Hier werkt Gods Geest! Preek over Efeziers 1:13-14 en 5:18 lezen: Efeziërs 1:1-14 en 5:15-21 Lelystad, 16 februari 2014 R.J.Vreugdenhil Intro voor de lezing Het vierde hoofstuk uit het boek ‘Thuis in Gods huis’ gaat over de Heilige Geest. De Geest van Vader en Zoon, God zelf die in je woont en werkt. Misschien moet je wel eerst zeggen: God zelf die in de gemeente werkt. Hier woont en werkt Gods Geest. Efez.2:22, de gemeente is een tempel voor de Heer, in wie ook u samen opgebouwd wordt tot een plaats waar God woont door zijn Geest. Als het gaat over de kerk (en dat is ons jaar-thema ‘Kerk zijn vandaag’), dan moet het ook gaan over de Heilige Geest. Vanmiddag begint ds. Wesseling met een serie van drie leerdiensten over de Geest. Vanmorgen wil ik vooral uit de brief aan de Efeziërs wat dingen naar voren halen. [lezen Efez.1:1-14 en 5:15-21] HIER WERKT GODS GEEST! Dat is Gods geschenk het geschenk van de verbinding met God het geschenk aan de gemeente van Christus Dat is zijn opdracht elk geschenk van God is een opdracht gevuld zijn is: je denken en doen laten beheersen Efeziërs 1: Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons met talrijke geestelijke zegeningen heeft gezegend! En dan volgt er één lofprijzing op God om alles wat hij geeft. De geschenken, de kado’s van God. God de Vader heeft ons gekozen, dat ligt al vast in zijn eeuwige liefde. door Jezus Christus heeft hij ons verlost; door dat historische gebeuren van kruis, opstanding en hemelvaart. en door de Heilige Geest geeft hij u het stempel van horen bij hem. Let op dat in vers 13 Paulus overgaat van ‘ons’ naar ‘u’. Dat gestempeld zijn met de Geest, dat was concreet merkbaar in hún leven, in hun gemeente-zijn. U daar in Efeze - en ook u hier in Lelystad - van eeuwigheid gekozen, door het eenmalige kruis verlost, ú maakt het nu mee: het stempel van de Geest. Hier werkt de Geest! Gods geschenk in uw gemeente-zijn. [het geschenk van de verbinding met God] Wat is dat geschenk? U bent gestempeld met de heilige Geest van de belofte. Gestempeld. Zo deden ze dat in die tijd. Zoals wij een handtekening zetten: ik verbind me er aan, ik sta er achter. Dit is gegarandeerd! Zo geeft God zijn eigen Geest - van hemzelf! - als garantie voor ons. Als zekerheid voor de verlossing. Als zekerheid dat we leven met toekomst. We zijn geen mensen voor wie het leven hier stukloopt op de dood, al lijkt dat wel zo. Maar we hebben de garantie dat we verlost worden. Vers 14: allen die hij zich heeft verworven, zullen verlost worden. In Efez.4:30 staat het zo: Maak Gods heilige Geest niet bedroefd, want hij is het stempel waarmee u gemerkt bent voor de dag van de verlossing. U mag weten: we leven met toekomst voor ons, want we hebben nu al de Geest van God. De Geest van God legt de verbinding tussen hemel en aarde. Zolang dat nog gescheiden is, zolang je nog hemelsferen hebt en de aarde waar wij leven, is de Geest de verbinding. Ik haalde net al aan Efez.2:22, de gemeente is een plaats waar God woont door zijn Geest. God is in de hemel maar door zijn Geest woont hij hier. En andersom, Ef.2:18, dankzij Christus hebben wij allen door één Geest toegang tot de Vader. Door de Geest komt kracht en sterkte vanuit God in ons, Efez.3:16, Moge hij vanuit zijn rijke luister uw innerlijke wezen kracht en sterkte schenken door zijn Geest, Door de heilige Geest is er nu al de verbinding met God en dat is de garantie dat we voor eeuwig met hem in verbinding zullen leven. [het geschenk aan de gemeente van Christus] Die verbinding door de heilige Geest geeft God ons als geschenk. Dat hebben wij. Ik zeg expres ‘wij’. Het is heel verleidelijk om hier meteen te gaan versmallen naar ‘u, jij en ik’. Met de persoonlijke vraag: hebt ú die zekerheid ook? Werkt de Geest ook in jou? Die vraag kan terecht zijn. Maar versmal het niet te snel. Je kunt zo gauw dan op jezelf teruggeworpen worden. Dan moet jij voor jezelf zekerheid hebben dat de Geest in jou werkt. En hoe merk je dat? De lijn van de bijbel is eerst: God heeft zijn heilige Geest aan zijn kerk gegeven. De Geest werkt in de gemeente. Hier woont en werkt God door zijn Geest (2:22) Hier gaan we samen, dankzij Christus, door die ene toegang van de Geest naar Vader. (2:18)) Hier is de eenheid (4:3) de eenheid die de Geest u geeft: in die gemeente van Christus. Wat is je zekerheid dat je straks meegaat in die verlossing, mee in dat eeuwig leven met de Heer? Moet je dan alles om je heen vergeten en naar jezelf kijken, je eigen geloof, het werk van de Geest in jou? Begin maar met