrecht. Aanvullend advies, Stichting Jazz en Geïmproviseerde Muziek Utrecht. Advies Cultuurnota 2005-2008, Rumor. Advies Cultuurnota 2005-2008, Impakt Advies Cultuurnota 2005-2008, RASA Aanvullend advies, RASA Advies Cultuurnota 2005-2008, De Toonbank. Gesprekken: Michiel Heeneman, coördinator De Toonbank, 16 november 2004 Renée Heijnen en Liesbeth van Droffelaar, Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, Gemeente Utrecht, 16 december 2004 Roland Spekle, programmeur Huis en Festival aan de Werf, 3 februari 2005 Harm Lambers, directeur Theater Kikker, 22 maart 2005 Arjon Dunnewind, festivaldirecteur Impakt, 4 april 2005 Peter Tra, programmeur Muziekcentrum Vredenburg, 12 april 2004 Günther Barten, directeur/programmeur Rumor, 8 augustus 2005 Marcel Kranendonk, directeur Stichting Jazz en geïmproviseerde muziek Utrecht, 18 augustus 2005 Wieland Eggermont, programmeur Wereldculturencentrum RASA, 23 augustus 2005 Overig: Abonnementenprogramma en Seizoensagenda Vredenburg 2004/2005. Maandprogramma’s (2004/2005) van Theater Kikker, Huis aan de Werf, SJU Jazzpodium, en Wereldculturencentrum RASA. Festivalprogramma Festival aan de Werf 2005, Impakt Festival 2004. Flyers Rumor 31 t/m 40, Luisteren! (zeven afleveringen) 71