Wilhelmina Ziekenhuis Assen Vertrouwd en dichtbij Informatie voor patiënten Chirurgische kaakcorrectie zz Met uw arts hebt u gesproken over de mogelijkheid van een kaakcorrectie. In deze brochure vindt u aanvullende informatie, zodat u zich een goed beeld kunt vormen van wat een operatie inhoudt. 1 Chirurgische kaakcorrectie Door middel van een operatie kan de stand van uw kaken worden veranderd. Het is de bedoeling dat een goed evenwicht wordt bereikt tussen de kauwspieren, de rij tanden en de kiezen van onder- en bovenkaak, de luchtwegen en uw gezichtsuitdrukking. Voor een goed resultaat worden in de meeste gevallen eerst uw tanden en de kiezen rechtgezet door gedurende langere tijd een beugel te dragen. Deze beugel wordt door de orthodontist geplaatst. Hierna is het soms noodzakelijk dat door de kaakchirurg de onder- en/of bovenkaak via een operatie in de juiste positie wordt geplaatst. Ook na een dergelijke operatie moet u de beugel nog enkele maanden dragen, totdat het gewenste resultaat is bereikt. Bij deze behandeling krijgt u dus te maken met een orthodontist en een kaakchirurg. De behandeling wordt in teamverband voorbereid en uitgevoerd. De gehele orthodontisch/chirurgische behandeling duurt meestal 1½ tot 3 jaar. Voor de operatie Ter voorbereiding op de operatie wordt gebruik gemaakt van dia’s, röntgenfoto’s en gebitsafdrukken. Deze worden gemaakt door de orthodontist. Voor het chirurgische deel van de behandeling hebt u een gesprek met de kaakchirurg. Deze geeft u uitgebreide voorlichting over de operatie, zodat u in staat bent mee te beslissen of een operatie in uw geval wenselijk is. Als u vragen hebt, aarzelt u dan niet om die te stellen! Om het gesprek met de kaakchirurg zo goed mogelijk te kunnen voeren, kan het verstandig zijn om uw partner of een ander vertrouwd iemand mee te nemen. 2 Operatiemethoden Er zijn verschillende kaakcorrecties mogelijk, namelijk aan de bovenkaak, de onderkaak en de kin. Ook kan het nodig zijn dat uw onderkaak en bovenkaak tegelijk worden verplaatst, eventueel in combinatie met uw kin. Voor welke operatie u in aanmerking komt, is afhankelijk van de stand van uw kaak. In het algemeen is het zo, dat bij een afwijkende kaakstand eerst een zaagsnede in het bot moet worden gemaakt. Daarna kan de kaak, of een deel ervan, verschoven worden. Dit heet een osteotomie. Vrijwel alle kaakoperaties worden uitgevoerd via het tandvlees. Op die manier ontstaan er geen littekens in de huid. Alle operaties vinden plaats onder algehele anesthesie (narcose). Meestal duurt een opname twee tot vier dagen. Als besloten is dat u geopereerd gaat worden, krijgt u op de polikliniek Mondkaakchirurgie een brochure over uw ziekenhuisopname en een brochure over de anesthesie. 3 Correctie van een te kleine onderkaak Om een te kleine onderkaak te verlengen wordt de botsnede zo gemaakt, dat de kaak als het ware uit elkaar kan worden geschoven (zie figuur 1). Het kaakbot wordt hierbij geheel gespleten. Nadat dit is gebeurd, bestaat er nog voldoende contact tussen de botdelen om aan elkaar te kunnen groeien. Er hoeft dus geen stukje bot tussen gezet te worden. De zenuw die het gevoel in de onderlip en kin verzorgt, loopt langs de botsnede. Na de operatie kunt u daardoor een tijdje een vreemd, doof, tintelend gevoel in de onderlip hebben. Aan de buitenkant is hiervan niks te zien. Meestal trekt het dove gevoel na een paar weken weg. Soms duurt het een paar maanden voordat het gevoel in uw onderlip helemaal terug is. In een enkel geval is het dove gevoel blijvend. De geopereerde delen van de onderkaak worden met plaatjes of schroefjes aan elkaar verbonden. Na de operatie kan de mond na korte tijd (1 tot 14 dagen) weer gewoon open. Vervolgens bent u gedurende 4 tot 6 weken aangewezen op vloeibare en zachte voeding. Meestal wordt de onderkaak in de gewenste stand vastgezet tegen de bovenkaak met behulp van elastiekjes. De elastiekjes worden na zes weken verwijderd. In deze periode zult u zacht voedsel moeten gebruiken. Figuur 1 Soms is het nodig om de verstandskiezen, als u die nog hebt, te verwijderen. 