Nota Ref: N62p-17-02 Brussel, 21 juli 2017 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? Jouw sociale economie-onderneming wil een lerende organisatie zijn. Openheid, nieuwsgierigheid, innovatie en dynamiek behoren tot het DNA van de organisatie en de medewerkers. Uitwisseling en input van nieuwe ideeën en visies zijn permanente – maar uiteraard gedoseerde - aandachtspunten. “Over de organisatie-grenzen kijken”, dus, maar heeft je organisatie al overwogen om hiervoor ook binnen “Europa” rond te kijken? Europese samenwerking en projectwerking zorgt immers bij uitstek voor vernieuwende input en voor middelen om dit te realiseren. Deze nota gaat in op de voorwaarden die in je organisatie aanwezig moeten zijn om een succesvol project te kunnen ontwikkelen en uit te voeren zonder het eigen bestaan en je kernopdrachten in gevaar te brengen. Om dit na te gaan hebben we een vragenlijst ontwikkeld over 5 ‘basisvoorwaarden’. Het is een geheel van bouwstenen, waarbij je zelf moet oordelen of je organisatie er voldoende aan tegemoet komt. Een zwak punt kan gecompenseerd worden door een sterk. En sommige aanbevelingen zullen niet voor alle organisaties even relevant zijn. Zijn naar je inschatting de voorwaarden voldoende aanwezig om succesvol een Europese samenwerking te ontwikkelen? Dan kan je aan de slag in Europese subsidieprogramma’s. Je organisatie zal zelf wat tijd en middelen moeten investeren, maar er is ook heelwat ondersteuning beschikbaar. In|C en Kenniscentrum Sociaal Europa brengen deze voor de SEsector samen en ze bieden bovendien ook enkele specifieke ondersteunende tools. Aan de slag! Als je echter inschat dat deze voorwaarden onvoldoende gerealiseerd zijn, dan adviseren we sterk om NIET te investeren in Europese samenwerking. Het opzet-ten van verbetertrajecten zal – ook voor de kerndoelen van de organisatie – een absolute meerwaarde zijn. Binnen de Sociale economie bestaan daarvoor goede sectorale ondersteuningsstructuren. Meer info Nota p. 1 van 9 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? Criterium Voorwaarden Realisatie binnen de organisatie Verbeterpunten Timing 1. Stabiele organisatie: de organisatie is voldoende stabiel en zeker over haar toekomst om een project aan te gaan Alleen als je organisatie stabiel en solide is, is het verantwoord om in een Europees project te stappen. De Europese werking is enorm verrijkend en inspirerend, maar je organisatie moet de extra werklast kunnen opvangen en in staat zijn om aan de slag te gaan met de projectresultaten (intern en/of extern). Enkele kenmerken van stabiliteit zijn Duurzame basisfinanciering; de Europese financiering is slechts een extra financiering voor een specifieke opdracht. Europese financiering dekt meestal ook niet alle kosten. Stabiele tewerkstellingsperspectieven voor de projectmedewerkers: het is absoluut belangrijk dat een eventuele projectverantwoordelijke voor de duur van het project in dienst kan blijven. Kan een ‘back up’ functie voorzien worden als deze toch de organisatie zou verlaten of langere tijd afwezig zou zijn? Er is duidelijkheid over kostenvergoedingen rond projectkosten en buitenlandse verplaatsingen (zowel de reiskosten als persoonlijke uitgaven) De organisatie beschikt over een efficiënte backoffice op vlak van administratie en projectopvolging. Een systeem Duurzame basisfinanciering Stabiele tewerkstellingsperspectieven voor de projectmedewerkers Er zijn duidelijke afspraken over kostenvergoedingen Nota p. 2 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? van dubbel boekhouden is een must voor een goede financiële en boekhoudkundige opvolging. Er is een goede communicatie tussen de boekhouding en de projectmedewerkers. De jaarlijkse turnover is voldoende in vergelijking met het totale projectbudget dat je aanvraagt. De organisatie mag voor haar gewone