BIJLAGE III BEZOEKRAPPORT VERVOERDER – VERVOERMIDDEL Inspecteur / controleur: …………………………………………………………………………….. Datum: ……/……/………… Beginuur: …… u …… Naam verantwoordelijke: ………………………………………………………………………….. Veebeslagnummer: … … … - … … … … … Reden bezoek: aanvraag operator - erkenning 1e aanvraag Hernieuwing Erkenningsnummer: … … … - … … … … … Wijziging Erkenningsnummer: … … … - … … … … … Beschrijving wijziging: ……………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………… Aantal voertuigen*: ……… Nummerplaat Vrachtwagen, bestelwagen, aanhangwagen (tractor, wagen), veewagen, … * indien meer dan 3 voertuigen, noteren bij 11) Opmerkingen. 1) Op- en uitladen - 1.1 Bruggen, vloeren of loopplanken. - 1.2 Vloer die zodanig is geconstrueerd dat uitglijden wordt tegengegaan en beschermende zijkanten (indien noodzakelijk). - 1.3 Indien de dieren niet aangebonden worden op de wagen, is er achteraan een afsluiting voorzien (onder de vorm van een hek of een baar) zodat de dieren niet kunnen ontsnappen wanneer de laadklep geopend wordt. 2) Uitrusting - 2.1 Vervoermiddel dat voor reizen langer dan 8 uur gebruikt kan worden. - 2.2 Scheidingen. - 2.3 Vloerbekleding die het gevaar van uitglijden zoveel mogelijk beperkt en geen letsel aan de dieren veroorzaakt. (1) vervoer per spoor (2) vervoer over water (3) vervoer door de lucht (4) vervoer van andere zoogdieren en vogels 1 - 2.4 Voldoende laag strooisel voor het absorberen van uitwerpselen, tenzij hierin op een andere wijze kan worden voorzien met ten minste dezelfde voordelen of tenzij de uitwerpselen regelmatig worden verwijderd. Inrichting zodanig dat de dieren niet kunnen ontsnappen, zo geconstrueerd dat verwondingen of onnodig lijden van de dieren worden voorkomen en zo uitgerust dat hun veiligheid gegarandeerd is. - 2.6 Bescherming tegen slechte weersomstandigheden en klimaatsveranderingen. - 2.7 Symbool waaruit de aanwezigheid van levende dieren blijkt en teken dat aangeeft in welke positie de dieren zich bevinden (enkel verplicht voor containers). - Zo nodig is aangeven dat zich daarin wilde, schuwe of gevaarlijke dieren bevinden. (4) - 2.8 Voorzieningen om dieren, in voorkomend geval, aan te binden: - Gebruikte materiaal zo sterk dat het in normale vervoersomstandigheden niet kan breken. - Gebruikte materiaal lang genoeg om de dieren, indien nodig, de gelegenheid te gaan liggen, te eten en te drinken. - Gebruikte materiaal zo ontworpen dat ieder risico van wurging of verwonding wordt voorkomen. - Passende hoogte van ringen en staven. - 2.9 Individuele hokken zo ontworpen dat de dieren tegen schokken worden beschermd. - Binnenwanden van hout of van een ander volledig glad materiaal. (1) - Voor de soort aangepaste containers of hokken die ten minste voldoen aan de meest recente voorschriften van het vervoer van levende dieren van de IATA (Association de transport aérien international). (3) - Verschillende containers voor de verschillende soorten. (4) -2.10 Geen goederen, die nadelig kunnen zijn voor het welzijn van de dieren opgeslagen in de afdelingen waarin de dieren zich bevinden. - 2.5 3) Ventilatie - 3.1 Ventilatie en aangepaste hoeveelheid lucht. - 3.2 Vrije ruimte in het compartiment en in elk van de niveaus voor een adequate ventilatie boven de dieren wanneer deze op natuurlijke wijze rechtop staan en die hun natuurlijke bewegingen op generlei wijze belemmert. - Voldoende grote ventilatieopeningen of adequaat ventilatiesysteem als geen speciaal voor het vervoer van dieren ingerichte wagons beschikbaar zijn. (1) - Voorzorgsmaatregelen