Actieve trombosepreventie

advertisement
Patiëntenhandleiding*
Actieve
trombosepreventie
* voor patiënten die een heup- of
knievervangende operatie ondergaan
Colofon
Uitgegeven door: Bayer B.V., Divisie Bayer Schering Pharma,
Postbus 80, 3640 AB Mijdrecht, Nederland
Auteur: Drs. Hans Eeltink
Copyright: Bayer Schering Pharma
2
Inhoudsopgave
Trombose en embolieën –
daar valt iets tegen te doen
4
Bloedstolling beschermt het lichaam
6
Gezonde aderkleppen en de spierpomp –
heel belangrijk
8
Gebrek aan lichaamsbeweging en langzaam
stromend bloed verhogen de kans op trombose
9
Risicofactoren voor de ontwikkeling
van trombose
10
Grote orthopedische ingrepen aan het been –
een groot risico
11
Hoe merk ik of ik trombose heb?
12
Longembolie – een levensbedreigende
complicatie
13
Posttrombotisch syndroom –
blijvende schade als gevolg van trombose
13
Effectieve voorzorgsmaatregelen tegen
trombose – noodzaak bij de meeste operaties
14
Behandeling met geneesmiddelen –
een belangrijke preventieve maatregel
14
Behandelingen zonder geneesmiddelen
die trombose helpen voorkomen
15
Praktische tips
16
Verklarende woordenlijst
17
Aantekeningen
19
3
Trombose en embolieën –
daar valt iets tegen te doen
Trombose is een medische term die de meeste mensen vaak
al eerder hebben gehoord. Het woord trombose wordt gebruikt wanneer een bloedvat verstopt raakt door een
bloedstolsel (trombus). Het woord is afkomstig uit de tijd
van de oude Grieken; ze noemden een klont een ‘thrombos’. En dat is precies waar het om gaat: samengeklonterd
bloed sluit een bloedvat af, waardoor de bloeddoorvoer
helemaal of voor een deel
wordt onderbroken.
Een historische afbeelding
van trombose
Hoewel trombose kan optreden in ieder bloedvat, komt
het verschijnsel het meest voor in de diepliggende aderen
van de benen en het bekken.
Het bloedstolsel zelf levert meestal geen directe problemen
op, maar er kunnen als gevolg van de aanwezigheid daarvan wel verschillende aandoeningen ontstaan.
4
Trombose van de aderen komt het meest voor in de benen.
Door trombose kan het weefsel van een been aangetast
raken, maar het bloedstolsel kan ook losraken en in de
bloedstroom naar een andere plek in het lichaam worden vervoerd. Wanneer het bloedstolsel op die manier in
de longen terechtkomt en daar een bloedvat blokkeert,
is er sprake van longembolie, een complicatie die levensbedreigend kan zijn en waarvoor veel mensen bang zijn.
Typische
plaatsen in
het been waar
trombose kan
ontstaan
Bovenste gedeelte
(proximaal)
Onderste gedeelte
(distaal)
Het doel van deze brochure is informatie geven over de
risico’s van trombose van de benen en over dat wat u
zelf kunt doen om trombose te voorkomen.
Wij hopen dat deze informatie nuttig voor u is en
wensen u een spoedig herstel.
Bayer Schering Pharma Nederland
5
Bloedstolling beschermt het lichaam
Wij zouden niet kunnen leven als ons lichaam geen systeem voor bloedstolling (bloedcoagulatie) zou hebben.
De normale bloedstollingsprocessen beschermen ons
tegen doodbloeden, ding wordt het bloedstollingsmechanisme heel snel actief, om te
voorkomen dat we te veel bloed
kwijtraken. De bloedstolling is een
perfect afgestemd en complex systeem. Het zorgt ervoor dat het
bloed stolt en samenklontert, waardoor een bloedstolsel ontstaat dat
het ontstane ‘lek’ dichtstopt en
‘verzegelt’, zodat het bloeden stopt.