werking niet financieel afhankelijk zijn van projectwerking. Een zekere voorfinanciering moet haalbaar zijn. Cofinanciering: soms wordt een project voor het volledige bedrag gefinancierd (dis is geregeld het geval binnen de Vlaamse ESF-oproepen), maar voor veruit de meeste subsidieprogramma’s is een vorm van cofinanciering door de projectpartners nodig. Dit kan gaan tussen 20% tot 100% Europese financiering. Dit is evenwel niet steeds problematisch. In de meeste gevallen moeten de projectpartners hun formele cofinanciering niet bewijzen, maar wordt slechts het vastgelegde % van de projectbegroting gefinancierd. Wanneer toch effectief de cofinanciering moet aangetoond worden, dan dient de initiatiefnemer dit niet in ‘cash’ te doen. Staftijd en administratieve ondersteuning zijn de meest gebruikte vormen van inzet van eigen middelen. In de regel wordt geen tijdsregistratie gevraagd om de ingezette staftijd te verantwoorden. Dit gebeurt alleen als de subsidiegever meent dat de projectresultaten ondermaats zijn of De organisatie beschikt over een efficiënte backoffice op vlak van administratie en projectopvolging De jaarlijkse turnover is voldoende in vergelijking met het totale projectbudget. Voorfinanciering kan opgevangen worden. De organisatie is in staat tot cofinanciering: ze kan de middelen mobiliseren om de afgesproken projectresultaten neer te zetten indien de projectsubsidie daarvoor niet zou volstaan. Nota p. 3 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? onbestaande. Uiteraard moeten de projectpartners de capaciteit hebben om het integrale project zoals ingediend/goedgekeurd te realiseren. De deelname aan een intervisiegroep met ‘peers’ verdient aanbeveling. Idealiter hebben de collega’s ook enige Europese ervaring. Is er een intervisiegroep waarin ervaringen kunnen gedeeld en verwerkt worden? 2. De missie en visie van de organisatie ondersteunen Europese initiatieven en laten een zekere investering in tijd en middelen toe. Europese samenwerking moet in elk geval binnen de organisatie gedragen worden. Het management moet de strategische beslissing nemen om op EU-projecten in te zetten en om de betrokken diensten en medewerkers erop af te stemmen. De organisatie wil een lerende organisatie zijn. Openheid, nieuwsgierigheid, innovatie en dynamiek behoren tot het DNA van de organisatie en de medewerkers. Er is duidelijk creatief en analytisch vermogen aanwezig.. Uitwisseling en input van nieuwe ideeën en visies zijn permanente – maar uiteraard gedoseerde - aandachtspunten. De organisatie wil op één of enkele specifieke domeinen innovatief zijn (zonder daarom ‘revolutionair’ hoeven te zijn). Europese samenwerking en projectwerking is hiertoe uiteraard slechts één middel, maar het spreekt voor zich dat het bij uitstek voor vernieuwende input kan zorgen en voor zeker middelen om dit te realiseren. Openheid, nieuwsgierigheid, innovatie en dynamiek behoren tot het DNA van de organisatie en haar medewerkers. Er is duidelijk creatief en analytische vermogen aanwezig. Europese samenwerking wordt binnen de organisatie gedragen. Welke afspraken worden gemaakt over het verzamelen en screenen van berichten? Wie detecteert? Wat zijn de vervolgstappen? Aan wie wordt daarna feedback gegeven over mogelijke ideeën? Nota p. 4 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? 