Broeders en zusters, jongens en meisjes Hier heb ik, ja wat heb ik hier eigenlijk? Eén vel papier? Nee, twee. Maar dan aan elkaar geplakt. Gelijmd. Het zijn er twee, maar het ziet er uit als één. Als ik nu ga proberen om ze los te scheuren… Nee, dat gaat niet echt. En als het gebeurt raken ze beide beschadigd. Dit papier kun je vergelijken met een huwelijk. Een man zal zijn vrouw aanhangen. Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet. Met die twee papieren, die één geworden zijn, kun je het huwelijk tussen man en vrouw vergelijken. Zo aan elkaar gehecht, zo versmolten. En als het los wordt gescheurd, hou je twee beschadigde helften over. Zonder te beschadigen, gaat het niet. Hou dat beeld van het huwelijk vast. Niet alleen omdat het er goed bij past en makkelijk te onthouden is. Maar ook omdat de woorden die in vers 5 en 6 worden gebruikt daarmee samenhangen. In vers 5 staat in onze vertaling: aanhangen. In het Grieks staat er een werkwoord dat samenhangen of lijmen betekent. Kollaoo. Dat kennen we van collage = samen geplakt. Of van het franse coller. Gewoon: lijmen. En het woord scheiden in vers 6: daar staat in het grieks: scheiden; scheuren. Wat verlijmd is, niet scheuren. Toch gaat het wel over kapotscheuren, scheiden in onze tekst. Het staat zelfs boven de perikoop, het tekstgedeelte: de echtscheiding. Zo staan we tegenwoordig ook een beetje in dit onderwerp. We schieten gelijk door naar de problemen. Veel huwelijken lopen stuk. En wat moet je nou als je allerlei problemen hebt? Wat doe je dan als gelovige? Nu hoop ik in een tweede preek op het onderwerp echtscheiding terug te komen. In Matteüs 19 vind je drie onderwerpen: het huwelijk; de echtscheiding en het alleen blijven. We gaan vandaag terug naar dat oorspronkelijke beeld van het huwelijk. En wat de Here daar over zegt. We zouden het soms bijna vergeten. De Here heeft het huwelijk ingesteld als een prachtig geschenk. Een cadeau. De aandacht voor problemen in huwelijken kan ook de aandacht afleiden. Kijk eerst eens naar het mooie dat je er in krijgt. Hoeveel huwelijken zijn er een sieraad om te zien? Door dik en dun, in goede én kwade dagen? Jezus begint Zijn antwoord positief. Het was een negatieve vraag van de Farizeeën. Ze probeerden Jezus klem te zetten met een moeilijk probleem. Waarom ze dat deden, laten we maar even zitten. Jezus gaat back to basics, terug naar het begin. Hebt u niet gelezen, dat de Schepper hen van den beginne als man en vrouw heeft gemaakt? Als man en vrouw, dat is iets wat je ziet en merkt. Maar er staat eigenlijk, hoewel ik dat altijd vervelend vind om te zeggen, toch kan ik er niet omheen: er staat: mannelijk en vrouwelijk. Net zoals in Genesis 1 trouwens. Want daar citeert Jezus uit. Daar staat ook mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen. En dat is toch iets anders. Dan gaat het over bepaalde, mannelijke en vrouwelijke eigenschappen. Kenmerkende dingen aan man en vrouw. Dus niet alleen uiterlijk of biologisch. Maar ook qua eigenschappen. Nu begeef je je altijd op glad ijs als je daarover begint. Bij iedere eigenschap die je noemt, barsten de discussies los. Nee, dat is helemaal niet enkel vrouwelijk of mannelijk. Je gaat er gelijk mee aan de haal. Hier in de kerk in gedachten, thuis met woorden. Ook bij mij thuis met al die dames zal het ongetwijfeld dunnetjes, of beter: dikjes worden overgedaan. Stel dat ik zeg: de vrouw is meer verzorgend aangelegd, nou dan zal ik de rest van de dag alles zelf moeten doen. Vandaag mag je de koffie zelf