Meestal stopt het
bloeden vanzelf
Het bloedstollingsproces komt onder andere tot stand
door de bloedplaatjes (trombocyten) en stollingsfactoren
in het bloed. Er zijn 13 verschillende stollingsfactoren,
aangeduid met Romeinse cijfers (factor I tot en met XIII).
Alle factoren hebben bovendien een eigen naam, maar
er wordt meestal verwezen naar één van deze nummers.
6
Iedere stollingsfactor wordt geactiveerd door een soort
kettingreactie, die ook wel een ‘stollings-cascadereactie’
wordt genoemd. Dat de bloedstolling op die manier
wordt geactiveerd is essentieel om gezond te kunnen
blijven leven.
Ongewenste bloedstolsels ontstaan door verschillende oorzaken. Wanneer er een bloedstolsel ontstaat (zie afbeelding), kan dit een aanwijzing zijn dat er een ziekteproces
gaande is, omdat het bloed niet normaal kan doorstromen.
Er zijn drie belangrijke factoren die kunnen leiden tot de
vorming van bloedstolsels. Een daarvan is dat het bloed
langzamer gaat stromen (bijvoorbeeld door immobiliserend verband of doordat iemand weinig mobiel of zelfs
bedlegerig is). De andere factoren zijn beschadiging van
de bloedvaten, bijvoorbeeld tijdens een operatie, of veranderingen in de samenstelling van het bloed zelf. In
deze brochure worden de risicofactoren beschreven die
kunnen leiden tot het ontstaan van trombose.
Bloedstroom
Trombus
Ader
Aderklep
Ader met trombus (doorsnede in lengterichting)
7
Gezonde aderkleppen en de spierpomp –
heel belangrijk
De aderkleppen en de spierpomp zorgen ervoor dat het
bloed via de beenaderen kan terugstromen naar het
hart. Aderkleppen zijn een soort zakvormige flappen die
uit de wand aan de binnenkant van de aderen steken en
voorkomen dat het bloed de verkeerde kant uitstroomt
(zie afbeelding). Zij zorgen ervoor dat het bloed maar in
één richting stroomt: terug naar het hart.
Richting
van de
bloedstroom
Aderklep
Ader
Het bloed stroomt via de aderen terug naar het hart
Het systeem van aderkleppen wordt ondersteund door
de spierpomp. Wanneer de spieren van de voet en het
been samentrekken wordt er druk uitgeoefend op de
aderen, waardoor het bloed richting het hart wordt geperst. Door de spieren te bewegen wordt de bloedafvoer
via de aderen richting het hart gestimuleerd.
Veel mensen die een lange vliegreis maken, merken dat
hun benen tijdens de vlucht opzetten. Dit komt doordat
de spierpomp niet werkt, omdat iemand te lang heeft
gezeten. De zwelling neemt af na het opstaan en door te
bewegen, omdat de spierpomp dan weer is geactiveerd.
8
Gebrek aan beweging en langzaam stromend
bloed verhogen de kans op trombose
Wanneer het bloed langzamer gaat stromen, neemt de
kans op trombose toe. Voorbeelden van zulke situaties
zijn bedlegerigheid of immobilisatie van een been door
gips. In deze gevallen werkt de spierpomp van de beenaderen niet of niet voldoende. Daardoor stroomt het
bloed langzamer terug naar het hart en is het risico
groter dat er een bloedstolsel ontstaat.
Ook door letsel aan de aderen, bijvoorbeeld bij grote
operaties of als gevolg van een ongeval, neemt de kans
op trombose toe.