3. Projectwerking is een ‘basis skill’ binnen de organisatie Een Europees project ontwikkelen is niet anders dan elk ander project met dezelfde stappen, dezelfde kwaliteits- en efficiëntiekenmerken, dezelfde opportuniteiten en valkuilen. Maar meedoen aan Europese projecten betekent wel je inschrijven in een specifiek beleidskader. Op de bijzondere eigenschappen van Europese projecten gaan we in fase 2 dieper in. De organisatie heeft ervaring met projectwerking (algemeen) We gaan hier niet in op projectwerking in het algemeen. Daarover bestaat voldoende gespecialiseerde lectuur en vorming. We gaan ervan uit dat jouw organisatie reeds ervaring heeft met projectontwikkeling. Het is essentieel dat projecten goed beheerd worden. Op de markt is daarvoor heel wat gespecialiseerde software beschikbaar. Deze besparen tijd en middelen en voorkomen dat fouten gemaakt worden of documenten verloren gaan. Sommige ‘basic’ softwarepakketten zoals Outlook, Office, de Google Suite en Dropbox bevatten sterke ICT-tools (zowel gratis als betalend). Omdat projectfinanciering in de toekomst zal toenemen verdient het aanbeveling om te investeren in een goede, omvattende projecttool. Een “cloud-oplossing” heeft de voorkeur, zodat een gemeenschappelijk platform beschikbaar is om documenten te delen en te archiveren, om uitnodigingen te versturen, om deadlines te bewaken en contactgegevens up-to-date te houden. De organisatie beschikt over een 'projectmanagement tool'. Deze is geschikt 'voor eigen gebruik' als projectpartner of kan ook voldoende krachtig zijn om efficiënt een project aan te sturen. 4. De ‘Europa verantwoordelijke’ Nota p. 5 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? De belangrijkste succesfactor om met Europese projecten te starten is ongetwijfeld het opzetten van een ‘permanente screeningsfunctie’. Eén persoon op stafniveau screent intern (welk idee is middels een Europees project te realiseren?) en extern (project- en partneroproepen) de projectmogelijkheden. Hij neemt alle interessante info door en selecteert relevante info- en netwerkevents. Hij toetst intern ideeën af en neemt eventueel al onmiddellijk contact op bij buitenlandse partnersearchoproepen. De screening vraagt niet noodzakelijk veel tijd en kan in drukke periodes eventueel op een laag pitje gezet worden. Het is ook mogelijk om niet intensief en systematisch te screenen, maar om erop te vertrouwen dat interessante kansen zich wel zullen aandienen, door je in te schrijven op verschillende nieuwsbrieven. Hoe dan ook: de permanente screening dient duidelijk tot het takenpakket van een medewerker te horen! Er wordt beslist om arbeidstijd vrij te maken om de verschillende fasen van het project Welke bronnen worden opgevolgd? Wordt een eigen bronnenlijst aangelegd of wordt gebruik gemaakt van beschikbare tools (zie fase 2) Deze medewerker kiest welke bronnen op te volgen. De mogelijkheden zijn quasi onbegrensd, maar er is heel wat voorkennis vereist. Bovendien verloopt veruit de meeste officiële en feitelijke communicatie in het Engels. Als de basiskennis aanwezig is, dan vraagt het aanvankelijk wel een behoorlijke inspanning om vlot te lezen en te schrijven. Kennis Nota p. 6 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? van het Frans en andere Europese talen zijn een grote meerwaarde. Naar onze ervaring gebeurt de permanente screening best niet door de algemeen directeur, maar door een medewerker in zijn onmiddellijke omgeving. Het moet in elk geval iemand zijn met een brede kijk op de organisatie en met goede toegang tot zowel het directie- als het operationele niveau. Teveel medewerkers verantwoordelijk maken voor de screening werkt meestal ook niet, tenzij er een duidelijke taakverdeling mogelijk is. In de nota “Europese projecten voor de sociale economie” (fase 2 ‘Permanente screening’) wordt dieper ingegaan op de concrete aanpak. Als beslist wordt om een projectidee concreet uit te werken (dus overgang naar fase 3), dan moet minstens één persoon van de organisatie daar op dat moment extra tijd voor kunnen vrijmaken. Voor deze tijd is in principe geen vergoeding voorzien. In sommige budgetlijnen mag de voorbereidingstijd in beperkte mate in de projectaanvraag ingebracht worden, maar dan nog is er alleen een compensatie als je project goedgekeurd werd. Wie zal deze informatie ontvangen: alleen de Europese verantwoordelijke of wordt ook een ‘back up’ voorzien? Welke afspraken worden gemaakt over het screenen van de berichten? Wie detecteert? Wat zijn de vervolgstappen? Aan wie wordt daarna feedback gegeven over mogelijke ideeën. 