4 Kincorrectie Er kan bij u sprake zijn van een onderontwikkelde kin of juist een fors ontwikkelde kin. Dit komt voor ook als de positie van de onderkaak ten opzichte van de bovenkaak goed is. In een dergelijk geval kan een kinosteotomie worden uitgevoerd. Tijdens de operatie wordt een schuine voorachterwaartse zaagsnede gemaakt door de kin (zie figuur 2). Daarna wordt het onderste kinsegment naar voren of naar achteren verplaatst. Figuur 2 Na het verplaatsen wordt het kinsegment met een plaatje en een aantal schroefjes vastgezet. Er wordt een toegang gemaakt in de onderlip. Direct na de ingreep kunt u normaal kauwen. Gedurende één week hebt u een ondersteunende pleister over uw kin. Er is een kleine kans dat u tijdelijk last hebt van een doof gevoel in uw onderlip. Bijna altijd komt het gevoel in uw onderlip na verloop van tijd weer terug. 5 Verplaatsing van de hele bovenkaak Het kan nodig zijn dat uw hele bovenkaak wordt verplaatst. Tijdens de operatie wordt eerst een horizontale botsnede gemaakt door de bovenkaak (zie figuur 3). Vervolgens wordt de bovenkaak in de gewenste richting verplaatst. Soms ontstaat er na de operatie een tekort aan bot. In dat geval wordt er een stukje bot uit de onderkaak genomen of uit de bekkenkam. Figuur 3 De bovenkaak wordt met plaatjes en schroefjes in de goede positie vastgezet. Meestal zijn er dan geen elastiekjes nodig en kunt u uw mond gewoon open doen. U moet wel zachte voeding gebruiken, voor een periode van 6 weken. Soms is het noodzakelijk om de bovenkaak met elastiekjes aan de onderkaak te bevestigen. In dat geval bent u aangewezen op vloeibare voeding gedurende 4 tot 6 weken. Correctie van een te smalle bovenkaak Als u een te smalle bovenkaak hebt, kan het nodig zijn om deze wijder te maken. Bij patiënten op jonge leeftijd (tot circa 18 jaar) kan de bovenkaak met behulp van orthodontische apparatuur worden verbreed. Bij oudere patiënten is het aangezichtsskelet dusdanig verbeend dat niet mogelijk is om de bovenkaak te verbreden met alleen orthodontische apparatuur. In een vroeg stadium van de orthodontische behandeling is het dan noodzakelijk om een operatie (corticotomie) uit te voeren. Tijdens de operatie wordt een horizontale zaagsnede gemaakt in de bovenkaak in combinatie met een splijting in het midden van het gehemelte. 6 expansie-apparaat Na de operatie wordt door de orthodontist een orthodontisch expansie-apparaat geplaatst over het gehemelte heen. Dit zorgt ervoor dat de bovenkaak verbreed wordt. Het komt ook voor dat de kaakchirurg tijdens de operatie een expansie-apparaat plaatst. Eén week na de operatie hebt u een controleafspraak bij de kaakchirurg of orthodontist. Deze zal u dan uitleggen hoe het expansie-apparaat geactiveerd moet worden. Daarna kunt u het apparaat zelf bedienen. In de daarop volgende dagen/weken wordt door de orthodontist bepaald wanneer er voldoende verbreding is opgetreden. Als de goede breedte is bereikt, moet het expansieapparaat nog gedurende een bepaalde periode (meestal vier maanden) in uw mond blijven om het verkregen resultaat te stabiliseren. Bij het verbreden van de bovenkaak zal er ruimte ontstaan tussen de beide voortanden. Als de bovenkaak voldoende is verbreed, zorgt de orthodontist ervoor dat de tussenruimte weer wordt gesloten. Na de operatie Na een kaakoperatie blijft u meestal 1 tot 3 dagen opgenomen. Indien zowel de onder- als de bovenkaak in één sessie wordt geopereerd, kan het nodig zijn dat u de eerste nacht na de operatie op de afdeling Intensive Care doorbrengt. Mocht dit noodzakelijk zijn, dan zult u hierover vóór de operatie worden ingelicht. pijn De meeste mensen hebben na de operatie nauwelijks pijn. Vaak hebt u wel een gevoel van ongemak, omdat de kiezen in een aantal gevallen op elkaar vastzitten. Een beetje keelpijn komt ook vaak voor. 7 gezwollen gezicht Na de operatie is uw gezicht erg gezwollen en er kunnen blauwe plekken ontstaan. Via een infuus worden gedurende één of twee dagen zo nodig medicijnen toegediend. Verder wordt het hoofdeinde van het bed wat omhoog gebracht. Tevens wordt gebruik gemaakt van een cold pack om de zwelling tegen te gaan. Door snel na de operatie weer uit bed te komen, kunt u de zwelling verder tegengaan. De zwelling bereikt gewoonlijk een hoogtepunt ongeveer achtenveertig uur na de operatie. Daarna neemt de zwelling geleidelijk af. Meestal is de zwelling binnen twee tot drie weken vrijwel verdwenen. Het is echter mogelijk dat enkele weken tot maanden na de operatie nog restanten van de zwelling te zien zijn. bloed Het is