Verminderde mobiliteit kan het risico van trombose vergroten
9
Risicofactoren voor het ontstaan
van trombose
t Grote chirurgische ingrepen of ernstig lichamelijk letsel
t Lange bedlegerigheid of immobilisatie
t Kanker
t Spataderen
t Zwangerschap en bevalling
t Overgewicht
t Gebruik van bepaalde geneesmiddelen
(bijvoorbeeld anticonceptiepil of hormoonvervangers
tijdens de menopauze)
t Erfelijke of verworven bloedstollingsstoornissen
t Leeftijd van boven de 40 jaar
Bedlegerigheid is een risicofactor voor trombose
10
Grote orthopedische ingrepen aan het been –
een groot risico
Bij heupvervangende of knievervangende
operaties moet een patiënt altijd worden
behandeld met antistollingsmedicatie ter
voorkoming van trombose
Bij grote orthopedische ingrepen aan
het been, bijvoorbeeld het plaatsen van
een heup- of knieprothese, is het risico van
trombose hoog. Dit komt enerzijds doordat het om
zware operaties gaat en anderzijds doordat iemand na
de operatie gedurende langere tijd minder mobiel is.
11
Hoe merk ik of ik trombose heb?
Het is voor patiënten niet altijd gemakkelijk zelf na te
gaan of zij trombose hebben. De symptomen zijn soms
onduidelijk en soms merkt de patiënt helemaal niets. Het
komt bij trombose vaak voor dat u voelt dat één van uw
benen zwaarder en opgezet is en pijn doet in de kuit als
u het belast. Als u het been dan omhoog legt, worden
de klachten meestal minder.
Andere mogelijke waarschuwingssignalen zijn een warme
of blauw verkleurde huid als het been ontspannen is.
Ga naar de dokter als u denkt dat u trombose heeft.
Trombose kan worden vastgesteld door middel van een
echoscopie
12
Longembolie –
een levensbedreigende complicatie
Trombose van de benen kan ernstige gevolgen hebben
als het bloedstolsel losschiet en via het bloed op een
andere plaats in het lichaam
terechtkomt.
Longembolie leidt tot
ademhalingsproblemen
Wanneer een trombus
in de longslagaderen
terechtkomt en daar een
bloedvat blokkeert, kan
er longembolie ontstaan.
Deze complicatie kan
levensbedreigend zijn.
Volgens gegevens van het Statistische Bundesamt
(Duitse Bureau voor de statistiek) krijgen in Duitsland
jaarlijks meer dan 40.000 mensen deze aandoening.
Posttrombotisch syndroom:
blijvende schade als gevolg van trombose
Trombose van een ader kan de aderkleppen beschadigen, waardoor het bloed niet meer goed kan terugstromen naar het hart. Dit kan leiden tot beschadiging van
het weefsel in het aangetaste been. De medische term
voor deze aandoening is ‘posttrombotisch syndroom’.
Deze aandoening kan leiden tot opgezwollen voeten
of benen, meestal in combinatie met een zwaar en gespannen gevoel. Ook kan de huid, vooral die aan de
binnenkant van de enkel, bruin verkleuren en littekenachtige sporen krijgen. In ernstige gevallen kunnen
patiënten door deze doorbloedingsproblemen een
zweer (ulcus cruris) krijgen aan hun
onderbeen. Deze zweren kunnen
chronisch (langdurig of blijvend) zijn
en zijn vaak moeilijk te behandelen.
13
Effectieve voorzorgsmaatregelen tegen
trombose – noodzaak bij de meeste operaties
Tromboseprofylaxe is de medische term voor het preventief
behandelen van een patiënt met antistollingsmedicatie.
Vanwege het risico van trombose in de benen schrijven
artsen al jaren antistollingsmedicatie voor, en in het bijzonder bij patiënten die een grote chirurgische ingreep
ondergaan.
Behandeling met geneesmiddelen –
een belangrijke preventieve maatregel
De voordelen van tromboseprofylaxe werden voor het
eerst onderkend in de jaren tachtig van de twintigste
eeuw. Door middel van profylaxe wilde men eventuele
levensbedreigende complicaties voorkomen. Sindsdien
wordt tromboseprofylaxe vooral toegepast door het toedienen van injecties met heparine. Dit is in de dagelijkse
medische praktijk een beproefde methode voor het
voorkomen van trombose.
