Logopedie na een operatie in de mond- of mondkeelholte Na een operatie in de mond- of mondkeelholte kunnen problemen met slikken en spreken ontstaan. Om deze eventuele klachten zo snel mogelijk te verminderen wordt de logopedist in het ziekenhuis ingeschakeld. Na de operatie De eerste dagen na de operatie zijn voor veel patiënten het moeilijkst. De operatiewonden in de mond, van de borst, het been of van de arm zijn nog pijnlijk en de patiënt kan niet zelf eten of drinken. Veel patiënten hebben de eerste week na de operatie een tracheacanule en een voedingssonde om de operatiewonden de gelegenheid te geven te helen (zie ook de informatie bij Operatie bij kanker in de (mond-) keelholte). Na deze tijd zal de logopedist bij de patiënt langskomen om te kijken of hij de lippen en de tong goed kan bewegen en kan slikken. Indien er problemen zijn, bijvoorbeeld vaak verslikken, zal de logopedist de patiënt leren veilig te slikken. Meestal wordt de voedingssonde pas verwijderd indien de patiënt weer zelfstandig voldoende kan eten en drinken. Geleidelijk aan zal er worden overgegaan op vaster voedsel. De logopedist zal de patiënt vragen voor elke "slik"-behandeling de mond en de mondkeelholte te spoelen. Zo worden slijmproppen, die belemmerend kunnen zijn bij het slikken, verwijderd. Indien de patiënt een gebitsprothese heeft, bezoekt hij een aantal weken na de operatie de tandarts in het ziekenhuis. De tandarts onderzoekt of de prothese nog goed past en of er aanpassingen nodig zijn. Bijwerkingen of klachten De aard van de klachten en problemen na de operatie is sterk afhankelijk van de plaats van de operatie. Hierdoor kunnen de klachten per patiënt nogal verschillen. In alle gevallen zal de logopedist zoveel mogelijk de specifieke problemen van een patiënt proberen te verhelpen en/of verminderen. Na de operatie kan het zijn dat de patiënt het gevoel heeft dat hij minder beheersing heeft over zijn tong. Vooral bij het spreken en tijdens het eten kan dit lastig zijn. Daarom zal de logopedist, indien het nodig is, met de patiënt gerichte tongoefeningen voor de spiegel doen (zie Fig. 1), zodat de patiënt zich bewust wordt van de mogelijkheden van de tongbewegingen. Dit zal helpen bij de revalidatie van het slikken en spreken. Ook de onderlip is veelal stijf en er kunnen stoornissen in het gevoel van de onderlip zijn. Om de lip weer soepel te laten worden en de gevoeligheid te verbeteren, kan de logopedist lipoefeningen en massageoefeningen geven. Het eindresultaat wordt natuurlijk beïnvloed door de aard en plaats van de operatie, maar ook wil en doorzettingsvermogen kunnen positief werken. Ontslag Als de patiënt uit het ziekenhuis wordt ontslagen, kan het zijn dat de oefeningen met de logopedist nog niet zijn beëindigd. De patiënt kan de behandeling bij de logopedist in het ziekenhuis voortzetten. Indien de patiënt ver van het ziekenhuis woont, wordt contact opgenomen met een ervaren logopedist in de woonomgeving van de patiënt die voor verdere begeleiding kan zorgen. terug