RAADSELS VAN DE NATUURKUNDE Ronald Westra Dep. Mathematics Maastricht University September 15, 2005 Deel 1 Van NEWTON tot EINSTEIN CPART I: Basis definities IInhoud Een stukje geschiedenis De wetenschappelijke methode De taal van de natuur De aard van de natuurkundige wetten M Behouden grootheden Historie van de Natuurkunde De geschiedenis van de moderne natuurkunde Thomas Kuhn (1922-1996 ) The Structure of Scientific Revolutions (~1962 ) Thomas Kuhn (1922-1996 ) The Structure of Scientific Revolutions (SSR) (1962) Central idea : Science does not evolve gradually toward truth, but instead undergoes periodic revolutions which he calls "paradigm shifts." De rol van Observaties en Experimenten St. Augustinus Alle waarheid volgt direct uit de Heilige Schrift. (De Civitate Dei, 5th eeuw a.D.) René Descartes 1596-1650 Meditationes de Prima Philosophia (1641): Er bestaan onveranderlijke natuurwetten in ruimte en tijd waaraan alle bouwstenen van de natuur aan gehoorzamen. René Descartes 1596-1650 Deze natuurwetten zijn volkomen logisch en zijn door logisch redeneren met gebruik van wiskunde volledig te achterhalen. Het is dan ook niet nodig om deze wetten experimenteel te controleren René Descartes 1596-1650 Descartes proceeds to construct a system of knowledge, discarding perception as unreliable and instead admitting only deduction as a method. Blaise Pascal 1623 - 1662 De eerste formulering van de wetenschappelijke methode: Blaise Pascal “Om aan te tonen dat een hypothese evident is, is het niet voldoende dat alle phenomenen hieruit volgen; integendeel, het leiden tot het tegendeel van een enkel phenomeen volstaat om de valsheid hiervan te bepalen” Uit briefwisseling met Estienne Noel (1648) Blaise Pascal Dit bracht hem in conflict met vele prominente wetenschappers, waaronder Descartes. De Wetenschappelijke Methode De Wetenschappelijke Methode Experiment / Observatie (Mathematische) Theorie Isaac Newton (1642-1727) Voorbeeld: zwaartekracht Observaties aan bv planeetbanen Experimenten met bv valbewegingen en slingers (Mathematische) Theorie Newton zet de standaard T * Absolute ruimte en tijd * afgeleide grootheden: snelheid, versnelling, impuls · * abstractie van een puntmassa * abstracte grootheden: kracht, energie * abstracte grootheden: kracht hangt van positie af * Newton zet de standaard T * De natuurwet als principe: [1] de ratio van de verandering van de impuls van een puntmassa is gelijk aan de resulterende kracht die op de puntmassa werkt [2] de zwaartekracht op een bepaalde plek h de ratio van de verandering van de impuls is gelijk aan de kracht van een massa van M kilo op een puntmassa op is omgekeerd evenredig met het kwadraat van de afstand r van zijn centrum VVolgens Newton T tijd t plaats x impuls p kracht F dx pm dt dp F ( x, t ) dt Mm F ( x, t ) G 2 r VVolgens Newton T N Na Newton T * mathematisering van de natuurkunde · * Verdere uitbreiding van abstracte grootheden: Krachtvelden, Lagrangiaan * BV: Electro-Magentisme : Maxwell N James Clerk Maxwell (1831-1879) T ElectroMagentisme NMichael Faraday (1791-1867) T Experimentele vindingen en principes: de wet van Faraday N James Clerk Maxwell Wetten van het Electro-Magnetisme HHendrik Lorentz Max Planck ( Alle problemen zijn opgelost, alleen drie kleine probleempjes ( 1. Ultraviolet catastrophe, photo-electric effect 2. Michelson-Morley and aether-theory 3. Brownian Motion Ultraviolet catastrophe TThe ultraviolet catastrophe, also called the Rayleigh-Jeans catastrophe, was a prediction of early 20th century classical physics that an ideal black body at thermal equilibrium will emit radiation with infinite power. As observation showed this to be clearly false, it was one of the first clear indications of problems with classical physics. Michelson-Morley experiment Velocity of light does not depend on own velocity Michelson-Morley experiment Brownian Motion Molecules wiggle in fluid Albert Einstein Special Relativity (1905) RT Photoelectrisch effect (1905) QM Brownian Motion (1905) Chaos Theory Special Relativity In all inertial frames the velocity of light has the same value. Direct mathematical consequences: • time-intervals and lengths differ for different observers • Energy and mass are related as: E = mc 2 Relativistic Four-Vectors x space: x + time: ict form: ξ ict I Lorentz-transformation: A T i v with : c , and: i 1 1 1 2 space and time mix into one 4-dimensional entity: spacetime spacetime transforms as: ξ ' Aξ time: t’ time: t event space: x’ space: x References 1. Stephen Hawking – The Universe (‘Het Universum’) 2. Brian Greene – The Elegant Universe 3. Lee Smolin – The Life of the Cosmos 4. Roger Penrose – The Emperor’s New Mind 5. A. Einstein – The Principle of Relativity (collection of original publications) Natuerconde, van NEWTON tot EINSTEIN