inschenken. Eten koken? U zit gelijk op het puntje van uw stoel. In ieder geval: gelijk schiet de concurrentie er in hè? Nu zou het als het echte rivaliteit of tweestrijd was, iets van onze zondige aard zijn. Maar je kunt het ook positiever uitleggen. Dat is wellicht ook veiliger. Maar: geeft die verdeling tussen mannelijk en vrouwelijk, bij mensen, maar ook bij dieren en zelfs planten, niet iets aan van de veelkleurigheid van de schepping? Iets van verschil, van spanning? Met een moeilijk woord: polariteit. Dat wil zeggen: verschil tussen het één en ander. Tweepoligheid. Het kan zijn: volstrekt tegenovergesteld; tegenpolen. De één is zwijgzaam, de ander een waterval van woorden. Maar veel vaker is het anders, gematigder, verdeeld. Meer in de zin van aanvulling. Op elkaar aanpassend. Tezamen een eenheid vormend. Zoals we ook zeggen: jongen en meisje moeten goed bij elkaar passen. Twee exact gelijke karakters is vaak geen goede garantie voor een relatie. Hoeveel verschillen zijn er niet? Ook als je verkering krijgt, trouwen gaat. Je bent anders van karakter. Je komt allebei vaak uit een behoorlijk verschillende omgeving. Niet voor niets komen je schoonmoeder en schoonvader zo’n glansrijke rol innemen in allerlei discussies. We gaan dat verder niet uitwerken. Al die verschillen moet je op elkaar afstemmen. Ermee omgaan. Dat is iets anders dan platdrukken of alles koekoek één zang maken. Dan wordt het oersaai. Die verscheidenheid is door God tot verrijking van het leven gemaakt. Zonder dat was het veel eentoniger. Maar met dat koppel mannelijk en vrouwelijk is er uitdaging ingekomen, aantrekking en afstoting, aanvulling en compensatie. Ook veel correctie van elkaar. Zeg, zou je dat niet eens afleren? Even dimmen. Dat koppel is niet zomaar een toevalligheid of een constatering. Nee, er wordt een andere grond, of legitimering voor aangegeven. Het staat er namelijk heel indringend. Met grote woorden. Het is een stukje weerspiegeling van God. Het is de bedoeling, de wil van God. Naar Gods beeld schiep Hij de mens: mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen. Dat verschil is de basis van het huwelijk. Dan kunt u ook begrijpen waarom we maar niet moeten spreken van een homohuwelijk, zoals in onze tijd en met name dan in Nederland opgeld doet. Die term huwelijk is gereserveerd door God voor man en vrouw en niet anders. Al het andere staat niet op die basis en schiet aan Gods bedoelingen en doel voorbij. De rijkdom van het huwelijk is verbonden aan het verschil tussen man en vrouw en hun gezamenlijke overeenkomst. Op dat verschil tussen mannelijk en vrouwelijk borduurt de Here voort. Zoals Jezus aangeeft: daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten, en met zijn vrouw een nieuwe, samengevoegde, verlijmde eenheid vormen. Daarom geeft een reden aan. Het is een conclusie uit het eerste. Om dat onderscheid, door God geschapen, erin gelegd, tussen man en vrouw. Om dat onderscheid is er een huwelijk. Waarbij die beide eigenschappen worden samengevoegd. Zó zet God Zelf het huwelijk neer. Een instelling van paradijselijke oorsprong. Goed! Dat is veel meer dan een menselijk verzinsel of een praktische oplossing of iets wat nou eenmaal gebeurt en je kunt het ook anders doen. Nee: God heeft het samengevoegd. Ziet u, broeders en zusters, jongens en meisjes, dat het huwelijk meer is dan alleen iets van ons? Het is méér dan alleen: jij en die ander. Nee: het huwelijk is van God gegeven. Bij Hem begint het. Hij heeft er Zijn bedoelingen mee. Daarom heb je er