de ervaring dat je hier in de gemeente van de heilige Geest bent; hier werkt God. Soms merk je dat sterk bij jezelf, een andere keer mag je als het ware meeliften op hoe de Geest in een ander werkt. We mogen het merken in hoe we samen gemeente zijn: als de vrucht van de Geest merkbaar is, liefde, geduld, begrip voor elkaar. Maar vooral mogen we het meemaken in de kerkdienst. Samen het geschenk aanpakken: hier werkt Gods Geest. Maak zo, gelovig, de kerkdienst mee. Geloof dat de Geest hier werkt. Er is verbinding tussen hemel en aarde. Zo zet God zijn eigendoms-stempel op zijn gemeente. Geloof dat je daar bij hoort! Dat is de Geest van God als geschenk, vanuit Efeze 1. Dat geschenk is tegelijk een opdracht: laat de Geest u vervullen, 5:18. [Dat is zijn opdracht elk geschenk van God is een opdracht] Laat de Geest u vervullen. In het Nederlands zou je dat nog kunnen lezen als een wens: ‘laat het alsjeblieft zo zijn’. Maar het is echt een opdracht. Wel een bijzondere. Er staat een passieve werkwoordsvorm. ‘Word gevuld’. Niet ‘vul uzelf’. Je kunt jezelf niet vullen. Je hebt geen beschikking over de Geest. Het is de Geest die het doet: hij vult ons met hemzelf. Maar u krijgt wel de opdracht: laat dat gebeuren. Doe dat. Daar moet jezelf actief in zijn. Het geschenk van God is een opdracht aan de gemeente. Dat is ook bij andere geschenken van God. Lees maar Romeinen 6. : wij zijn dood voor de zonde (6:2). We weten dat ons oude bestaan met hem gekruisigd is omdat er een einde moest komen aan ons zondige leven. (6:6), Wie gestorven is, is rechtens vrij van de zonde (6:7). Dat is het geschenk. Dat hoef je alleen maar te geloven. Het is tegelijk een opdracht: Laat de zonde dus niet heersen over uw sterfelijke bestaan, geef niet toe aan uw begeerten (6:12). En in Rom.8:13, als u uw zondige wil doodt door de Geest, zult u leven. Je bent dood, dus dood jezelf. Geloof dat je nieuw bent in Christus - dus leef nieuw. Gods geschenk is een opdracht. Dat was al bij de schepping: heel die mooie wereld als geschenk voor de mens. Adam had er niets voor hoeven doen. Maar ga nu wel in de schepping aan het werk! Dat was zo bij Israël: ze waren Gods volk zonder dat ze daar iets voor verdiend hadden, het was alleen Gods keus. Maar leef nu wel als Gods volk. Zo is het in Christus: alles is genade - leef nu in die genade. De Geest geeft je verbinding met God - leef nu in die verbinding. [gevuld zijn is: je denken en doen laten beheersen ] Wordt vervuld met de Geest! Wat is dat, vol zijn van de Geest? Is dat enthousiasme, uitbundigheid, een heerlijk gevoel van boven jezelf uitstijgen en zweven op vleugels? Dat ook. Paulus zet het tegenover gevuld zijn met alcohol - het doet iets met je. Maar dat is het niet alleen. Je bent niet pas ‘vol’ als je je vol vóelt. (Denk aan de trein: zet hem niet in de achteruit, zeg niet ‘ik voel niet dat ik vol ben, dus ben ik het blijkbaar niet’.) [is dia van de trein beschikbaar? dan kort in beeld] Vol zijn is niet alleen maar enthousiasme. Paulus noemt ook: dank God, die uw Vader is, altijd voor alles. Altijd. Je kúnt niet altijd dat enthousiaste gevoel hebben van zweven op de wind. Dat hoeft ook niet. Dat had Paulus ook niet. Er zijn situaties dat je voor je gevoel vleugellam op de grond ligt. Als je ziekbed een sterfbed wordt. Dan hoef je niet spontaan te zingen. Maar als je dan wel verlangt om te getuigen dat God er is, ben je vol van zijn Geest en laat je je vullen door hem. Vol zijn van de Geest is veel meer dan enthousiasme en gevoel. Dat zie je ook in vers 21. Want in het Grieks loopt de zin daar nog door: laat je vullen met de Geest, zodat je elkaars gezag in de gemeente aanvaardt. Letterlijk: dat je je onder elkaar plaatst. De ander hoger zetten dan jezelf. Dat is de manier waarop we in de gemeente met elkaar omgaan als we ons laten leiden door de Geest. Dat heeft niets met enthousiasme te maken, maar met de keus om je hele denken en doen te laten beheersen door de heilige Geest. Dat is de opdracht bij het geschenk dat God geeft. Laat de Geest van heiligheid, de Geest van Vader en Zoon, doorwerken in alles wat je doet. In hoe je samen gemeente bent. Want daarin wil die Geest vooral werken. Hier werkt de Geest! Geloof dat, want het is Gods belofte. Vind er een stuk zekerheid in: je hoort bij die gemeente waar de Geest werkt, de gemeente die verbonden is met God, en zo gaan we met elkaar richting het eeuwige leven. Laat je daarom steeds weer vullen met die Geest. Wees een levend lid van die gemeente waar de Geest woont en werkt. Amen