normaal als er na de operatie een beetje bloed uit uw mond of neus komt. Het is dan beter om uw neus niet hard te snuiten, maar uw neus op te halen. zacht voedsel Als uw kiezen op elkaar vastzitten, zult u zacht voedsel moeten gebruiken. De eerste dagen kan dit heel lastig zijn, doordat uw gezicht gezwollen is. Daarna geeft het eten veel minder problemen dan u misschien zou denken. (Gebruiksters van de anticonceptiepil vinden meestal wel een kleine ruimte tussen de tanden om de pil door te slikken.) Het is niet verstandig om in de eerste weken na de operatie prikkelende vloeistoffen te drinken. Dit zou kunnen leiden tot beschadiging van de wond in uw mond en uiteindelijk tot een ontsteking. Om dezelfde reden kunt u in die periode ook beter niet roken. kunststof plaatje Het is mogelijk dat u na de operatie wakker wordt met een klein kunststof beetplaatje in uw mond. Dit zorgt ervoor dat u uw mond in de gewenste stand dichtdoet. 8 Weer thuis Als u weer thuis bent, moet u regelmatig terugkomen op de polikliniek Mondkaakchirurgie om te laten controleren of uw kaken nog goed op elkaar passen. Ook wordt dan gekeken hoe de genezing verloopt. Afhankelijk van de soort operatie kunt u uw mond gewoon opendoen of blijven uw kaken 4 tot 6 weken aan elkaar vast zitten. (Praten met kiezen op elkaar is niet zo moeilijk als het lijkt.) Wanneer de kaken weer los zijn, zullen de gewrichten in het begin nog wat stijf zijn. Hierdoor zult u iets moeilijker kunnen kauwen. Zo nodig zal de orthodontist de behandeling blijven vervolgen. Als de kaakgewrichten langdurig stijf blijven, wordt fysiotherapie voorgeschreven. De gehele chirurgische fase, met inbegrip van de controleperiode na de operatie, neemt gewoonlijk 3 tot 6 maanden in beslag. De laatste controle bij de kaakchirurg vindt 2 jaar na de ingreep plaats. Mondverzorging Als uw kaken met elastiekjes aan elkaar zijn bevestigd, heeft het gebit wat extra verzorging nodig. De haakjes en lusjes waarmee de tanden en kiezen aan elkaar vastzitten, houden namelijk gemakkelijk voedsel vast. Hierdoor is het schoonmaken wat bewerkelijker. Goede mondverzorging is na de operatie erg belangrijk. Hiermee wordt de genezing versneld. Goed poetsen met een tandenborstel met een kleine kop (bijvoorbeeld een kindertandenborstel) is erg belangrijk. Ook krijgt u een desinfecterende spoeldrank voorgeschreven. Door hiermee te spoelen voorkomt u dat er aanslag aan de binnenkant van uw tanden ontstaat. U kunt van deze spoeldrank een beetje grijsgrauwe aanslag krijgen op uw tanden en uw tong. Deze aanslag is tijdelijk en verdwijnt weer na verwijdering van de elastiekjes en door goed poetsen. Droge lippen kunt u voorkomen door lippenvet of vaseline te gebruiken. 9 Na ontslag uit het ziekenhuis hebt u zo nodig een aantal afspraken bij de mondhygiëniste. Voeding Als uw kiezen en tanden op elkaar zitten, is het niet mogelijk om te kauwen. Ook als de kiezen niet op elkaar zitten, mag u gedurende de eerste 6 weken na de operatie uw kaken niet belasten of zo min mogelijk. U moet dan vloeibare of zachte voeding gebruiken. In het ziekenhuis krijgt u een folder mee met informatie over vloeibare voeding. Meestal valt u na een kaakoperatie en een periode met vloeibare voeding de eerste weken iets af. Na 3 weken hoort uw gewicht stabiel te zijn. Nog vragen? Als u nog vragen hebt, kunt u contact opnemen met de polikliniek Mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie. Men is op werkdagen bereikbaar van 8.30 tot 16.30 uur op telefoonnummer (0592) 32 53 25. Hebt u een opmerking of een klacht? De medewerkers en specialisten van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen doen hun best u de juiste (medische) zorg te geven. Mocht er toch iets gebeuren waarover u niet tevreden bent, dan verzoeken wij u om dat door te geven. Dat kan aan degene die direct verantwoordelijk is of aan de ombudsfunctionaris van het ziekenhuis. Deze is bereikbaar via: e-mailadres: [email protected] telefoonnummer: (0592) 32 56 24/32 55 55 (maandag t/m donderdag) postadres: WZA t.a.v. ombudsfunctionaris, postbus 30.001, 9400 RA Assen Wilhelmina Ziekenhuis Assen Europaweg-Zuid 1 Postbus 30.001 9400 RA Assen Telefoon (0592) 32 55 55 www.wza.nl © 2014 WZA mondk09 – april 2014 Meer informatie over de klachtenprocedure vindt u op www.wza.nl/patienten/een-klacht