respect voor. Ben je er voorzichtig mee. Een soort kroon op dat verschil tussen mannelijk en vrouwelijk dat de schepping kenmerkt. God geeft dat aan het huwelijk mee. Het is ook veel meer dan een probeersel. Nee, het beoogt een volledige eenheid: samen één vlees zijn. Op weg met God naar Zijn goede toekomst. Dat is de lijm in je relatie. Het bindmiddel. Het in alles een eenheid willen zijn. Daarom kan er nooit iets van proberen in zitten, zoals in het samenwonen van onze tijd. Praat maar eens door, daar zit altijd iets in van: ja, maar dan is er nog een weg terug. Maar ook dan krijg je dat scheuren van die twee helften papier. Er is dan al te veel gebeurd. Samen leven. Samen seksualiteit beleven. Nee, je moet het echt zien onder dat principiële: wat God samengevoegd heeft. Durf je op dat niveau over je relatie te praten? Een samenvoeging van God. Dat is niet iets wat je passief ondergaat. Nee, je bent er in geloof bij betrokken. Daar heb jij je eigen verantwoordelijkheid in. Daarom kies je niet de eerste beste voorbijganger die in je leven voorbij komt. Maar iemand die dat mét jou ook ziet: op weg door God en met God. Laat dat mooie, ook speelse, altijd veranderende element van mannelijk en vrouwelijk daarin beleefd worden. Zijn speelruimte vinden. God heeft het huwelijk gegeven om dat grote verschil te overbruggen. Als een belofte, een teken ook voor alle andere verschillen die je tegenkomt. Verschillen in rassen, in huidskleuren, in rijk en arm, mooi en minder mooi. Gods bedoeling is een afstemming en een aanvulling op elkaar. Geen strijd. Geen concurrentie, haat en nijd. Zoals de geschiedenis liet en in veel gebieden nog laat zien in de onderdrukking van de vrouw. Echt achterlijke culturen waar vrouwen dik gesluierd en onzichtbaar moeten rondlopen. Dat wil je toch ook hier in eigen land niet zien? Maar dat terzijde. Strijd tussen man en vrouw. Het feminisme is niet meer dan een spiegelbeeld van die cultuur. Het gaat ook uit van strijd en concurrentie. Nee, het huwelijk is veelmeer een teken van Gods belofte: kijk, dit is een bouwsteen, waardoor het leven tot echte ontplooiing komt. In liefde en aanvulling. Daarom zit er een voortdurende uitdaging in het huwelijk. Maar dan een positieve. Wat maak je ervan? Hoe zit het met de afstemming? Praat daarover met elkaar. Ga niet uit van verzwegen veronderstellingen. Hoe veel huwelijken bloeden niet dood door het vervloekte stilzwijgen? Doordat ieder zijn eigen gang gaat? Hét gevaar van onze samenleving met tweeverdieners en ieder zijn eigen werksfeer. Ik zeg daarmee nog niets over het verschijnsel tweeverdiener. Maar als je van allerlei sferen hebt als werk en sport en hobby die je met anderen deelt en met je man/vrouw houdt het op met eten, afwassen, kinderen (als je die gekregen hebt) op bed zien te krijgen, dan kan die afstemming en het mooie zomaar wegvloeien. Het kan net zo goed in het meer traditionele rollenpatroon. Komt vader ’s avonds (laat?) thuis, moet nog van alles voorbereiden. En ben je thuis, dan wil je eindelijk rust. Geen gezeur. Het zal allemaal heel begrijpelijk zijn, maar daarmee is het nog niet goed. Praat daarover met elkaar. Maar begin met gebed. Met het lezen van Gods Woord. Hoe goed is het om terug te gaan naar, niet eerst onze gevoelens: dat óók, maar éérst naar Gods bedoelingen? Zijn wij een beeld van aanvulling, verlijmd? Of is het 90% voor hem en 10% voor haar? Of andersom? Of is het knokken of je wel precies de helft hebt? Concurrentie. Tweestrijd. Een vechtvereniging in plaats van