5. Er is een performante beslissingsstructuur Een performante en vlotte besluitvorming is essentieel. Een aantal essentiële vragen moeten in ogenschouw genomen worden: kan de directie beslissingen nemen of komen deze toe aan het bestuur of een ander periodiek overleg? Hoe wordt beslist welke projectideeën weerhouden worden? Hoe snel kunnen beslissingen genomen worden? Welk mandaat en beslissingsbevoegdheid hebben de medewerkers die projecten uitwerken en uitvoeren? Hoe vlot kunnen ze Hoe wordt beslist over projectideeën en indiening (proces van idee tot aanvraag) Nota p. 7 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? communiceren met de ‘interne belanghebbenden’ (afdeling of dienst die inhoudelijk belang heeft bij het project) en andere interne betrokkenen (boekhouding, personeelsdienst, interne communicatie,…)? Hoe verloopt de terugkoppeling naar en opvolging vanuit de directie? Hoe snel kunnen beslissingen genomen worden? Is de beslissingsboom helder voor de betrokken medewerkers? Wanneer zich in de screening een Europese kans aanbiedt, moet er soms – maar niet altijd – snel worden beslist. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een partnersearchoproep. De toekomstige promotor zoekt nog partners of een partner is onverwacht weggevallen. Als de inhoud van het projectidee relevant is, dan kan dit een uitstekende opportuniteit zijn omdat al heelwat voorbereidend werk door anderen verricht is. Is voor deze gevallen een duidelijke werk-wijze voorzien? Als een snelle beslissing om welke reden dan ook niet mogelijk is, dan is dit niet noodzakelijk een ramp, maar moet er wel op een volgende opportuniteit gewacht worden. Welk mandaat en beslissingsbevoegdheid hebben de medewerkers die projecten uitwerken en uitvoeren Wat met de opvolging: welke vragen worden aan de directie teruggekoppeld? En in welke fase van de screening gebeurt dit? Vermijd dat de projectmedewerker op een eiland werkt binnen de organisatie door regelmatig overleg en (mondelinge) rapportage te voorzien. Samengevat: welke interne beleidsorganen moeten geconsulteerd worden, is er een procedure als hierop niet gewacht kan worden, hoe verloopt de man-datering en tussentijdse opvolging, wie zet de finale handtekening als Hoe vlot kunnen ze communiceren met de ‘interne belanghebbenden’ (afdeling of dienst die inhoudelijk belang heeft bij het project, …) en andere interne betrokkenen (boekhouding, personeelsdienst, interne communicatie,…) Nota p. 8 van 9 Ref doc: N62p-17-02 EUROPESE PROJECTEN VOOR UW ORGANISATIE? straks in een concreet project gestapt wordt? Hoe verloopt de terugkoppeling naar en opvolging vanuit de directie 6. Dan is je organisatie klaar voor Europese projectwerking… Zijn naar je inschatting de voorwaarden voldoende aanwezig om succesvol een Europese samenwerking te ontwikkelen? Dan kan je aan de slag in Europese subsidieprogramma’s. Je organisatie zal zelf wat tijd en middelen moeten investeren, maar er is ook heelwat ondersteuning beschikbaar. In|C en Kenniscentrum Sociaal Europa brengen deze voor de SEsector samen en ze bieden bovendien ook enkele specifieke ondersteunende tools. Aan de slag! Als je echter inschat dat deze voorwaarden onvoldoende gerealiseerd zijn, dan adviseren we sterk om NIET te investeren in Europese samenwerking. Het opzet-ten van verbetertrajecten zal – ook voor de kerndoelen van de organisatie – een absolute meerwaarde zijn. Binnen de Sociale economie bestaan daarvoor goede sectorale ondersteuningsstructuren. Meer info Een boeiende en succesvolle Europese samenwerking toegewenst! Nota p. 9 van 9 Ref doc: N62p-17-02