om te hoge of te lage temperaturen aan boord te vermijden. (3) - Met het oog op een voortdurende adequate luchtverversing moeten in de wanden van de container gaten met passende afmetingen worden gemaakt om te zorgen voor een permanente, passende luchtstroom. De gaten moeten zodanige afmetingen hebben dat de dieren niet in aanraking kunnen komen met personen die de container hanteren of dat de dieren zich niet kunnen verwonden. (4) - Alle zijwanden, bodems en bovenwanden van de containers moeten - Voorzien zijn van afstandshouders, zodat lucht vrij kan circuleren. (4) 4) Verlichtingsinstallatie - 4.1 Aangepaste natuurlijke of kunstmatige verlichting. - 4.2 In voorkomend geval, aangepaste verlichting om de nodige verzorging van de dieren te waarborgen tijdens het vervoer. (1) vervoer per spoor (2) vervoer over water (3) vervoer door de lucht (4) vervoer van andere zoogdieren en vogels 2 5) Voeding en drenken (in geval van reizen langer dan 8 uur) - 5.1 Inrichting die tijdens haltes op voeder en water kan worden aangesloten. - 5.2 Voldoende water aan boord om de varkens tijdens de reis te drenken. - 5.3 Drinkwaterreserves of passend systeem dat de productie van drinkwater mogelijk maakt. (2) - 5.4 Voldoende voeder aanwezig in het vervoermiddel naargelang van de vervoerde diersoorten en de duur van de reis. 6) Mogelijkheid de nodige verzorging te waarborgen - 6.1 Mogelijkheid de vervoerde dieren te onderzoeken en de vereiste zorgen toe te dienen. - Grote dieren zodanig in wagons geladen dat de begeleider tussen hen door kan lopen. (1) - Geschikte doorgang zodat alle hokken, containers of voertuigen waarin dieren zijn ondergebracht bereikbaar zijn en de mogelijkheid om de zieke of gewonde dieren tijdens de reis te kunnen afzonderen. (2) - 6.2 Een door de bevoegde autoriteit goedgekeurd instrument aan boord beschikbaar om de dieren zo nodig te doden. 7) Reiniging en ontsmetting Installatie in het vervoermiddel Bij de vervoerder Uitgevoerd bij / door derden: ………………………………………………………………… Adres: ………………………………………………………………… ………………………………………………………………… - Toegelaten ontsmettingsmiddelen: product: ………………………………………… Ontsmettingsplaats voorzien van een waterdichte bodem en inrichting voor de afvoer van vloeistoffen, zonder gevaar voor besmetting. Plaats voor opslag van het strooisel en de mest. Geschikt opvangsysteem voor het afvalwater. 8) Register -- Reinigings- en ontsmettingsinformatie - register op papier - register op functionele geïnformatiseerde wijze -- Handelsverkeer - op papier - register op functionele geïnformatiseerde wijze 9) Controle Bijhouden ontsmettingsregister: - Bijhouden register vervoerder: 10) Bedrijfsdierenarts Ja, sedert ……/……/………… Nee Ja, sedert ……/……/………… Wekelijks overgemaakt aan DGZ Drongen Nee ………………………………………………………………………… (1) vervoer per spoor (2) vervoer over water (3) vervoer door de lucht (4) vervoer van andere zoogdieren en vogels 3 11) Opmerkingen ………………………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………………………….. 12) Advies - Gunstig Ongunstig Handtekening inspecteur / controleur: Einduur: …… u …… Goedkeuring Sectorhoofd Naam + stempel handtekening ………………………………… datum: ……/……/………… Voor akkoord, de aanvrager (handtekening en datum) Een kopie van dit bezoekrapport kan, bij gunstig advies en op voorwaarde dat aan alle bijkomende voorwaarden werd voldaan (zie 11) Opmerkingen), gebruikt worden als voorlopig erkenningsbewijs. Dit in afwachting tot het ontvangen van het officieel erkenningsformulier. FAVV – PCE Sector Primaire Productie Tel.:– Fax : 4