echtvereniging. Ook dan zit je fout. Als je beiden alleen je eigen kant op wil, het ene papier wil zich los scheuren van het andere, ja dan ontstaan er scheuren en schade. Laten we het huwelijk in ere houden. Als een cadeau tegen Gods licht houden. Dat vooral. Laten we dat beleven in de gemeenschap van de kerk. Je wordt er als ambtsdrager vaak bij geroepen, als ze dat al doen, in een veel te laat stadium. Je wordt overladen met een emotioneel verhaal en allerlei problemen. Nou en of we die hebben. We zitten helemaal vast. Vaak hoor je dan: als hij of zij niet verandert, kan het nooit wat worden. En natuurlijk zijn er situaties waarbij de schuld aan één kant ligt. Of dat er biddend mee is omgegaan. Houdt het dan voor troost dat onze Heiland niet onrechtvaardig is en onze moeiten niet vergeet. Maar hoe vaak ligt het niet anders. Jarenlang uiteen groeien en het laten gebeuren. Uiteindelijk halen we het geloof erbij. De geestelijke paragraaf wordt nu gelezen. Het zou een wonder zijn als die ander…, maar dat verwachten we totaal niet. Maar ja, het geloof kan dan toch ook niet echt meer helpen? Nee, dat klopt. Op die manier niet. Maar als je daarbij nu eens terug gaat naar het echte begin? Het wonder van het geloof zit in jou. Heb je, liefst toch samen?, biddend God gezocht? En heb je Hem gevraagd niet allereerst of Hij die ander verandert, maar eerst jou zelf? Gebeden of wij ons naar de ander toe gedragen zoals Hij van ons vraagt? Het geheim van de christen in het algemeen, en van het huwelijk in het bijzonder, als beeld van Gods bedoelingen, is die afstemming op elkaar. Het geheim is dat je niet uitgaat van de vraag wat je aan de ander hebt, maar wat jij voor die ander betekent. Dan pas komt het samen opgaan echt in beeld. Van daaruit stel je natuurlijk de voortgaande vragen. Maar als dat het beeld voor beiden! is, dan kom je en kun je toch verder? Ben ik voor de ander zoals de Here wil? Niet in strijd met elkaar afwachten tot de een voor de ander op de knieën gaat. Maar beiden door en op de knieën gaan voor God. Dienen van God. Het is dan ook niet voor niets dat de Bijbel zelf ons voor het goed houden van je huwelijk éérst naar Christus verwijst. Paulus heeft het erover in Efeze 5, 32, nadat hij eerst onze tekst noemt: daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen tot één vlees zijn. Hij vervolgt dan met: dit geheimenis is groot, doch ik spreek met het oog op Christus en op de gemeente. Dat een nieuwe relatie vormen, dat samen op weg gaan, is eigenlijk een wonder. Zeker in een wereld waar niet de harmonie, de afstemming op elkaar gericht op het doel, het koninkrijk van God, waar niet die afstemming, maar egoïsme en strijd de boventoon voert. Als je dan bij mensen begint, ben je gauw uitgepraat en zou je alle moed verliezen. Maar: dit geheimenis is groot. Ik ga ermee naar Jezus Christus en Zijn gemeente. Dan zie ik hoe je écht samen op weg bent. Met Hem en met elkaar. Om te beginnen met de meest nabije: je man of vrouw. Maar ook: met heel de gemeente die van Hem is. Pas als ik naar Hem kijk, ontdek ik ook het geheim van het huwelijk. Er is maar één model dat menselijke relaties kan redden, waardoor niet ieder voor zich doodloopt. En dat is de dienende liefde van Christus. Wat een huwelijkspartner had en heeft Hij eigenlijk! Maar Hij geeft die ander wat ze werkelijk nodig heeft. Hij geeft Zichzelf. Helemaal. Dienende liefde. Hij houdt voor ogen wat die ander nodig heeft. En Hij geeft dat door Zijn Geest ook aan jou. Bidt erom en het zal u gegeven worden.