Inmiddels zijn er nieuwe geneesmiddelen voor tromboseprofylaxe beschikbaar. Die middelen kunnen oraal worden ingenomen. Dat wil zeggen dat u de middelen kunt
slikken. Uw dokter beslist welke vorm van tromboseprofylaxe voor u het meest geschikt is. Het belangrijkste
is dat u uw antistollingsmedicatie dagelijks neemt en de
aanwijzingen van uw dokter precies opvolgt.
Tromboseprofylaxe kan nu ook met tabletten
14
Behandelingen zonder geneesmiddelen
die trombose helpen voorkomen
Hoe simpel het ook lijkt, er is een heel belangrijke maatregel die trombose kan helpen voorkomen: patiënten
weer tijdig mobiel maken. Dat wil zeggen dat patiënten
moeten worden aangemoedigd om aan lichaamsbeweging te doen. Patiënten die net een operatie hebben ondergaan, vragen zich vaak af waarom ze een dag na de
operatie al moeten proberen op te staan. De reden hiervoor is het actief voorkomen van trombose.
Andere belangrijke maatregelen zijn drukverbanden en
steunkousen. Door de druk die van buiten op het been
wordt uitgeoefend, wordt de spierpomp ondersteund.
Hoewel veel patiënten steunkousen lastig en onprettig
vinden, is het een belangrijk middel voor de behandeling
en het voorkomen van trombose.
Uw dokter beslist hoe lang u steunkousen moet dragen.
Steunkousen zijn een extra middel om trombose te helpen
voorkomen
15
Praktische tips
Er zijn een paar basisregels die kunnen helpen om trombose in de aderen te voorkomen. U vindt hieronder een
aantal belangrijke tips waarmee u trombose in de aderen
van het been actief tegen kunt gaan.
t Onthoud het volgende rijtje: ZSS-LLB – Zitten en Staan
zijn Slecht – Liggen en Lopen zijn Beter.
t Zorg dat u zo vaak en zo regelmatig mogelijk lichaamsbeweging krijgt. Goede manieren zijn wandelen,
Nordic walking, zwemmen of fietsen.
t Houd uw gewicht goed op peil, want overgewicht is
niet alleen belastend voor de aderen, maar ook voor
het hart en de bloedsomloop.
t Drink voldoende, vooral als het warm is en wanneer u
per vliegtuig reist – drink ten minste 1,5 liter per dag.
Het is aan te raden om veel te drinken
16
Woordenlijst
Ader
Bloedvat waardoor het bloed
terugstroomt naar het hart
Anticoagulatie
Stollingsremming
Arterie
Slagader
Antistollingsmedicatie
Actieve stoffen (geneesmiddelen)
tegen bloedstolling
Embolie
Plotselinge afsluiting van een
slagader door een bloedstolsel
Hemostase
Stoppen van een bloeding
Posttrombotisch
Na een trombose
Posttrombotisch
syndroom
Een combinatie van (huid-)
aandoeningen aan een been als
gevolg van trombose
Profylaxe
Voorkomen van een ziekte
Steunkousen
Nauwe kousen die druk uitoefenen
op de spieren en daardoor de
bloeddoorvoer bevorderen en de
spierpomp ondersteunen
Stollingsfactoren
Stoffen in het bloed die van invloed zijn op de bloedstolling
Syndroom
Combinatie van verschillende
ziekteverschijnselen (symptomen)
die kenmerkend zijn voor een
bepaald ziektebeeld
Trombocyten
Bloedplaatjes
17
18
Trombose
Vorming van een bloedstolsel in
een ader, waardoor de bloeddoorvoer geheel of gedeeltelijk geblokkeerd raakt
Tromboseprofylaxe
Maatregelen om trombose te
voorkomen
Trombus
Bloedstolsel
Ulcus
Zweer
Ulcus cruris
Zweer aan het onderbeen,
open been
Aantekeningen
19
www.bayer.nl
82081322
Bayer HealthCare
Bayer Schering Pharma
Postbus 80
3640 AB Mijdrecht
Nederland
Download